50
35
20 c.
WYBERT
Binnenland
MINISTER SLOTEMAKER DE BRUINE SPREEKT
OVER „ORDENING".
Een voor-rede voor de a.s. verkiezingen.
Stijging van den broodprijs?
Thans ook
met menthol-smaak!
Voor den Chr. Hist. Kamerkring te Am
sterdam heeft prof. R. Slotemaker de Bruïne
gisteravond een rede gehouden. In zijn in
leidend wóórd merkte hij op, dat hy thans
nog geen eigenlijke verkiezingsrede wensch-
te geven; als meer algemeen onderwerp had
hij gekozen „ordening".
In een historische beschouwing zette spr.
uiteen, hoe het individualisme der 18e en
19e eeuw het organisch karakter der maat
schappij had miskend. Als reactie daarop
organiseeren ondernemers en arbeiders zich
in algemeene en in vak-organisaties; daar
uit groeit een organisme, dat vele functies
kan vervullen; aldus is het atomisme over
wonnen, niet dOor staats-albevoegdheid en
dwang maar door een normale organische
ontwikkeling. Dit een en ander is de eerste
grondgedachte in de ordening.
Spr. gaf dan een overzicht van het stand
punt der verschillende politieke partijen ten
opzichte van de ordening. Wie nu komen
wil, aldus spr., tot de zeer concrete beant
woording der vragen, die ontdekt, dat voor
de beantwoording dezer vragen de eenstem
migheid nog geenszins is bereikt.
Zoo moet men vragen, of bij de middelen,
die worden aangewend, vooral het belang
van de gemeenschap dan wel het belang var
het individu moet worden in het oog gevat,
het uitschakelen van individueele vrijheid
en individueele verantwoordelijkheid ware
een fout; maar men mag het oog niet sluiten
voor de omstandigheid, dat bij de onge
ordendheid der dingen de individueele vrij
heid menig maal niet anders is dan. een in-
houdlooze klank. Op dit terrein zal van ge
val tot geval de beste oplossing moeten wor
den gezocht.
Zoo vrage men, of het organisme, waar
over gesproken wordt, moet opgelegd wor
den door den staat van boven af dan wei
moet groeien van onderen op. Hier luidt
zeker het antwoord, dat opleggen van boven
af zou beteeken en het ontstaan van een
machinerie, die het leven mist; en dat de
overheid niet bevoegd is om maatschappe
lijke krachten te onderdrukken, dat zij deze
in tegendeel wekken moet.
Zoo vrage men voorts, wie de hoeder zijn
moet van het algemeen belang, wanneer de
verschillende organen elk op eigen erf wer
ken. Het is vooral deze vraag, die voorals
nog tot groote moeilijkheden en veel on
zekerheid leidt. De eerste vraag, die zich dan
voordoet, is deze :öf het gewenscht is, dat
naast de beide Kamers der Staten-Generaal
een Kamer worde gevormd, die het bedrij f
leven zou vertegenwoordigen In dé voor
stellen tot grondwetsherziening is deze ge
dachte voorgedragen; de grondwets-commis-
sie evenals de regeering heeft haar intus-
schen verworpen, de sociaal-democratie
heeft in naam van democratie en volksin
vloed zich scherp tegen die gedachte verzet.
Men zal zeker goed dan, ook hier té on
derscheiden, dat belangen-politiek zou moe
ten worden gevoerd door de politieke orga
nen en dat dus de politieke organen een
groeps-karakter zouden moeten hebben in-
plaats van het volk als geheel te vertegen
woordigen en te dienen, dit moet zeker
worden verworpen. Evenzeer moet worden
verworpen, dat de politieke partijen op
groepsbelangen inplaats van op groote be
ginselen zouden worden opgetrokken. Aan
den anderen kant moet het mogelijk
blijven, dat de wetgever en de overheid een
deel van hetgeen thans nog tot hun be
moeiing behoort, overlaten aan maatschap
pelijke kringen, omdat de overheid haar be
moeienis hier eigenlijk moet bepalen tot het
stellen van normen, controle en zekerheid.
In dit verband vragen de openbare lichamen
voor beroep en bedrijf, waarvan de grondwet
straks zeker wel spreken zal, alle aandacht.
Met dit alles is echter het zwaarste pro
bleem alleen nog maar aangeduid en nog in
geen enkel opzicht opgelost. Het luidt aldus:
de staat heeft als roeping het algemeen be
lang, het belang van het volk als geheel te
verdedigen; ook indien hij dit niet altoos
heeft gedaan, blijft dit zijn ernstige taak.
Wanneer nu de staat terug treedt en wanneer
door ordening andere organen een stuk taak
op zich nemen, wie is dan de hoeder van het
algemeene belang? Op deze allergewichtigste
vraag moet de volle aandacht worden
samengetrokken. Het staat vast, dat het
volksgeheel moet wbrden geholpen en dat
de deelen zich als deelen van het geheel
moeten gevoelen. Het staat ook vast, dat
niet aan elk van de deelen op zijn beurt een
zeker voordeel moet worden toegeschoven.
Evenzoo, dat er niet moet zijn een voort
durende oorlog van groep tegen groep of
klasse tegen klasse of belang tegen belang,
zooals in de dagen van het ongebreideld in
dividualisme er een strijd was op leven en
dood van enkeling tegen enkeling. Het staat
ook vast, dat het algemeen belang niet het
zelfde is als de som van de belangen der
verschillende groepen. Het staat eindelijk
vast, dat de organisatie van een bepaalden
kring, een bepaald deel van het bedrijfs
leven niet tot speciale taak kan hebben het
algemeen belang te behartigen.
Hoe gewichtig echter al dit negatieve ook
wezen moge, wij zijn nu positief nog geen
stap verder. De sociaal-democratie kende
hier althans in beginsel overeenkomstig haar
oorspronkelijken opzet geen moeilijkhe ien,
omdat zij het klasse-belang vereenzelvigde
met het algemeen belang. Maar wij weten
thans wel, dat men ook daarmede niet ver
der komt; ook de klasse is niet enkelvoudig,
maar is een zeer samengesteld geheel; ook
binnen die dus genoemde eene „klasse" doet
zich de worsteling van groepen en van be
langen onverzwakt voor.
Een laatste vraag, die zich bij de ordening
pijnlijk voordoet, rest nog; zij draagt een
dubbel karakter. Eenerzijds: zal men de
genen, die in een bedrijf werkzaam zijn,
veilig stellen en aan anderen geen kans
Prof. Slotemaker de Bruïne
bieden op hetzelfde erf; zal men dus het
bedrijf sluiten? Anderzijds: moet men bij de
ordening naar saneering streven; dat is:
moeten économisch niet-noodige of niet-
verantwoorde ondernemingen voorden in
stand gehouden? Dat 't sluiten van een be
drijf onrecht zijn kan tegenover gegadigden
en bovendien economisch onjuist werken
kan, doordat het minder degelijke wordt
gehandhaafd, springt in het oog. Hierdoor
zou zeker aan het belang van het volk als
geheel geen dienst gedaan worden. Of het
geen zich economisch uit eigen kracht niet
handhaven kan moet worden gesteund dan
wel moet ondergaan, is een vraag, die voor
crisis-dagen anders staat dan met betrek
king tot afzonderlijke verouderde onder
nemingen. Dat de lai.dbouw in den huldigen
tijd wordt geschraagd, zal ieder vanzelf
sprekend achten en voor de toekomst van
ons volk onmisbaar. Dat de beurtschipper
zou worden gehandhaafd, ook al verloopt
zijn bedrijf door auto's zal niemand verdedi
gen. Maar ook binnen het geheel van een
bedrijf zal saneering dikwijls onvermijdelijk
zijn. Er is terecht op gewezen, dat de on
economische bedrijven speciaal onder het
oog moet worden gezien. Deze uitspraak
geldt niet slechts voor een bepaald bedrijf,
maar is van waarde over de gansche linie.
De vraag doet zich daarbij voor, of het on
economische zonder meer moet ondergaan
in den strijd om het bestaan dan of over
gangsmaatregelen moeten worden gezocht.
Het is duidelijk, dBt men door niets te doen
het snelst tot saneering zal komen; het is
even juist, dat langs dien weg niet slechts
economische maar ook sociale en moreele
schade zal worden aangericht. Hier nu zal
de staat, voor zoover zij een taak zal heb
ben, en zal ook de maatschapppij zoowel
behoedzaam als krachtig de beste wegen
moeten vinden.
Bij die alles vergete men tenslotte niet,
dat wij in Nederland een zeer groote bevol
kingstoename kennen. In een eeuw zijn wij
geklommen van 2.S tot 8.5 millioen en deze-
monden moeten alle eten. Ook hierom zal
het noodzakelijk zijn krachtig op te treden,
aangezien met slapheid slechts een toestand
wordt verkregen, die voor niemand bevred'-
gend geacht worden kan.
Het moge thans duidelijk zijn, welk een
groot aantal beginselen in het onderwerp
der ordening zijn vervat, waaromtrert
klaarheid zeer wel bereikt kan worden
Maar eveneens, hoe veel vragen van practijk
en beleid zich blijven voordoen, die met een
machtspreuk zeker niet beantwoord kunnen
worden. De gezamenlijke wil van allen, die
verantwoordelijkheid dragen, om èn econo
misch èn sociaal te werken, zal noodig zijn,
om de wegen te vinden, waarlangs een volk
het best kan voortbestaan en tot hooger
ontwikkeling komen.
De Nederlandsche Vereeniging va.i
Werkgevers in het Bakkersbedrijf deelt
ons mede:
Zooals bekend, heeft de regeering op 26
September 1936, d. i. het tijdstip der de
preciatie van den gulden, teneinde de prij
zen der eerste levensbehoeften, in casu
het brood, niet te doen stijgen, aan de
Nederlandsche Maalindustrie een zoodanig
bedrag vergoed, dat daarmede een stijging
van den prijs van de bloem, de voornaam
ste grondstof voor dc bereiding van het
brood, kon worder voorkomen.
Deze bonificatie aan de Nederlandsche
maalindustrie, v aarmede inderdaad be
reikt werd, dat de bloemprijs werd gesta
biliseerd op het peil van vlak voor 26
September 1936, is allengs gereduceeid,
laatstelijk op 31 Januari j.1. met als nood
zakelijk gevolg, dat de bloemprys in den
tusschent.ijd met ruim 1 per 100 kg. Is
gestegen.
In verband hiermede heeft de Neder
landsche Vereeniging van Werkgevers in
het Bakkersbedrijf bij den minister van
landbouw geprotesteerd tegen de verlaging
der bonificatie en daartoe het volgende
telegram aan zijne excellentie gericht:
„Den minister van landbouw en vis-
scherij
Nederlandsche Vereeniging van Werk
gevers in het Bakkersbedrijf protesteert
met klem tegen herhaalde verlaging der
bonificatie aan de maalindustrie waar
door bloemprijs sinds 26 September reeds
gestegen met ruim f 1 per 100 kgwijst
op in verband hiermede urgente noodza
kelijkheid tot verhooging in het geheele
land van broodprijzen, waartoe zij thans
haar leden zal moeten adviseeren en acht
zich in geen enkel opzicht verantwoorde
lijk voor de nieuwe lasten, welke hiermeda
voornamelijk aan minst draagkrachtige
gedeelte der bevolking zullen worden op
gelegd;
geeft eerbiedig in overweging door ver
laging der heffing op tarwe dan wel van
den prijs der vita-tarwe deze anders nood
zakelijke broodprijsverhooging te voor
komen en adviseert uwe excellentie drin
gend ook andere thans te zwaar op bedrijf
drukkende crislslasten op grondstoffen
zoo spoedig mogelijk te verzachten,
Namens voornoemde vereeniging,
Mr. C. M. Corporaal,
secretaria."
De Nederlandsche Vereeniging van
Werkgevers in het Bakkersbedrijf be
schouwt een stijging van de broodprijzen
in de huidige omstandigheden als een
noodzakelijk kwaad, aangezien daardoor
het armste gedeelte onzer bevolking het
zwaarst wordt getroffen, doch meent an
derszins, dat de Nederlandsche Bakkerij
niet een taak van bedeeling behoeft te
vervullen, welke hetzij het burgerlijk
armbestuur dan wel het ministerie van
sociale zaken rechtens toekomt. Naar haar
meening kan een broodprijsverhooging
gemakkelijk worden voorkomen, Indien
slechts hetzij de heffing op tarwe, hetzij
der vitr -prijs der tarwe verlaagd wordt
hetgeen de regeering geheel in haar hand
heeft en waardoor de bloemprijs vanzelf
op een lager peil zal komen te liggen.
ROER VAN POSTBOOT
STUKGESLAGEN.
Nachtelijke tocht over het ijs
Gisteravond om elf uur werd het
eiland Urk opgeschrikt door nood
seinen, afkomstig van de postboot
„Insula". Onmiddellijk werd een
ijsvlet in gereedheid gebracht, welke,
bemand met tien man, om twee uur
van wal stak, om de postboot hulp te
verleenen.
Vanochtend om tien uur is de be
manning van de ijsvlet te Urk terug
gekeerd met drie personen van de uit
tien personen bestaande bemanning
van de „Insula". Het ia gebleken, dat
het roer van de „Insula" gisteravond
was stukgeslagen. Hierdoor geraakte
de boot stuurlooa en kon zij niet
verder door het ija komen.
Er worden pogingen in het werk
gesteld om het roer van de „Insula"
te herstellen.
LOODGIETER VAN HET DAK
GEVAL^ËN.
De bijna zeventigjarige loodgieter B.
uit Nijmegen, was giBlérmiddag in de
Kraayenhofflaan te Nijmegen bezig met
het herstellen van een dakgoot. Op een
gegeven moment brak een deel der goot af
en plofte de man van ongeveer acht meter
hoogte op de straatsteenen. De ongeluk
kige bleek beide beenen te hebben gebro
ken en ernstige inwendige kneuzingen te
hebben opgeloopen.
Nadat een geneesheer de eerste hulp
verleend had, is de man per ziekenauto
naar het St. Canisius-ziekenhuis vervoerd.
Gisteravond was zijn toestand niet zon
der levensgevaar.
DOOR EEN LIST UIT DE
GEVANGENIS ONTSNAPT.
Doch spoedig weer aangehouden.
De 21-jarige W. B. te Groningen, die In
het huis van bewaring te Groningen was
ingesloten wegens diefstal van geld, dat
hij had buitgemaakt bij een zeer groot
aantal brutale inbraken, heeft gistermid
dag kans gezien enkele uren vrijheid te
veroveren. Hij zeide een stuk van een
lepel te hebben ingeslikt, waarop hij naar
het Academisch ziekenhuis werd overge
bracht. Daar oordeelde men opneming
echter niet noodzakelijk. Tijdens zijn be
handeling slaagde de man er in uit het
ziekenhuis te ontsnappen.
Uit een telefooncel belde de brutale
jongeman de politie op en deelde mede,
dat hij zich op vrije voeten bevond, doch
zich den volgenden ochtend zelf weer zou
melden, mits men hem maar zijn gang liet
gaan. Het spreekt vanzelf, dat de politie
niet op dit voorstel kon ingaan. Onmid
dellijk werd een onderzoek in de stad in
gesteld, met het resultaat, dat de man na
korten tijd in een logement werd aange
troffen. Intusschen had hij ook nog kans
gezien een fiets te stelen. Het bericht van
dezen diefstal kwam bij de politie binnen,
kort nadat zij haar mannen had uitgezon
den om den vluchteling op te sporen. Men
vermoedde toen reeds, dat B. aan dezen
diefstal niet vreemd was Dit bleek inder
daad juist te zijn, want men ontdekte het
gestolen rijwiel in de woning van een zij
ner familieleden.
B. is na ziln kortstondige vrUheld naar
het huis van bewaring teruggebracht,
HET PENSION- EN RUSTHUISBEDRIJF
De Nederlandsche bond van beroeps-pen
sionhouders en aangesloten rusthuizen ver
zoekt in een adres aan den minister van
financiën, te bepalen:
dat voor het houden van een pension- of
rusthuisbedrijf een vergunning van over
heidswege wordt vereischt, welke vergun
ning slechts zal worden verstrekt aan ^den
van een door de overheid erkenden Bond
van beroeps-pensionhouders en rusthuis
houders;
Dat het aan ambtenaren verboden worde
pension te houden;
Dat het aan buitenlanders, die niet reeds
ten minste een bepaalden tijd het beroep van
pensionhouder of houder van een rusthuis
hebben uitgeoefend, verboden worde pen
sion te houden;
dat in ieder geval gelijkstelling plaats
vindt in de aanslagen van de omzetbelasting
van beroeps-pensionhouders als van parti
culiere verhuurders en dat de beroepspen
sionhouders worden vrijgesteld van het be
talen van personeels belasting voor de vei
trekken, welke door heh aan pensiongasten
zijn verhuurd en dat de aanslagen daarvoor
worden ten name gesteld van de pension'
gasten, die deze kamers in gebruik hebben.
MINISTER VAN LIDTH DE JEUDE AAN
EEN ONGELUK ONTSNAPT.
Men meldt aan de N.R.Crt. uit Baarn:
Gistermiddag is minister jhr. ir. O. C. A
van Lidth de Jeude aan een groot gevaar
ontsnapt. Hij waa met zijn auto op weg naar
Twente, waar hfj te Almelo een lezing zou
houden voor de Liberale Staatspartij de
Vrijheidsbond. HU had een behoorlUke snel
heid. In de buurt van Baarn was de chauf
feur genoodzaakt vaart te verminderen
doordat hij achter een langzaam rijdenden
auto reed. Dit heeft een ongeluk voorkomen,
want Juist toen hU zou passeeren bemerkte
de chauffeur, dat de stuurstang van de
auto gebroken was, zoodot zUn voertuig on
bestuurbaar was geworden. Had hU t°en
een groote snelheid, dan was een ongeluk
niet te voorkomen geweest. Nu kon de
chauffeur van den minister de auto nog
aan den kant van den weg tot stilstand
brengen.
Met een gehuurde auto kon de minister
zUn reis naar Twente voortzetten.
KINDERMOORD NABIJ ZOELEN.
Door de gemeente- en rijkspolitie te
Zoelen (Geld.) is dezer dagen een vrouw
gearresteerd, van G., uit Kapel Avezaat,
die verdacht wordt van kindermoord.
„HET NATIONALE DAGBLAD".
In „Het Nationale Dagblad" wordt de
„Handelsblad'-mededeeling, dat dit orgaan
na de verkiezingen zou worden opgeheven,
met de grootste stelligheid tegengesproken.
DE SCHOENFABRIEK TE
BUNSCHOTEN.
Naar wij vernemen, worden er momen
teel te Amsterdam besprekingen gevoerd
over de voortzetting van het hedrijf der
schoenfabriek te Bunschonen.
Deze fabriek, die eenige jaren geleden
met steur van den rijksdienst tot uitvoe
ring van de Zuiderzee-steunwet en met
steun van de gemeente Bunschoten werd
opgericht, geraakte voor eenige maanden
in financiëele moeilijkheden en werd
stopgezet.
De deconfiture dezer fabriek gaf on
langs in de Tweede Kamtr aanleiding tot
het stellen van vragen aan den betrokken
minister.
Men hoopt, dat de besprekingen succes
zullen hebben, want de Bunschoter bevol
king was door de sluiting der fabriek,
waar honderd personen werk vonden, zeer
gedupeerd.
DE WERELD-JAMBOREE.
De organisatie van den geneeskun
digen dienst.
Het comité voor geneeskundige verzorging
en hygiëne der wereld-jamboree 1937 onder
leiding van dr. L. S. Hannema te 's-Graven-
hage (Roode Kruis ziekenhuis) bereidt de
geneeskundige verzorging van de ongeveer
29.000 jongens. Ernstige zieken zullen naar
Haarlem worden vervoerd. Op het terrein
zelf komt een noodziekenhuis met 100 bed
den en acht hulpposten, waaraan verbonden
een interniat, een chirurg, een tropenarts en
12 kampartsen, welke iaatsten in het kamp
zelf onder dak worden gebracht.
DE K. L. M. NAAR URK.
Ook nog eens naar de Wadden
eilanden.
De K.L M.-piloot Von Weyhrother heeft
voor de bewoners van diverse Nederland
sche eilanden de laatste dagen de rol van
bevrijder gespeeld. Hoog over de ijsmas
sa's, welke deze stukjes land van de rest
van Nederland scheiden, brengt hij met
zijn Fokker levensmiddelen en post naar
de geisoleerde bewoners.
Vrijdag bevrijdde hU Ameland en
Schiermonnikoog uit hun Isolement, ter
wijl gisteren het eiland Urk aan de beurt
was. Weliswaar was de dooi reeds sterk
ingetreden, maar de ijsmassa's rondom dit
eiland zijn nog zoo geweldig, dat geen
boot er doorheen kan komen.
Om één uur gistermiddag is Von
Weyhrother met zijn machine gestart en
hij zette onmiddellijk koers in noordoos
telijke richting. Reeds spoedig was hij
boven Urk, waar hij een vlotte landing
maakte.
De vertegenwoordiger van de stoom-
bootmaatschappU, welke anders den dienst
op Urk onderhoudt, had op het eiland
enkele stukken grond als landingsterrein
afgebakend. Om half vier startte Von
Weyhrother weer met twee passagiers
naar Schiphol, waar hU eenigen tijd later
arriveerde.
Vandaag zal het vliegtuig wederom een
vlucht naar Urk maken, daar Von Weyh
rother 200 kg. post en andere lading moest
achterlaten.
Wij vernemen voorts nog, dat morgen
hetzelfde toestel nog een vlucht naar
Ameland en Schiermonnikoog zal maken.
JACHT OP EEN SMOKKELAUTO.
Smokkelaars springen in het
kanaal en ontkomen.
In den nacht van Zondag op Maandag
heeft te Tilburg een sensationeele jacht op
een smokkelauto plaats gehad.
Onder de gemeente Alphen en Kiel had
den de belastingambtenaren een verdachte
auto ontdekt. Daar aan de sommatie van
stoppen niet werd voldaan, zetten de com
miezen met de dienstauto de achtervolging
van de verdachte auto in.
In volle vaart ging het in de richting Til
burg, ofschoon de dienstauto merkbaar ter
rein op haar rivaal won, waren de vluch
telingen nog een heel stuk voor toen de
binnenstad van Tilburg bereikt werd.
Op het Heuvelplein eindelUk zaten de
douanen hun echter vrijwel op de hielen.
Boven het zwaar gezoem van de razende
motoren knalden een paar schoten uit de
dienstrevolvers, maar het hed niet het ge-
wenschte resultaat. Met onverminderde
vaart schoot de smokkelauto de St Jozef
straat in, om dan plotseling de Lsnckruli,
in te zwenken, recht in de richting van het
Wilhelminakanaal.
Zoo goed als zeker is het de bedoeling van
de smokkelaars geweest met hun auto het
kanaal in te rilden, doch de wagen vertikte
het en zakte weg in de weeke modder van
den berm, waar hU bleef steken.
Inmiddels waren de twee inzittende smok
kelaars reeds uit den wagen geklommen en
zonder zich een oogenblik te bedenken
sprongen zU in het U«koude water van het
kanaal. Tusschen de Uwchotaen door zwom
men zU naar den overkant en maakten zich
vervolgens uit de voeten.
De smokkelauto en de zich daarin bevin
dende gesmokkelde margarine werden door
de belastingambtenaren in beslag genomen.
SCHOUT BIJ-NACHT J. HOOYKAAS.
Bevorderd tot vtce-admiraal.
Bij Kon. besluit van 29 Januari 1937 te,
met ingang van 1 Februari 1937 de schout
bij-nacht J. C. F. Hooykaaa, hoofd der Xde
afdeeling bU het Departement van Defensie,
bevorderd tot vice-admiraaL
AANBOD VAN DE KONINKLIJKE
INZAKE HET GOUDCLAUSULE-PROCES.
Betaling op gondbasis tot 86 Sept.
1936; omruiling tegen obligaties van
2500 met warrant.
De directie der Koninklijke Nederlandsche
PetroleummaatschappU maakt bekend, dat
zg bereid is, alle nog niet geïncasseerde en
nog niet verjaarde coupons harer 4 pCt.
dollar obligatieleening, vervallen vóór 16
September 1936, te betalen tegen overgift"
daarvan ten kantore van de Nederlandsche
Handelmaatschappij te Amsterdam op besin
van de arresten van den Hoogen Raad van
13 Maart 1936 en het gerechtshof te 's-Ora-
venhage van 11 Januari 1937.
Aangezien sinds 26 September 19M de
omstandigheden op moneteir gebied in Ne
derland geheel zUn veranderd en het arrest
van den Hoogen Raad en dus ook het arrest
van het gerechtshof daarmede uit den aard
der zaak geen rekening hebben kunnen
houden, acht de directie deze uitspraken
niet van toepassing op coupons, vervallen
na dien datum. Daar echter ten aanzien van
de coupon, vervallen 1 October J.1, reeds
vóór 26 September een aanbod was gedaan
tot verzilvering op basis van 2.49 per dol
lar, blijft dit aanbod gehandhaafd.
Teneinde ook voor de toekomat tot een
oplossing van de bestaande moeilijkheden te
geraken, is de directie bereid, tot 1 Maart
1937 de uitstaande 4 pCt. dollar obligaties
om te ruilen tegen obligaties van 2800,
rentende 4 pCt. Deze obligaties zullen, even
als de uitstaande dollar obligaties, 1 April
1945 vervallen en te allen tUde a pari aflos
baar zijn, mits hiervan 79 dagen van t" vo
ren kennis zal zUn gegeven. Aan desa obli
gaties, voorzien van coupons waarvan de
eerste vervalt 1 April 1937, zal xUn toege
voegd een warrant die den houder het recht
geeft tot het koopen van één aandeel van
1000 KoninklUke Petroleum Maatschappij
en wel tot en met 31 Maart 1940 tegen den
koers van 490 pCt en van 1 April 1940 af tot
en met 31 Maart 1943 tegen den koeri van
500 pCt. Deze warrant blijft van kracht ook
bij vervroegde aflossing der obligaties. Na
dere details zullen zoo spoedig mogelijk
worden bekend gemaakt.
DE NEDERLANDSCHE KOOPVAARDIJ.
In een gister in het gebouw van de com-
mercieele club gehouden vergadering van
het departement 's-Gravenhage der Ned.
MaatschappU voor nijverheid en handel
heeft de heer C. J. P. Zaalberg, directeur
van de maatschappij ter behartiging van de
nationale scheepvaartbelangen, een voor
dracht gehouden over bovengenoemd onder
werp.
De oudste geschiedenis van onze koop
vaarders kennen we nog allemaal uit onze
vaderlandsche geschiedenis, zeide spr. HU
wilde zich thans beperken tot een eerbiedige
hulde aan ona stoere voorgeslacht Aan die
roemrijke eeuwen werd een einde gemaakt
door de volkomen vernietiging van onze
koopvaardU in den Napoleontiachen tijd.
De 19e eeuw werd een afwisseling van
opleving en verval, waaruit wU kunnen
leeren, dat het lot van de koopvaardU behal
ve van de gedragingen van de wereld om
ons heen in groote mate afhankelUk is van
de bekwaamheid en de kracht van de leiden
de figuren en van de mate waarin en de
wUze waarop de regeering steun verleent.
Het is een waan te gelooven, aldua spr.,
dat bepaalde landen van nature een zeeva
rende mogendheid zUn en zU dit vanzelf
zullen blUven.
Na een geschiedkundig overzicht te heb
ben gegeven wees spr. erop, dat vooral de
laatste 10 jaren voor den oorlog Jaren van
bloei waren, zoodat de reederUen sterk den
oorlog ingingen.
Het ligt nog versch in ons geheugen, dat
'n de toen volgende Jaren, die rUk waren
aan wisselvalligheid, vele schepen zyn ver-