©©cos©©© JladiopeoQcamttia a®oe®o®f GemeeMteectdfH Zaterdag 6 Maart. HILVERSUM, 1875 M. (VARA uitz.) 8.Gr.pl. 10.VPRO-mor- genwijding. 10.20 Gr.pl., deel. en VARA-maandrevue (opgr.pl.) 12. Gr.pl. 12.45 Orgelspel. 1.151.45 Gr.pl. 2.Het internationale vraagstuk der grondstoffenvoorzie- ning, causerie. 2.20 Les Ménétriers en gr.pl. 3.15 Schaakpraatje. 3.30 R'damsch Philh. Orkest en solisten. 4.30 Esperanto-uitz. 4.50 Verv. con cert. 5.40 Literaire causerie. 6. Orgelspel. 6.30 De Wielewaal en causerie. 7.Filmland. 7.30 VPRO: Bijbelvertellingen. 8.Herh. SOS- ber. 8.03 ANP-ber., VARA-Varia. 8.15 Arb. Zangvereen. Sempre Crescendo, Enschedésche Orkestver. en solisten. 9.Toespraak. 9.10 VARA-Orkest. 9.45 Radio-tooneel. 10.ANP-ber. 10.05 Verv. concert. 11.Ber. 11.05 Damnieuws. 11.10 De Ramblers. 11.4512.Gr.pl. HILVERSUM, 301 M. (KRO-uitz.) 8.—9.15 en 10.— Gr.pl. 11.30 Godsd. halfuur. 12.— Ber. 12.15 KRO- orkest en gr.pl. 2.Voor de jeugd. 2.30 De KRO-melodisten en solist. 3.Kinderuur. 4.HIRO: Gr.pl. 4.10 Theosofische causerie. 4.30 HIRO-Post. 4.35 Gr.pl. 4.40 Cause rie over personeelsorganisatie. 5.05 De KRO-Melodisten en solist. 5.30 Gr.pl. 5.45 De KRO-Nachtegaaltjes. 6.15 Gr.pl. 6.20 Journ. weekover zicht. 6.45 Gr.pl. 7.— Ber. 7.15 Kath. RVU. 7.35 Actueele aetherflitsen. 8.ANP-ber., mededeelingen. 8.10 Overpeinzing met muzik. omlijsting. 8.3Ó KRO-melodisten, vocaal en semble en solist. 10.Deel. en gr.pl. 10.30 ANP-ber. 10.40 Intern, sportrevue. 10.5512.— Gr.pl. DROITWÏCH, 1500 M. 11.20 Orgel spel. 11.50 Het Rawlins Strijkkwar tet. 12.50 Gr.pl. 1.20 Commodore Grand Orkest. 2.20 English Singers, vocaal kwartet en violist. 3.20 Sportrep. 4.55 Deel. 5.15 Gr.pl. 5.35 BBC-dansorkest. 6.20 Ber. 6.35 Sportnieuws. 6.50 Welsch Inter mezzo. 7.05 Komische dialoog. 7.20 BBC-zangers. 7.50 Radiojournaal. 8.20 BBC-orkest en soliste. 9.20 Ber. 9.40 Variété-progr. 10.40 Deel. 11.BBC-Theaterorkest en solist. 11.50 Ber. 12.—12.20 Dansmuziek gramofoonplaten RADIO PARIS, 1648 M. 7.20 en 8.20 en 11.20 Gr.pl. 1.35 Zang. 1.50 en 3.20 Gr.pl. 5.20 Gevar. concert. 8.20 Zang en voordi'acht. 9.05 Conser- vatoriumvereeniging Nimes. 11.20 12.50 Dansmuziek. KEULEN, 456 M. 5.50 H. Fröhlich's orkest en mandolinekwartet. 8.50 Orkestconcert. 8.50 Gr.pl. 11.20 Or kestver. GleiwitzBeuthen. 1.35 Gr.pl. 3.20 Omroepkleinorkest en militair orkest. 5.25 Omroepkwintet. 7.30 Vroolijk progr. 9.5011.20 Westduitsch dansorkest en solisten. BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.: 12.20 Gr.pl. 12.50 Salonorkest. 1.30 Omroeporkest. 1.50 Gr.pl. 2.23 Vioolrecital. 2.50 Pianorecital. 3.20 Gr.pl. 3.35 A. Felleman's orkest. 5.20 Omroeporkest. 6.05, 6.35 en 7.20 Gr.pl. 8.20 „Aïda", opera. In de pauze: causerie, gr.pl. en ber. 11.30 —12.20 Gr.pl. 484 M.: 12.20 Gr.pl. 12.50 Omroeporkest. 1.30 Salon orkest 1.50 Gr.pl. 2.23 A. Felle man's orkest. 3.20 Johannespassion. 5.50 Radiotooneel. 6.50 Omroep orkest en solist. 8.20 Coura Kouz- netzoff's Russisch orkest. 8.50 Radio tooneel. 10.30 Omroepdansorkest. 11.2012.20 Gr.pl. DEUTSCHLANDSENDER, 1875 M. 7.30 Gevar. progr. 9.20 Ber. 9.50 Fluit en piano. 10.05 Weerber. 10.20 12.15 Dansmuziek (gr.pl.) GEMEENTELIJKE RADIO DISTRIBUTIE. Lijn 1: Hilversum. Lijn 2: Hilversum. Lijn 3: Keulen 8.8.20, Parijs R. 8.20—8.50 Keulen 8.5010.30 Diver sen 10.30—11.05, Lond. Reg. 11.05— 12.35, Keulen 12.35—13.20, Brussel VI. 13.20—13.35, Keulen 13.35— 14.35, Brussel Fr. 14.35—17.50, Keu len 17.50—18.20, Lond. Reg. 18.20— 19.20, Keulen 19.20—21.25, Lond. Reg. 21.25—22.10, Berlijn 22.10— 24.—. Lijn 4: Brussel VI. 8.9.20, Di versen 9.2010.35, Droitwich 10.35 —14.20, Lond. Reg. 14.20—16.20, Brussel VI. 16.2017.20, Droitwich 17.20—18.20, North. Reg. 18.20— 18.50, Brussel Fr. 18.50—19.35, Droitwich 19.3522.45, Lond. Reg. 22,45—24.—. Lijn 5: Diversen. Zondag 7 Maart HILVERSUM, 1875 M. (8.55—Et en 5.306.30 VARA, de VPRO van 5.—5.30 en 6.308.— en de AVRO van 12.5.en 8.12.uur). 8.55 Gr.pl. 9.'Voetbalnieuws. 9.05 Tuinbouwpr. 9.20 De eenige zeker heid, toespraak. 9.35 Orgelspel. 10.15 Natuur-historische lezing. 10.30 Gr. pl. 11.15 Van Staat en Maatschappij, causerie. 11.30 Melody Circle. 12.— Orgelconcert 12.10 Lezing: Wat kan de mensch van God kennen? 12.40 Kovacs Lajos' orkest en orgelspel. I.45 Boekenhalfuur. 2.15 Gr.pL 225 Reportage voetbalwedstrijd Neder landZwitserland. (In de pauze tennisreportage). 4.15 Gr.pL 4.30 Avro-dansorkest Event sport nieuws ANP. 5.— Gesprekken met luisteraars. 5.30 Kinderuurtje. 6— Sportuitz. 6.15 Sportnieuws ANP, hierna gr.pL 6.25 Ber. 6.30 Post- propaganda van den N.P.B. 6.45 Evang. Unie-kerkdienst 8.— ANP- ber. 8.15 Omroeporkest en solist 9.10 Radiotooneel. 10.Radiojour naal. 10.15 Omroeporkest en solist II.ANP-ber. Hierna tot 12.— Avro-dansorkest. HILVERSUM, 301 M. <8.30—9.30, 12.15—5.— en 7.45—11.30 KRO, da NCRV van 9.30—12.15 en 5,—7.45). 8.30 Morgenwijding. 9.30 Gewijde muziek (gr.pl.) 9.50 Ned. Herv. Kerkdienst. Hierna orgelspeL 12.15 KRO-orkest. (Van 1.—1.20 Literaire causerie). 2.Vragenhalfuur. 2.30 KRO-symph.-orkest en gr.pl. 4.— Ziekenlof. 4.55 Sportnieuws. 5.— Geref. Kerkdienst Hierna Geref. Gem. koor en de Chr. Muziekver. Harmonie. 7.45 Sportnieuws. 7.50 De behoefte aan ware cultuur, cause rie. 8.10 ANP-ber., mededeelingen. 8.20 Gr.pl. 8.30 Declamatorium mèt muziek. 9.Gr.pl. 9.10 KRO-orkest 9.40 Rep. 9.50 RadiotooneeL 10.30 ANP-ber. 10.40 Epiloog. 11/—11.30 Esperantolezing. e©©©®6o©ees®0e@®e69®eö6®®o| dat nog dikwijls twijfel aan die stelling v.ordt gehoord. Zoo min als een mensche- lijk lichaam zich kon ontplooien in een klei ne ruimte, kan ook de cultuurarbeid zich ontwikkelen bij inperking van de geestelij ke vrijheid. Er is een tijd geweest dat men er van overtuigd was, dat geestelijke vrijheid noodzakelijk is voor cultuurarbeid, maar dat was in de vorige eeuw. Spr. wees op de symbolische voorstellin gen hiervan, te zien aan het Centraal Station te Amsterdam. De 19e eeuw behoefde over die vrijheid niet zoo te praten: zij bezat die in hooge mate. Men besefte dat geestelijke vrijheid voorwaarde was om iets te bereiken in de samenleving. Met voorbeelden uit de geschiedenis der 19e eeuw toonde spr. dit aan. Dat besef bracht een opleving aller- wege, een wil om de nieuwe verhoudingen over te brengen op elk terrein. De drang naar vrijheid in burgerlijken zin, opgekomen in de Fransche revolutie, was sterk voorbereid door een drang naar geestelijke vrijheid en den wensch om ieder mensch voor zich te laten bepalen wat goed en waar is. De 19e eeuw gaf groo- te triomfen aan de wetenschap, zoowel de geestelijke als de exacte. En toch hebben wij niet geheel vrede met den gang van zaken in de 19e eeuw, wij zien ook een mislukking in de grootere vrij heid, allerwege- veroverd, geestelijk zoowel als maatschappelijk. Spr. wees op het opkomen van quasi-we- tenschappen, waarbij vele wetenschappelijke dingen werden verdraaid ten behoeve van een bepaald doei en hij merkte daarbij op, dat zulks dus niet voor het eerst ge beurde in onze dagen. De ontwikkeling der 19e eeuw is niet rechtlijnig gegaan naar de persoonlijke vrij heid: wij staan ook nu nog steeds in onvrij heid, wij zijn nog altijd gebonden aan be paalde voorwaarden van het leven, dat ons dwingt te vechten voor eigen behoud enz. Daarnaast evenwel is de mensch een rede lijk wezen, d.w.z.: hij heeft de mogelijk heid zich los te maken van vele dingen en het vermogen om tal van moeilijke vraag stukken van het leven op te lossen. Hoe meer het geestelijk leven zich ontplooit, des te meer kan de mensch Zich los maken van de bindingen der natuur-instincten, welks hij dan ondergeschikt maakt aan het groote beginsel van het leven: de rede. Dit is het Goddelijke beginsel, dat in ieder mensch leeft. Dit legt den mensch den plicht op om te zoeken naar wat voor hem als waarheid aanvaardbaar is en te leven naar wat het geweten hem voorschrijft. De ontplooiing van de mogelijkheden van den mensch geschiedt alleen in de samenle ving, maar dit beteekent tevens, dat daarbij botsingen met die samenleving zullen ont staan. De 20e eeuw gelooft niet meer zoo sterk als de 19e aan de waarde van de geestelijke vrijheid, maar toch stond het voor spr. vast, dat men het moet wagen met die vrijheid, wat vooral mogelijk is nu men de fouten kent, welke gemaakt zijn in de 19e eeuw. Die fouten toonen ons, dat het alleen met het verstand niet is te wagen; verspilling van krachten in de samenleving moet wor den vermeden; geen algeheele vrijheid mag toegelaten worden op economisch gebied; er moet een zekere gebondenheid zijn ten aan zien van de vraag wat de roeping van den mensch wel is en wat de bedoeling is welke God met hem en de wereld heeft. Op dit alles ging spr. nader in, waarop hij als z\jn meening gaf, dat geestelijke vrij heid een eerste voorwaarde is voor cultuur arbeid. Onze tijd heeft in sterke mate behoefte aan onbaatzuchtige wetenschap, d.i. beoefe ning van de wetenschap alleen om haar zelve. Er wordt wel veel onbaatzuchtige we ienschap beoefend, maar toch ook staat een groot deel van de wetenschap te veel in dienst van een bepaald doel. Vrij uitvoerig stond spr. stil bij de stel ling, dat het noodig is te krijgen in de maat schappij een afbakening van het terrein voor organisaties en instellingen, wat mee brengt een grootere verantwoordelijkheid voor elke functie, waarin men geplaatst is. Dit kan alleen, als wij het wagen met gees telijke vrijheid, welke den mensch zal lee- ren te juister tijd de noodige beslissingen te nemen op elk terrein, waarop het leven hem geplaatst heeft. Hieruit volgt, dat het be stuur van een volk ook niet kan gelegd wor den in handen van één persoon, maar dat men als vrije menschen tegenover elkaar moet staan, elk met zijn verantwoordelijk heidsgevoel voor genomen beslissingen. Dit alles beteekent, dat men vervuld zal moeten zijn van liefde voor den mensch, en zij voert tot groote geestelijke vrijheid en met haar alleen zal de cultuurarbeid tot bloei kunnen komen ook in onzen tijd. Nadat de aanwezige leden van den V.C. J.B. een paar liederen hadden doen hooren, was het woord aan den derden spreker, den heer I. de Graaf uit Utrecht, algemeen secretaris van den grooten Bond. Hij begon met vast te stellen, dat men slechts dan ergens voor gaat getuigen, als men ernstig overtuigd is van de groote waarde van datgene waarvoor men opkomt. Zoo is het met de geestelijke vrijheid, die niet alleen voor de jeugd het ideaal is. Im mers, ook de ouderen willeh die, maar het is de jeugd, die moet ervaren, dat het met de geestelijke vrijheid helaas lang niet over al is zooals het moest zijn. Zooals een '-ogel niet zich zal kunnen schikken in gevangen schap en vrijheid met soms bestaansonzeker- heid verkiest boven het leven in een kooi, zoo is het ook met den mensch, als hij voor de vraag wordt gesteld: luxe en comfort of geestelijke vrijheid? Vóór de beantwoording van deze vraag zal wel innerlijk een strijd gestreden worden, maar het einde is toch de keuze van de geestelijke vrijheid. Dat kómt omdat zij in ons wekt allerlei idealen, verlangens naar den reëelen mensch, door Christus bedoeld. Als wij bedenken thans nog te leven in een allesbehalve geestelijke vrijheid, zullen wij er te harder voor willen strijden om ons het vertrouwen waardig te toonen van hen, die ons die vrijheid willen helpen veroveren. Spr. waarschuwde hierbij, dat geestelijke vrijheid een grenzenlooze verwarring wordt, indien men daarbij God niet erkent als de groote Macht. Men moet zijn van goeden wille, saam verbonden met gelijkgezinden, onder leiding van God. Slotwoord. Ds. Baar sprak een slotwoord, zijn vreugde erover uitsprekende, dat sprekers van zoo verschillend terrein des levens had den getuigd van de noodzaak van geestelijke vrijheid. Spr. geloofde, dat het een groote fout is in de wereld, dat men de wezens, die op den mensch gelijken, ook voor waarach tige menschen aanziet: men is pas mensch, als men zich de verplichtingen van dé gees telijke vrijheid bewust is geworden, d.w.z. zich onderwerpt aan een groote gebonden heid, niet juist aan gezag van mensch of staat, maar aan God. Willen wij die geeste lijke vrijheid veroveren, zooals het behoort, dan hebben wij te strijden voor de waarde en de mogelijkheid van uitgroeien van elke persoonlijkheid. Dat wij hier in ons land nog leven in een vrijheid, grooter dan in vele andere landen, hebben wij te danken aan den strijd onzer vaderen, die er hun leven voor hebben dur ven offeren. Men heeft dit te bedenken en mag daarom niet schromen eveneens te strijden voor de vrijheid, men heeft den vaan van de geestelijke vrijheid hoog te houden. Ds. Baar dankte de sprekers van dezen avond en beval de collecte bij den uitgang ten behoeve van de internaten voor de vrij zinnige werkloozen ten zeerste aan. W PW» rwWWV* OTERLEEK De raad kwam gistermorgen 9.30 uur vol tallig onder leiding van burgemeester Huyser' van Reenen bijeen. De voorzitter opende de eerste ver gadering in het jaar met het uitspreken van den wensch, dat dit voor de gemeente en de raadsleden met hun huisgenooten een gun stig jaar zou zyn. Naar aanleiding van de notulen, herinner de de heer Witteveen er aan, dat het in drie achtereenvolgende vergaderingen de wensch van den raad was, dat ook aan niet- werkloozen, die het noodig hebben, een kolenbon wordt verschaft. Spr. was van oordeel, dat de voorzitter de raadsbesluiten saboteerde. De voorzitter ontkende dit. Spr. had het B. A. op de hoogte gesteld. De heer B a 11 u s protesteerde tegen den grooten mond, dien de heer Witteveen tegen den voorzitter voerde en merkte op, dat het B. A. zelfstandig was, een kolenbon had ver strekt, waar het noodig was en er niet aan dacht om daar waar het niet noodig was, voor St. Ni colaas te spelen. Beide heeren gaven elkander nog de ver zekering, niet voor elkander uit den weg te gaan, waarop de voorzitter de discussie over dit punt sloot. Naar aanleiding van een ingekomen schrijven over gehakt in blik, zeide de voorzitter, dat er maar één inwoner was, die er om gevraagd heeft. Men bestelt het toch niet, als er geen liefhebbers voor zijn. De heeren Witteveen en Swaan waren van oordeel, dat er wel liefhebbers waren. De voorzitter deelde mede, dat dè werkloozen te kennen hebben gegeven, het niet te willen hebben. De heer Heringa stelde voor, om ook anderen in de gelegenheid te stellen, door bekendmaking aan den paal. De voorzitter zegde dit toe. De heer Swaan oordeelde, dat de werk loozen met twee monden praten. Voor kennisgeving werd aangenomen een verslag over het vervolgonderwijs, alsmede het rapport van de commissie van toezicht op het L. O. De heer Swaan vroeg, of het waar was, dat het onderwijs aan de school te Stompe- toren een jaar vooruit was aan dat te Oterieek. De voorzitter wist daar niet van. Weth. Dekker achtte wel achterstand mogelijk, omdat men aan de school te Oterieek nogal met mutaties te doen had. Van den heer P. Blom, opzichter bij de werkverschaffing, was een uitvoerig gedo cumenteerd verzoek ingekomen om zijn salaris, met het oog op de vele werkzaam heden aan de functie verbonden, tot 400 te verhoogen. De voorzitter stelde namens B. en W. voor, om het verzoek in te willigen, om dat het wel gemotiveerd Was. De heer Witteveen verheugde zich over dit nieuwe geluid, in een tijd, waarin men niet anders hoort dan van aanpassen. Spr. kan het werk niet beoordeelen, doch zou voorstemmen, wanneer B. en W. ver zekerden, dat verhooging door het wérk wordt gemotiveerd. De voorzitter gaf deze verzekering, die door de wethouders werd onderstreept. De heer Swaan oordeelde het salaris laag, doch hij vroeg of het werk niet verge makkelijkt kon worden. Het meten is van nul en geener waarde en leidt tot ontevre denheid. De voorzitter oordeelde dit niet aan de orde, waarop met algemeene stemmen tot inwilliging van het verzoek werd besloten. De schoolverbouw te Oterieek. De heer Saai, architect, kwam ter vergade ring om een door hem gemaakt plan voor den verbouw van de school te Oterieek toe te lichten. Het nieuwe plan vordert 7500. Luxe is er niet aan gebruikt, omdat de bouwkundige inspecteur van het rijk zich wel op het standpunt van het bouwbesluit stelt, maar alle luxe er uit haalt. De raad oordeelde kachelverwarming on- gewenscht en aangezien voor centrale ver warming voor een 2-lokalig gebouw geen goedkeuring verkregen kan worden, opperde de heer Witteveen het denkbeeld, om de centrale verwarming ook te benutten voor het raadhuis en de onderwijzers woning. De architect vond het een gezonde ge dachte en veronderstelde, dat dit oor een 1200 tot stand gebracht kon worden. Dit geeft groote voordeelen, omdat dan de in de gang hangende kleed ing van de veraf komende kinderen ook beter droogt, de dicht bij de kachel zittende kinderen het niet te warm hebben en de er veraf zittende het niet te koud. Wethouder Dekker wilde de centrale verwarming loslaten, omdat die z.i. te duur was. De heer Heringa verdedigde op hygië nische gronden en in het belang van de ge zondheid van de kinderen het maken van een centrale verwarming. Spr. wist uit ondervinding, dat de kinderen, die dicht bij de kachel zitten, voor het volgen van het onderwijs, nadeel van de warmte onder vinden. Laat men toch bedenken, dat de vèr- wonende kinderen er in hooge mate mee ge baat zijn, wanneer ze bij het verlaten van de school hun natte kleeren droog en warm kunnen aantrekken. Met het oog op de groote afstanden, die de kleinen moeten maken, is het meer dan noodig, dat ook de kleeren van de kleintjes droog worden tijdens de lesuren. Meerdere leden gaven hierover hun mee ning te kennen. De voorzitter wilde trachten de cen trale verwarming te krijgen, wanneer de kosten van aanbesteding meevallen. Weth. Dekker meende, dat men reke ning moet houden met de financiën, die men niet boven het noodzakelijke mag opvoeren. Spr. vreesde, dat anders weer een ander col lege bezwaren zal maken. Ook vreesde spr. concentratie van scholen. Hët hangt in de lucht, dat nog weer 300 operbare scholen moeten opdoeken. De vraag is, of de goed keuring blijft. De heer Heringa merkte op, dat dit slechts een ontwerp is. Wanneer het aantal leerlingen tot 25 is gedaald, moet een ge meentebestuur een school opheffen en 41 zullen nog onder de loupe worden ge nomen. De voorzitter zei, dat het hoofd mede deelde, dat èr 32 leerlingen zijn en hij ver wachtte, dat dit ook met Mei het geval zal zijn en zelfs in 1938 grooter zal worden. Spr. oordeelde, dat men tot de schoolver- bouwing moest overgaan. De heer Heringa: Voor veel geld gaan wij het uiterlijk verbeteren, maar het inner lijke verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs bereikt men er niet mede. Het is hier een éénmansschool en wij moeten voor de onderwijzeres 500 betalen, een loon, dat absoluut te laag is. Spr. bleef op het standpunt staan, dat de centrale driemansschool voor de gemeente wenschelyker is. Spr. ziet in dé naaste toe komst geen toename van het aantal leer lingen van dien omvang, dat het rijk de tweede leerkracht vergoedt. Spr. gevoelde zich niet verantwoord, hier aan mede tè werken. De heer Witteveen bracht hulde aan wethouder Spaan, als stuwkracht en hul digde ook wethouder Dekker, die als tegen stander, nu het raadsbesluit er eenmaal is, de beste oplossing wil. Spr. was overtuigd, dat de school wel een toekomst heeft en hij' durfde het voorstel dan ook wel aan. De heer B a 11 u s oordeelde de vooruit zichten voor de school te gering en kon daarom zijn steun aan het voorstel niet geven. Het wordt zeker 10.000. Weth. Spaan: Over de centrale ver warming kunnen wij later nog wel spreken. Het voorstel werd hierop aangenomen met de stemmen van de heeren Heringa en Baltus tegen. De voorzitter bracht den heer Saai een woord van dank voor zijn toelichting. Weth. Spaan twijfelde niet, of het be sluit zou worden goedgekeurd. Steun aan het crisiscomité B. B. en W. stelden voor ten behoeve van het crisiscomité B een bedrag beschikbaar te stellen. De heer Heringa oordeelde het wen- schelijk, dat het comité niet vooral aan groote gezinnen dekking en kleeding zou verschaffen, die zijn in de gemeente al ruim voorzien. De heer Swaan merkte op, dat het crisiscbmité gebonden is aan vastgestelde lijnen. Weth. Spaan oordeelde, dat het comité wel zou handelen volgens de bepalingen van de voorschriften. De heer Heringa was niet tegen dit voorstel, daartoe was z.i. al besloten. De voorzitter Verduidelijkte, waarom opnieuw moest worden besloten. Conform het voorstel werd hierop besloten. Mede werd besloten tot het beschikbaar stellen van een bedrag voor de Juliana- feesten. De heer Swaan had destijds vóór ge stemd, omdat de voorzitter gezegd had, dat het alleen voor de kinderen was en oor deelde, dat hij onjuist was ingelicht. De voorzitter ontkende dit. Besloten werd wederom 75 opcenten op de gemeentefondsbelasting te heffen. Tegen kalken. In verband met een schrijven van Ged. Staten stelden B. en W. voor, een bepaling op te nemen tegen het kalken op de straten met politieke leuzen. De heer Heringa was voor, mits er de hand aan werd gehouden. De voorzitter: Als het niet gezien wordt, is er niets aan te doen. Met algemeene stëmmen werd het voorstel aangenomen. Benoeming lid B. A. Wegens het bedanken van den heer Kok, boden B. en W. voor lid van het B. A. de volgende voordracht aan: 1. Jb. Posch Fz., 2. W. Schermerhorn Dz. De heer Witteveen stelde voor, de voordracht terug te nemen en tezijnertijd deze opnieuw in te dienen. Het gaat niet tegen de voorgedragenen. Gisteravond wist één van de wethouders niet, dat er een voordracht was. De voorzitter: De aanbeveling van B. en W. was er, maar pas gisteravond wist spr., dat de heer Posch het zou aannemen. De wethouders bevestigden dit. De heer Witteveen handhaafde zijn voorstel, dat door den heer Swaan werd gesteund. De voorzitter: De aanbeveling is Maandag in overleg met B. en W. en het B. A. opgemaakt. Deze werd niet op de agenda geplaatst, omdat spr. pas gisteravond wist, dat de heer Posch het aannam. Het voorstel tot aanhouding werd hierop verworpen met 5 tegen 2 stemmen. Vóór de heeren Witteveen en Swaan. De heer Posch werd hierop met 6 stem men benoemd. Eén stem werd op den heer Schermerhorn uitgebracht. Aan B. en W. werd machtiging verleend tot het maken van een suppletoire begroo ting van den dienst 1936, groot ongeveer f 1000. Rondvraag. De heer Swaan wilde, evenals in de Heerhugowaard, de werkloozen in uurloon plaatsen, omdat het meten ondoenlijk is en tot ontevredenheid leidt. De voorzitter: In ieder geval wordt er niet ten nadeele van de werkloozen ge meten. De heer Swaan: Maar het is veel gemak kelijker, een werkgever per week een bedrag te laten bijdragen. De voorzitter: Wij kunnen dit hier niet beslissen. Volgens de voorschriften moeten hier de bij particulieren te werk ge stelde werkloozen, in stukwerk te werk worden gesteld. De heer Swaan dacht, dat als B. en W. het wilden, er wel een andere regeling mogelijk was. De voorzitter: A.s. herfst kan het ge probeerd worden. Weth. Dekker: Onze ambtenaar be handelt het soepel. Er zijn altijd echter een paar ontevredenen. De heer Jb. de Boer oordeelde de be staande regeling niet zoo slecht. De ge meente verkeert in de gelukkige omstandig heid, dat alle werkloozen bij particulieren geplaatst zijn. Spr. schreef dit toe aan het feit, dat nu de werkgevers weten, een be paalde hoeveelheid arbeid verricht te krijgen. De heèr Swaan was het er niet mede eens en kende een geval, waarbij dan iemand als hy juist was uitbetaald, zooveel kwartjes had moeten ontvangen, als hij nu guldens kreeg. ADVERTEERT HIER||||| De heer de Boer noemde gevallen, waarbij bleek, dat betaling in uurloon tot ontevredenheid aanleiding gaf. De heer Swaan oordeelde, dat ook werk gevers misbruik maken van de werkloos heid. Weth. Dekker: De resultaten van het boerenbedrijf 2ijn van dien aard, dat de neemt dan kunstmest. Op deze manier kun- bagger voor 25 cent per uur te duur is. Men nen de werkgevers het nog laten doen en is het dus ook een voordeel voor de gemeente. De heer Heringa had, toen hij het voorstel deed aan niet-werkloozen, die er voor in aanmerking kwamen, wekelijks een kolenbon te geven, niet bedoeld dit elke week te doen. Spr. stelde voor, om het B. A. te verzoeken, voor deze categorie om de 14 dagen een kolenbon te geven. Het volgend jaar kan men dan weer zien. De heer Swaan: Het B. A. voert het toch wel uit. De voorzitter: De beoordeeling blijft aan het B. A. Wij kunnen het nog eens ver zoeken. Weth. Dekker: Wij moeten ons er bij neerleggen, dat zy beslissen, wie er voor in aanmerking komen. Spr. weet wel, hoe hét is uitgevoerd. Weth. Spaan trok in twijfel, dat in deze een raadsbesluit bestaat. Spr. stelde ver trouwen in het B. A. Dit wordt nu ver weten, dat het eenmaal slechts kolen ver strekte. Het voorstel-Heringa had spr.'s instem ming. Laat de raad officieel het B. A. op dracht geven, aldus te handelen. Het B. A. blijft het bestuur, dat bepaalt, wie er in aanmerking komen. Weth. Dekker betoogde, dat de raad geen bevoegdheid heeft in deze opdracht te geven. Wij kunnen het wel verzoeken en üi overweging geven. De voorzitter: Verder kunnen wy niet gaan. De heer Heringa had ook geen andere bedoeling. Hierop sluiting.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1937 | | pagina 10