Sneeuw en ijs op weg en water. De Tweede Kamer en de Grondwets wijziging. PARLEMENT De schadeloosstelling voor Kamerleden beperkt. De afzonderlijke wetsontwerpen in behandeling. Binnenland Schepen in nood; binnenscheepvaart lam gelegd; vele wegen op het land onbegaanbaar. Ons land gegrepen door een felle koude. Het IJmuider stoomtrailer- visscherijbedrijf. (Van onzen parlementairen medewerker.) Spoediger dan we hadden vermoed, is de Tweede Kamer door de algemeene beschou wingen over de Grondwetsherziening heen- gekomen en heeft zij een aanvang kunnen maken met de behandeling van de afzon derlijke wetsontwerpen. Voor een groot deel is dit te danken aan uitstel van discussie over details, maar ook wel aan de bondige wijze, waarop minister de Wilde op de al gemeene beschouwingen heeft geantwoord. Natuurlijk kon ook hij een aantal detail punten bewaren, maar er bleven nog ge noeg min of meer principeele kwesties over, waarmede hij zich had bezig te houden. Zonder iemand te kort te doen, heeft hij de houding der regeering te dien aanzien kort, maar krachtig uiteengezet. Wat de algemeene strekking van de voor stellen betreft, ook de regeering be schouwt deze Grondwetsherziening niet als een wereldschokkend feit. Tal van wen- schen der Tweede Kamer, in den loop der laatste jaren geuit, hebben de regeering aanleiding tot deze partieele herziening ge geven. Het resultaat van een breeder opge zette revisie door 'n commissie bijvoorbeeld in 1933 reeds voorbereid zou tot weinig omvangrijker resultaten hebben geleid. In direct had de heer Goseling dit ook al te kennen geeven, zoodat de minister van binnenlandsche zaken maar zeggen wilde, dat de tijd voor een meer fundamenteele herziening nog niet rijp is. Is deze werkelijk zoo noodig? De bewinds man meende deze vraag ontkennend te kunnen beantwoorden. Onze Grondwet, waarin het constitutioneele parlementaire stelsel en onze volksvrijheden verankerd lig gen goederen, welke de overgroote meer derheid van ons volk niet wil prijsgeven is nog soepel genoeg om de ontwikkeling van den tijd bij te houden; op een enkel punt behoefde ten deze slechts een wijzi ging te worden aangebracht, waarmede werd gedoeld op de paragraaf betreffende de „nieuwe organen". Het parlementaire stelsel, gelijk wij dat kennen en dat zoo ge heel bij ons volkskarakter past, moet den heer Westerman ten spijt behouden blij ven. Het moet echter niet verstarren. Wil lem de Zwijger heeft eens gezegd: een volk is er niet voor den vorst, maar de vorst is er voor het volk. Hetzelfde gaat. volgens minister de Wilde, op voor het parlement. Dat de regeering nu de mogelijkheid wil scheppen, om revolutionnaire volksverte genwoordigers te weren, dient nergens an ders voor dan ter versterking van het par lementaire stelsel. Allemaal reactie, had de heer de Visser gezegd. Zeker, antwoordde de minister, maar een reactie tegen ver schijnselen van verwording! Zeer ernstig had de regeering ook over wogen of art. 7 betreffende de drukpers vrijheid wijziging behoefde. De pers-exces sen begorfnen namelijk een systematisch karakter te krijgen; de regeering moest daartegen middelen beramen. Doch van de wijziging van dat artikel heeft zij wegens de sterke oppositie in parlement en volk af gezien en ook om te verhoeden, dat de te genstellingen zich zouden toespitsen. Intusschen was het haar duidelijk gewor den, dat art. 7 niet aan scherpere strafrech telijke maatregelen in den weg stond. Dat het uitvaardigen van een verschijningsver bod, als bijkomende straf, ermede in strijd zou zijn, ontkende Z. E. beslist. Het kan geen censuur zijn, omdat censuur een voor afgaande keuring is. Bovendien behoefde de heer Albarda die tegen de opvatting van de regeering ernstige bedenxingen had geopperd heusch niet bevreesd ervoor to zijn, dat in een land als het onze een der gelijk verbod niet met voldoende waarbor gen zou worden omgeven. Terecht had de heer Schouten erop gewezen, dat méér nog dan in de wet de vrijheid van drukpers in het volksbewustzijn en in de zeden van het volk ligt. Daarom moeten de goede zeden ook worden bevorderd! Een ander punt van discussie was geweest de delegatie van bevoegdheid, waarvoor eenige sprekers een fundament in de Grond wet hadden gewenscht. De minister vond 't buitengewoon moeilijk om aan te geven binnen welke normen een dergelijke dele gatie zich zou moeten bewegen. En toch kan men niet buiten dikwijls groote volmachten in abnormale omstandigheden. De oorlogs- en crisistijd hebben dit geleerd; hoe vaak moeten niet op zeer korten termijn beslis singen worden genomen i Al hebben we ook in onze sociale wetgeving vrij véél te maken met deleagtie van wetgevende be voegdheid, in het algemeen behoort deze thuis in abnormale omstandigheden. Overi gens heeft de regeering bij machtigingen altijd de Staten-Generaal noodig. Dit moest de Kamer ook niet vergeten! Voor een verandering in de werkwijze van de Kamers, in die van de Eerste Kamer in het bijzonder, achtte de minister het nu niet de tijd. Evenmin voor een andere wijze van benoeming van den voorzitter van den Senaat. Tenslotte had de heer de Wilde nog eeni ge woorden toe te voegen aan den heer Lingbeek, die een aantal wenschen gefor muleerd had, teneinde de Hervormde be ginselen in de Grondwet tot uiting te brengen en aan de Hervormde Kerk een voorrang te geven. Practisch zouden dio wenschen nooit te verwezenlijken zijn, zoo lang er nog geen meerderheid in de Kamer voor gevonden is. Maar verder zou alleen de Staatsmacht ze kunnen doorzetten, dat wil zeggen; de tyrannie. En daarvoor was de heer Lingbeek bij deze regeering niet aan het goede adres; zij zou zich daartegen met alle kracht verzetten. Inkomen der Kroon. Schade loosstelling Tweede Kamerleden. Aangezien er niet gerepliceerd werd, kon dadelijk met de afzonderlijke wetsontwer pen worden begonnen, waarover eveneens algemeene beschouwingen konden worden gevoerd, indien noodig over twee of meer ontwerpen tegelijk. Zoo gebeurde het met de ontwerpen betreffende het inkomen van de Kroon, dat van 1.200.000 op f 1.000.000 wordt gebracht en de verlaging van de schadeloosstelling der Tweede Kamerleden van 5000 tot 4000. In de voorstellen betreffende het inkomen der Kroon is eveneens begrepen een, om aan den gemaal van de Kroonprinses (ook aan den gemaal van de regeerende Konin gin) een inkomen uit 's Rijks kas te ver schaffen van 200.000, hetgeen tot nu toe ontbrak. De eenige die over het inkomen der Kroon in bijzonderheden sprak, was de com munist de Visser. Deze deed het echter za kelijk, de personen der Koninklijke Familie er geheel buiten latend, en vooral princi pieel, zoodat we niet hebben kunnen be speuren dat iemand er aanstoot aan heeft kunnen nemen. Maar het viel toch op, hoe veel gematig der het standpunt der communisten is ge worden! Wederom herhaalde de heer de Visser dat de kwestie: republiek of consli- tutioneele monarchie niet actueel is. Hij constateerde verder slechts, dat er wel iets van het inkomen van de Kroon afging, maar dat dit nog niet voldoende was; als er érgens op bezuinigd kon worden, zonder dat vitale belangen werd geschaad, dan was het hier, naar zijn idee! Voorstellen zullen voortaan niet meer de ingewikkelde procedure van een Grondwet- herziening behoeven te volgen, doch kun nen door den gewonen wetgever worden tot stand gebracht, met een gequalificeerde meerderheid echter (van tweederden van 't aantal leden). Deze bepaling was den heer Donker (sd.) nog niet safe genoeg; hij wilde deze gequa lificeerde meerderheid ook voor een wyzi- gingsontwerp of een ontwerp tot intrekking van zoodanige wet. zelfs voor een amende ment, zoowel wat het inkomen der Kro m als de schadeloosstelling der Tweede Ka merleden betreft. Hij had amendementen in dien geest ingediend; die betreffende een gequalificeerde meerderheid voor een amen dement hadden geen succes, de andere zag hij aangenomen, zelfs overgenomen door den minister, nadat de Kamer het prototype met 44 tegen 27 stemmen had aanvaard, in een tamelijk gemengde stemming. Schadeloosstelling. Deze wijziging was echter de belangrijk ste niet; doordat ze met het eerstgenoem de punt samenhing, hebben we haar tegelijk vermeld. Voor de Kamer was van meer beteeken s dat de minister de verlaging van de schade loosstelling van 5000 op 4000 tot 4500 beperkte. De tweede grootste groepen uit de Kamer kwamen daartegen in verzet bü monde van de heeren Goseling (r.k.) en Vliegen (s. d. a. p.) Eerstgenoemde sprak er eerst in alge- meenen zin over in verband met de verla ging van de inkomsten van de Kroon. Beide verlagingen leden aan het euvel, dat er geen uniforme berekeningen aan ten grondslag liggen. De stijging van de koopkracht van 't geld is het motief der regeering geweest, doch de percentages van de verlagingen loopen zeer uiteen. Voor de Kamerleden gaat er zeker een 1000 aan onkosten per jaar af. Hun werkelijke inkomsten zijn du3 niet 5000, maar 4000, welk bedrag dus nu eigenlijk tot 3000 wordt verlaagd. De heer Goseling wees erop, dat er heel wat demagogie met de schadeloosstelling der Tweede-Kamerleden wordt bedreven. Zoo had het medelid Vervoorn een amendement ingediend om een bedrag van 2000 toe te kennen, doch dit den volgenden dag reels gebracht op 3000; denzelfden middag nog was, heet van de naald, een amendement des heeren Kersten verschenen om er 2500 van te maken. Nog afgezien van wat er, buiten de Kamer, in zekere kringen over de Kamerleder wordt beweerd. Met het oog daarop zou hij 't eigenlijk beter hebben ge vonden die demagogie rustigweg te trotsee- ren en alles bij het oude laten. Dit was, al zei hii het ook in wat andere woorden, ook het oordeel van den heer de Visser. Het heet zeide hij dat deze verlaging democratisch is, doch eigenlijk keert men terug tot de periode, dat alleen de welgestelden deel van het parlement konden uitmaken. Verlaagt men dg schade loosstelling dan werkt men weer de cumu latie in de hand; overigens is een bedrag van 5000 voor Kamerleden, die hun taak goed opvatten, niet te hoog Je achten. De heer Vliegen hield een betoog, dat in vele opzichten met dat van den heer Go- ling overeenstemde; hij herinnerde er nog aan, dat hij ais Kamerlid ook den tijd van de schadeloosstelling van 2000 had me degemaakt. Voor iemand, die geen verder inkomen had, was dit toch maar een armoedig be- staantje geweest, want men verwacht van een Kamerlid nu eenmaal ook, dat hij een zekeren stand ophoudt! De heer Goseling zeide nog zeer groote bezwaren tegen de verlaging van het in komen der Kroon te hebben. De heer Van den Heuvel (a.r.) zeide, dat de overgroote meerderheid van zijn fractie voor het voorstel van de regeering was; hij achtte het ongewenscht,"als de volksver tegenwoordiging uit beroepspolitici zou wor den samengesteld. Aangezien de r.k. en Sociaal-democraten den doorslag gaven en dezén te kennen had den gegeven, dat zij konden toestemmen in een verlaging tot 4500, overeenkomstig het voorstel van de minderheid der Staatscom missie, koos de minister den wijsten weg en wijzigde hij het regeeringsvoorstel in dien geest Een amendement van de groep-Kersten (s.g.j, boven reeds aangehaald, dat verder ook nog een uitgesteld pensioen inhield, bracht het niet tot een discussie, omdat het niet voldoende ondersteund werd; een amendement-Vervoorn trof hetzelfde lot, bovendien was de voorsteller van deze één- mansfractie er niet Overgenomen werd, na eenige redactie wijziging en gesub-amendeerd door den heer Suring (r.k.) die ook al weer een door jhr. de Geer aanbevolen verbetering had aangebracht een amendement van den heer van den Heuvel (a.r.) Volgens dit amendement nu zal een minister, die oud- Kamerlid is, geen pensioen wegens zijn vroegere Kamerlidmaatschap tijdens zijn ambtsperiode mogen toucheeren, verder sluit het (door de aanvulling Suring—-n Geer) elke cumulatie van pensioen en o salaris wegens een ambtelijke betiek "ing voor Kamerleden uit. Ministers zonder portefeuille. De paragrafen van beide ontwerpen wer den goedgekeurd, evenals die betreffen e het ontwerp inzake de mogelijkheid van e benoeming van ministers zonder porte feuille. De eindstemming wordt op een nader te bepalen dag gehouden; trouwens over alle ontwerpen. De heeren van Dijk (a.r.) en de Visser brachten bezwaren in tegen de benoeming van ministers zonder portefeuille, laatst genoemde, omdat hij verzwakking van den parlementairen invloed daarvan duchtte. De heer Van Dijk zou die mogelijkheid willen beperken tot den minister-president; door andere ministers geen portefeuille te geven, kan de politieke kracht van een ka binet op bepaalde wijze worden versterkt, hetgeen ongewenscht zou kunnen zijn. De heer Vliegen vertrouwde dat de regee ring van dit instituut een spaarzaam ge bruik zou maken, hetgeen volgens mede- deeling van den minister inderdaad de be doeling is. Vandaag de discussie over de ont werpen vervolgd. De felle koude hield gisteravond en van nacht nog aan, fel snerpte de wind en overal in ons land heerschte winter. Het IJ biedt een winterschen aanblik. Sleepbooten, die kennelijk pas van buiten komen, zijn met ijspegels behangen. De booten van de IJ se lm eerdiensten, die gis ternacht hun overtocht hebben gemaakt, dragen sporen van ijs en ijzel. De kaden en steigers, de manden en pakken onder de dekzeilen, zien wit van sneeuw en ijs. On stuimig ir het grauw-groene water, dat hoog opspat als de schepen, veren, zolder schuiten en andere vaartuigen, het met den scherpen boet doorsnijden. Dansend op de golven gaan de watertaxi's voorbij. De wind blaast fel over net IJ, zoodat de varenslieden hun berenmutsen of hun oor kleppen hebben opgezet. Zelfs deze mer- schen, die meer kou gewend zijn dan de overige stedelingen, die tusschen de hooge gebouwen altijd nog een goede beschutting vinden tegen den wind, rhebben het koud. IJzig koud en scherp snijdt de noord oostenwind over het vlakke land buiten Schellingwoude. Verlaten ligt Waterland, bedekt or.der sneeuw Op de kruinen der dijken is het grimmig koud. De bewoners hebben zich dik ingepakt als zij naar bui ten gaan, maar liever blijven ze binnen. Ook daar bemerken zij hoe koud het is. De wind dringt door alle kieren heen naar binnen en rammelt aan de ramen. Tusschen den Schellingwouderdijk en den strekdam, die de Noordelijke afdam ming van de vaargeud naar de Oranje- slizen vormt, is het water toegevroren. Visschersvaartuigen liggen vast in het ijs, en zoo ver het oog reikt strekt het grondijs zich uit. Merkwaardige aanblik van den rijdijk af: ten oosten een onafzienbare ijs vlakte. ten westen open water! De sluiswachter heeft weinig te doen. Er is gisternacht geen schip uitgevaren, alleen komen er enkelen binnen. Als het zoo doorgaat, zal de scheepvaart hier wel dra stilgelegd zijn. De winter is hier nu pas recht aangebroken. Feller dan wij het in de stad zouden hebben vermoed Marken geïsoleerd. Het Buiten-IJ is thar.s geheel bedekt met een dikke ijslaag, waardoor het scheepvaartverkeer door de Oranjesluizen vrijwel stilgelegd is. Er komt geen schip meer binnen. Alleen voor stoomschepen met zeer krachtige machines is de vaart nog mogelijk. Voor zeil- en motorvaartui gen is dit echter uitgesloten. Tengevolge van den zwaren ijsgang is het niet meer mogelijk het eiland Marken per vaartuig te bereiken. De N. Z. H. T. M. heeft haar bootdienst naar het eiland van morgen gestaakt, waardoor het geheel ge- isoleerd is. Het is nog niet mogelijk het vasteland van het eiland af loopende over het ijs te bereiken. Urker boot loopt vast. De Urker postboot „Jhr. van Geusau', die gisterochtend komende van Urk met tien passagiers en een lading hooi en pa pier bij Enkhuizen in het ijs was vastge raakt,e is gistermiddag met assistentie van de sleepboot „Tini" van Delfzijl losge komen en heeft Enkhuizen bereikt. De andere Urkerboot, de „Sitene" ligt nog .n het ijs en zou trachten naar Urk terug te keeren. De kapitein van de „Jhr. van Geusau" deelde mee, dat zijn boot gister avond zoi trachten Urk weer te bereiken, wat te Enkhuizen vrijwel onmogelijk werd geacht. De beurtdienst AmsterdamEnk huizen is gisteren wegens ijsgang gestaakt. Twente's wegen. De straffe Oostenwind, welke de in Ij laatste dagen gevallen sneeuw opzweept, heeft verscheidene wegen in Noord-Oost- Twente geheel onbegaanbaar en onbereik baar gemaakt. De verbinding tusschen Oldenzaal en Oostmarsum, Weerselo en Tubbergen is geheel verbroken. Het autoverkeer is hier onmogelijk. Tienta'len auto's en tractors zijn in de sneeuw, welke op sommige we gen over groote afstanden, meer dan een meter hoog ligt, vastgeraakt. De autobus dienst OotmarsumTubbergenAlmelo OldenzaalWeerselo is gisteravond stop gezet. De weg OotmarsumDenekamp is nog tamelijk goed berijdbaar, hoewel daar gistermiddag vijf auto's vastzaten. De meeste belemmering ondervindt men in de Hooge Eschgronden, vanwaar de sneeuw in de lager gelegen straatwegen vast- waait. Groote groepen werkloozen zijn bezig de verbinding zoo spoedig mogelijk te herstellen. Treilers te IJmuiden. Tengevolge van den hevigen Oosterstorm i; het met hout en graan van Dantzig naar Huil bestemde Duitsche stoomschip „Truue Schunemann" de haven van IJmuiden binnengeloopen on. beschutting te zoeken. Voorgaats van deze haven lag gisteren nog een stoomschip geankerd, waarvan de kapitein het mï?r wenschelijk achtte dicht onder de kust te blijven, dan bij zuik stormweer het ruime sop te kiezen. De sleepboot Heetor was gisteren van IJmui den uitgevaren op het bericht, dat een treiler in gevaar verkeerde. Ter plaatse aangekomen bleek het schip zichzelf te hebben geklaard, zoodat in dit geval geen hulp meer noodig was. De stoomtreilers IJM 38 (Gerberdina Johanna) en IJM. „4 (Limburgia) welke van de visscherij in de thuishaven terugkeerden hebben op de Noordzee zeer zwaar stormweer door staan, waarbij de schepen de s'oepen ver loren, terwijl nog verdere schade aan dek werd geleden. De tot vertrek gereed lig gende stoomtreilers konden gisteren in verband met den storm de haven van IJmuiden niet verlaten. Treilers niet kunnen visschen. Volgens radiografische berichten van verschillende treilers op de Noordzee is het hevig stormweer. Vooral gisterochtend hadden de schepen het zwa?r te verant woorden. Gistermiddag was de zee iets kalmer, maar toch nog te stormachtig om te vis schen. De schepen hebben dan ook de netten aan boord gehouden en wachten cp beter weer. Vast in het ijs. De schcepboot „Tini" van Delfzijl is van Er.ikhuizen uitgevaien om de veerbooten „Bosman" en „V:n Hasselt" assistentie te verleenen. Het ijsveld voor de „Van Has selt" werd los en stuk geslagen en na verloop van een half uur richtte laatstge noemde veerboot den steven naar Enkhui zen, direct gevolgd door de „Bosman". Spoedig bereikten zij een ijsvrij gedeelte in Krabbersgat en dc „Van Hasselt" liet luid zijn bootsfluit klinken, zooals gewoon lijk, wanneer veerbooten de Rijkshaven naderen. Honderden toeschouwers waren van den wal af getuige geweest van de worsteling in het ijs, die van gistermorgen 9 uur tot 's namiddags ruim twee uur had geduurd. Aan boord van de „Van Hasselt" waren 80 passagiers, die hun doel van de reis Stavoren, riet hadden kunnen berei ken en van de Spoorwegmaatschappij een gratis retourkaartje ontvingen. De stem ming onder de passagiers had al dien tijd niets te wenschen gelaten. Volgens mede- deeling van verschillende personen had men zich niet het minst over den toestand ongerust gemaakt. Men had den tijd rustig doorgebracht met praten en met lezen, terwijl, velen ook zich het middagmaal op de boot uitstekend lieten smaken. Voor een werkloozen Hagenaar, die met twee kinde ren aan boord was, op weg naar Sneek, waar hij werk zou kunnen vinden, werd gecollecteerd. Bovendien ontving 't drietal gratis een maaltijd van den kok Bij aan komst te Enkhuizen stond een goed ver warmde trein gereed,, zoodat de passagiers zoo spoedig mogelijk hun woonDlaatsen weer konden bere'ken. De veerdienst is nu, zooals bekend, door de directie geheel gestaakt. Grieksch schip in nood. Het Grieksche stoomschip „Phaeton", gebouwd i nl913, groot bruto 4188 en net'o 2570 registerton, toebehoorende aan de reederij N. G. Livanos te Piiaeus, varende met bestemming van Necochea naar Ant werpen, verkeerde gisteravond in nood en vroeg dringend sleepbootassistentie. De positie van het schip was 51 graden 32 minuten Noorderbreedte en 2 gr. 27 minu ten Oosterlengte, d. i. ongeveer nabij het lichtschip Noord-hinder. De sleepbooten „Noordzee" en „Goliath" uit Vlissingen zijn naar het schip vertrok ken De zee was zeer ontstuiming en er stond een zeer krachtige Oostenwind. Motorschoener op strand. Volgens te Oostmahorn ontvangen tele fonisch bericht is de Duitsche motorschoe ner Adler" op het eiland Rottummeroog gestrand. Het schip bevindt zich op rsis van Rotterdam naar Emden en is geladen met steen. Tengevolge van den zwaren Oosterstorm is een der luiken ingeslagen en bevindt er zich veel water in het ruim. Tijdens laag water zit het schip geheel droog Een sleepboot, welke zal trachten het schip tijdens hoog water vlot te alee- pen bevindt zich in de nabijheid. Ook de Duitsche reddingboot is uit de haven van Borkum ter assistentie uitgevaren. Het schip behoort thuis te Haren aan de Eems en is bemand met vier personen. Twee schepen op het IJselmeer vastgeraakt? Gisteravond omstreeks tien uur zijn de Zwolsche boot „Zuiderzee" en de Lemmer boot „Friesland" van Amsterdam ver trokken voor Zwolle en Lemmer. Den geheelen nacht hebben zij tegen het ijs geworsteld en zijn niet verder kun nen komen dan even buiten Durgerdam. De vrachtboot „Koophandel", bestemd voor Kampen, is onderweg in het ijs vast blijven zitten. De drie genoemde booten zijn heden in de Oranjesluizen terugge- koerd. De stoombooten „IJsel" en „Holland" zijn gisteravond van Zwolle en Lemmer ver trokken. Men heeft niets meer van deze booten vernomen, zoodat zij vermoedelijk in het ijs bekneld zitten. DE .JONGE JACOBUS" GEZONKEN. Eén der redders verdronken. De .Jonge Jacobus", het Nederland- sche stoomschip, dat voor de Portugee- sche kost in nood verkeerde, is geson- ken. De bemanning is gered door het Nederlandscbe stoomschip „Aehüles" van de Kon. Ned Stoomb. Mij. Bij de redding sloeg een lid der bemanning van de „Aehüles" door een overkomende see overboord. De man kon niet worden gered en b verdronken. DE POSTAUTO-DIEFSTAL TE EINDHOVEN. De verdachten op vrije voeten gesteld. De Eindhovensche politie heeft de twee mannen, die gearresteerd waren, in verband met den Maandagavond ge- pleegden postauto-diefstal, zijn gister avond op vrije voeten gesteld. De poli tie vond geen termen aanwezig, om hen nog langer in arrest te houden. Toekomst nog onzeker. Kleine verbetering der besommingen. Invloed der depreciatie van den gulden. Prijsstijging van mate rialen. Verhooging der kolen- prijzen. Enkele lichtpunten. Regeeringssteun met terugwerkende kracht Ofschoon de bedrijfsresultaten der laatste maanden van 1936 een verbetering te zien hebben gegeven in vergelijking met die van 1935 over dezelfde periode en er in verband met de depreciatie van den gulden enkele lichtpunten door de duisternis schijnen heen te breken, is er naar men in reeders- kringen te IJmuiden tegenover een verslag gever van het A. N. P. op vragen zijnerzijds deed uitkomen met betrekking tot de po sitie, waarin het stoomtreilervisscherij be drijf verkeert allerminst reden om ten aanzien van de toekomst reeds optimistische klanken te doen hooren. Voor een overzicht van den toestand is het zoo zeide men noodig terug te gaan tot het tijdstip van het inzetten der economische crisis af, en dan kan al dale- Üik gezegd worden, dat het bedrijf het in de crisisjaren zeer zwaar te verantwoorden heeft gehad. Een groot aantal reederijen moest den strijd om het bestaan opgeven, mede met alle noodlottige gevolgen daarvan voor de nevenbedrijven. Andere konden zich slechts met moeite staande houden, hetgeen onder meer ten koste is gegaan van de reserves, terwijl bovendien de schuldenlast van sommige bedrijven dermate toenam dat de exploi tatie slechts bij gratie van de crediteuren kon worden voortgezet. Het feit, dat van 't oorspronkelijk aantal van bijna twee hon derd stoomschepen er nog een tachtigtal en zulks ten koste van nieuwe offers in de vaart kon worden gehouden, zegt in dit verband genoeg. W ut nu de besommingen over het vierde kwartaal van 1936 betreft, geeft inderdaad een vergelijking met die over dezelfde pe riode van 1935 een eenigszins gunstiger beeld te zien. De gemiddelde besommingen over de eerste drie kwartalen kwamen ongeveer overeen met die van de eerste drie kwar talen van 1935 en wanneer de jaar resul taten thans worden bezien, blijkt daaruit, dat er inderdaad over het jaar genomen 'n kleine verbetering der besommingen valt te constateeren, die zich evenwel tot slechts enkele procenten beperkt vergeleken met 1935. Daarnaast moet evenwel worden op gemerkt, dat over het algemeen de gemid delde besommingen van de verschillende typen van schepen gedurende 1936 liggen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1937 | | pagina 6