De plek der stille gebeden. HodiQörCQrtlMiWU Indië en de defensie-versterking Na de Olympische Spelen. ALKMAARSCHE COURANT van WOENSDAG 26 AUGUSTUS 1936 De financ ën Te grootscn opgezette spelen, voor den handeldrij venden middenstand is jj. u_x slechts voor zeer enkele branches geko ute nei pUDlieK moe maakten, men. Men had uit het buitenland weinig Binnenland Minister Colijn acht het bouwen van klein materieel meer noodig dan het bouwen van een nieuwen kruiser. Versterking van de luchtmacht. ii Twee en veertig dagen lang rolden h-ruchte „charrettes" of „tombereaux", i rt- of wipkarren der guillotine-juatitie, h t afgeschoten terrein van Picpus binnen, naarna hield het op. Robespiere was geval- 1 n en mèt hem de stuwende kracht van het Schrikbewind. Even trad voor velen een beklemmende stilte in: een schrikaanjagen de ontnuchtering na den roes van den waan- xin stremde eensklaps veel arbeid, die vier en twintig uur vroeger nog met hysterischen jjver zou zijn verricht. De poort van het kerkhofje opende zich niet meer en zou lang gesloten blijven. Wat er zich echter in ge verloopen zes weken binnen de palissa deering had afgespeeld, is niet te beschrij ven. Uit de paperassen van dien tijd, uit de administratieve boekhouding der gemeente Parijs is veel te reconstrueeren. De namen der begravenen zijn zorgvuldig opgeteekend geworden: de buit in kleederen en voorwer pen van meerdere of mindere waarde wordt vermeld: de onkosten der begrafenissen en der zeer gebrekkige voorzorgsmaatregelen tegen de steeds dreigende besmetting zijn in cijfers na te gaan. Daarbij krijgt de i a- vorscher een pijnlijken indruk van de voort varendheid, de felheid, de hardvochtigheid, het gebrek aan eenige piëteit, waarmede „de Terreur" en haar helpers optraden. Wat op het kerkhofje van Picpus geschiedde, was echter nog slechts een klein deel van de el lende, die over Frankrijk was gegaan. Toch gaf het nog aanleiding tot veel geschrijf, veel geklaag over te geringe bezoldiging, te moeilijke voorwaarden, waaronder gewerkt moest worden: het guillotineeren en het be graven was „een zaakje" geworden, dat zoo wél voor de gemeenschap als voor zijn be ambten voordeelen afwierp. Merkwaardig is een uitspraak op een request, door de be- gravers van Picpus gericht tot de politie- overheid. De politie erkent, dat er op alle uur van den dag en den nacht gewerkt wordt en dat het onmogelijk is om, meestal des nachts, bij alle weer en wind, goed pro ces-verbaal op te maken. Daarom geeft zij in overweging een open grot, die de geeste lijke zusters van het voormalige klooster in den tuin hadden laten maken, door een paar deuren af te sluiten en er zoodoende een vertrek van te maken, waarin men, goed beschut, den inventaris der goederen kan opmaken. „Men zou daar een tafeltje kun nen plaatsen, er een register deponeeren als mede pen en inkt, en er kaarsen kunnen hebben. De geheele onkosten van deze af sluiting zal nog geen vijftig livres bedragen, terwijl het vergeten van een enkele jas voor de natie een verlies van meer dan honderd livres kan beteekenen". Oorspron kelijk waren de kleederen der geguilloti- neerden een voordeeltje voor den beul en zijn helpers geweest, doch het bedrag er van was zóó hoog, dat er van hooger hand ver andering in werd gebracht en al wat op de slachtoffers gevonden werd bestemd werd voor „den dienst der hospitalen en der ge vangenissen". Het kerkhofje van Picpus scheen zijn taak vervuld te hebben. Den dag na Robespiere's val was de guillotine op de Place du Tróne gedemonteerd. Wel beweerde burger Rie- dain, dat nog twintig dagen lang er op zijn terrein begraven was, doch bewijszekerheid is daarvoor niet te vinden. Maar een feit is dige lijnen. Het was ook artistiek „f Weldadig door architectonische schoon heid. En het was ten slotte - 0p eniïè momenten en een al te haastig geworden sloteffect na ook organisatorisch kt Ü.T1 »°Ik nS geborgen waren. Zoo men al den schrikke-- verwacht had. lijken moed had om tot aan de guillotine de veroordeelden te begeleiden en te trachten een enkelen blik, een laatsten groet van hen op te vangen, wie durfde het aan om na het vallen van het mes te wachten, totdat de bloedige rompen in manden geworpen, op De overdaad. Maar als ooit overdaad geschaad heeft dan hier. Dat is Rechts ten deele Duitschlands schuld. Het kreeg een enorm programma karren geplaatst en gezamenlijk vervoerd van zuiver sportieve dingen te verwaren werden naar eene of andere groeve, de he-w» - - mei weet waar? Wie had nog de kracht om den droeven stoet te volgen, na al wat hij reeds had moeten zien en moeten lijden? Men wist dus in breede kringen niet, waar dc stoffelijke overblijfselen rustten van hen, die men diep in het hart beweende. Toen het Schrikbewind gevallen was, toen er weer eenige ruimte tot ademhalen was, be zon men zich op het gebeurde: men trachtte een spoor te vinden; met de grootste omzich tigheid werd te werk gegaan; het was nog altijd gevaarlijk, groote belangstelling te toonen voor wat het jongste verleden had vernietigd en misdaan. Tot die zoekenden behoorde de markiezin de Montagu, geboren gravin de Noailles, die haar ouders door het schavot had verloren. Het toeval bracht haar in aanraking met een jong meisje, mademoiselle Paris, die een vader en een broer had zien onthoofden op de Place du Tróne en daarna de karren ge volgd was naar de plaats, waar de oogst van dien dag zou worden begraven. Haar lij densweg had haar gebracht naar een haar onbekende wijk, naar de verlatenheid van een faubourg, waar, achter een muur met een poortje er in, een groote, diepe kuil de bloedige overblijfselen in zich opnam. Zij had goed gelet op de straten en wegen, die zij was gegaan; later had zij herhaaldelijk een bedevaartsgang gemaakt naar de voor haar gewijde plek en zoo was zij in staat mevrouw de Montagu's gids te zijn naar het vergeten en haast onbekende kerkhof Het doel van Madame de Montagu ging verder dan een bezoek. Zij wilde trachten de plaats der begraving in eigendom te krijgen, ten einde haar te behoeden voor latere verstoring, voor opruiming of voor de mogelijkheid, dat eenmaal luidruchtige stadsdrukte de stilte zou bedreigen, die over de graven harer dood en moest blijven heer- schen. By hare eerste pogingen daartoe ver nam zij echter, dat anderen haar vóór wa ren geweest. Inderdaad was reeds in Octo- ber 1796 een deel van het vroeger door bur ger Riedain gehuurde terrein, nadat dit door den Staat verkocht was, in koop overgedaan aan een zekeren Jean Baptiste Brun, die verklaarde als gemachtigde op te treden van prinses van HohenzollemSigmarin gen, wiens broeder, de prins von Salm, op de Place du Tróne onthoofd was. Het ge kochte was juist het terrein van het op 15 Juni '94 gegraven graf in den Zuid-Oosthoek van den tuin. De koop werd gevolgd door het bouwen van een muur aan de twee nog open zijden van het terrein, zoodat naar menscheluke berekening voor de toekomst deze plek der ruste beveiligd was voor ver storing. De markiezin de Montagu wilde nu de daad van prinses von HohenzollemSigma ringen aanvallen. Haar wensch was het kleine kerkhofje te omringen met onver vreemdbare perceelen en zoodoende de na dering van de groote stad met haar luid- Het verwerkte ze ook, meestal k la minu- te. Maar het resultaat was, dat men reeds na eenige dagen veel niet meer genoot omdat men letterlijk kapot was. Minder sportsoorten, mijne heeren van het Inter nationaal Olympisch Comité, zou meer geweest zijn. Geen voetbal, geen handbal geen hockey, geen polo, geen wielrennen' geen zeilen, überhaupt; geen spelen En wellicht ook geen turnen. Slechts lichte en zware athletiek, zwemmen, schermen worstelen, boksen, vijf- en tienkamp' paardensport (springen en .jachtrit). Dat ware meer dan voldoende. Daarover, intusschen, willen we het der niet hebben. Wat er verder nog te veel, veel te veel, was, komt op het conto-Duitschland. Dit Duitsche volk verkeert nu eenmaal sedert begin 1933 in een soort nationalistische koortsstemming. Vroegere „Minderwertig- keitskomplexe" zijn naar het andere uiter ste; of wil men het anders zeggen; naar een anderen vorm van uiting overgeslagen. Men is zich zeer van zichzelf als volk be wust. En daardoor is alles bewust, zeer be wust geworden. Men presteert enorm. Maar men wil het ook weten. Jegens zich zelf en jegens anderen. Het jonge natio- naal-socialisme voelt zich nog naar alle zijden miskend. Het wil getuigen. Dit groote, internationaal gedachte, sportfeest moest daarom tot nationalistisch propa- dandafeest worden. Een verrassend samen gaan van allerlei omstandigheden werkte dat in de hand. De zeer actieve, uiterst ge- interesseerde en innerlijk eeuwig-onrusti ge persoonlijkheid van Hitier was alom tegenwoordig. Dat was sympathiek, om dat vooral de jonge sportmenschen, in de eerste plaats de Duitsche, door de tegen woordigheid en de werkelijke belangstel ling van het Hoofd van Staat uitermate ge prikkeld en aangespoord werden. Maar het wekte tegelijkertijd ietwat ontstem mend op alle niet-Duitschers, die dra merkten, dat de toch reeds door een over- f weldigende claque opgezweepte, uiterst gevolgd is door een waarlijk ver- talrijke en voor alle onderdeelen inge- 5efr® ontnuchtering. Twee weken schreven Duitsche deelnemers door Hit- hebben alle kranten óvervol gestaan Donderdag 27 Augustus. HILVERSUM, 1875 M. (AVRO- ultz.) 8.Gr.pl. 9.Jetty Cantor's Ensemble. 10.Morgenwijding, gr.pl. 10.30 Verv. concert. 11.15 Om roeporkest en solist. 11.45 Gr.pL 12.— Omroeporkest. 12.45 Gr.pl. 1. Orgel en viooL 1.30 Avro-Aeolian- orkest. 2.05 Kovacs Lajos' orkest. 2.50 Omroeporkest, radiotooneel en dansmuziek. 4.Voor de zieken. 4.30 Gr.pl. 5.Kinderuurtje. 5.30 Kovacs Lajos' orkest. 6.30 Sportpr. 7.De Staalmeesters. 7.30 Zang. 8.ANP-ber. 8.10 Omroeporkest, mmv. soliste. 9.Voordracht 9.30 Omroeporkest, mmv. soliste. 10.20 Gr.pl. met toelichting. 11.ANP- ber. 11.1012.Dansmuziek. HILVERSUM, 301 M. (8.—9.15 en 11.—2.— KRO, de NCRV van 10— 11.en 2.11.30 uur). 8.9.15 en 10.Gr.pl. 10.15 Morgendienst 10.45 Gr.pL 11.30—12— Godsdien stig halfuurtje. 12.15 Gr.pl. 12.30 KRO-orkest en gr.pl. 2.Zang en gr.pl. 2.45 Gr.pl. 3.153.45 Voor de vrouw. 4.Bijbellezing. 5.Han denarbeid voor de jeugd. 5.30 Stichtsch Salonorkest en gr.pL 7.15 Journ. weekoverzicht. 7.45 Rep. 8.ANP-ber. 8.15 Orgelconcert 9— Causerie over het hospitaal kerkschip „De Hoop". 9.30 Gr.pL 9.45 ANP-nieuwsber. 9.50 Kamer muziek. 10.50—11.30 Gr.pL, hierna schriftlezing. DROITWICH, 1500 M. 11.05 Orgel spel. 11.35 Gr.pl. 12.20 Het Troca- dero Cinema-orkest. 1.05 Gr.pL 1.35 Het Paviolion Theatre Orkest. 2.35 „The Alphas". 3.20 Het Carlton Hotel Orkest. 4.10 The fog of war, causerie. 4.30 Gr.pL 5.05 Het Harp- trio. 5.35 Dansmuziek. 6.20 Ber. 6.50 Tommy Kinsman en zijn orkest. 7.35 De Amington Band. 8.20 Va- riété-progr. mmv. Ch. Manning en zijn orkest en solisten. 9.15 Cause rie over Hadhramaut. 9.30 Zigeu- nermuziek. 10.Ber. 10.20 Radio tooneel. 11.05 PianorecitaL 11.35 12.20 Dansmuziek. RADIO PARIS, 1648 M. 7.20, 8.20 en 9.20 Gr.pl. 9.50 Orgelconcert 11.20 Omroeporkest 2.50 en 4.20 Gr.pL 5.20 Radiotooneel. 7.20 Gr.pl. 8.20 Zang. 9.05 Radiotooneel. 10.05 Nat. orkest. 11.3512.35 Pascal- orkest. KEULEN, 456 M. 6.50 en 12.20 Or kestconcert. 1.35 Omroepklein- orkest en solisten. 4.20 Omroep orkest. 5.10 Zang. 6.20 Gr.pL 7.20 Omroepkwintet en solisten. 8.30 Sportrep. 9.05 Omroporkest. 10.40 Gevar. concert 11.2012.20 Popu lair concert. BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.: 12.20 Gr.pl. 12.50 Omroepsalon- orkest. 1.30 Populair concert 1.50 2.20 Gr.pL 5.20 Dansmuziek. 6.50 Gr.pl. 8.20 Omroeporkest. 10.30 11.20 Gr.pL 484 M.: 12.20 Gr.pl. 12.50 Populair concert 1.302.20 Gr.pl. 5.20, 6.35 en 7.35 Gr.pl. 8.20 Populair concert. 8.50 Gr.pl. 9.35 Populair concert 10.3011.20 Om- roepdansorkest. DEUTSCHLANDSENDER. 1571 M. 8.30 Dansmuziek. 10.20 Ber. 10.50 Viool en piano. 11.05 Scheepsweer- bericht 11.2012.05 Orkest, koor en solisten. GEMEENTELIJKE RADIO DISTRIBUTIE. Lijn 1: Hilversum. Lijn 2: Hilversum. Lijn 3: Keulen 8.8.45, Norman- dië 8.45—10.05, Keulen 10.05—10.20, Deutschlandsender 10.2011.20 Parijs Radio 11.2013.05, VL Brus sel 13.05—14.20, Droitwich 14.20— 18.20, Keulen 18.2020.20, Brussel Fr. 20.20—21.05, Rome 21.05—24—, Lijn 4: VI. Brussel 8.9.20, Parijs Radio 9.2010.35, Droitwich 10.35 —13.85, London Reg. 13.3517.35, Droitwich 17.35—18.20, Keulen 18.20—18.50, Droitwich 18.50—22 London Reg. 22.24. Iers aanwezigheid op voor Duitschland steeds belangrijke, beslissende oogenblik- ken tot bijna bovenmenschelijke prestatie aangespoord werden. De internationale groepen, deelnemers en toeschouwera, uit den aard der zaak een kleine minderheid» voelden zich niet meer als gelükgesteldea op neutralen bodem, maar als attraties, als buitenlandsche pa radefiguren, vooral welkom als dankbare objecten om in hun prestaties door Duit sche tegenstanders overwonnen te worden. Dat is stellig in elk land, dat voor Olym pische spelen als gastheer optreedt, tot op zekere hoogte iets onvermijdelijks. Maar hier in Berlijn was het, dank zij de politie van in hoofdzaak zeer prettige dingen, voor den Duitschen lezer door de gewel dige Duitsche overwiningen nog dubbel aantrekkelijk. En nu, als bij tooverslag, is alies somber, wat men te lezen krijgt; een beeld van Europa in grijs en zwart, een symphonie diabolique in mineur. Een alge- heele bedreiging van het fascisme op alle fronten. En daarbij nog de noodige bin- nenlandsehe moeilijkheden, waarvan de Duitscher intusschen slechts uit buiten landsche bladen en door de.... zenders uit Rusland verneemt Het onteerend ontslag van den gouwlei der van Brandenburg, den bekenden ouden nationaal-socialist Kube, met een deel van v, wwtn s»aj uv m,- l n 1 - ke ontwikkeling der laatste jaren, wel heel JJ aanhang, herinnert tot op zekere hoog- I W - »V .uitviuig vtv.laaMvc jascti, w ci ncci j i "O het dat doodsche stilte zich over het vroe- ruchtigheid te beletten. Zij begreep echter, sterk. Dat hebben de meeste Duitschers niet Au6ias-stal, die door de clique ta J| h rondom Ernst Rohm veroorzaakt was en op zoo drastische wijze werd opgeruimd gere „pension", het deftige „rusthuis" spreid de. Riedain's onderhuurder, burger Coig- nard, is met de noorderzon verdwenen; alle pensionnaires of verpleegden waren gevlo gen. De nabijheid van het massagraf maakte de omgeving tot een plaats van verschrik king. Het was gedaan met de goede reputa tie van Picpus' gezonde lucht Riedain, die nog altijd huur aan het voormalige klooster had, dat inmiddels tot nationaal eigendom was verklaard, trachtte in de groote gebou wen een linnenweverij te beginnen, doch de zaak nam niet op en hij was zeer gelukkig, toen de Staat het pand verkocht en hem van zijn huurcontract ontsloeg. Inmiddels hadden bloedverwanten van feguillotineerden herhaaldelijk pogingen in het werk gesteld om te ontdekken, waar hun dierbaren begraven waren. Daaromtrent heerschte een geheimzinnig stilzwijgen. De terreur had zoo forsch, zoo snel en tevens zoo verborgen sommige harer maatregelen genomen, dat het groote publiek onkundig was van de plaatsen, waar de slachtoffers dat hiertoe de samenwerking van velen, van alle familiën, die hier hun dooden hadden liggen, noodig, althans wenschelijk zou zijn. Tevens moest aan de zaak niet te veel rucht baarheid gegeven worden, want Bonaparte, wiens invloed en macht stijgende waren, duldde nóch verheerlijking, nóch afkeuring van de daders der revolutie. Met haar zuster, de markiezin de Lafayette, opende zij eene inschrijving, die ten doel had de omringende terreinen te kooen en het oude domein der geestelijke zusters in zijn ouden toestand te herstellen. Hare namen gingen schuil achter dien van den abbé Beudot, die de parochie van Sainte-Marguerite diende. Na veel be moeienis werden in 1803 het voormalige klooster en een stuk van den tuin verkregen en den 25en Juli 1806 het verdere terrein Een kapel op dit gedeelte gebouwd, werd toegevoegd aan de parochiekerk van Sainte Marguerite en weldra werd eiken Zondag er een mis opgedragen. A. J. BOTHENIUS BROUWER. (Wordt vervolgd.) Berlijn, 25 Augustus. Alle bladen ter wereld wellicht zoo gevoeld. En zeker ook niet zoo bedoeld. Ze meenden het goed, maar ze bleven ty- pisch-egoistisch, „Deutschland, Deutsch- land über alles!" Ook dat is anders be doeld. Maar de niet-Duitscher kan het niet j helpen, dat hij het in zekeren zin blijft lezen. Men heeft hier gemeend, onbegrensde gastvryheid, oprechte hartelijkheid en waarlijk grootscheepschen opzet met een alles overdonderende nationalistische pro paganda zonder gevaar te kunnen vereeni gen. Dat was de vergissing. Maar groot, geweldig, „einmalig" was het. Dat willen we niet vergeten. Na de feeststemming de kater! De vraag is nu, of op de feeststemming niet de kater volgen zal! Al dadelijk: de financieele. Ik durf er geen slag in te slaan hoeveel dit feest ge kost heeft, en hoe weinig het heeft opge bracht! Men heeft het zich wat laten kos ten, en is niet kleinzielig geweest. Men heeft echter stellig meer inkomsten ver wacht. De opkomst uit het buitenland bleef beneden de verwachting. Vooral de Berljjnsche burgerij is teleurgesteld. Aan te nemen is, dat hoogstens 20 van alle vaak met niet geringe kosten ingerichte gemeubileerde kamers werkelijk verhuurd zijn geweest. En ook de verwachte afzet deviezen", maar veel „goedkoope Mar- Alweer doen geruchten over een toene mende ontspanning van den economiseh- financieelen dictator dr. Hjalwar Schacht de ronde, van wien men mompelt, dat hfj er, beu van de stokken, die minister Göring hem tusschen de beenen werpt, liever heden dan morgen het bijltje bij neer sou willen leggen. De situatie op de „deviezenmarkt? is voor Duitschland uiterst somber gewor den. Wat er nog aan vreemde geldsoorten binnenkomt, slokt de landsverdediging op. En die slokop bewijst nieuwe gulzigheid, als straks het machtige ministerie van oorlog zijn wil en daarmee den tweejarigen diensttijd doorzet. In elk geval: zoo rooskleurig als ons door de regeeringspropaganda de situatie in het Derde Rijk geschilderd is, mag ze geenszins genoemd worden. Ook als men van de gevaarlijke buitenlandsche ontwik keling afziet. (Van onzen Berlijnschen correspondent) Ingediend is een wetsontwerp tot wij ziging en verhooging van het dertiende hoofdstuk der rijksbegrooting voor 1936. Hierbij wordt de post „tegemoetkoming aan Ned.-Indië in de bestrijding van de uitgaven voor de Marine" verhoogd met 1 millioen, terwijl als nieuwe post wordt opgenomen „vergoeding aan Ne- derlandsch-Indië van rente en aflossing van kapitaaL opgenomen voor bekosti ging van materieel voor de weermacht", waarvan 35.000 voor rente en een memoriepost voor aflossing. ten slotte alleen nog maar een indruk van edelkermis achterblijft. Nu, een week na de plechtige sluiting, beginnen allen, die in dit feest der hon derdduizenden hun rol te spelen hadden pas te voelen, hoe moe, hoe afgewerkt ze ken" meegebracht. Dat is voor den Duit schen staat, die op deze wijze een zeer be langrijk bedrag aan bevroren credieten kon aflossen, zeker een voordeel geweest, maar de winkeliers hebben er niet al te veel van gemerkt, dat het „goedkoope die der Sovjetrepublieken uitgezon derd hebben vermoedelijk artikelen zijn. Pas veel later zullen we in ,t V, I geschreven onder het motto: „defustig aan die dikke twee weken en h» geld" ook meestal slechts voor „goedkoo- I zeetdë"^Z^ "eDDen semer I «rAAi>ena1 «ran M haar pe waar" uitgegeven is. Z 8 muJlsler' dat de vraag, of de - h I de andere dezer meeningen zal moet Olympische Spelen behooren alweer tot het verleden". Ik had mij stellig voorgenomen, een uitzondering te "laken. Maar ik ontkom er niet aan. En daarom: moed. Alles sal reg kom. De Olympische Spelen behooren alweer tot het verleden. Men lijkt ondankbaar h-gens de Duitsche gastheeren, als men er aar. toevoegt, gelukkig. En toch is dat de todindruk. Zulke verzuchtingen slaakt en ook, als men bijv. in New York of nden of Parijs, of zelfs maar in de „ja- n Vfln Weimar" in Berlijn, een van die weldigende parade-revue's bijgewoond jj*«t, die geen einde schijnen te willen Ürh!en en waarbü zooveel goud en zilver, m en kleur, spiegeleffecten en coulis- •enschoonheid ten beste gegeven wordt, 1 da eene sensatie de andere opslokt en |voorspel van minstens even zoo langen tijd terug te denken, zonder door al dat bijkomstige en zeker niet aangename, dat er mee verbonden was, gestoord te wor den. Stellig zal baron De Coubertin, die het initiatief voor de Moderne Olympische Spelen nam en die in 1896 voor de eerste maal in Athene de herleving op ach zoo bescheiden schaal beleven mocht in Berlijn hoorde men ditmaal alleen zijn stem op een gramofoonplaat ;hij zelf woont als zieke, arme grijsaard in Frankrijk zich zulk een opgeblazen demonstratie als die, gelijk ze op Adolf Hitler's bevel door gevoerd werd, niet gedacht hebben. Er is veel lof gezegd, gedrukt en ge schreven over dit Olympische Feest in Berlijn 1936. Die lof is verdiend. Het was grootsch, het was enorm, het was tot in kleinigheden even af als in groote gewei- Men vroeg en kocht vooral optische in strumenten, ook wel textielwaren en barn steen, maar weinig luxe waren. En ove rigens ging men uit. De restaurants in den omtrek der sportvelden, en in de City en aan den Kurfürstendamm hebben een kor te periode van grooten bloei doorgemaakt. Ten koste van andere wijken, die vaak den indruk van ontvolkt maakten. Een week lang heeft men de zeer kwis tige, maar reeds duchtig verschoten en verregende feestversiering nog laten han gen. Vandaag is men met het opruimen be gonnen. Wat ook nog wel een dag of veer tien duren zal. Maar intusschen moet men zich toch met de nuchtere dingen van den dag gaan bezig houden. En dan is t< zeg gen, dat een feestroes zelden zoo gauw voor een katersteming heeft plaats ge maakt, en een festijn, dat als internationale vredesdemonstratie bedoeld was, zoo bit- Bij deze gelegenheid geeft minister Co- lijn tevens gevolg aan zijn toezegging om nog voor het einde van dit zittingsjaar me- dedeeling te doen van de voornemens der regeering met betrekking tot de Indische de fensie. Na de conclusies der twee stroomingen in de commissie-Kan te hebben gememoreera. eene of meeningen zal moeten wor den gevolgd, er mede een is van financieelen aard. Het zal zelfs vooral van de ontwikke ling van den financieelen toestand in de naaste toekomst afhangen, in hoeverre op (jen duur in de exploitatie eener vloot en luchtmacht van een bepaalde samenstelling zal kunnen worden voorzien. Uiteraard zal daarbij mede van invloed zyn, in hoeverre men er in zal kunnen sla gen de exploitatiekosten door het treffen van maatregelen op het stuk der personeels voorziening in gunstigen zin te beïnvloeden. Het nemen van een beslissing dienaangaan de is thans nog niet noodig, omdat, hoe die beslissing ook uitvalt, in de naaste toekomst op het stuk der kruisers toch geen bijzon dere maatregelen behoeven te worden ge nomen, daar de „Java" en „Sumatra" eerst in 1925/26 in dienst zijn gesteld en de „De Kuijter" pas in dezen nazomer aan de vloot zal worden toegevoegd. Op stapel zetten van een nieuwen kruiser behoeft op dit oogenblik der halve niet overwogen te worden. De regeering acht het daarom doelmatig de in het licht der tegenwoordige inter nationale verhouding, urgente verster king der Indische maritieme defensie allereerst te doen plaats hebben door voort te gaan met den aanbouw van het kleine materiaaL dat, onverschillig of men de meerderheid of de minder heid der commissie-Kan volgt, er kt ieder geval zal moeten zijn. Dit kleine materieel, waarvan de sterkte volgen* beide plannen dezelfde is, betreft 12 ja gers en 18 onderzeebooten. Indien men dit kleine materieel eind 1940 op sterkte wil hebben moeten er vóór dien tijd 4 nieuwe jagers en 9 onderzeebooten waarvan de K 19 en 20 reeds op stapel staan voltooid zijn. Intusschen verdient het, vooral met het oog op de personeelsvoorziening, geen aan beveling om het totaal der ontbrekende vaartuigen dadelijk en dus met eenige over haasting op stapel te zetten. Voorzichtigheid hierbij is mede geboden wijl zoo weinig ze kerheid bestaat met betrekking tot de finan cieele perspectieven. Het is in verband met deze overwegin gen, dat de regeering voor het oogenblik niet verder wenscht te gaan dan te besluiten tot aanbouw van 2 jagers en 4 onderzeeboo ten (boven de reeds in aanbouw zijnde K 19 en 20) waarvoor de noodige gelden echter eerst in 1937 beschikbaar behoeven te zijn. De luchtmacht. De toestand van de luchtmacht is in menig opzicht ongunstiger dan die van de scheepsmacht. In den loop van de eerstkomende 4 jaren is nagenoeg alge- heele vernieuwing van het luchtmate- rieel der zeemacht noodzakelijk, terwijl

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1936 | | pagina 5