^Binnenland PROFESSOR SLIM EN ZOON De opening der Staten-Generaal. De zitting van gisteravond. V van nzaroe hoeve heeft hy te goed ondervon-1 keren, die door burgeroorlog en stakingen I en sprak een korte rede uit, n a dp wat het ontbreken van een sterk gezag in onrust verkeeren en men ziet er wat te- loving van de prinses, waarin min t h.,teekent. I #enover de ontvlambaarheid der industrieele Colyn namens de regeering stirak ne boerenstand heeft een sterk gods- arbeiders een rustige, zekere boerenbevol- vindt beide redevoeringen elders d'enstig besef, mede door het besef van af- king voor een natie waard kan zijn. blad). 'nkelijkheid van allerlei onbeheerschbaro I Spreker wil geen onrust zaaien, maar men Zonder discussie en z, h g K machten en door het zoeken van steun daar- begrype de moeilijke positie van den Hol- vengenoemde drietal wetaontwereen £gen. Ook wet en orde der natuur dringen landschen boer en de spanning waaronder den hamer door, waarna de verLerf™ het besef van een hoogere leiding aan de I hy leeft. Velen hebben in hun godsdienstige tot hedenochtend werd verdaagd eenvoudige menschenziel op. overtuiging een levensfundament, dat tegen Het waren: Voorzieningen inzake het Uit dat alles vloeit de onvervangbare alles bestand is, maar men spanne den luchtvervoer; regeling van het onderzoek waarde van den boerenstand voor de samen- boog niet te strak. van ongevalen met burgerlijke i?"u?, leving voort. Ons volk kan gelukkig nog Spreker zegt met klem tegen ons volk en tuigen, en een wijziging en verhooging a,U> volstaan met te behouden en behoeft nog onze regeering: zie naar het Zuiden en het oud-hoofdstuk X der Riji--'-- niet te herscheppen. Laten de wanhopige zorgt voor een flinken, redelijk behandelden Voor 1935 (Economische Zaken) pogingen, welke Engeland aanwendt om zijn boerenstand, en naar het Oosten en zorgt er Het ontwerp houdende voorzieningen in- verwaarloosden boerenstand te herscheppen I voor dat de eventueele strijd om een ander zake het luchtvervoer we breneen hot den Nederlander de oogen openen Laat .e stelsel geschieden kan in de rustige sfeer nog even in herinnering wjj on7e n geweldige inzet van een geheele staatsmacht der redelijke overtuiging en niet in die der üjke bepalingen doen aanpassen 7n h2 op het behoud van een boerenstand, zooals economische wanhoop. ja October 1929 te Warschau'gesloteï ver! wij dat in ui sc an zien, onze oen De boeren moeten zichzelf blijven, drag en het op 29 September 1933 voor Ne- Tlataalles fs** ook de diepste rechtsgrond ,De Nederlandsche boeren moeten zichzelf derland in werking getreden verdrag tot 't in onze landbouwcrisiswetgeving. Het b.lyve"en blijven steunen op eigen kracht, brengen van eenheid m eenige bepalingen zy moeten boeren blijven in alle omstandig-1 inzake het internationale luchtvervoer^H heden. Dat zit niet in het vasthouden aan een oude kleedij of het natuurlijk of kunst matig in stand houden van eigen levensge woonten, maar in het innerlijk zijn. Ons be- 1lfrTt m Z1JX1 v ,u»6C roeP eischt ons geheel op en moet ons mede-B L nheil geteekend dat een volk bedreigt als vormen- wij zyn dienaar der in de natuur geest van wat gebruikelijk is bij scheeps- Sn platteland verlaten wordt. Hy zegt: merkende goddelijke krachten, die wij door ongelukken een schitterend land met trotsche fabrieken, cns vernuft aan ons dienstbaar kunnen ma- havens, schepen en koloniën is nog geen ge- ^en Maar altijd spreekt de natuur tot ons en lukkig land, want rykdom alleen geeft nog bepaalt den gang van ons werk en de har- teen vrede des harten. Dat kan van ons en ™onle daarvan moet ons leven beheerschen. «t—x1i_j j-I Ons leven moet zijn ernstig, tot nadenken van onze öm de toekomst van ons volk waar het gaat om het behoud van een flinken boeren stand als bearbeider van ons grootste na tionale bezit: onzen bodem. De Engelsche dichter Olivier Goldsmith heeft in zijn gedicht The deserted Village het By de behandeling in de Tweede Kamer is er niet veel over gezegd. Over het tweede ontwerp, betreffende de ongevallen met burgerlijke luchtvaartuigen, evenmin. Dit laatste voorziet in een onderzoek in den krijgen voor de van de geheele Westersche menschheid in de laatste halve eeuw gezegd worden. Men kan in dit tijdperk getuigen met het bijbelwoord- Gij zegt. ik ben rijk en verrijkt geworden en heb geenszins gebrek en gij weet niet. dat gij zyt ellendig en jammerlijk en arm en blind en naakt. De boeren hebben grieven. Tegen die wereld naar stof en naar geest heeft onze boerenstand zyn bewuste en min of meer onbewuste grieven, die hij ook tegen zich zelf moet hebben, omdat ook hy zijn aandeel in het menschelyk verkeerde heeft. Spreker zal trachten deze grieven nader te formuleeren. De boerenstand heeft het besef in ons volksleven miskend te worden, wat betreft zijn bestaansmogelijkheid en als deel der nationale samenlevipg. Dit gevoel van mis kenning door de openbare meening is een mengsel van een soort minderwaardigheids gevoel bij zich zelf en het bespeuren van een oppervlakkig oordeel over hem elders De boer is stug en gesloten en de stedelijke samenleving, die de openbare meening voor een te groot deel vormt, acht den stedeling in alle opzichten superieur. De boer voelt dit onrecht, hij kent de waarde van eigen oordeel, maar mist de vlotheid zich te doen gelden. Vandaar een zekere wrok en soms daaruit voortvloeiend overdreven zelfbe wustzijn. De stedelijke bevolking en haar woordvoerders doen vaak geen moeite den boer te begrijpen. Men kijkt niet door den lociety-schijn heen en is te blind voor de voerwaarden welke het echte leven bepalen en inhoud geven. „Gy heeren" zei Brederode „gij bur gers vroom en welgemoed, Rijdt der boeren feesten. Zij zyn zelden zoo goed of 't kost iémand zijn bloed. En drinkt met mij een roemer wijn, Dat is jou wel zoo goed." Hier treft het ontbreken van eenig deer nis met dit leven en den wil daarin verbe tering te brengen. In 1825 overleed te Groningen prof. ds. Uikens, die zich veel met de plattelands vraagstukken en den boerenstand had bezig gehouden. Prof. Stratingh zeide in zijn her denkingsrede o.a.: „Er waren er, die meen den, dat de landelijke stand niet genoeg vatbaar was om de diepe lessen der natuur en hare krachten te mogen kennen en dat zij gelukkiger haar plantenleven zou door sluimeren dan dat zij tot een volmaking zou worden opgewekt, die zij toch nimmer zou kunnen bereiken. Er zyn er evenwel ook, die vermeen en, dat deze stand een gelijke sanspraak heeft op de verplichtingen van den stedeling en evenzoo gevoel en behoefte «an het verhevene heeft als de zich maar aanmatigende stedelingen". De professor kiest een middenweg en zegt o.a.: „Afgezien van dit belangrijke ver schilpunt waarvan de waarheid mogelijk in het midden zal liggen". bi' den strijd om den zomertijd was het de toon der stedelingen, die zooveel kwaad bloed bij de boeren heeft gezet. Toen de wetgever de stedelijke bevolking tot een "leer natuurlijke levenswijze terug wilde brengen, had de boerenbevolking daarvan tast en nadeel. Doordat de stad dit niet er kende en op hoogen toon het platteland te recht wees, kwam er scherpte in het debat. Minister Treub sprak in den wereldoorlog geneigd, zyn voldoening vindend in het werk en niet in het vermaak. Wij moeten een le ven hebben, dat zich voor den eenvoud en de reinheid der natuur niet behoeft te scha men en een geweten, dat niet behoeft te vluchten voor de goddelijke werkelijkheid, die uit de natuur spreekt en die ons uit het Evangelie bekend is geworden. Geen enkel beroep biedt zulke goede kansen om een innerlijk rustig, gelukkig en rijk mensch te worden als dat van den boer en den tuinder en het is onze taak die kansen volledig te gebruiken. Wy moeten onderdanen van koningin Wil- helmina blijven, die ons zelf willen zijn en ons zelf willen blijven, wy hebben voort te bouwen aan eigen aard, eigen instellingen, eigen rechtsopvattingen, die van Nederland en van ons zelf zijn. Ook de boerenstand vertrouwt op eigen kracht en wil vrij zyn in zijn maatschappelijke bewegingen, in zyn geestelijk en politiek leven en staat op zyn recht, ook tegenover den Staat. Velen wil len in dezen tijd in troebel water visschen. Wij willen vry zijn en zelfstandige onder danen blyven van een vrij koninkrijk en niet de machteloos gebondenen van het een of ander maatschappelijke stelsel of van een staatsbegrip. Bij den strijd tegen wat verkeerd is en by het rechtzetten van wat scheef groeide moeten wy steunen op eigen kracht Wy moeten het niet van den Staat, van een party, een strooming of een beweging verwachten, maar in de allereerste plaats van onszelf als wy een betere en eervoller plaats in het natio nale leven willen hebben. Als wy volop boer zyn zullen wij een gepast standsge voel hebben en wegen vinden dat geor ganiseerd uit te leven. Zouden wy met ons groot organisatie-leven te laks, te kleingeloovig en te weinig zelfvertrou- wend zyn om ons zelf te helpen een rechtvaardige plaats in ons volksleven te verkrijgen? Neen, wy hebben onze algemeene en confessioneele landbouw organisaties, onzen bond Landbouw en Maatschappij, onze jongerenorganisaties en onze landbouwpers, wy hebben be kwame en toegewijde mannen en vrou wen en waar een wil is, daar is een weg. Wij komen er niet door machts spreuken en persoonsverheerlijking, maar door volhardenden, goed geleiden arbeid. Op het monument van den afsluitdijk staat: „Een volk, dat leeft, bouwt aan zyn toekomst". Er is een weg om het volk, dat nu nog meer oog heeft voor het grootache ingenieurswerk dan voor de grootheid van spa en ploeg, de oogen te openen voor de onvervangbare waarde van zyn boeren stand. Voor ons, Nederlandsche boeren, geldt het oude Geuzenlied: Helpt U self, so helpt U Godt Uit der tyrannen bandt en slot Benaude Nederlanden! In den Raad voor de luchtvaart we een lichaam zooals de Raad Scheepvaart. Het laatste ontwerpje had niet veel om het lijf; hier en daar worden eenige posten wat verhoogd, maar het was hoofdzakelijk een regularisatie-ontwerpje. Rede minister Colijn. Deze redevoeringen werden in een plech tige stemimng aangehoord. Merkwaardiger wijze volgde er geen applaus op. Interpellatie-aanvrage de la Bella. De heer de La Bella (S. D. A. P.) vroeg daarop aan de Kamer verlof tot de regee ring een interpellatie te mogen richtten met betreking tot de voorgenomen wijziging in de werkloozen-stèunregeling. Woensdae zou over dit verzoek worden beslist Militaire Huis te paard, rijden naast en achter de Staatsiekoets, volgens eene door den chef van het Militaire Huis aan te geven regeling; i. een commando cavalerie tot sluiting van den stoet. Artikel 4. De stoet zal ryden: door de Heulstraat, door het Lange Voorhout (Schelppad), over den Korten Vijverberg, naar het Binnenhof. Artikel 5. Te kwart vóór één zullen aan den in gang van de Ridderzaal aanwezig zijn de officieren der zeemacht van het Militaire Huis. Bij aankomst van den stoet aan de Rid derzaal zal de Koningin aan den ingang ontvangen worden door eene commissie uit de vergadering, die, voorafgegaan door den Eerste Kamerheer-Ceremoniemees ter, de acht kamerheeren, de grootofficie- rt en den opperceremoniemeester, Hare Majesteit geleidt naar den Koninklijken zetel. De grootmeesteres en de dienstdoende dame du palais, de chef van het Militaire Huis, de gouverneur der koninklijke resi dentie, de eerste stalmeester en de offi cieren van het Militaire Huis volgen onmiddellijk. Artikel 6. Zoodra de Koningin op den Troon is gezeten, en Prinses Juliana links van de Koningin heeft plaats genomen, plaatsen de grootmeesteres en de dienstdoende dame du palais zich ter zijde achter Hare Majesteit. De grootofficieren en de gouverneur der koninklijke residentie plaatsen zich ach ter den Koninklijken zetel. De eerste kamerheer-ceremoniemees ter, de eerste stalmeester en de acht ka merheeren plaatsen zich rechts, de offi cieren van het Militaire Huis links van den Troon. Artikel 7. Nadat de zitting door de Koningin is geopend, wordt Hoogstdezelve door de in art. 5 genoemde commissie, voorafgegaan door den opperceremoniemeester, naar de raai, voor de vermelde Vereenigde Verga dering niet geldig zijn. Deze mededeelingen strekken o. m. tot antwoord op de verzoeken van particu lieren om toegangskaarten, mondeling en schriftelijk bij het bureau der vergaderin gen ingekomen. DREIGEND CONFLICT IN DE WASCHINDUSTRIE TE GOUDA. Gistermiddag heeft te Den Haag een tweede conferentie in zake het dreigend conflict in de Waschindustrie te Gouda plaats gehad onder leiding van den rijks bemiddelaar prof. mr. A. C. Josephus Jitta. De ryksbemiddelaar heeft zijn voorstel van Vrijdag j.1. gehandhaafd, na het op een punt verduidelijkt en aangevuld te hebben. Uiterlijk Donderdagavond a.s. zullen de partijen een beslissing nemen. DE BEKENTENIS VAN DEN 19-JARIGEN JONGEN. Die zijn ex-leeraar voor 30.000 oplichtte. Dezer dagen is zooals wy meldden, door de recherche van het hoofdbureau te Am sterdam een 19-jarige jongen, een „koop man in stoffen" gearresteerd, die ervan werd verdacht een godsdienstleeraar voor meer dan 30.000 te hebben opgelicht. Aanvankelijk had de jongen verteld, dat hij namens een commissie was opgetreden, die werkte voor het eerherstel van den godsdienstleeraar, die twee jaar geleden door het bestuur was ontslagen. Hij had verschillende brieven en opdrachten aan den leeraar getoond, die door de comité leden zouden zijn geschreven. De jongen heeft zoowel voor de politie als voor den rechtercommissaris mr. Huls- mann een volledige bekentenis afgelegd. Het comité bestond slechts in zijn fantasie. VLISSINGEN ZONDER WETHOUDERS. Spoedvergadering van den raad. De gemeente Vlissingen verkeert op het Het programma voor de opening. In de Staatscourant van gisteren is op genomen het programma voor de opening van de zitting der Staten-Generaal te 's-Gravenhage, op Dinsdag 15 September aanstaande. Dit programma luidt als volgt: Artikel 1. Des namiddags te half één zullen de leden der Staten-Generaal in vereenigde vergadering in de Ridderzaal op het Bin nenhof te zamen komen, onder leiding van den door Hare Majesteit de Koningin benoemden voorzitter van de Eerste Ka mer. Artikel 2. De ministers hoofden van ministe rieele departementen en de leden van den Raad van State zullen zich, des na middags te één, mede in die zaal vereeni- geix Artikel 3. Ten einde de zitting der Staten-Gene raal te openen, zal Hare Majesteit de Ko ningin te één uur met den volgenden stoet van het Koninklijk Paleis af ryden: a. een commando cavalerie tot opening van den stoet; b. een ryknecht-majoor en twee rij knechts te paard; c. de eerste kamsrheer-ceremoniemees- ter, gezeten in een rijtuig, met twee paar den bespannen, gaande één lakei naast elk portier; d. acht kamerheeren, gezeten in twee rijtuigen, elk met twee paarden bespan nen, gaande één lakei naast elk portier; e. de grootofficieren, volgens rang van benoeming gezeten in twee rijtuigen, elk met twee paarden bespannen, gaande twee lakeien naast elk portier; f. de grootmeesteres en de dienstdoen de dame du palais, gezeten in een rijtuig, met twee paarden bespannen, gaande twee lakeien naast elk portier; g. de opperceremoniemeester, gezeten in een rijtuig, met twee paarden bespan nen, gaande twee lakeien naast elk por tier; h. de Koningin, vergezeld van prinses Juliana, gezeten in een Staatsiekoets, met acht paarden bespannen, gaande één koet sier naast elk paard en vier lakeien aan elke zijde van de koets. De chef van het militaire huis en de gouverneur der koninklijke residentie, te Na deze lezing werd gezamenlijk thee ge- Van boeren die broodkoren met glasscher- I dronken, waarna de bondsvoorzitter met ven hadden gemengd om het niet aan de re- woorden van dank aan de gastvrouwen en I gouverneur oer Konuin.ujiie lemueiine, i «Wring te moeten afstaan. In Nieuw-Buinen aan de aanwezigen en een opwekking om paard, rijden respectievelijk ter ree er awnmigè veldwegen^ verhard met (te-1 dezen d« e]k jeep te pe.er.ee,en de bSee„- en to ™de sU.tstekoet., eelt ^V«l, dat met de wielen der oogstwagens °P den dorschvloer kwam en de fabel wis Schoren. Maar de stadsbevolking riep ach en tt"ee over een gebrek aan gemeenschapszin, ^'e het zeker niet in meerdere mate bezit. Er wordt met twee maten gemeten. In den oorlogstijd vond men het na- tuurlyk, dat de Staat ten algemeenen nutte over het bezit van den boer be schikte. Nu in crisistijd de boer een contra-prestatie vraagt vinden velen dit ongehoord, dragen morrend de lasten der crisiswetgeving en zouden nog lie ver het goedkoope product van buiten- landschen bodem gebruiken. Dat is kort zichtig en egoïstisch en zet den wrok in de boerenharten. Een eeuwenoude grief is de overschatting van de beteekenis van handel en industrie de onderschatting van de beteekenis van d«n landbouw. Niemand weet wat uit den huidigen onrustigen tijd kan voortkomen. «n andere staatsvorm heeft in Duitschland en boer economisch en cultureel in het mid den der openbare belangstelling geplaatst en 0ok de prijzen welke de boeren daar ont- ^angen brengen beroering in den boeren- ^d. Over onze zuidergrenzen wonen vol- komst sloot. Eerste Kamer Toen de Eerste Kamer in 't laatst van Juli met vacantie ging, kondigde de voorzit ter aan, dat hy haar in het begin van Sep tember voor het einde van het zittingsjaar voor de afdoening van enkele wetsontwer pen nog bijeen zou moeten roepen. Welnu, gisteravond heeft de Senaat, ter wijl er in de residentie een vreugdevolle stemming heerschte wegens de verloving van de Prinses een drietal ontwerpen afge daan. Zy zijn kortweg afgehandeld; er was in de „stukken" trouwens maar heel weinig over gezegd. Van de stemming in de stad was iets overgewaaid naar de deftige Senaatszaal. Het was ontzaglijk vol op de publieke tribune met feestelijk vol oranje getinde menschen, die ter vergadering waren ge togen in de verwachting „dat er wel eens iets gebeuren zou". Zij zyn in hun verwach tingen niet bedrogen. De aanwezigheid van bijna alle ministers dr. Deckers en jhr. de Graaf alleen ontbraken deed al zoo iets vermoeden. Onmiddellijk na het voorlezen der inge komen stukken, nam de voorzitter 't woord De officieren der landmacht van het imoi ut oogenblik in de wel zeer uitzonderlijke posi- ontvangkamer geleid. De eerste kamer- tie, dat geen enkele wethouder in functie is. heer-ceremoniemeester en de acht kamer heeren gaan den opperceremoniemeester vooraf tot aan de ingangsdeur van de vergaderzaal, waarna zy zich met de overige in art. 5 genoemde personen, die Hare Majesteit gevolgd zijn, naar de voor he:i bestemde ontvangkamer begeven. Artikel 8. De Koningin keert naar het Koninklijk Paleis terug met den stoet, waarmede Hoogstdezelve is gekomen, en in de bij artikel 3 vermelde orde, waarbij de vol gende weg zal worden genomen: van het Binnenhof, over den Korten Vijverberg, door het Lange Voorhout (Schelppad), door de Heulstraat, naar het Koninklijk Paleis. Artikel 9. Van het oogenblik af, waarop de Ko ningin het Koninklijk Paleis verlaat ter opening van de zitting der Staten-Gene raal, tot dat, waarop Hoogstdezelve in het Paleis is teruggekeerd, worden minuut- schoten gelo6t. Wie toegang hebben. De voorzitter van de vereenigde verga dering der Staten-Generaal, die tot ope ning van de zitting 19361937 op Dins dag 15 September 1936 zal worden ge houden in de Ridderzaal op het Binnen hof, geeft bij dezen kennis: le. dat behalve zij, die ambtshalve recht van toegang hebben, niemand zal worden toegelaten, tenzij voorzien van een toe gangskaart. Ten einde de strikte handhaving dezer bepaling te bevorderen, zal deze kaart bij den daarop aangeduiden ingang van het gebouw moeten worden vertoond aan de zich aldaar bevindende ambtenaren van politie, die zullen worden bijgestaan door boden der Eerste en der Tweede Kamer; 2e. dat hun, die op hun toegangskaart tot het gebouw zijn toegelaten, verzocht wordt zich bij hun komst in de Ridder zaal zonder verwijl naar de voor hen be stemde plaatsen te begeven en hun plaats niet te verlaten vóórdat de vergadering door den Voorzitter is gesloten; 3e. dat de toegang tot het gebouw ge opend is van 11 uur des voormiddags af; 4e. dat de toegang voor genoodigden na 12 uur zal gesloten worden; 5e. dat voor het publiek een bepaald aantal plaatsen beschikbaar is op de tri bune; 6e. dat aangezien de overigens nog be schikbare ruimte het niet toelaat, verzoe ken om toegangskaarten voor de boven genoemde Vereenigde Vergadering onmo gelijk kunnen worden ingewilligd; 7e. dat alle doorloopende en andere kaarten, afgegeven tot toegang voor de vergaderingen van de Eerste Kamer en tot de Tweede Kamer der Staten-Gene- De wethouder van financiën en sociale zaken heeft met het oog op de gebeurte nissen bij het Crisiscomité en Maatschappe lijk Hulpbetoon nog steeds zyn werkzaam heden niet hervat; de wethouder van Pu blieke Werken, de heer J. de Meij, kwam verleden week op tragische wijze om het leven, terwijl de overgebleven derde wet houder van onderwijs, de heer W. Edelman, momenteel ziek is. Met het oog hierop heeft de burgemeester voor a.s. Vrijdag een spoedvergadering van den raad uitgeschreven om een tijdelijken wethouder aan te wijzen in de vacature-De Meij, die dan in de op 25 September te hou den raadsvergadering pas definitief kan worden benoemd. CHR. WERKGEVERSVEREENIGING. Algemeene ledenvergadering te Den Haag. Vandaag is in hotel Wittebrug te Den Haag de jaarlijksche algemeene ledenver gadering gehouden van de christelijke wers- geversvereeniging (vereeniging van chr. werkgevers en groothandelaren in Neder land), onder voorzitterschap van den heer F. L. van der Bom, die in zijn openingsrede sprak over de ineenstorting van vele bedrij ven. In het bijzonder stond spr. stil bij de stijgende werkloosheid. Allereerst komt de vraag naar voren, of wjj onze taak als leiders in juist verband met het geheel bezien. In het bijzonder geldt dit den christen-werkgever. Spr. stelde daarna de vraag, of wij tot anderen productievorm moeten komen. De beginselverklaring der vereeniging laat daartoe den weg open, waarbij tegelijk wordt gewaarschuwd, dat door de werking der zonde elke productiewijze tot misstan den aanleiding geeft. Naar het persoonlijk inzicht van spr. is sanctionneering vanwege de overheid hier noodzakelijk. Besprekingen en overleggingen zijn noo- dig, doch met het oog op onze roeping als christen wees spr. er op, dat wij van dag tot dag op onszelf hebben toe te zien. DE WELDADIGHEIDSPOSTZEGELS EN PRENTBRIEFKAARTEN VOOR HET KIND. Verdeeling der opbrengst. Er wordt bijna 140.000 uitge keerd. Na verkregen goedkeuring van den mi nister van binnenlandsche zaken zal de Ne derlandsche Bond tot Kinderbescherming dezer dagenaan de deelgerechtigde instellin gen het haar toekomende aandeel in de op brengst overmaken. Uitgekeerd wordt aan 348 instellingen voor kinderbescherming tezamen 139.775.84 (vorig jaar 122.116.45). 171. Die eene bij gaat dan met zijn voorpooten op het plankje staan en blijft daar een poosje zoemen. Dit doen ze om te laten merken dat ze hun nieuwe woning pret tig vinden. En de professor ging op zijn handen staan om te laten zien hoe de byen doen. 172. Bij een bloem liet professor Slim zien hoe de bijen nu de honig uit de kelkjes zogen met behulp van een dun lang zuigbuisje dat tot in het hartje van de bloem kelk doordrong. Hiermee vlogep ze dan naar de korf terug.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1936 | | pagina 7