50 35 20 c. WYBERT Binnenland MINISTER SLOTEMAKER DE BRUINE SPREEKT OVER „ORDENING". Een voor-rede voor de a.s. verkiezingen. Stijging van den broodprijs? Thans ook met menthol-smaak! Voor den Chr. Hist. Kamerkring te Am sterdam heeft prof. R. Slotemaker de Bruïne gisteravond een rede gehouden. In zijn in leidend wóórd merkte hij op, dat hy thans nog geen eigenlijke verkiezingsrede wensch- te geven; als meer algemeen onderwerp had hij gekozen „ordening". In een historische beschouwing zette spr. uiteen, hoe het individualisme der 18e en 19e eeuw het organisch karakter der maat schappij had miskend. Als reactie daarop organiseeren ondernemers en arbeiders zich in algemeene en in vak-organisaties; daar uit groeit een organisme, dat vele functies kan vervullen; aldus is het atomisme over wonnen, niet dOor staats-albevoegdheid en dwang maar door een normale organische ontwikkeling. Dit een en ander is de eerste grondgedachte in de ordening. Spr. gaf dan een overzicht van het stand punt der verschillende politieke partijen ten opzichte van de ordening. Wie nu komen wil, aldus spr., tot de zeer concrete beant woording der vragen, die ontdekt, dat voor de beantwoording dezer vragen de eenstem migheid nog geenszins is bereikt. Zoo moet men vragen, of bij de middelen, die worden aangewend, vooral het belang van de gemeenschap dan wel het belang var het individu moet worden in het oog gevat, het uitschakelen van individueele vrijheid en individueele verantwoordelijkheid ware een fout; maar men mag het oog niet sluiten voor de omstandigheid, dat bij de onge ordendheid der dingen de individueele vrij heid menig maal niet anders is dan. een in- houdlooze klank. Op dit terrein zal van ge val tot geval de beste oplossing moeten wor den gezocht. Zoo vrage men, of het organisme, waar over gesproken wordt, moet opgelegd wor den door den staat van boven af dan wei moet groeien van onderen op. Hier luidt zeker het antwoord, dat opleggen van boven af zou beteeken en het ontstaan van een machinerie, die het leven mist; en dat de overheid niet bevoegd is om maatschappe lijke krachten te onderdrukken, dat zij deze in tegendeel wekken moet. Zoo vrage men voorts, wie de hoeder zijn moet van het algemeen belang, wanneer de verschillende organen elk op eigen erf wer ken. Het is vooral deze vraag, die voorals nog tot groote moeilijkheden en veel on zekerheid leidt. De eerste vraag, die zich dan voordoet, is deze :öf het gewenscht is, dat naast de beide Kamers der Staten-Generaal een Kamer worde gevormd, die het bedrij f leven zou vertegenwoordigen In dé voor stellen tot grondwetsherziening is deze ge dachte voorgedragen; de grondwets-commis- sie evenals de regeering heeft haar intus- schen verworpen, de sociaal-democratie heeft in naam van democratie en volksin vloed zich scherp tegen die gedachte verzet. Men zal zeker goed dan, ook hier té on derscheiden, dat belangen-politiek zou moe ten worden gevoerd door de politieke orga nen en dat dus de politieke organen een groeps-karakter zouden moeten hebben in- plaats van het volk als geheel te vertegen woordigen en te dienen, dit moet zeker worden verworpen. Evenzeer moet worden verworpen, dat de politieke partijen op groepsbelangen inplaats van op groote be ginselen zouden worden opgetrokken. Aan den anderen kant moet het mogelijk blijven, dat de wetgever en de overheid een deel van hetgeen thans nog tot hun be moeiing behoort, overlaten aan maatschap pelijke kringen, omdat de overheid haar be moeienis hier eigenlijk moet bepalen tot het stellen van normen, controle en zekerheid. In dit verband vragen de openbare lichamen voor beroep en bedrijf, waarvan de grondwet straks zeker wel spreken zal, alle aandacht. Met dit alles is echter het zwaarste pro bleem alleen nog maar aangeduid en nog in geen enkel opzicht opgelost. Het luidt aldus: de staat heeft als roeping het algemeen be lang, het belang van het volk als geheel te verdedigen; ook indien hij dit niet altoos heeft gedaan, blijft dit zijn ernstige taak. Wanneer nu de staat terug treedt en wanneer door ordening andere organen een stuk taak op zich nemen, wie is dan de hoeder van het algemeene belang? Op deze allergewichtigste vraag moet de volle aandacht worden samengetrokken. Het staat vast, dat het volksgeheel moet wbrden geholpen en dat de deelen zich als deelen van het geheel moeten gevoelen. Het staat ook vast, dat niet aan elk van de deelen op zijn beurt een zeker voordeel moet worden toegeschoven. Evenzoo, dat er niet moet zijn een voort durende oorlog van groep tegen groep of klasse tegen klasse of belang tegen belang, zooals in de dagen van het ongebreideld in dividualisme er een strijd was op leven en dood van enkeling tegen enkeling. Het staat ook vast, dat het algemeen belang niet het zelfde is als de som van de belangen der verschillende groepen. Het staat eindelijk vast, dat de organisatie van een bepaalden kring, een bepaald deel van het bedrijfs leven niet tot speciale taak kan hebben het algemeen belang te behartigen. Hoe gewichtig echter al dit negatieve ook wezen moge, wij zijn nu positief nog geen stap verder. De sociaal-democratie kende hier althans in beginsel overeenkomstig haar oorspronkelijken opzet geen moeilijkhe ien, omdat zij het klasse-belang vereenzelvigde met het algemeen belang. Maar wij weten thans wel, dat men ook daarmede niet ver der komt; ook de klasse is niet enkelvoudig, maar is een zeer samengesteld geheel; ook binnen die dus genoemde eene „klasse" doet zich de worsteling van groepen en van be langen onverzwakt voor. Een laatste vraag, die zich bij de ordening pijnlijk voordoet, rest nog; zij draagt een dubbel karakter. Eenerzijds: zal men de genen, die in een bedrijf werkzaam zijn, veilig stellen en aan anderen geen kans Prof. Slotemaker de Bruïne bieden op hetzelfde erf; zal men dus het bedrijf sluiten? Anderzijds: moet men bij de ordening naar saneering streven; dat is: moeten économisch niet-noodige of niet- verantwoorde ondernemingen voorden in stand gehouden? Dat 't sluiten van een be drijf onrecht zijn kan tegenover gegadigden en bovendien economisch onjuist werken kan, doordat het minder degelijke wordt gehandhaafd, springt in het oog. Hierdoor zou zeker aan het belang van het volk als geheel geen dienst gedaan worden. Of het geen zich economisch uit eigen kracht niet handhaven kan moet worden gesteund dan wel moet ondergaan, is een vraag, die voor crisis-dagen anders staat dan met betrek king tot afzonderlijke verouderde onder nemingen. Dat de lai.dbouw in den huldigen tijd wordt geschraagd, zal ieder vanzelf sprekend achten en voor de toekomst van ons volk onmisbaar. Dat de beurtschipper zou worden gehandhaafd, ook al verloopt zijn bedrijf door auto's zal niemand verdedi gen. Maar ook binnen het geheel van een bedrijf zal saneering dikwijls onvermijdelijk zijn. Er is terecht op gewezen, dat de on economische bedrijven speciaal onder het oog moet worden gezien. Deze uitspraak geldt niet slechts voor een bepaald bedrijf, maar is van waarde over de gansche linie. De vraag doet zich daarbij voor, of het on economische zonder meer moet ondergaan in den strijd om het bestaan dan of over gangsmaatregelen moeten worden gezocht. Het is duidelijk, dBt men door niets te doen het snelst tot saneering zal komen; het is even juist, dat langs dien weg niet slechts economische maar ook sociale en moreele schade zal worden aangericht. Hier nu zal de staat, voor zoover zij een taak zal heb ben, en zal ook de maatschapppij zoowel behoedzaam als krachtig de beste wegen moeten vinden. Bij die alles vergete men tenslotte niet, dat wij in Nederland een zeer groote bevol kingstoename kennen. In een eeuw zijn wij geklommen van 2.S tot 8.5 millioen en deze- monden moeten alle eten. Ook hierom zal het noodzakelijk zijn krachtig op te treden, aangezien met slapheid slechts een toestand wordt verkregen, die voor niemand bevred'- gend geacht worden kan. Het moge thans duidelijk zijn, welk een groot aantal beginselen in het onderwerp der ordening zijn vervat, waaromtrert klaarheid zeer wel bereikt kan worden Maar eveneens, hoe veel vragen van practijk en beleid zich blijven voordoen, die met een machtspreuk zeker niet beantwoord kunnen worden. De gezamenlijke wil van allen, die verantwoordelijkheid dragen, om èn econo misch èn sociaal te werken, zal noodig zijn, om de wegen te vinden, waarlangs een volk het best kan voortbestaan en tot hooger ontwikkeling komen. De Nederlandsche Vereeniging va.i Werkgevers in het Bakkersbedrijf deelt ons mede: Zooals bekend, heeft de regeering op 26 September 1936, d. i. het tijdstip der de preciatie van den gulden, teneinde de prij zen der eerste levensbehoeften, in casu het brood, niet te doen stijgen, aan de Nederlandsche Maalindustrie een zoodanig bedrag vergoed, dat daarmede een stijging van den prijs van de bloem, de voornaam ste grondstof voor dc bereiding van het brood, kon worder voorkomen. Deze bonificatie aan de Nederlandsche maalindustrie, v aarmede inderdaad be reikt werd, dat de bloemprijs werd gesta biliseerd op het peil van vlak voor 26 September 1936, is allengs gereduceeid, laatstelijk op 31 Januari j.1. met als nood zakelijk gevolg, dat de bloemprys in den tusschent.ijd met ruim 1 per 100 kg. Is gestegen. In verband hiermede heeft de Neder landsche Vereeniging van Werkgevers in het Bakkersbedrijf bij den minister van landbouw geprotesteerd tegen de verlaging der bonificatie en daartoe het volgende telegram aan zijne excellentie gericht: „Den minister van landbouw en vis- scherij Nederlandsche Vereeniging van Werk gevers in het Bakkersbedrijf protesteert met klem tegen herhaalde verlaging der bonificatie aan de maalindustrie waar door bloemprijs sinds 26 September reeds gestegen met ruim f 1 per 100 kgwijst op in verband hiermede urgente noodza kelijkheid tot verhooging in het geheele land van broodprijzen, waartoe zij thans haar leden zal moeten adviseeren en acht zich in geen enkel opzicht verantwoorde lijk voor de nieuwe lasten, welke hiermeda voornamelijk aan minst draagkrachtige gedeelte der bevolking zullen worden op gelegd; geeft eerbiedig in overweging door ver laging der heffing op tarwe dan wel van den prijs der vita-tarwe deze anders nood zakelijke broodprijsverhooging te voor komen en adviseert uwe excellentie drin gend ook andere thans te zwaar op bedrijf drukkende crislslasten op grondstoffen zoo spoedig mogelijk te verzachten, Namens voornoemde vereeniging, Mr. C. M. Corporaal, secretaria." De Nederlandsche Vereeniging van Werkgevers in het Bakkersbedrijf be schouwt een stijging van de broodprijzen in de huidige omstandigheden als een noodzakelijk kwaad, aangezien daardoor het armste gedeelte onzer bevolking het zwaarst wordt getroffen, doch meent an derszins, dat de Nederlandsche Bakkerij niet een taak van bedeeling behoeft te vervullen, welke hetzij het burgerlijk armbestuur dan wel het ministerie van sociale zaken rechtens toekomt. Naar haar meening kan een broodprijsverhooging gemakkelijk worden voorkomen, Indien slechts hetzij de heffing op tarwe, hetzij der vitr -prijs der tarwe verlaagd wordt hetgeen de regeering geheel in haar hand heeft en waardoor de bloemprijs vanzelf op een lager peil zal komen te liggen. ROER VAN POSTBOOT STUKGESLAGEN. Nachtelijke tocht over het ijs Gisteravond om elf uur werd het eiland Urk opgeschrikt door nood seinen, afkomstig van de postboot „Insula". Onmiddellijk werd een ijsvlet in gereedheid gebracht, welke, bemand met tien man, om twee uur van wal stak, om de postboot hulp te verleenen. Vanochtend om tien uur is de be manning van de ijsvlet te Urk terug gekeerd met drie personen van de uit tien personen bestaande bemanning van de „Insula". Het ia gebleken, dat het roer van de „Insula" gisteravond was stukgeslagen. Hierdoor geraakte de boot stuurlooa en kon zij niet verder door het ija komen. Er worden pogingen in het werk gesteld om het roer van de „Insula" te herstellen. LOODGIETER VAN HET DAK GEVAL^ËN. De bijna zeventigjarige loodgieter B. uit Nijmegen, was giBlérmiddag in de Kraayenhofflaan te Nijmegen bezig met het herstellen van een dakgoot. Op een gegeven moment brak een deel der goot af en plofte de man van ongeveer acht meter hoogte op de straatsteenen. De ongeluk kige bleek beide beenen te hebben gebro ken en ernstige inwendige kneuzingen te hebben opgeloopen. Nadat een geneesheer de eerste hulp verleend had, is de man per ziekenauto naar het St. Canisius-ziekenhuis vervoerd. Gisteravond was zijn toestand niet zon der levensgevaar. DOOR EEN LIST UIT DE GEVANGENIS ONTSNAPT. Doch spoedig weer aangehouden. De 21-jarige W. B. te Groningen, die In het huis van bewaring te Groningen was ingesloten wegens diefstal van geld, dat hij had buitgemaakt bij een zeer groot aantal brutale inbraken, heeft gistermid dag kans gezien enkele uren vrijheid te veroveren. Hij zeide een stuk van een lepel te hebben ingeslikt, waarop hij naar het Academisch ziekenhuis werd overge bracht. Daar oordeelde men opneming echter niet noodzakelijk. Tijdens zijn be handeling slaagde de man er in uit het ziekenhuis te ontsnappen. Uit een telefooncel belde de brutale jongeman de politie op en deelde mede, dat hij zich op vrije voeten bevond, doch zich den volgenden ochtend zelf weer zou melden, mits men hem maar zijn gang liet gaan. Het spreekt vanzelf, dat de politie niet op dit voorstel kon ingaan. Onmid dellijk werd een onderzoek in de stad in gesteld, met het resultaat, dat de man na korten tijd in een logement werd aange troffen. Intusschen had hij ook nog kans gezien een fiets te stelen. Het bericht van dezen diefstal kwam bij de politie binnen, kort nadat zij haar mannen had uitgezon den om den vluchteling op te sporen. Men vermoedde toen reeds, dat B. aan dezen diefstal niet vreemd was Dit bleek inder daad juist te zijn, want men ontdekte het gestolen rijwiel in de woning van een zij ner familieleden. B. is na ziln kortstondige vrUheld naar het huis van bewaring teruggebracht, HET PENSION- EN RUSTHUISBEDRIJF De Nederlandsche bond van beroeps-pen sionhouders en aangesloten rusthuizen ver zoekt in een adres aan den minister van financiën, te bepalen: dat voor het houden van een pension- of rusthuisbedrijf een vergunning van over heidswege wordt vereischt, welke vergun ning slechts zal worden verstrekt aan ^den van een door de overheid erkenden Bond van beroeps-pensionhouders en rusthuis houders; Dat het aan ambtenaren verboden worde pension te houden; Dat het aan buitenlanders, die niet reeds ten minste een bepaalden tijd het beroep van pensionhouder of houder van een rusthuis hebben uitgeoefend, verboden worde pen sion te houden; dat in ieder geval gelijkstelling plaats vindt in de aanslagen van de omzetbelasting van beroeps-pensionhouders als van parti culiere verhuurders en dat de beroepspen sionhouders worden vrijgesteld van het be talen van personeels belasting voor de vei trekken, welke door heh aan pensiongasten zijn verhuurd en dat de aanslagen daarvoor worden ten name gesteld van de pension' gasten, die deze kamers in gebruik hebben. MINISTER VAN LIDTH DE JEUDE AAN EEN ONGELUK ONTSNAPT. Men meldt aan de N.R.Crt. uit Baarn: Gistermiddag is minister jhr. ir. O. C. A van Lidth de Jeude aan een groot gevaar ontsnapt. Hij waa met zijn auto op weg naar Twente, waar hfj te Almelo een lezing zou houden voor de Liberale Staatspartij de Vrijheidsbond. HU had een behoorlUke snel heid. In de buurt van Baarn was de chauf feur genoodzaakt vaart te verminderen doordat hij achter een langzaam rijdenden auto reed. Dit heeft een ongeluk voorkomen, want Juist toen hU zou passeeren bemerkte de chauffeur, dat de stuurstang van de auto gebroken was, zoodot zUn voertuig on bestuurbaar was geworden. Had hU t°en een groote snelheid, dan was een ongeluk niet te voorkomen geweest. Nu kon de chauffeur van den minister de auto nog aan den kant van den weg tot stilstand brengen. Met een gehuurde auto kon de minister zUn reis naar Twente voortzetten. KINDERMOORD NABIJ ZOELEN. Door de gemeente- en rijkspolitie te Zoelen (Geld.) is dezer dagen een vrouw gearresteerd, van G., uit Kapel Avezaat, die verdacht wordt van kindermoord. „HET NATIONALE DAGBLAD". In „Het Nationale Dagblad" wordt de „Handelsblad'-mededeeling, dat dit orgaan na de verkiezingen zou worden opgeheven, met de grootste stelligheid tegengesproken. DE SCHOENFABRIEK TE BUNSCHOTEN. Naar wij vernemen, worden er momen teel te Amsterdam besprekingen gevoerd over de voortzetting van het hedrijf der schoenfabriek te Bunschonen. Deze fabriek, die eenige jaren geleden met steur van den rijksdienst tot uitvoe ring van de Zuiderzee-steunwet en met steun van de gemeente Bunschoten werd opgericht, geraakte voor eenige maanden in financiëele moeilijkheden en werd stopgezet. De deconfiture dezer fabriek gaf on langs in de Tweede Kamtr aanleiding tot het stellen van vragen aan den betrokken minister. Men hoopt, dat de besprekingen succes zullen hebben, want de Bunschoter bevol king was door de sluiting der fabriek, waar honderd personen werk vonden, zeer gedupeerd. DE WERELD-JAMBOREE. De organisatie van den geneeskun digen dienst. Het comité voor geneeskundige verzorging en hygiëne der wereld-jamboree 1937 onder leiding van dr. L. S. Hannema te 's-Graven- hage (Roode Kruis ziekenhuis) bereidt de geneeskundige verzorging van de ongeveer 29.000 jongens. Ernstige zieken zullen naar Haarlem worden vervoerd. Op het terrein zelf komt een noodziekenhuis met 100 bed den en acht hulpposten, waaraan verbonden een interniat, een chirurg, een tropenarts en 12 kampartsen, welke iaatsten in het kamp zelf onder dak worden gebracht. DE K. L. M. NAAR URK. Ook nog eens naar de Wadden eilanden. De K.L M.-piloot Von Weyhrother heeft voor de bewoners van diverse Nederland sche eilanden de laatste dagen de rol van bevrijder gespeeld. Hoog over de ijsmas sa's, welke deze stukjes land van de rest van Nederland scheiden, brengt hij met zijn Fokker levensmiddelen en post naar de geisoleerde bewoners. Vrijdag bevrijdde hU Ameland en Schiermonnikoog uit hun Isolement, ter wijl gisteren het eiland Urk aan de beurt was. Weliswaar was de dooi reeds sterk ingetreden, maar de ijsmassa's rondom dit eiland zijn nog zoo geweldig, dat geen boot er doorheen kan komen. Om één uur gistermiddag is Von Weyhrother met zijn machine gestart en hij zette onmiddellijk koers in noordoos telijke richting. Reeds spoedig was hij boven Urk, waar hij een vlotte landing maakte. De vertegenwoordiger van de stoom- bootmaatschappU, welke anders den dienst op Urk onderhoudt, had op het eiland enkele stukken grond als landingsterrein afgebakend. Om half vier startte Von Weyhrother weer met twee passagiers naar Schiphol, waar hU eenigen tijd later arriveerde. Vandaag zal het vliegtuig wederom een vlucht naar Urk maken, daar Von Weyh rother 200 kg. post en andere lading moest achterlaten. Wij vernemen voorts nog, dat morgen hetzelfde toestel nog een vlucht naar Ameland en Schiermonnikoog zal maken. JACHT OP EEN SMOKKELAUTO. Smokkelaars springen in het kanaal en ontkomen. In den nacht van Zondag op Maandag heeft te Tilburg een sensationeele jacht op een smokkelauto plaats gehad. Onder de gemeente Alphen en Kiel had den de belastingambtenaren een verdachte auto ontdekt. Daar aan de sommatie van stoppen niet werd voldaan, zetten de com miezen met de dienstauto de achtervolging van de verdachte auto in. In volle vaart ging het in de richting Til burg, ofschoon de dienstauto merkbaar ter rein op haar rivaal won, waren de vluch telingen nog een heel stuk voor toen de binnenstad van Tilburg bereikt werd. Op het Heuvelplein eindelUk zaten de douanen hun echter vrijwel op de hielen. Boven het zwaar gezoem van de razende motoren knalden een paar schoten uit de dienstrevolvers, maar het hed niet het ge- wenschte resultaat. Met onverminderde vaart schoot de smokkelauto de St Jozef straat in, om dan plotseling de Lsnckruli, in te zwenken, recht in de richting van het Wilhelminakanaal. Zoo goed als zeker is het de bedoeling van de smokkelaars geweest met hun auto het kanaal in te rilden, doch de wagen vertikte het en zakte weg in de weeke modder van den berm, waar hU bleef steken. Inmiddels waren de twee inzittende smok kelaars reeds uit den wagen geklommen en zonder zich een oogenblik te bedenken sprongen zU in het U«koude water van het kanaal. Tusschen de Uwchotaen door zwom men zU naar den overkant en maakten zich vervolgens uit de voeten. De smokkelauto en de zich daarin bevin dende gesmokkelde margarine werden door de belastingambtenaren in beslag genomen. SCHOUT BIJ-NACHT J. HOOYKAAS. Bevorderd tot vtce-admiraal. Bij Kon. besluit van 29 Januari 1937 te, met ingang van 1 Februari 1937 de schout bij-nacht J. C. F. Hooykaaa, hoofd der Xde afdeeling bU het Departement van Defensie, bevorderd tot vice-admiraaL AANBOD VAN DE KONINKLIJKE INZAKE HET GOUDCLAUSULE-PROCES. Betaling op gondbasis tot 86 Sept. 1936; omruiling tegen obligaties van 2500 met warrant. De directie der Koninklijke Nederlandsche PetroleummaatschappU maakt bekend, dat zg bereid is, alle nog niet geïncasseerde en nog niet verjaarde coupons harer 4 pCt. dollar obligatieleening, vervallen vóór 16 September 1936, te betalen tegen overgift" daarvan ten kantore van de Nederlandsche Handelmaatschappij te Amsterdam op besin van de arresten van den Hoogen Raad van 13 Maart 1936 en het gerechtshof te 's-Ora- venhage van 11 Januari 1937. Aangezien sinds 26 September 19M de omstandigheden op moneteir gebied in Ne derland geheel zUn veranderd en het arrest van den Hoogen Raad en dus ook het arrest van het gerechtshof daarmede uit den aard der zaak geen rekening hebben kunnen houden, acht de directie deze uitspraken niet van toepassing op coupons, vervallen na dien datum. Daar echter ten aanzien van de coupon, vervallen 1 October J.1, reeds vóór 26 September een aanbod was gedaan tot verzilvering op basis van 2.49 per dol lar, blijft dit aanbod gehandhaafd. Teneinde ook voor de toekomat tot een oplossing van de bestaande moeilijkheden te geraken, is de directie bereid, tot 1 Maart 1937 de uitstaande 4 pCt. dollar obligaties om te ruilen tegen obligaties van 2800, rentende 4 pCt. Deze obligaties zullen, even als de uitstaande dollar obligaties, 1 April 1945 vervallen en te allen tUde a pari aflos baar zijn, mits hiervan 79 dagen van t" vo ren kennis zal zUn gegeven. Aan desa obli gaties, voorzien van coupons waarvan de eerste vervalt 1 April 1937, zal xUn toege voegd een warrant die den houder het recht geeft tot het koopen van één aandeel van 1000 KoninklUke Petroleum Maatschappij en wel tot en met 31 Maart 1940 tegen den koers van 490 pCt en van 1 April 1940 af tot en met 31 Maart 1943 tegen den koeri van 500 pCt. Deze warrant blijft van kracht ook bij vervroegde aflossing der obligaties. Na dere details zullen zoo spoedig mogelijk worden bekend gemaakt. DE NEDERLANDSCHE KOOPVAARDIJ. In een gister in het gebouw van de com- mercieele club gehouden vergadering van het departement 's-Gravenhage der Ned. MaatschappU voor nijverheid en handel heeft de heer C. J. P. Zaalberg, directeur van de maatschappij ter behartiging van de nationale scheepvaartbelangen, een voor dracht gehouden over bovengenoemd onder werp. De oudste geschiedenis van onze koop vaarders kennen we nog allemaal uit onze vaderlandsche geschiedenis, zeide spr. HU wilde zich thans beperken tot een eerbiedige hulde aan ona stoere voorgeslacht Aan die roemrijke eeuwen werd een einde gemaakt door de volkomen vernietiging van onze koopvaardU in den Napoleontiachen tijd. De 19e eeuw werd een afwisseling van opleving en verval, waaruit wU kunnen leeren, dat het lot van de koopvaardU behal ve van de gedragingen van de wereld om ons heen in groote mate afhankelUk is van de bekwaamheid en de kracht van de leiden de figuren en van de mate waarin en de wUze waarop de regeering steun verleent. Het is een waan te gelooven, aldua spr., dat bepaalde landen van nature een zeeva rende mogendheid zUn en zU dit vanzelf zullen blUven. Na een geschiedkundig overzicht te heb ben gegeven wees spr. erop, dat vooral de laatste 10 jaren voor den oorlog Jaren van bloei waren, zoodat de reederUen sterk den oorlog ingingen. Het ligt nog versch in ons geheugen, dat 'n de toen volgende Jaren, die rUk waren aan wisselvalligheid, vele schepen zyn ver-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1937 | | pagina 6