Waar het recht zijn loop heeft. RALLYE MONTE CARLO. Stormnacht in de bergen. De deelnemers vertrokken. -Rechtbank te Alkmaar handelingen ten einde zijn zal het bestuur van de ijsclub daarop uitvoerig terugkomen. Aan deze mededeeling van 't secretariaat der ijsclub kunnen wij nog toevoegen, dat volgens het bestuur van den K.N.S.B. geen onderhandelingen meer gaande zijn. In een schrijven d.d, 22 Januari heeft de ijsclub „Kunstijsbaan Amsterdam" aan den K.N.S. B. bericht, dat zij, gezien de gerezen moei lijkheden, geen lust meer had een zoo be langrijk evenement als de Europeesche kam pioenschappen in het paarrijden zijn, te or- ganiseeren. Het bestuur van den K.N.S.B. heeft daar op aan de I.E.V. de organisatie der Euro peesche kampioenschappen ter beschikking gesteld. Dammen. DAMCLUB „VOORWAARTS De uitslagen der gespeelde wedstrijden voor de competitie luiden: le klasse. D. MareesJb. Renooij 20 K. A. JakschtovJ. N. Mooij 11 G. WoonijkE. Hofman 11 Jb. HagensP. J. Smolenaars xx 2e klasse. A. KoremanF. Appel 20 M. HemelsC. Treur 20 A. HornG. Oudshoorn 11 J. v. MontfoortD. Stam xx 3e klasse. J. DoggerC. Bussum 20 Th. ZijlstraJ. Koger 20 N. C. PieterseC. Kroon 02 P. HartS. Schure 02 J. RavensteinC. Mazereeuw 11 L. RavensteinC. Mazereeuw 11 xx hangpartij. Automobilisme. Mr. P. H. Lamberts Hurrelbrinck schrijft ons: Van 's middags 12 tot 's avonds 10 hebben wij in het kleine hotelletje te Lyngdal ge wacht op het bericht, dat de weg vrij was. Wij luisterden naar de radio, Calkoen las ons voor uit de Noorsche kranten of ver taalde voor ons de ongeduldige gesprekken der andere gestrande reizigers en Karei Ton, die geen rust heeft zoolang er niets aan een of andere mechaniek te prutsen of te repa- reeren valt, had het wonderapparaat van Bakker Schut, den tijdklok voor een ge middelde van precies 50 per uur uit elkaar genomen en werkte met een nagel vijlt je een niet volmaakt zuiver loopend asje bij, waar bij hij een rieten leunstoel als bankschroef gebruikte. Eindelijk kwam tegen half tien het bericht, dat de bergpas sneeuwvrij was gemaakt en deze tijding deed een soort op roer onder de sinds uren wachtende Noren ontstaan. Wat bleken deze oogenschijnlijk zoo dood kalme menschen innerlijk opgewonden standjes te zijn. Zoodra het bericht kwam, vlogen zij naar den kapstok en verdrongen zij zich gepakt en gezakt in den smallen gang van het hotelletje alsof ieder bevreesd was, dat er nu net voor hem in de autobus geen plaats zou wezen. En toch duurde het meer dan een half uur voordat de autobus uit het naaste dorp getelefoneerd, voor de deur stond. Het was ruim 10 uur, toen wij vertrokken. Voorop een sneeuwploeg, daar achter een zware V8 Ford autobus, volge laden met passagiers, waaronder zich zelfs een vader met twee kinderen, een jongen en een meisje van een jaar of zes bevonden en daarachter wij drieën in onzen Ford. Zoo trok de stoet den nacht en de bergen in. Een niet bijster geruststellende ontdekking deden wij op het laatste moment, toen wij in den Fordbus een aantal mannen met sneeuwschoppen ontwaarden. Zoo absoluut heelemaal vrij scheen de weg dus toch niet wezen. In een hevigen sneeuwstorm klom men wij langzaam achter de sneeuwploeg aan de bergen in, wij kwamen niet snel maar toch staag vooruit, toen wij plotseling bovenop een smalle bergpas stil stonden. De sneeuwploeg was vastgeloopen in de sneeuw. Achter elkaar klommen de sneeuw ruimers uit de autobus en begonnen zij met hun groote schoppen de sneeuwmassa, die zich vóór de ploeg had opgehoopt, had weg te ruimen. Een sneeuwjacht gierde door het gebergte, de wind loeide langs de rotsen, de reizigers en arbeiders schreeuwden onver staanbaar door elkaar en boven alles uit brulde het gedonder van een waterval, die zich schuimend langs de hooge rotsen in den diepen afgrond stortte, een chaotisch schouwspel, fantastisch verlicht door de schijnwerpers, wier schijnsel de daarin zwevende sneeuwvlokken deed trillen als het flakkerlicht van flambouwen. Tot drie maal toe herhaalde zich dit woeste berg- tooneeL Op een gegeven moment zagen wij een helder licht uit de tastbare duisternis op doemen, dat naderbij gekomen door de ven sters van een eenzame woning bovenop een bergpas bleek te schijnen. Daar hield de sneeuwploeg stil, een deur ging open en op den drempel verscheen een jonge, knappe vrouw in het heldere licht van een electn- sche ganglamp. De bestuurders van sneeuw ploeg en autobus stegen uit, de passagiers eveneens en ook wij drieën volgden hun voorbeeld, zoodat een oogenblik later de kleine huiskamer van de frissche berg- nymph vol stond van druipende mannen, die het vertrek met het gegons van hun stemmen vulden. Plotseling sprong van ach ter een groote kachel een hond luid blaffend te voorschijn en deed een nijdige aanval op het kleine meisje uit de autobus, dat hara begon te gillen en daarna te huilen. De ionge vrouw sprak booze woorden tot het dier en lachte met de mannen, uit wier druipende kleeren het sneeuwwater en van wier schoe nen di sneeuwklonten op den houten vloer viel'". Karei Ton en ik begrepen niets van dezen heksensabbath in een stormnacht bovenop een Noorschen bergpas, totdat Calkoen ons uitlegde, dat wij ons in een telefoonpost bevonden, van waaruit het verkeer in de bergen geleid wordi. Inderdaad de vrouw nam de telefoon, belde eenige malen, luis terde en sprak in den hoorn en toen legde Calkoen ons uit, dat een sneeuwploeg, die van den anderen kant de berg opklom, van onze komst gewaarschuwd was en dat de wisselplaats was afgesproken, waar wij elkaar passeeren zouden. Ruim een uur later, toen wü een bergpas afdaalden zagen wij dan ook uit de verte reeds het heldere lantaarnlicht van twee sneeuwploegen, die in een inham van den smallen weg op ons stonden te wachten. Het was 4 uur in den nacht, toen wij de Flakkefjord, het einddoel van de reis, be reikten; wij hadden 75 K.M. in zes uur af gelegd. Sneeuwploeg en autobus bleven hier, maar wij vonden het de moeite niet meer waard om het voorbeeld der passagiers te volgen, die een hotel opzochten en beslo ten om alleen onze reis door de bergen te vervolgen. Welk een waanvoorstelling bleek dit te zijn! Nadat wij 15 K.M. geworsteld hadden, zagen wy het nuttelooze van onze poging in en kwart over zes stonden wij weer te Flak kefjord voor het station, waar wij in den wagen bleven doezelen totdat om 7 uur de eerste stationsbeambte verscheen. Deze ver telde ons, dat er om 8 uur een trein naar Elersund ging en hy voegde er bij, dat de vorige avond ook een Fransche wagen met den trein vertrokken was, die per boot tot hier was gekomen. Daar leefde dus de mythe van de onzichtbare Franschen Lahaye eti Quatre Sous opeens weer voor ons op. En fin, de Ford werd op een open wagon ge reden en precies 8 uur vertrokken wij Rallye rijders, min of meer beschaamd met den trein, die ons om 10 uur te Ehersund af zette. Hier lagen de bergen achter ons en opeens was alles veranderd. Zoo mooi en droog was de weg, dat wij de sneeuwkettin gen van de wielen den en in volle vaart voortsnelden naar Stavanger, waarvan ons nog slechts 70 K.M. scheidden. Plotseling verscheen om een bocht van den weg een auto met het roode plaatje „Rallye Monte Carlo" op den radiateur. „Een Lincoln Zephyr riep Calkoen en een oogenblik late' stonden wij op den weg te praten met onzen landgenoot Buiskool, die den vorigen dag met de boot uit Rotterdam te Stavanger was aangekomen en nu het eerste gedeelte van den weg aan het verkennen was. Onze verhalen bekoelden zijn geestdrift aanmer kelijk en zijn blikken gleden zorgwekkend over zijn banden zonder sneeuwkettingen, die hij gelukkig wel in den wagen had. Een half uur later kwamen wij te Stavanger aan, waar wij de Fransche en Engelsche deelnemers vonden, die allen met de boot gekomen waren. Alleen de equipe Shell- Dreyfus was er niet, die zouden over den weg komen en ook onze langenooten Jacobs de Boer, die eveneens over den weg zou den komen, waren nog niet aanwezig. Maar in het hotel ontmoetten wij eindelijk Lahaye en Quatre Sous! Zooals bekend, zijn de Nederlandsche equipes, die dit jaar aan den sterrit naar Monte Carlo deelnemen, in den loop van dezen dag uit Stavanger, Umea en Tallir, vertrokken. Door bemiddeling van de Koninklijke Nederlandsche Automobiel Club gewerd ons een telegram, dat melding maakte van het feit, dat drie Nederlandsche ingeschrevene»: uit Palermo de groote reis naar Monte Carlo hadden aangevangen. Gistermorgen om 8.02 uur (M.E.T.) ver trok Christea, de winnaar van het vorig jaar met Ford en successievelijk volgen de an deren, waaronder onze landgenooten dr J. J. Sprenger van Eyk en ir. A. Paulen met Lincoln Zephyr, G. Zeehuisen en J. der kin deren mrt B. M. W. en B. J. T. van der Hoek met Packard. Door bijzondere omstandig heden heeft de heer H. L. G. Koopman, die met Fiat in de kleine klasse eveneens van Palermo zou vertrekken, deze plaats niet kunnen bereiken, zoodat hij van deelneming moest worden uitgesloten, Van Palermo ging het naar Messina, van daar uit liet men zich overzetten naar Reggio, het Zuidelijke puntje van het vasteland van Italië, waar alle drie Nederlandsche equipes op tijd de controle passeerden. Vervolgens werd koers gezet naar Napels, dat niet minder dan 576 K.M. van Reggio ligt Eerst in de vroeg', morgenuren van Woensdag zullen de deel nemers deze controle kunnen bereiken. Een pseudo bookmaker. De koopman Ph. S. uit Amsterdam had voor den kantonrechter te Hoorn terecht ge staan in verband met het feit, dat S. op paardenrennen te Enkhuizen als een. soort van bookmakertje was opgetreden. Hiervoor was S. veroordeeld geworden tot een geld boete van 100 subs. 50 dagen hechtenis. S. die deze straf veel te hoog vond, was van dit vonnis in hooger beroep gekomen, doch de behandeling voor de rechtbank bracht weinig nieuws aan het licht, hetgeen voor den officier van justitie aanleiding was bevestiging van het kantonrechterlij k von nis te requireeren. Uitspraak 2 Februari. Een vreemde aanrijding. Op 3 October jJ. had op de Lange Vliet te den Helder een vreemde aanrijding plaats. Op genoemden weg kwam n.1. met matige snelheid aangereden een luxe-auto bestuurd door den bloemist C. v. d. Berg uit Anna Paulowna juist op het moment toen, van een links van den weg gelegen zanderij, een vrachtauto, beladen met zand en bestuurd door den chauffeur Hendrik S. uit den Hel der, kwam aanrijden. Hoewel het zicht voor beide bestuurders geheel vry was, had zonder dat beiden ook maar iets van eikaars aanwezigheid hadden opgemerkt een aanrijding plaats gehad, waarbij de passagiers-auto over den kop in de langs de weg loopende sloot terecht was gekomen. In verband met deze aanryding had de chauffeur van de vrachtauto voor den kan tonrechter te den Helder terecht gestaan en was toen veroordeeld geworden tot een geldboete van 80 of 10 dagen met intrek king van de rijbevoegdheid voor den tijd van 6 maanden. Aangezien S. deze straf te Uit Umea alles wel. De landgenooten, die Umea tot startplaats hadden uitverkoren, hebben een goeden dag gehad. Na den start, waarbij duizenden toe schouwers tegenwoordig waren, ging het in een vlot tempo Zuidwaarts, richting Sunds- vall, waar de eerste controle was ingericht. Het vroor vyf graden. De wegen waren uit stekend en de rijders hebben tot nu toe niet veel sneeuw gehad. De controle te Sunds- vall was Dinsdagavond om 21.03 uur open gesteld en de rit had voor alle landgenooten zoo een vlot verloop gehad, dat men ver scheidene uren voor de openstelling der con trole reeds aanwezig was. Zoo was de D. K. W. equipe E. A. C. Cornelius en J. van Ros- sum ongeveer twee uur te vroeg te Sunds- vall aangekomen. Ook de equipes G. Bakker Schut en F. Mutsaerts met Lincoln Zephyr, F. Habnit met Ford en M. Gatsonides en C. L. Sanders met Hillman waren prachtig op tijd gearriveerd. Nadat de formaliteiten aan de controle waren vervuld, werd de reis voortgezet naar Gaevle, op 240 K.M. afstand van Sundsvall gelegen. Van Strien passeert Riga. Ook de equipe A. van StrienF. Diepen, gestart te Tallinn, heeft op het eerste ge deelte een vlotte reis gehad, al waren de wegen op sommige punten spiegelglad. Reeds om 18.40 uur waren onze landgenoo ten te Riga aangekomen. Aangezien de con trole eerst om 22.57 werd opengesteld, warer. zij dus ver voor hun tijd in de Letlandsche hoofdstad aangekomen. Om 23.01 uur, pre cies op tyd, gingen zy door de controle er. zetten daarna hun reis voort, richting Kau- nas op 320 K.M. van Riga gelegen. Indien hun tocht een vlot verloop heeft, zouden de Nederlanders omstreeks 6 uur vanmorgen t» Kaunas kunnen aankomen. Ook de niet- Nederlandsche deelnemers, zes in getal, heb ben een vlotte reis gehad en bereikten op tijd de controle te Riga. Grootsche prestatie van van Beeck Calkoen. Zooals verwacht werd, hadden de deel nemers, gestart te Stavanger, een moeilijke reis voor de boeg. Via de K. N. A. C. ont vingen wij eerst een bericht, dat alle 31 Ral- lye-ryders vertrokken waren. Het weer was goed, maar het vroor flink. De wegen waren met Ijs bedekt, spiegelglad en al dadelijk werd gevreesd, dat men de vereischte ge middelde uursnelheid van 40 K.M. niet zou kunnen halen. De eerstvolgende controle was te Kristiansand gevestigd, op 294 K.M. van Stavanger gelegen. Om 21.06 uur werd de controle openge steld voor den persten deelnemer, de Fran schen Foch en Bousquet met Citroën. Doch deze arriveerden niet op tyd. Om 2M9 moest de Ford-équipe van Beeck Calkoen met mr. Lamberts Hur relbrinck en K. ton de controle te Kristiansand passeeren. En precies 2 minuten daarvoor kwam de wagen aan rijden. Een ongelooflijke prestatie was door or ze landgenooten verricht. Mensrh en machine hadden op spiegelgladde wegen, hier en daar nog met veel sneeuw bedekt, het gemiddelde van 40 K.M. over een afstand van bijna 300 K.M. gehaald. Groote moeilijkheden hebben zij ondervonden, telkenmale gleed de wagen van den weg, maar steeds weer heeft de bemanning de auto op het goede spoor kunnen bren gen. Van Kristiansand werd de reis onmiddel lijk voortgezet, richting Oslo. De Noorsche hoofdstad, op 374 K.M .afstand gelegen zouden de Nederlandsche deelnemers voor 7 uur Woensdagmorgen moeten bereiken, om geen straf punten op te loopen. Op het momentt dat van Beeck Calkoen c.s. passeerden, was nog niet bekend, of de beide andere Nederlandsche enquipes M. Jacobs en T. de Boer met Bnick en de beer en mevrouw L. Buiskool met Lincoln Zephyr op tijd de controle te Kristiansand zouden kunnen bereiken. hoog vond was hij van dit vonnis in hooger beroep gekomen. De behandeling voor de rechtbank ver mocht niet geheel en al op te helderen waarom de beide bestuurders voor de bot sing niets van elkaar hadden gemerkt. Wel bleek, dat het zicht van den vrachtauto chauffeur min of meer slecht was geweest doordat zijn wagen voorzien was geweest van zijzeilen met celluloid raampjes. Boven dien bleek, dat de bestuurder van de passa giers-auto de botsing ook had kunnen voor komen daar er voor hem ook al kwam verdachte dan van de linkerzijde en van een niet-openbaren weg voldoende ruimte geweest was om ongehinderd te passeeren. Hoewel de officier van justitie overtuigd was dat verdachte schuld had, vond deze de opgelegde straf wel wat hoog. Ook bij den bestuurder van de luxe-auto ligt gedeelte lijk schuld, daar deze toch ook alle gelegen heid had gehad de van links naderende vrachtauto te zien en derhalve zijn maatre gelen te nemen. Spreker vroeg ten slotte de veroordeeling van verdachte tot een geldboete van 40 of 20 dagen zonder intrekking van het rij bewijs. De verdediger, mr. v. Zutphen, bestreedt de dagvaarding daar deze naar sprekers meening niet tot een veroordeel ing van ver dachte kon leiden op grond waarvan pleiter tot vrijspraak concludeerde. Uitspraak 2 Februari. Dat liep goed af. De reiziger S. M. uit Oudorp was in dienst geweest van de N.V. Stokvis Oliehandel te Amsterdam en zou volgens deze firma ver schillende bedragen die hy uit hoofde van zijn beroep by verschillende cliënten had ge- ind, hebben achtergehouden. Uit het verhoor van den verdachte bleek evenwel, dat deze volkomen bewijzen kon, dat hij van de firma nog verschillende gel den te vorderen had, daar deze hem van te voren zyn provisie had ingehouden voor bedragen die door hem bij cliënten geïnd moesten worden. Dit was de reden geweest waarom verdachte de gelden niet had af gedragen. De officier achtte het ten laste gelegde op bovenstaande gronden niet bewezen en vroeg derhalve vrijspraak met welken eisch de rechtbank zich onmiddellijk accoord ver klaarde. Doe wel, maar kijk ook om. De chauffeur E. J. S. uit Zaandam was op 18 Juli met een autobus naar den Helder geweest om een groep personen af te leve ren. Tijdens een keermanoeuvre in den Hel der had verdachte langzaam achteruit gere den en was hierbij tegen den wagen van den vischhandelaar C. L. Kolster uit IJmuiden aangereden. S. die van meening was, dat de wagen te dicht achter hem had gereden, was van het vonnis in hooger beroep gekomen, temeer daar hy de opgelegde straf van 25 of 15 dagen te hoog vond. Het bleek thans, dat verdachte wel in zijn spiegel had gekeken, doch over de achter hem staande auto had heengekeken, terwijl hy ook de signalen van den bestuurder hiervan niet had gehoord. In dergelijke ge vallen had de bestuurder van de autobus, naar de meening van den officier van justi tie, aan een van zyn medepassagiers moeten vragen of de weg vrij was. Eisch bevestiging van het vonnis van den kantonrechter. Uitspraak 2 Februari. Onbevoegd geneeskunde beoefend. De niet-verschenen H. J. E. had in April van dit iaar met kwakzalverachtige allures in Enkhuizen onbevoegd medicijnen voorge schreven en verkocht aaq een inwoner van genoemde plaats, die aan tuberculose leed. De kantonrechter had E. deswege veroor deeld tot 200 'of 2 maanden. Van dit vonnis was E. in hooger beroep gekomen, doch vermoedelijk liet zyn drukke practyk het hem niet toe voor den rechter te verschijnen met als eenige gevolg, dat de officier van justitie bevestiging van het von nis van den kantonrechter vroeg. Uitspraak 2 Februari. De verblindende tegenligger. Het gebeurde op 6 December aan het begin van den Kenneirerstraatweg te Alk maar, dat een 5-tal jongelui komend van af den Geestersingcl den straatweg aldaar wilden oversteken om op het trottoir aan de zijde van het Tesstlschadehuis te gaan loopen. Reeds waren drie van hen ge heel aan de overzijde toen de 18-jarige H. v. d. Pol naas' den 22-jarigen tuinder H. J. Wetstein, die een fiets aan de hand had, nog op den rijweg liepen. Op dat mo ment naderde er uit de richting Heiloo een passagiersauto, welke, naar later bleek, bestuurd werd door Th. A. M. uit Schoorl. M., die vermoedelijk teveel aandacht schonk aan een hem tegemoet komende auto, merkte de jongens niet op en reed pardoes tegen Wetstein op, die op zyn beurt tegen v. d. Pol terecht kwam welke laatste met een hevigen smak tegen een boom terecht kwam. Wetstein bleek later van de buiteling weinig ernstige gevolgen te hebben onder vonden, doch v. d. Pol was ernstig aan het oog geblesseerd, tengevolge waarvan hy 't gezichtsvermogen van het rechteroog ge deeltelijk moet missen. De bestuurder van de auto, die in ver band met bovenstaande gistermiddag te recht stond voerde aan. dat hy door een tegenligger verblind was geworden en daardoor de jongens niet had opgemerkt. Bovendien vond M., dat de jongens toch niet op den rijweg behoorden te loopen, welke opmerking voor den president aan leiding was hem erop te wijzen, dat dit toch zeker geen aanleiding was iemand dan maar zonaer meer aan te rijden. Wetstein had door de aanryding een schadepost aan kapotte kleeren en andere kosten gehad voor een totaal bedrag van f 110. daar ook de fiets die hy aan de hand had, geheel vernield was. De officier van justitie leidde uit de ver klaring van M., dat de jongens niet op den rijweg thuis hoorden, af dat deze feitelijk het volle schuldbesef mist, terwijl het feit dat verdachte geen inkomsten heeft het opleggen van een geldboete onmoeelrk maakte. Spr. achtte het bovendien nood zakelijk M., die een gevaar op den weg blijkt te zyn, tijdelijk de rijbevoegdheid te ontzeggen. Spr. vroeg tenslotte 1 maand hechtenis- staf met ontzegg'ng van de rijbevoegdheid voor den tijd van 8 maanden. Uitspraak 2 Februari. Een Zondagsrijder. De landbouwer P. A. S. uit Spierdijk had zich op 28 November met zijn meisje per auto naar Alkmaar begeven. Daar waren zij eerst wat gaan dansen en later hadden zij in de lunchroom van V. D. een paar ken nissen ontmoet, waarna het viertal dieD in den nacht weer per auto huiswaarts keerde. De thuisweg zou evenwel minder vlot ver- loopen dan de heenweg. Onder Heerhugo- waard n.i. op den Middenweg vergat de be stuurder, die betrekkelijk snel bleek te rijden, dat hij op een gegeven moment een scherpen hoek moest maken met het gevolg, dat hy eerst tegen een boom en toen m de sloot reed. Allen, behalve het meisje van S., mej. C. Blaauw uit Hoogwoud, bleken er goed af te zijn gekomen. Mej. Blauw was evenwel vrij ernstig in het gezicht gewond, terwijl bovendien een paar tanden en een kies los waren komen te staan. Als de schuldige aan dit ongeluk had zich de bestuurder S. te verantwoorden, die be weerde de splitsing niet tijdig te hebben gezien, daar hij met gedimd licht reed in verband met mistbanken, die er op den weg hingen. De eenige ooggetuige van het onge val, de volontair ter secretarie te Heer- hugowaard, A. J. C. M. v. Oerle, had de auto zien aankomen en later achter zich een slag gehoord. Hij had evenwel gedacht, dat deze slag afkomstig was van de uitlaat en was verder kalmpjes doorgeloopen. Van mistbanken had hy ter plaatse niets bemerkt. De geheele gebeurtenis was een vreemde historie, daar de inzittenden unaiem ver. klaarden, dat S. niet roekeloos had gereden, terwijl ook de aandacht van den bestuurder niet afgeleid was, daar zy tijdens de rit ge zwegen hadden als moffen. De officier van justitie begon met op te merken dat het bewuste kruispunt geschie denis begint te maken in de Alkmaarsche rechtsspraak. Het is nu al de derde keer dat daar een ongeval plaats vindt. Juist in ver band daarmee is aldaar een zeer sterke ver lichting aangebracht, terwijl een groot bord als waarschuwingsteeken is geplaatst. Dat maakt het des te begrijpelijker, dat ver dachte niets van het kruispunt zou hebben bemerkt. Volgens spr. moest S., die trou wens maar zelden rijdt en sinds zeer kort in het bezit van een rijbewijs was, achter het stuur hebben zitten suffen. Spr. achtte dan ook stellig grove schuld aanwezig en vroeg een hechtenisstraf voor den tijd van een maand en intrekking van het rijbewijs voor den tijd van een jaar. Uitspraak 2 Februari. KWAKZAVER VOOR DE RECHTBANK. Wonderdokter Karl Fick. In hooger beroep stond voor de recht bank te Almelo terecht de Duitsche „won derdokter" Karl Fick, die door den kan tonrechter wegens het onbevoegd uitoefe nen der geneeskunst in het noorden van Overijsel is veroordeeld tot 1500 boete. Deze zaak is verleden jaar speciaal be kend geworden door een ope.i brief van een arü; te Dedemsvaart, die Fick verweet, dat een patiënte van hem door den kwak zalver verkeerd was behardeld, tenge volge waarvan de vrouw was overleden. Fick was ook thans niet verschenen en als zyn gevolmachtigde en raadsman trad wederom od mr. Bouwman uit Zwolle. Deze zeide, dat vick speciaal in beroep was gekomen, omdat hij ae straf zoo hoog vond. Als getuigen t-aden op de arts uit De demsvaart en enkele patiënten van Fick, welke laat?*»n verklaarden, dat zij wel baat bij de behandeling hadden gevonden. Tenslotte werd beveetiuin<r van het von nis van den kantonrechter geëischt. DE STRANDING VAN HET STOOMSCHIP „SIRENES". Voor den raad voor de scheep vaart. De raad voor de scheepvaart deed uit spraak inzake de stranding van het Noorsche stoomschip „Sirenes" op de Nederlandsche kust by Callantsoog tij dens stormweer. De raad is van oordeel, dat deze stran ding is veroorzaakt door den storm, waar door dit in ballast varende schip niet van de kust was te houden. In zooverre moet van force majeure worden besproken. De meening van den loods, dat het schip niet gestrand zou zyn. wanneer het niet geankerd had. is naar 's raads oordeel van allen grond ontbloot. Toen het schip uitging, hing het aein: „verwacht storm uit het zuidwesten". Uit de verklaring van den loods blykt, dat de kapitein hiermede volkomen bekend was. Al te vaak wordt slechts rekening ge houden met den toestand van het weer, zooals deze zich op het oogenblik van ver trek voordoet. Dit echter mag den raad niet verhinderen er op te wijzen, dat met de wetenschap, welke de kapitein bezat en de gevolgtrekking, welke hy daaruit kon maken n.1. dat storm uit het zuidwesten werd verwacht en de wind in verband met de aanvangende rijzing van den barometer naar alle waarschijnlijkheid zoude ruimen het zee kiezen niet verantwoord was en het dus wel zeer gewenscht ware geweest, wanneer de kapitein te IJmuiden beter weer had afgewacht. De raad heeft zich ook afgevraagd, of hier voor den loods, die toch de adviseur is van den kapitein, geen taak is wegge legd. Deze is toch niet alleen beter dan een vreemde kapitein bekend met den ge vaarlijken toestand van een schip by storm uit min of meer westelijke richting in de nabijheid der Nederlandsche kust, maar hy weet ook, welke rampen zich onder soortgelijke omstandigheden hebben voor gedaan. Ook de „Kerkplein" is destijds uitgegaan, terwijl zulks voor dat gebal laste schip niet verantwoord was. De loods heeft er zich wel op beroepen, dat de „Sirenes", die 10 mijl kon loopen, zeer spoedig ver genoeg van de kust verwijderd zoude zyn, doch deze redeneering houdt geen steek, daar men niet vooruit weet, wanneer de verwachte storm zal komen. OVERTREDING VAN DE WET OP UITVERKOOPEN? De koopman W. uit Enschede, eigenaar van een groote damesconfectiezaak, stond in hooger beroep voor de rechtbank te Almelo terecht, wegens overtreding der wet op uit- verkoopen. Hy had verleden jaar, juist voor het be gin van de Juli-opruiming een groot aantal briefkaarten naar klanten verzonden, waar in werd aangekondigd, dat de dames voor den 15den Juli op een vijftal z.g. verkoop- dagen rustig konden koopen tegen oprui* mingsprijzen. De kantonrechter te Enschede had W ontslagen van rechtsvervolgin. Verdaehte voerde aan, dat groote zaken te Amsterdam hetzelfde hadden gedaan zonder straf te hebben gekregen. Het O. M. cschte thans echter vyf gulden of vijf dagey hechtenis. STEEKPARTIJ TIJDENS COLPORTAGE- RELLETJE. Verdachte tot drie maanden veroordeeld. De Amsterdamsche rechtbank veroordeel de vandaag een melkventer uit Landsmeer die geruimen tyd geleden, tijdens een r.0l- portage-relletje aldaar, een N.S.B.-er eenige messteken toebracht, tot een gevangenisstrai van drie maanden. Het O.M. had vier maanden gerequireerd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1937 | | pagina 8