Minister van Lidth de Jeude geprezen. NEDERLAND IN SMNNING PARLEMENT De waterstaatsbegrooting in de Tweede Kamer. Restant onderwijsbegroting afgedaan. Q)e qtoote 4tacUo- qeboiüvtms ZAL DOOR HÉÉL GEVOLGD WORDEN I Olimlachjt jlfeuilleton door R1CHARD STARR Vertaald door A. RIEWERD. (Van onzen parlementairen medewerker.) De Tweede Kamer heeft gistermiddag eerst een restant van de behandeling van de tegrooting voor onderwijs afgedaan, name lijk de door mevr. Bakker-Nort (v.d.) inge diende motie, waarin de Kamer den minis ter verzoekt de mogelijkheid te overwegen, alsnog terug te komen op het besluit tot op heffing van de Rijkskweekschool te Oost burg in Zeeuwsch-Vlaanderen. Nadat de heeren Suring (r.k.), Tilanus (c.h.) en van Dijken (a r.) verklaard had den, dat hun fracties zouden tegenstemmen, o.m. op grond van de verbreking van het verband, dat de regeering bij de opheffing van een aantal kweekscholen had gelegd, werd deze motie met 39 tegen 38 stemmen aangenomen. Op het kantje af! De heer Kersten (s.g.p.) schaarde zich bij de voorstemmers, die bestonden uit de ge- heele linkerzijde met de heeren Lingbeek (st.g.s.) en van Houten (c.d.u.) De heer Westerman (ex-nat. herstel) stemde voor. Daarop werd nóg een restant afgedaan, namelijk van het wetsontwerp tot verlenging en wijziging van het aan de Nederlandsche Bank verleende octrooi, waarvan de behan deling op 18 Nov., in verband met een paar amendementen van de heeren van der Waer- den (s.d.) en IJsselmuiden (r.k.) werd uit gesteld. Na verloop van een paar weken verscheen een nota van wijziging, waarover de minis ter eerst overleg had moeten plegen met He Bank-directie, waarvan het resultaat was, dat mr. Oud in belangrijke mate aan de wen- schen der genoemde heeren kon tegemoet komen. Dezen waren daarmee content, al hoewel niet geheel voldaan; in elk geval trokken zij gisteren, na een kort debat, hun amendementen in. De nota van wijziging komt op het volgende neer: Voor wat betreft den termijn, welke dient te verloopen tusschen den datum van op zegging en dien van de beëindiging van Let octrooi, wordt thans voorgesteld dezen terug te brengen van vijf jaren tot drie jaren. (De heer van der Waerden had 2 jaren gewild.) Wat aangaat de wijze van verdeelen van de algemeene reserve bij de beëindiging van het octrooi der Bank was het, in het wets ontwerp opgenomen, voorstel, het reserve fonds voor de helft ten voordeele van den Staat te doen komen en de andere helft ten bate van de Bank te brengen. De minister wijzigde het in dien zien, dat de verdee ling op de zooeven aangegeven wijze wordt beperkt tot de eerste 10 millioen van de re serve. Hetgeen het reservefonds bij de ver deeling meer zal bevatten dan 10 millioen zal voor 3/4 aan den Staat en voor 1/4 ge deelte aan de Bank komen. (De heer IJssel muiden had liever hiervoor de cijfers 7/8 en 1 8 gehad.) Andere sprekers dan de voorstellers der amendementen waren er niet, zoodat de mi nister er met een kort speechje afkwam, waarna de wijzigingen en het ontwerp z.h.st. werden goedgekeurd. Waterstaatsbegrooting. Daarna maakte de Kamer een aanvang met de behandeling van de Waterstaatsbe grooting voor 1937. Sedert er de laatste ja ren belangrijke onderwerpen, zooals de we genbouw op groote schaal en de verkeers- aangelegenheden hoewel ze voor een groot deel naar het Verkeersfonds zijn over geheveld zijn bijgekomen, is de belang stelling voor plaatselijke- of streekbelangen niet zoo opvallend meer, wat niet wegneemt, dat zij ook in dit debat niet werden ver waarloosd. B(j de algemeene beschouwingen hadden de belangstelling onderwerpen zooals de lintbebouwing; verbetering van het ver keerstoezicht, in het belang van de veilig heid van het verkeer; bestraffing van ver- keersdelinquenten; het opnemen óók van loonbepalingen in collectieve arbeidsover eenkomsten in Rijksbestekken; de boekin gen van uitgaven op den kapitaaldienst, wel ke men liever op den gewonen dienst had zien gebracht uniformiteit in verkeersbepa- lingen en dan de gebruikelijke personeels kwesties, bv. lange diensttijden (voor sluis- en brugwachters), de personeelsformatie e.d. Er was dus weer critiek, maar zeer wel willende. In tijden hebben wij niet zoo al gemeen aan een minister hulde hooren be tuigen voor beleid en voortvarendheid als aan dezen beheerder van het departement van waterstaat, jhr. ir. van Lidth de Jeude! De heer Krijger (c.h.) ging zelfs zoover met de hoop uit te spreken, dat de politieke toestand zich zóó zou ontwikkelen, dat deze bewindsman na de verkiezingen zou kunnen wederkeeren in zyn ambt aan dit departe ment. Op een hevig verlangen naar de coa litie wijst deze wensch niet; bij de chr.-hist. is die begeerte de laatste jaren nooit fel ge weest. Minister van Lidth de Jeude besprak eerst de bezwaren van o.a. de heeren Bongaerts (r.k.), Rutgers van Rozenburg (c.h.) en van Kempen (v.b.) tegen de boekingen op den kapitaaldienst. Hy kon de bezwaren met be trekking tot een zwaardere belasting voor het nageslacht wel begrijpen, doch het geko zen stelsel, omdat juist langen tijd van den wegenbouw wordt geprofiteerd, niet verder felijk vinden. Het houdt voorts verband met den spoed, welke wordt verlangd en met het streven naar werkverruiming. Aan diverse personeelskwesties wordt aan dacht geschonken, gelijk de minister in de memorie van antwoord reeds mededeeld». Over de dienst- en rusttijden van sluis- en brugwachters zal hy zijn gedachten nog eens laten gaan, verklaarde hij aan den heer van Braambeek (s.d.) Aan de commissie voor de waterstaatswet geving werd opdracht tot een onderzoek van een nieuw ontwerp-lintbebouwing gegeven. Een wetsontwerp heeft reeds verschillende instanties doorloopen; ook met sociale zaken is overleg gepleegd, voorzoover de woning bouw erbij betrokken was. De minister ver trouwde, dat een ontwerp over enkele da gen kan verschijnen. De taak welke de minister aan de op 12 Juli 1936 by Kon. besluit ingestelde Rijks verkeersinspectie toevertrouwde, was opzet telijk zoo ruim gesteld, teneinde op alle ver- keersvoorschriften toezicht te kunnen uit oefenen. Om de naleving van die voorschrif ten te verzekeren, moet men niet al te zui nig zyn. De minister bleef tegenover den heer Rut gers van Rozenburg volhouden, dat een ma ximumstraf van 10 jaar intrekking van het rijbewys, voor recidivisten, zwaar ge noeg is; levenslange intrekking vond hij niet noodig. By de afdeeling „Waterstaat" deden plaats- en streekbelangen weer hun rechten gelden. Noordhollandsche waren daarbij niet betrokken. Wy bleven in Zeeland, Bra bant, Overysel en in het hooge Noorden. Van meer dan plaatselijk belang is de af slag van de duinen op Ameland. De minister stelde de heeren Ebels (v.d.) en Louwes (v.b.) daaromtrent gerust; de afneming is niet onrustbarend en het Rijk zorgt goed voor die duinen, waaraan het 579 per K.M. per jaar ten koste legt, op één na het hoogste bedrag voor duinherstel (het hoog ste is 589 per K.M.) Voor de zeedijken zorgt het Rijk eveneens. By de afd. „Mijnwezen" werden den mi nister verwijten gemaakt over haar deels af wachtende, deels afwijzende houding met betrekking tot de saneering van den kolen handel en de ordening van het mijnbedrijf. Kon de heer Krijger (c.h.) deze houding billijken en vroeg hij zich af, in hoever het rapport van oud-minister Verschuur kon worden gehandhaafd, mocht de heer Schilt- huis (v.d.) verzet aanteekenen tegen den dwang, welke, volgens dit rapport, ter sa- i "Jiaub hniMcLujamotul liQeamie* a-i- VRUf neering van den kolenhandel, zou moeten worden opgelegd, verscheidene andere sprekers weren ontevreden over den gang van zaken. Vastknoopend aan de uitlating van mr. Verschuur, dat het mijnbedrijf bij uitstek geschikt is voor een bedrijfsraad, werd gepleit voor saneering en ordening en instelling van een bedrijfsraad; voorts voor verbetering van de loonen en pensioenen der mijnwerkers en inzonderheid voor de sa neering van den kolenhandel, waarin de kleintjes verdrukt worden door de grooten. Het waren voornamelijk de heeren van Dijken (a.r.), Amelink (a.r.), Bongaerts (r.k.), van der Waerden (s.d.), Hermans (r.k.) en Drop (s.d.), die uiting gaven aan hun ordeningsstreven, de laatste drie met meer kracht en meer geporteerd vcor een bedrijfsraad. Uit het antwoord van minister van Lidth de Jeude bleek, dat hij ook niet afkeerig is van een bedrijfsraad voor het mijnbedrijf. Ook hy verheugde zich over de verbetering in onze mijn-industrie, die technisch zoo uit nemend geoutilleerd is. De marge tusschen den kostprijs en den verkoopprijs biedt de mogelijkheid tot saneering van het distri butiebedrijf, dank zy de rationalisatie. Aan de belanghebbenden kan men de ordening overlaten. Het geldt twee gelijkwaardige partijen, waarvan de Staatsmijnen en de ko- lenconventie deel uitmaken, zoodat de re geering indirect haar invloed kan doen gel den, wat zij zeker ook zal doen om de noo- dige correctieven aan te brengen. Verkeersfonds. Om 11 uur werd, na een kort debatje over het Staatsvisschershavenbedrijf te Llmuiden tusschen den heer van Dis (s.g.p.) en den minister over aan der> afslag geweigerde vischventers, doorgegaan met de begrooting van het verkeersfonds voor 1937. De heer Krijger (c.h.) wenschte bij de coördinatie van het verkeer ook de binnen scheepvaart en de beurtvaart te betrekken; de heer Duymaer van Twist (a.r.) klaagde over de deloyale concurrentie, welke de Spoorwegen (o.a. door de A.T.O.) aan de binnenscheepvaart en de vrachtauto-diensten aandoen. De heer Ebels (v.d.) achtte het gewenscht, dat de aangekondigde wetsontwerpen tot re geling van het personen- en goederenver keer tegelijk zouden kunnen worden behan deld. De druk op het motorverkeer was z.i. te zwaar; er moet meer evenredigheid ko men tusschen de motorbelasting en het ge bruik, dat van den weg wordt gemaakt. Overigens vond hij dat het westen des lands ten aanzien van de „buitengewesten" wer den bevoordeeld. De heer Bongaerts (r.k.) zag zijn Limbutg ten aanzien van den bruggenbouw ten ach ter gesteld bij andere streken des lands. De coördinatie van het verkeer noemde hij sub ordinatie; wij zijn op weg naar een conces siestelsel. Om uit die moeilijkheid te gera ken bepleitte hij de oprichting van een weg- vervoer-maatschappy onder toezicht der re geering, waarin alle vervoersondernemin gen zouden kunnen worden opgenomen. Wat de motorrijtuigenbelasting betreft, bleek de heer J. ter Laan (s.d.) het met den heer Ebels eens te zijn. Hij vond die veel te hoog en zou een enkele benzine-belasting het billijkst achten. De heer van Kempen (v.b.) uitte eenzelf- Donderdag 10 December. HILVERSUM, 301 M. (AVRO uitz.) 8.Gr.pl. 10.Morgenwijding. 10.15 Gr.pl. 11.Causerie: Hoe zeg gen wy het. 11.30 Lyra-trio. 12.15 Orgelspel. 12.45 Gr.pl. 1.15 Het Om roeporkest. 2.Deel. 2.20 Het Omroeporkest. 3.Naaicursus. 3.45 Gr.pl. 4.Voor zieken en ouden van dagen. 4.30 Gr.pl. 4.50 Voor de kinderen. 5.30 Het Omroeporkest. 8.30 Sportpr. 7.Voor de kinderen. 7.05 Gr.pl. 7.15 Z.Exc. mr. J. A. de Wilde spreekt over Weldadigheids postzegels. 7.20 Gr.pl. 7.30 Engel- sche les. 8.ANP-ber. Hierna Con certgebouworkest, Toonkunstkoor en solisten. In de pauze radio- tooneel. 10.30 Gr.pl. 11.ANP-ber. Hierna tot 12.Avro-dansorkest. HILVERSUM, 1875 M. (8.—9.15 en 11.—2.— KRO, de NCRV van 10 11.en 2.11.30 uur). 8.9.15 en 10.Gr.pl. 10.15 Morgendienst. 10.45 Gr.pl. 11.30—12— Godsd. halfuur. 12.15 KRO-orkest en gr.pl. 2.Handwerkcursus. 3.3.45 Gr.pl. 4.Bijbellezing. 5.Cursus han denarbeid v. d. jeugd. 5.30 Cello en piano. 6.15 Gr.pl. 6.45 CNV-kwar- tiertje. 7.Ber. 7.15 Z. Exc. mr. J. A de Wilde spreekt over Weldadig heidspostzegels. 7.20 Gr.pl. 7.30 Sportpr. 8.ANP-ber. 8.15 Ad- ventsklanken mmv. solisten, Chr. Orat. Vereen. „Oefening en Stich ting", Nederl. Kamerorkest en orgel. 10.15 ANP-ber. 10.20—11.30 Gr.pl. Hierna Schriftlezing. DROITWICH, 1500 M. 11.1511.50 Gr.pl. 12.10 BBC-Welsch-orkest m. m. v. solist. 1.05 Alt en sopraan. 1.352.20 Dansmuziek (gr.pl.) 3.35 Sted. orkest Bournemouth m. m. v. solist. 5.05 Gr.pL 5.35 Lou Preager en zyn Band. 6.20 Ber. 6.40 Boek bespreking. 7.Variété-progr. 7.50 BBC-Schotsch-orkest. 8.50 Free Man versus the State, causerie. 9.20 Ber. 9.40 Literaire causerie. 10. Jazzprogr. 10.20 Korte kerkdienst. 10.40 Literair-muzikaal programma. 11— Twee violen en cembalo. 11.35 LewStone en zijn Band. 11.5012.20 Dansmuziek (gr.pl.) RADIO PARIS, 1648 M. 7.20 en 8.40 Gr.pl. 11.20 Omroeporkest. 2.50 Gr. pl. 4.20 Zang. 5.20 Radio-tooneeL 820 Vocaal kwartet en solist. 9.05 Nat. orkest. 11.2012.35 Pascal- dansorkest. KEULEN, 456 M. 5.50 SA-orkest. 7.508.20 Westduitsch Kamerorkest. 9.20 Volksliederenconcert. 11.20 Or kestconcert. 12.35 Omroep-amuse- mentsorkest 1.35 Gevar. concert 3.20 Omroepkleinorkest. 4.35 Volks liederenconcert. 5.40 Omroeporkest. 7.10 Rep. 9.5011.20 Omroepklein orkest. BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.: 12.20 Gr.pl. 12.50 Salonorkest. 1.05 Cabaret. 1.15 Salonorkest. 1.30 Kleinorkest. 1.50 Cabaret. 2—2.20 Gr.pl. 5.20 Kleinorkest. 6.50 en 7.20 Gr.pl. 8.20 Omroeporkest. 10.30— 11.20 Gr.pl. 484 M.: 12.20 Gr.pL 12.50 Kleinorkest. 1.302.20 Gr.pL 5.20 Omroeporkest. 6.35 en 7.35 Gr. pl. 8.20 Omroepsymph.-orkest. 10.30 —11.20 Gr.pl. DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 7.20 Rep. 9.20 Ber. 9.50 Het Hartig- trio. 10.05 Weerber. 10.20—11.20 Barnabas von Geczy's orkest. t GEMEENTELIJKE RADIO DISTRIBUTIE. Lijn 1: Hilversum. Lijn 2: Hilversum. Lijn 3: Keulen 8.9.50, Luxem burg 9.50—11.20, Parijs R. 11.20— 13.05, Brussel VI. 13.0514.20, Lu xemburg 14.2014.55, Parijs Radio 14.5S—15.50, Lond. Reg. 15.50 16.50, Parijs R. 16.50—17.20, Brussel VI. 17.20—18.50, Brussel Fr. 18.50 19.20. Berlyn 19.2021.05, Parijs R. 21.05—24.—. Lijn 4: Brussel VI. 8.9.20, Nor- mandie 9.20—10.35, Lond. Reg. 10.35 —15.35, Droitwich 15.35—18.20, Luxemburg 18.2019—, Droitwich 19—20.55, Boedapest 20.55—21.20, Droitwich 21.2021.40, Brussel Fr. 21.40—22.20, Droitwich 22.20—22.45, Lond. Reg. 22.45—24.—, de klacht Zitten we met deze belasting al lang niet aan het plafond? vroeg hij. Moet de benzinebelasting niet worden verlaagd, nu door de devaluatie de benzineprijs is verhoogd? Hoe denkt de minister over we- genbelastingkaarten voor één of twee maan den? Zou het motorverkeer daardoor niet worden gestimuleerd? Allemaal vragen lie bij dezen afgevaardigde opkwamen en bij hem niet alleen. De heer van Dis (st.g.p.) bepleitte een ab solute Zondagsrust en wenschte algehevle stopzetting van alle openbare vervoermid delen op Zondag, hetgeen den heer Duymaer van Twist (a.r.) de interruptie ontlokte: „Ds. Kersten reist zelf op Zondag!" De heer Louwes (v.b.) zette uiteen, dat wat de heer van Dis wilde, in den modernen tijd, die wel heel ver van dien van het Oude Testament afligt, absoluut onmogelijk is. De heer van Dijk (a.r.) tenslotte waar schuwde tegen misbruik van het concessie stelsel ten bate van de A.T.O. De minister kwam om 12.45 uur aan het woord. Hij zou zyn rede vandaag voortzet ten. Er werd slechts een begin aan gemaakt om verdere sprekers af te sluiten. EERSTE KAMER. De Eerste Kamer is ook nog even bijeen geweest. In de korte avondvergadering van gisteren stonden op de agenda de begroo ting van het Staatsbedrijf der Algemeene Landsdrukkerij voor 1937; een wijziging van de wet op de Inkomstenbelasting 1914 en van de successiewet (waardoor deelgerechtigden in bedrijfsfondsen belastbaar worden); het ontwerp houdende regelen omtrent het be trekken van electriciteit uit het buitenland (waarvoor een vergunning noodig zal zyn) en de goedkeuring van het Neder landsch Duitsche verdrag nopens de regeling van het goederenverkeer voor het jaar 1934 op 23 Dec. 1935 te Berlijn gesloten. Er werd geen discussie gehouden. Zonder hoofdelijke stemmingen gingen deze wets ontwerpen onder den hamer door. De Eerste Kamer houdt zich deze weck verder bezig met afdeelings-ondesKgfc o.a. de Ryksbegrooting (de algemeene beschou wingen) zyn aan de beurt. Hier zyn de costuums voor de twaalf girls. 22) „Nu, de ooms waren nog zoo kwaad niet, dat durf ik wel te beweren, kind. Maar ze zijn allebei getrouwd. Bewaar me voor ooms. De kinderen waren woestelingen. Het jong ste meisje van vyf moest het bepaald van mij hebben. Smeerde mijn beste zijden blouse vol jam, en veegde haar schoenen af aan een nieuw paar kousen van twee vijf en negentig, tot ze er uitzagen, alsof honden er om gevochten hadden. De jongen ging op mijn lakschoenen staan en bleef maar zeuren, of ik mijn gezicht had ge verfd. Dat had ik werkelijk. Mijn hemel, de ooms waren de eenige beschaafde men- schen". „Hoe was zijn moeder?" „Dat is een schat. Natuurlijk denkt ze, dat haar zoon een soort van sir Lancelot of the Lake is, maar dat komt er niet op aan". „Bedoel je, dat je nu verloofd bent?" „Neen. Zoo ver kwam het niet. Ik stelde het uit, maar heb, geloof ik, de mogelijk heid ervan open gehouden. Het kan nu elk oogenblik gebeuren. En ik weet niet, wat ik moet doen, Tess. Ik zeg je, dat ik het niet weet Ik ben ziek van het gepieker erover. Ik stond hem toe, my te zoenen gisteravond. Eerste keer". „Ha", gichelde Tessa. „Vond je het pret tig, Pet?" „Wel, ik gaf er niets om, gekke meid, en had er ook niets van verwacht. Het liet me ijskoud. Maar wat moet 'n meisje doen? Zeg me dat eens. Ik moet een man hebben. Ik ben vier en twintig, en misschien krijg ik nooit weer een kans, als ik dit afsla". „Maar Pet, je houdt niet van hem! Dat kan niet, als je er zoo over denkt". „Ach, ik zou wel eens willen weten, wat liefde er op aan komt? Meisjes als wij zyn hier niet op haar plaats, en de liefde maakt maar domkoppen van ons. Ik kom uit Poplar. Jij uit West Ham. Mary Frost is uit Hoxton Belle, en Belinda Mulrooney's va der verkoopt groenten in een stalletje in New Cut. Wy tearoom-meisjes zijn hier bo ven onzen stand. In werkelijkheid behoo- ren we tot den fabrieksstand, niet tot den kantoorstand, zooals de meeste meisjes, die hier als klant komen. Als we in West Ham enzoovoort waren ge bleven, zouden we in onzen eigen stand getrouwd zijn. Maar als we deze uniform aan hebben en wat gedrild zijn, zien we er net eender uit als de kantoormeisjes. En sommigen van ons leeren aardig praten ook. Kijk maar naar jou. Niemand zou jou van een kantoormeisje onderscheiden. Om de waarheid te zeggen, is die An- struther-jongen een strop voor mij. Ik moest dol gelukkig met hem zyn. Maar dat is het nu juist. Telkens komt er hier een man binnenstappen voor een kop koffie, die hoog boven de anderen staat, en natuurlijk bezwijken wy juist voor zoo'n man. En dat doet ons goed. Zij praten met ons en vroo- lyken ons op. Soms vragen ze ons een keer of wat mee uit, als we daarop gesteld zijn. Maar dat is dan ook alles. Zij zullen nooit over een huwelijk met ons praten, en waarom ook? Zy zyn heeren, en wij alleen maar alleen maar „De hoi polloi", viel Tessa in. „Lieve deugd, wat is de hoi polloi, kind? Is het iets om te eten?" „Het beteekent: de gewone kudde", zei Tessa. „Het is Latijn". „Je begrijpt, wat ik bedoel, Tess. Hier zit ik nu met deze kans. En ik moest die met beide handen aangrijpen. In plaats daar van kan ik maar niet tot een besluit komen, en voel er me zoo gelukkig onder als een natte kip". „Het is niet billijk, Pet", zei Tessa bijna heftig. „Je bent mooi, en je bent een schat. Die half-was is niet goed genoeg voor jou". „Och, hij is toch wel goed genoeg voor my", zei Pet vermoeid. „Hy is beter dan wie ook, dien ik in Poplar zou hebben ge kregen, in aanmerking genomen, dat mijn vader nu ja, het komt er niet op aan, wat hij was. Hij was niet veel". „Het komt er geen steek op aan, wat Je vader was", zei Tessa warm. „Wat jij bent, telt alleen mee". „Nu, Anstruther is klerk bij een verzeke ring, en dat is heel aardig, zeggen ze". „Lieve help! riep Tessa. „Ik ga vanavond uit met een klerk bij een verzekering". „Prachtig voor je, kind! Is dat die fync mijnheer met die lange auto?" .O neen, die niet", zei Tessa haastig. „Dit is mr. Banks, die in hetzelfde huis woont als ik. Wil me vanavond meenemen naar een theater. Hy heeft pracht plaatsen". „Je blijft er aan hangen, kind" zei Pet. „Het is niet goed, te hoog te willen reiken. Het maakt den val maar dieper". „Je denkt aan dien grooten lummel van je, is het niet, Pet?" „Reken maar", zei Pet Peil. „Ik zou wel eens willed weten, of ieder meisje met den eenen man trouwt, terwyl ze haar heele verdere leven aan een anderen denkt? Het leven is me wat voor een werkend meisje! Maar ik ben vier en twintig en niet van plan, mij op myn leeftijd aan te stellen als een gek. Ik ga mijn schoenen onder An- stuthers kleerkast stoppen. Ziezoo". Tessa vond het werkelijk jammer. Het deed haar gevoel voor wat wel en wat met gepast was geweld aan, zich Pet Peil voor te stellen als getrouwd met de vry onbe duidende persoonlijkheid zonder kin, ge naamd Anstruther. Omdat Pet er in haar zedige zwart- en witte uniform voor iederen man aantrekkelijk uitzag. Zij meende, dat Pet, als zy behoorlijk gekleed zou zijn, als een echte schoonheid zou uitblinken. Op het drukste uur van den dag ging Tessa weg en begaf zich naar Norrington Square, dat, naar zij bemerkte, in het Bloomsbury-deel lag. Het was een donker, oud huis op een donker plein. Zy liep het huis drie keer voorbij, voordat zy genoeg moed had verzameld, om aan te bellen. Zij had haar uniform in een stuk bruin papier by zich, maar er was niets te bespeuren van andere meisjes, en zy wist, dat het dus geen werkje was voor den Vliegenden Troep. „Het is een valstrik", dacht ze by zich zelf. „Net als met dien sigarenkoker van Jimmy Turner. Dit huis staat my niets aan In zoon huis kan van alles gebeuren. Wan- gemaaktr^n r*men laaUt Z*n 'choon- Zii herinnerde ™h. dat de brief of- van deWfl8„KaeWee8t' *2 van het hoofdbureau van de firma was gekomen. Ki u'illdi?1uk 661(16 aan en hoorde oogen- bl.kkelijk ee* geklik en de deur ging een paar duim open. Niemand verscheen? en a a zy een poosje op de stoep gewacht had, stootte zy de deur open en ging naar binnen. Zy kwam in een nauwe vestibule en zag een trap zonder looper voor zich. Zij be merkte, dat er een ijzerdraad aan den klink van de deur was bevestigd, waardoor het raadsel van het opengaan was opgelost. Zij volgde dien draad naar boven en kwam bij een deur, waarop stond: Kantoor. Zy klopte op die deur, en een schrille stem verzocht haar, binnen te komen. ZÜ vond er een jongen van omstreeks veertien jaar, een echt kind nog. „Goeden middag", zei Tessa beleefd. „Hetzelfde", zei de jongen grinnikend. „Waar is de brand?" Hij keek naar Tessa's rood haar. „Hoor eens, jongen", zei Tessa streng, „maak je niet vroolyk over mij, want ik ben oud genoeg, om je moeder bijna te kunnen zijn. Myn naam is Tessa Fisher, 2703, en m moest vragen naar mr. Arthur Corless". „O, u bent het model", zei de jongen. „Model?" zei Tessa. „Niets ervan. Ik ben een tearoom-meisje". „In orde. Mr. Corless heeft een tearoom* meisje noodig als model. Voor een foto begrypt u". 3 „Lieve help", zei Tessa. „Wat heb ik daar voor te doen?" „Dat weet ik niet", zei de jongen onV®[* schlllig. „Dat daar is een van de le*tt dingen, die hij maakte". n Hij wees op een foto aan den muur, e aantal meisjes voorstellend, die heel wem aan hadden en met bloote beenen en voe wild door lang gras liepen. „Dat heet: „De trots van den morge» verklaarde hij. (Wordt vervolgd)*

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1936 | | pagina 10