PARAMOUNT VAN A^Z.
EEN BERG IN DE WOLKEN.
£ucht»aact
De geschiedenis van het Paramount-merh.
Binnen 24 uur moest het
worden afgeleverd!
Fitmnieuws
25 jaar staat Adolph Zukor
aan het roer.
f't i
-
£cuuU enJuiaAoiuB
Gilles de Rais overtreft echter de Blauw
baardfiguur in wreedheid, niettegenstaande
zijn liefde voor de schoone letteren. Wat we
van hem lezen, zijn onmenschelijke wreed
heid, de geraffineerdheid, waarmede hij die
veertien jaar lang volbracht, rechtvaardigt
deze uitspraak. Niet alleen oude verhalen,
oude overleveringen omringen zyn naam
met afschuw, maar met documenten ge
staafde beschuldigingen doen hem kennen
als een wreeden wellusteling, bij wien ver
geleken de slechts eenige vrouwen dooden-
de Blauwbaard een kind in de wreedheid
is. Wie de bladzijden leest, die een ernstig,
streng en nauwgezet gedocumenteerd ge
schiedschrijver als Michelet in zijn monu
mentale werk Histoire de France over hem
heeft geschreven, verbaast zich over ver
schillende dingen. Hy zal zich afvragen,
hoe het mogelijk is, dat dergelijke menschen
geboren worden, hoe zy, zooals in dit geval
Gilles de Rais, veertien jaar lang hun on
menschelijke daden ongestoord kunnen ple
gen en hoe te verklaren is, dat zy, naast
hunne wreedheid, nog meenen gevoelig te
zijn, godsdienstige gevoelens te mogen heb
ben en „voor Gods eer" te strijden!
Want dit alles vindt men in Gilles de Rais.
In gesprekken met zijn latijn-sprekenden
gezel Francesco Prelati verklaart hy God s
kampioen te zijn. Hij haat de wereld, haat
de menschen met mateloozen haat:
„Ik wil God aan deze wereld wreken, zegt
hij, opdat Hij weder alleen zij, o Francesco,
zooals in den aanvang".
En het antwoord van Francesco luidt
hooghartig:
„God verloochende de wereld van den
beginne af, want hij wist, hoe weinig zij
waard was. Toen hij de wereld schiep, deed
hij niets dan dit; hij mat de ruimte, die hij
noodig had, in de oneindigheid af; gaf in het
ledige plaats aan het bepaalde. Hij was
scheper op eigen kosten. Hij was kracht en
offer van deze kracht. Wij, menschen, wij
parodiëeren Hem onwetend, terwijl zich in
ons de gevolgen doen gelden van Zijn eerste
daad. En God vereenigt ons glimlachend, o
Gilles".
In weerwil van dergelijke gedachten en
dergelijke gesprekken laat Gilles de Rais
zijn meest woeste hartstochten op zyn on
derdanen en welke onschuldige en be
minnenswaardige! los. Hij is met zich
zelf in volkomen harmonie. Alles heeft hij
verloren, elke notie van goed en van kwaad,
maar één ding weet hy, dit n.1., dat aan het
eind van dit leven is de dood en dat deze
het oordeel, het groote oordeel meebrengt
van God den Oppersten Rechter, een rechter
nóg hooger, nóg vryer, nóg machtiger, nóg
onverantwoordelijker dan hij, de hooge,
vrije, machtige, onverantwoordelijke Gilles
de Rais. Hij bekommert zich dus steeds en
onafgebroken over zijn eeuwig heil en
meent, zooals een geschiedschrijver van hem
zegt, aldus gelijktijdig den duivel en God
aan een draadje te hebben.
Hy negeert God niet, o neen, volstrekt
niet. Hij gelooft in het diepst van zijn we
zen aan Hem, Zoozeer, dat hij Hem tracht
om te koopen, met gebeden, met giften, met
missen, met processies. Zie, hoe vroom hij
is! Wanneer hij eindelijk reeds hier op aar
de het loon betaalt voor zijn schurkenstre
ken en zyn niet menschelijk, doch duivelsch
gedrag, neemt hij afstand van Francesco,
zijn gezel-latijnspreker. Uit zyn mond
klinkt het adieu eenigszins vreemd:
„Vaarwel, Francesco, beste vriend. Ik zal
God bidden, dat u geduld en kennis geven.
Wees verzekerd dat, mits zij geduld en
hoop in God hebt, we elkaar zullen weder
zien in de groote vreugde van het paradijs.
Wie was toch eigenlijk die Gilles de Rais,
die, zoo aanvankelijk ongestraft, hemel en
aard kon tergen door zyn ten hemel
schreiend gedrag?
Een groot heer was hy, van nobele ge
boorte en vermaagschapt aan Frankrijk's
oudste huizen. In een tijd, waarin Frankrijk
nog niet één was, toen binnen de groote
landsgrenzen gelijktijdig meer dan één pre
tendent naar de koningskroon dong, konden
dergelijke machthebbers in Bretagne en
Poitou een groote positie bekleeden, gezocht
als zij waren door de verschillende partijen.
Wat wij aanvankelijk van hem hooren, is
nog niet zoo kwaad. Hij is een knappe ver
schijning, dapper in den krijg, ontwikkeld,
geletterd; hy spreekt, naar archieven te
Nantes verkondigen, „op elegante wijze"
latyn. De koning de bekende Charles VIT,
die door Jeanne d'Arc gekroon werd had
hem tot maarschalk benoemd en toen „de
Maagd van Orleans" deze stad veroverd en
hem, den koning, triomfantelijk naar
Rheims gevoerd had, was hem de koninklijke
opdracht verstrekt om naar Saint-Remy te
gaon en er de heilige oliën naar Rheims te
brengen, de heilige oliën, waarmede Karei
VII tot koning van Frankrijk zou worden
gezalfd.
Niet ieder valt zulk een eer te beurt. De
naam van Gilles de Rais moet wel een goe
den klank gehad hebben. Inderdaad gold do
jonge maarschalk voor een vroom man. Wel
had hy moeilijkheden met zijn bisschop,
maar wie had die niet in dagen, waarin men
niet precies meer wist, wie het voor het
zeggen had, de Kerk of de Staat.
Het was in dien tijd, zoo ontleenen we aan
Michelet, een mode, die alle devotie zeer
ten goede kwam en juist als een bewijs van
vroomheid beschouwd werd, om een „rijke
kapel" te hebben, d.w.z. het kerkgebouw,
de kapel, die tot eene addellijke bezitting
behoorde, goed gemonteerd te hebben en
aan de inrichting van den dienst geen kosten
te sparen. Het kerkgebouwtje moest weel
derig ingericht zijn; er dienden vele koor
knapen te zijn, kinderen, aan wie men een
kostbare opvoeding behoorde te geven. De
muziek, die de mis begeleidde, moest ver
fijnd zijn. Welnu, Gilles de Rais had dat
alles op kwistige wijze. Op zijn reizen naar
zijn vele sterk verspreide goederen liet hij
zich door zijn kerkmuziek en zijn koorkna
pen vergezellen en zoo kwam er om zijn
naam een gerucht van vroomheid, die des
te grooter de verbazing, de ontzetting
maakte, toen men vetnam, dat achter dit
leven van uiterlijke beminnelijkheid en
vrome geneigdheid een bestaan verborge"
was, dat elke afschuwelijke daad in de
schaduw stelde en de strengste straf eischte.
Het was bij gelegenheid van een bezoek, d"t
de bisschop van Nantes, neef en kanselier
van den hertog van Orleans, aan zijn diocees
bracht, dat de bom barstte en dit het begin
werd van een proces, dat met den dood van
den jongen edelman eindigde.
A. J. BOTHENIUS BROUWER.
ONZE POSTVLUCHTEN.
De Rietvink arriveerde op de uitreis te
Basra, de Nachtegaal kwam op de uitreis
te Singapore aan; de Perkoetoet landde op
de thuisreis te Jodhpoer.
DE EDEL VALK NAAR INDIE.
Morgen 20 Januari, zal het K. L. M.-
vliegtuig Edelvalk van Amsterdam naar
Batavia vertrekken.
De bemanning van het vliegtuig zal be
staan uit de heeren E. v. Dijk (gezagvoer
der), A. D. Snitslaar (tweede bestuurder),
Th. J. Hoogeveen (werktuigkundige en
P. J. Oolgaard (radiotelegrafist). De post
)voor het toestel moet uiterlijk vanavond
te Amsterdam zijn.
Adolph Zukor
zyn glimlach is een even bekend „Para-
mount-verschijnsel" als de berg in het han
delsmerk.
Show-manship.
„Ik ben drie-en-dertig jaar in de amuse
mentsbranche geweest en had dus gelegen
heid, er eenigen kijk op te krijgen, wat het
„doet" en wat tot mislukking gedoemd is
Daardoor doen wij ons werk tot de voldoe
ning van hen, die onze films vertoonen.
Alles is terug te voereri tot „show-manship",
de kunst van het scheppen van amusement.
Het is iets, dat niet met duidelijke woorden
gedefinieerd kan worden. Het is eenvoudig
iets, dat men moet begrijpen".
„In ons huidige werkplan nemen we geen
halve maatregelen. We beginnen onderaan
en bouwen de film op, juist zooals een ar
chitect een huis zou ontwerpen. Wij staan
erop, dat alle onderdeelen, noodig voor het
opbouwen van de film, van camera en attri
buten tot de snijkamer, in perfecte harmo
nie functionneeren, gebaseerd op dat zekers
iets, dat „show-manship" is.
„Om een idee te krijgen van wat ik be
doel, hoeft men slechts de reeks van nieu
we films te beschouwen. Ze zijn op deze
basis gemaakt en niemand hoeft zich te
schamen, ze te noemen. Let eens op deze
films, die gemaakt zijn of zullen worden
volgens onze moderne principes. „De Texas
Rangers", „Chineesch Goud", „Hallo, hier
Amerika", „Champagne Wals", „Maid of Sa
lem", „Jungle Princess", „The Plainsman",
Souls at Sea", „Safari" enz.
Het moderne kantoor dat Zukor nu met
zijn zoon Eugene deelt, vormt een vreemd
contrast met het kleine warenhuis in Risee
in Hongarije, waar hy als jongen werkte en
het armzalige sommetje overspaarde, da
het hem mogelijk maakte, in 1898 in de
Vereenigde Staten voet aan wal te zetten
een immigrant zonder één vriend of be en-
de met niet meer dan veertig dollar in zijn
z&k.
„Zukor was achtereenvolgens stoffeerder,
amateurbokser en baseball-speler en op een
dag werd hij compagnon in een bont-cen-
cern. Omstreeks 1904 had hy zich ui e
zaken kunnen terugtrekken met ongeveer
150.000 naar een familielid, Max Goldsti-
ne, interesseerde Zukor en zijn P^rt"er'
Morris Kohn, voor het bioscoopbedrijf On
geveer een jaar later exploiteerde Zukcr
een aantal bioscopen in samenwerking me
William A. Brady.
„Queen Elizabeth
Zukor zag aankomen, dat het filmbe
drijf tot ondergang gedoemd zou zijn, wan
neer de Motion Picture Patents Co., die he.
vertooningsmonopolie had, geen betere
films ging brengen. Daarom associeerde hy
zich met Daniël Frohman. Hy liet Frohmon
de film tot een klasse opvoeren, tot welke
tot dat oogenblik alleen het tooneel behoord
had. In 1912 maakte Sara Bernhardt voor
Zukor „Queen Elizabeth", een vier-acter, en
een nieuw filmtijdperk was begonnen. Hel
bedrijf ontwikkelde zich van het stuivers-
bioscoopje tot het filmpaleis.
Zukor heeft er altijd voor gevoeld, talent
van de hoogste klasse te combineeren met
de groote namen, die het publiek trekken
Zoo engageerde hy Albert A. Kaufman, B.
P. Schulberg en Edwin S. Porter; deze laat
ste was Paramount's eerste regisseur.
Als spelers contracteerde Zukor groothe
den als Sarah Bernhardt, James O'Neill,
James K. Hackett, Minnie Maddern Fiske.
John Barrymore en Mary Pickford.
Het was niet altijd rozengeur en mane
schijn! Zukor stak iedere cent, die hij be
zat, in de onderneming. Mevrouw Zukor
bracht haar juweelen naar de bank van
leening en Frohman kwam over de brug
met een leening van 50.000, die de zaak
het leven redde.
Jesse L. Lasky, Samuel Goldwyn en Ce-
cil B. de Mille traden in 1913 als compag
nons toe en trokken naar Hollywood, waar
een leegstaande schuur de eerste studio
werd. Daar maakten zij films van een ge
heel nieuw karakter, zooals „The Squaw
Man" en „Brewster's Millions".
Zukor vormde later de Paramount Pic-
tures Corp, en betrok de Lasky Feature Co
Product., de Bosworth Productions en zijn
eigen Famous Players in het geheel tenein
de de exploitanten te kunnen voorzien van
honderd-vier films per jaar twee per
week!
Vanaf dat oogenblik groeide Paramount
met zyn tallooze neven-organisaties uit tot
een bedrijf van gigantische afmetingen. De
andere bestuurders gingen heen, vormden
dikwijls hun eigen maatschappijen. Maar
Zukor bleef aan het roer!
OPLEIDING TOT OFFICIER-VLIEGER.
De Vereeniging van middelbare techfiïsehe
scholen in Nederland heeft van het departe
ment van Defensie de mededeeling ontvan
gen, dat de minister van defensie besloten
heeft de vereischten voor benoeming tot
officier-vlieger der 3de klasse bij de Ko
ninklijke Marine te herzien.
Als gevolg daarvan zal van nu af aan naar
benoeming tot die betrekking ook kunnen
worden gesolliciteerd door candidaten, die
in het bezit zyn van het eindgetuigschritt
der afdeeling werktuigbouwkunde of der
afdeeling vliegtuigbouwkunde van een der
middelbare technische scholen te Amster
dam, Haarlem, Rotterdam, Dordrecht, 's-
Hertogenbosch, Heerlen, Groningen of Leeu
warden, voor zoover zij tevens in het bezit
zyn van het diploma van het M.U.L.O. of
van een daaraan gelijkwaardig diploma of
getuigschrift en mits zy aan de overige ge
stelde eischen voldoen.
Het bestuur van de in den aanhef genoemde
vereeniging merkt hierbij op, dat op de
verschillende middelbare technische scholen
een gelijkwaardig leerprogramma is inge
voerd.
Adolph Zukor zal binnenkort het zilveren
jubileum van zyn associatie met Paramount
vieren.
Vele andere grootheden uit de filmbran
che zooals J. Stuart Blackton, William
Fox, Carl Laemmle, William A. Brady en
anderen die de dagen van de stuiversbios
coop nog hebben gekend hebben óf de
scepter aan jongere menschen gegeven of
zijn er niet in geslaagd, de concurrentie het
hoofd te bieden.
Van de oude rotten in het filmbedrijf
handhaaft alleen Zukor de oude standaard
en het handelsmerk, waarmee hy begon.
„Het is verbazend aardig van myn mede
werkers, te mijner eere een zilveren jubi
leum-viering, over de heele wereld te or-
ganiseeren", zegt Zukor, „Het verschaft mij
een groote voldoening, dat ik na een kwart
eeuw werken voor de maatschappij nog in
staat ben, den arbeid voort te zetten en dat
ik mag aanschouwen, hoe dit geesteskind
zich ontwikkeld heeft tot een van de sterk
ste lichamen van de wereld".
Alle begin...
„Het was niet altijd even gemakkelijk. Er
zijn véél duistere uren, véél dagen van wan
hoop geweest, Maar er waren óók men
schen, die genegen waren, ons de helpende
hand toe te steken. En ik ben gelukkig, te
kunnen zeggen, dat Paramount onbezoedeld
door deze moeilijkheden heen is gekomer.
De crediteuren werkten met ons samen,
stelden ons in staat, door te worstelen en
hun vertrouwen is beloond met het resul
taat, dat niemand een dollar verloren heeft
en dat Paramount-aandeelen even veilig
zyn als welke belegging dan-ook".
„Heden ten dage is Paramount één groot
gelukkig gezin. Alle leden van onze staf heb
ben eraan meegewerkt, ons bedrijf een
hechten grondslag en een goede toekomst te
verschaffen, Van hoog tot laag hebben ze
dat gedaan. Dank zy deze eensgezindheid
kunnen wij een steeds beter product een
nog grootere welvaart verwachten".
Zukor is in hart en nieren optimistisch
over den gang van zaken en over de kwa
liteit van de productie. Hij weet, wat er in
de studio gebeurt tot in de verste hoe
ken. lederen dag zit hij reeds in de vroegte
achter zyn bureau. Nooit verlaat hy het
studio-terrein voor half zeven en in zyn
kantoor wordt de eene conferentie na de
andere gehouden.
Er gaat geen dag voorbij, waarop Zukor
geen wandeling door het studio-complex
maakt en iedere set bezoekt. Hij noemt de
eenvoudige arbeiders bij hun voornamen en
Het is met handelsmerken een grillige
geschiedenis. Er zijn er op de wereld hon
derdduizenden, en er worden er nog dage
lijks nieuwe ontworpen. Maar ook hierin
zijn „vele geroepen en weinige uitverko
ren". Duizenden handelsmerken slijten een
troosteloos bestaan in de hoeken van win
kels en magazijnen en in de boeken van het
Bureau voor Handelsmerken, zonder dat zij
ooit eenigen roem verwerven.
Enkele tientallen echter zijn bekend bij
groot en klein! Zij wemelen in étalages en
dagbladen en zijn een onmisbaar ornament
aan onzen levensweg. En toch is er natuur
lijk voor ieder dezer beroemde merken een
dag geweest, waarop het geheel nieuw en
onervaren, onbekend en onbemind, voor het
oog der wereld verscheen. Dat het in den j
loop der maanden of jaren zulk een naam
en faam heeft gekregen is een compliment
voor de macht der reclame, de kwaliteit van
het product dat het vertegenwoordigt, en
zijn eigen aantrekkelijkheid.
Het merk van een 25-jarige.
Deze bespiegeling werd ons ingegeven
door een vergeeld Amerikaansch tijdschrift,
dat wy dezer dagen in handen kregen, en
waarin werd verhaald van het ontstaan van
een merk, dat voorbestemd was een wereld
naam te veroveren. Het betreft het merk
van de Paramount, de groote Amerikaan-
sche filmmaatschappij, die deze maand haar
25-jarig jubileum viert. En ziedaar dan het
verband tusschen dit merkenpraatje en on
ze filmrubriek.
De Paramount-berg is, dunkt ons, wel een
prachtig voorbeeld van een handels-em
bleem, dat wereldvermaardheid verwierf.
Een ieder, die min of meer geregeld een
bioscoop betreedt, kent dit trade-merk, en
het verschijnen ervan op het doek zal on
willekeurig een even reactie van herken
nen bij hen veroorzaken. Onbewust zal het
even door zijn geest flitsen: „o, dat is weer
van die Paramount". Die berg heeft iets
vertrouwds gekregen. Onder dat merk i3
ons in den loop der jaren, naast minder op
vallend werk, toch zóóveel bizonders en
goeds geboden, dat het weerzien voor de
meesten onzer telkens een prettige gewaar
wording is. Ons onderbewustzijn verbindt er
een onafwendbare dosis amusement en ge
not aan. Niet voor niets vroegen zoowel
Mariene als Popeye onder dat merk onze
aandacht!
Vóórdat de berg er was...
Maar wanneer verscheen nu die berg
voor het eerst op het doek? En hoe kwam
men ertoe het merk juist dien vorm te ge
ven?
Wel, er was er eens een man, die succes
had in de bont-branche, maar toch liever
een kans waagde in de filmindustrie, die in
haar kinderschoenen stond. Omstreeks 1916
w
f't »-
*«.H.
zien we hem dan jaarlijks twintig hoofd
films vervaardigen van aparte klasse.
Dat gebeurde in Amerika; de man heette
Adolph Zukor en zijn filmmaatschappij Fa
mous Players.
Amerika was in die dagen gezegend met
een groot aantal obscure bioscoopjes, die
voor een stuiver gelegenheid gaven weinig
verheven filmvoorstellingen bij te wonen.
In San Francisco, Pittsburgh en Asbury
Park echter woonden drie mannen, die bios
cooptheaters bezaten, welke kennelijk wil
den doorgaan voor amusements-lokaler.-
van-de-betere-soort, en waar van de be
zoekers wel een kwartje entree werd ge-
ëischt!
Deze drie mannen (Hodkinson, Steele en
Pawley) hadden de grootste moeite voort
durend films-van-de-betere- soort voor hun
theaters-van-stand te vinden. Zy verbon
den zich daarom met een paar filmverhuur
ders (Sherry en Abrams) en met zyn vijven
richtten zy (onder het storten van 1000
ieder!) de Paramount Pictures Corporation
op.
De Corporation opende onderhandelingen
met voornoemden Adolph Zukor en andere
filmproducers en een contract werd opge
maakt, waarin de productiemannen beloof
den 52 klasse-films per jaar te zullen leve
ren. Het bleek echter niet zoo eenvoudig,
het eens te worden over alle namen en ver
meldingen, die de films zouden moeten
recht te uoen wedervaren voor hun presta
ties. Onder andere stonden de vjjf Para-
mount-mannen erop, dat zy hun eigen merk
aan liet begin van alle films zouden krijgen.
Morgen klaar, a.u.b.
Toen zy deze conditie onherroepelijk ver
bonden aan het al of niet teekenen van het
contract, gaven de producers toe. En het
was een Reclame-Bureau Lesan, dat van de
Paramount-groep opdracht kreeg haastig
(d.w.z. binnen 24 uur!) een Paramount-
merk te ontwerpen.
Zoo begonnen de twee Lesan-directeuren
(H. E. Lesan en F. H. Sisson) dan aan een
teekening, die voorbestemd was door mil-
lioenen menschen te worden aanschouwd.
Aanvankelijk produceerdein z(j niets dan
onbestemde krabbels, maar tenslotte kwam
er meer lyn in hun pogen.
De beteekenis van het merk.
Het Engelsche woord „paramount" betee-
kent „overheerschend, opperste, hoogste".
Als we daarbij aanteekenen, dat het woord
„mount" op zichzelf „berg" beteekent, dan
behoeft het ons niet te verwonderen, dat de
heeren by het zoeken naar iets paramoun-
tigs tot een schets kwamen als in figuur I
aangegeven.
Deze top maakte echter in dien vorm op
hen nog niet zoo'n hoogen indruk, dat hij
den naam Paramount eer aan kon doen, en
daarom teekenden zij er wat sterren boven,
om hem relief te geven, om te suggereeren,
dat deze top tot dichtbij de sterren reikte.
Zie figuur 2.
Toen schreven zy er „Paramount Pictu
res" doorheen (figuur 3) en gaven een tee
kenaar opdracht dien avond eens uit te
knobbelen, wat of er uit dit schetsje ge
maakt kon worden. En den volgenden mor
gen leverde deze figuur 4 af, en daarmee
had Reclamebureau Lesan het Paramount-
trade-mark geschapen dat nu, in 1937, op
zichzelf al millioenen dollars waard is.
De oorspronke'ijke Paramount-eigenaars
verkochten later hun aandeelen en rechten
aan Adolph Zukor en zyn compagnons. Het
genie van deze mannen van Zukor in de
eerste plaats heeft den naam Paramount
berg tot onzen ouden getrouwen bioscoop-
gemaakt.
Ter eere van het jubileum is aan den
krans van 24 sterren één ster toegevoegd.
Over vijf en twintig jaar zal het een dub
bele ry moeten worden!
STICHTING: „INDIE IN NEDERLAND
DOOR DE FILM".
Zaterdagmiddag vond in den Haag een
vergadering plaats van het bestuur van bo
vengenoemde stichting. In deze bijeenkomst
werd het overeenkomstig art. 10 der Stich-
tingsacte benoemde college van curatoren
geïnstalleerd met een redevoering, van den
voorzitter, ing. H. de Clercq, waarin deze de
doelstelling van I.N.E.F., nl. de kennis om
trent Oost- en West-Indië in Nederland door
middel van de smalfilm te bevorderen en
to verbreeden, uiteen Mette. Door den secre
taris werd vers'ag gedaan van de tot dus
verre door de stichting verrichte werkzaam
heden en bereikte resultaten, terwijl de
penningmeester een overzicht gaf van den
stand der financiën. Naar aanleiding van
deze mededeelingen ontspon zich een geani
meerde gedachter. wissel ing, waarna door
den voorzitter nogmaals een beroep werd
gedaan op aller daadwerkelijke steun en
hulp. Tot resp. voorzitter, onder-voorzitter
en secretaris van het college van curatoren
werden gekozen ie heeren H. N. A. Swart,
R. Zuyderhoff en A. lesman.
DE NOODTOESTAND IN DE PLUIMVEE
HOUDERIJ.
Het Landelijk Comité van Actie tegen
den nadeeligen invloed der graanrechten
op de pluimveehouderij heeft zich met een
telegram tot den minister van landbouw en
visschery gewend, waarin by herhaling er
op aangedrongen wordt, aan de pluimvee
houders een volledige vergoeding te geven
voor de door hen te betalen graanrechten.
In het telegram wordt er op gewezen dat
de graanprijzen sinds Januari 1936 met 33
pCt. en sedert Augustus met 19 pCt. geste
gen zijn. Indien de toestand, zooals hy nu is,
aldus gaat het Comité van Actie in het tele
gram verder, slechts een paar maanden be
stendigd zou blijven, zullen wederom vele
pluimveehouders hun bedrijf er aan moeten
geven.
HULP AAN KLEINE BOEREN
EN TUINDERS.
Zooals bekend is door den minister van
sociale zaken een rondschrijven gericht tot
de 13 inspecties voor de werkverschaffing,
waarin de minister mededeelt een proef te
willen nemen met de plaatsing van de
kleine boeren en tuinders in werkver
schaffing op eigen bedrijf.
Daar de gemeente Uithoorn, vooral in
het dorp de Kwakel, vele kleine in nood
verkeerende tuinders telt, werd zy als
proefgemeente aangewezen.
Op Zaterdag 9 Januari j.1. had omtrent
de organisat.e van deze proef een bespre
king plaats tusschen het gemeentebestuur
en den bedrijfsconsulent voor den land
bouw in de provincie Noordholland, den
heer C. Brakman, waarna terstond door
den bedrijfsconsulent en diens assistent
tezamen met den wethouder voor land- en
tuinbouwaangelegenheden en den ge
meente-opzichter op plus minus 60 bedrij
ven werd nagegaan, welk duidelijk en con
ti oleerbaar werk in werkverschaffing kon
worden uitgevoerd.
Ei werd zooveel spoed betracht, dat
binnen een week niet alleen de geheele
organisatie tot stand kwam, doch zelfs
werd via den rijksinspecteur voor de werk
verschaffing te Noordwijk, met wien de
burgemeester van Uithoorn op Vrijdag 15
Januari j.1, een laatste bespreking hield,
de toestemming van den minister van so
ciale zaken verkregen om reeds op Maan
dag 18 Januari met de proef een aanvang
te naken.
Hierdoor is derhalve dank zy de vlotte
medewerking van het departement van
sociale zaken, de riiksinsnectie en den be-
drijfsconsu1f"-t. Uithoorn de eerste ge
meente in Nederland, alwaar de proef
wordt tn°<ronoet, zeer tot tevre^«",b'»id van
de in nood verkeerende tuinders en boeren.
I