LUCHTVAARTPIONIER VERTELT. £uchtoaact Overste van Heyst waarschijnlijk de nieuwe commandant van Soesterberg aan het woord. AFSCHEID DR. A. VAN VOORTHUYSEN. Bijeenkomst in de Dalton-HJB.S. in Den Haag. Vertegenwoordigers van het buitengewoon onderwijs uit het geheele land waren Zater dagmiddag in de aula van de Dalton-H.B.S. aan den Aaronskelkweg te Den Haag bijeen om hulde te brengen aan den scheidenden inspecteur van het buitengewoon onderwijs, ör. A. van Voorthuysen. Tot de officieele genoodigden behoorden de minister van onderwijs, kunsten en wetenschappen, prof. dr. J. R. Slotemaker de Bruïne; prof. dr. G. A. van Poelje, direc teur-generaal van het onderwijs; de Haag- sche wethouder van onderwijs, prof. ir. L. C. van der Bilt; prof. dr. R. Casimir; de heer Ratté, wethouder van onderwijs te Rotter dam. Namens het huldigingscomité sprak de heer C. de Jeu, voorzitter, een woord van welkom, in het bijzonder tot den minister, dr. van Voorthuysen en mevrouw, aan wie bloemen waren aangeboden, de aanwezige leden van het eere-comité en dr. de Groot, directeur van deze H.B.S. De minister spreekt. Na dit welkomstwoord nam de minister van onderwijs, kunsten en wetenschappen het woord. Voor jonge menschen, die geen toekomst in de maatschappij schenen te hebben, is, aldus de minister, dr. van Voorthuysen een gids geweest. Niet alleen moreel, ook finan- ciëel was het werk van dr. van Voorthuysen steeds volkomen verantwoord: een tweeheid, die bij sociaal werk weinig voorkomt. Het vervulde Zijne Excellentie met dank baarheid en trots, dat op dezen dag zulk een algemeene belangstelling voor dit afscheid bestond. Na den minister spraken nog vele ande ren, waarna dr. Voorthuysen alle sprekers dank zegde. 's Avonds was er in hotel Witte Brug een eere-diner. BUITENLANDSCHE K.L.M.- VLD2GTUIGEN? Waarom de Ned. Vliegtuigindustrie geen redelijke kans? Het Tweede Kamerlid Bongaerts (r.k.) heeft aan de ministers van waterstaat, van handel, nijverheid en scheepvaart en van defensie a.i. de volgende vragen gesteld: Hebben de ministers kennis genomen van het besluit der directie van de Koninklijke Luchtvaart Maatschappij andermaal vlieg tuigen van buitenlandsch fabrikaat aan te schaffen? Kunnen de ministers mededeelen, of het juist is, dat aan de Nederlandsche vliegtuig industrie geen redelijke kans is gegeven om harerzijds ontwerpen gereed te maken en voorstellen omtrent leveringstijd en prijzen in te dienen van het benoodigde vliegtuig type? Achten de ministers het bevorderen van de Nederlandsche vliegtuigindustrie niet van groot belang voor de bevordering van de nationale luchtvaart en voor het behoud en dé uitbreiding der werkgelegenheid? Zijn de ministers niet van oordeel, dat het daadwerkelijk bevorderen van de binnen- landschen productie van verkeersvliegtuigen, vooral in tijden van internationale spannin- genn, ook uit defensie-oogpunt van groot belang is? Zijn de ministers bereid maatregelen te nemen, teneinde een goede samenwerking tusschen de Koninklijke Luchtvaart Maat schappij en de Nederlandsche vliegtuigin dustrie te bevorderen, waardoor aan het Nederlandsch fabrikaat een redelijke kans tot mededinging en een te verantwoorden voorkeur voor levering wordt verzekerd? VOORWAARSCHUWINGSSEINEN BIJ SPOOROVERGANGEN. Een adres van de groote Verkeersbonden. Naar aanleiding van de talrijke op de gelijkvloersche spoorwegkruisingen plaats hebbende verkeersongevallen in 1936 is het aantal ernstige ongelukken zoowel op de bewaakte als op de onbewaakte overwegen weder toegenomen hebben de vier groote verkeersbonden, de Bond van Bedrijfsautohouders in Nederland, de Koninklijke Nederlandsche Automobiel Club, de Koninklijke Nederlandsche Mo torwielrijders Vereeniging en de Ko ninklijke Nederlandsche Toeristenbond A. N. W. B. zich in een adres tot den mi nister van Waterstaat gewend, waarin er op gewezen wordt dat, zoolang het niet mogelijk is tot een algemeene vervanging van gelijkvloersche spoorwegkruisingen door ongelijkvloersche over te gaan, geen maatregelen mogen worden verzuimd, welke tot verbetering der veiligheid bij de bestaande overgangen kunnen bijdragen. Daarbij hebben zij de aandacht van den minister gevestigd op de wenschelijkheid van het aanbrengen van doelmatige vóór- waarschuwingsseinen bij de buiten de bebouwde kommen der gemeenten gele gen overwegen. Dergelijke seinen kunnen de wegge bruikers tijdig op de nadering van een spoorwegovergang opmerkzaam maken, ook indien tengevolge van atmospherische omstandigheden, ongunstige verkeersver- houdingen of anderszins, het uitzicht op den overweg zelf of de waarneming van de ter plaatse aanwezige beveiliging be lemmerd is. In Duitschland is een vóórwaarschu wingssysteem voorgeschreven, dat bestaat uit verticale, witte, plankvormige bakens, welke op afstanden van respectievelijk 240 M., 160 M. en 80 M. vóór de spoor wegkruising ter weerszijden van den weg worden aangebracht. Het zich op 240 M. afstand bevindende paar bakens is voorzien van drie, in de richting van de wegverharding schuin naar beneden loopende, rood reflecteeren- de strippen, benevens van het internatio naal vastgestelde driehoekige waarschu wingsbord voor de bewaakte respectieve lijk onbewaakte overgangen. Het tweede paar heeft twee reflectee- rende strippen en het derde paar één strip. Zoowel bij de bezichtiging van deze vóórwaarschuwingsseinen in Duitschland zelf, als tijdens een demonstratie welke daarmede werd gegeven op den in aanleg zijnden Rijksweg no. 12, werd de overtui ging gevestigd, dat hier van een systeem moet worden gesproken, hetwelk, aange past aan de grondslagen der Nederland sche wegbebakening in belangrijke mate zou kunnen bijdragen tot de verhooging der verkeersveiligheid. Onder deze aanpassing is dan te ver staan dat de bakens ter linkerzijde van den weg instede van rook licht, wit licht reflecteeren terwijl het waarschuwings bord alleen ter rechterzijde van den weg noodig zou zijn. De besturen van den B. B. N., K. N. A. C., K. N. M. V. en A. N. W. B. hebben in verband met hunne bevindingen den mi nister verzocht te willen bevorderen, dat een soortgelijk vóórwaarschuwingssy steem voor alle spoorwegovergangen wel ke gelegen zijn buiten bebouwde kommen in alle wegen waarover motorverkeer van eenige beteekenis plaats heeft, als aanvul ling der bestaande beveilingen voorge schreven wordt. De hoofdeischen dat van bewaakte over gangen de afsluitboomen onder alle om standigheden, dus ook bij nacht goed waarneembaar moeten zijn en dat voor de onbewaakte overgangen de beveilingen worden toegepast, zooals deze indertijd door de daartoe in het leven geroepen commissie werden vastgesteld, blijven uiteraard onveranderd gelden. In het bijzonder moet het als dringend wenschelijk worden geacht, dat de auto matische lichtseinen, welke bij onbewaak te overwegen de nadering van een trein positief aangegeven, zooals thans bij de proef-installatie te Steenwijk het geval is, in alle wegen van belang voor het door gaande verkeer worden aangebracht. INBRAAK IN KLEEDINGMAGAZIJN. Buit: 56 costuums, 10 regenjassen en 4 regenmantels. In den nacht van Zaterdag op Zondag is in het perceel Marktstraat 37 te Den Haag. waar sinds de vorige week een kleeding- magazijn van den heer M. uit Delft is ge vestigd, ingebroken. De dader moet zich aan de achterzijde van het huis in het winkel perceel is 's nachts niemand aanwezig toe gang hebben verschaft langs de zich daar Ir. de Kok in den Haag gearriveerd. De directeur-generaal der Konink lijke, ir. de Kok, die in gezelschap van den heer Schmidt Crans met zijn eigen vliegtuig een tocht naar Indië gemaakt heeft, is Zondagochtend tegen 12 uur op het vliegveld IJpen- burg geland. Op 3 Februari, des ochtends tegen kwart over acht, vlogen ir. J. E. F. de Kok, directeur-generaal van de Ko ninklijke en Hein Schmidt Crans van Ypenburg, op weg naar Nederlandsch- Indië. De heenreis duurde toen dagen, het verblijf in Indië 16 dagen en gisterochtend tegen 12 uur landde de sierlijke Havil- land Drogotly op het besneeuwde vliegveld onder de gemeente Rijswijk. De tocht was volbracht in een tempo, tot nu toe nog nimmer door een sport vlieger bereikt. Overweldigend was de belangstelling voor deze aankomst. Het gebouw van de Haagsche en Rotter - damsche Aeroclubs en het restaurant van het vliegveld waren geheel gevuld met hen, die den heer de Kok en zijn reisge noot welkom in het vaderland kwamen wenschen. De aankomst. Omstreeks kwart voor twaalf kondigde een stem door den luidspreker aan,, dat de PH-K.O.K. in het zicht was en de aan wezigen snelden het veld op, dat door een dunne sneeuwlaag bedekt was. Enkele minuten, later kreeg de Dragonfly grond onder de wielen en rolde naar de plaats, waar de onder-havenmeester, de heer Asjes, een oranjevlag had ontplooid. Het portier ging open en met een leni gen sprong op het veld stond ir. de Kok temidden van zijn vele vrienden en ver wanten. Blootshoofds en zonder jas drukte hij steeds maar handen. Hartelijke woor den richtte men tot hem en ook tot den heer Schmidt Crans, den bekwamen chef instructeur der Nationale Luchtvaart- school. Over zijn vlucht vertelde ir. de Kok nog, dat hij gedurende de laatste étappes veel tegenwind gehad heeft en zijn aan vankelijk plan om Vrijdagmiddag op Ypenburg te landen niet heeft kunnen volvoeren. Vooral het eindtraject (de vliegers startten Zondagmorgen om 9.13 uur te Le Bourget) was zwaar. Het zicht was slecht en dwong tot laag vliegen, even boven de boomtoppen. „Wij keken allebei of er geen kerkto rens of schoorsteenen in den weg stonden, aldus de heer de Kok. Hij vertelde nog op den heenweg snel ler te hebben gevlogen dan de Air France en de Imperial Airways en op den terug weg de K. L. M. te hebben bijgehouden. Wat Schmidt Crans vertelde. De heer Schmidt Crans was, nadat de eerste drukke oogenblikken voorbij wa ren, gaarne bereid het een en ander over den terugtocht mede te deelen. Hij was een en al lof over de wijze, waarop de machine zich gehouden had. Geen enkele moeilijkheid van eenige beteekenis hadden zij met de motoren gehad. Met het weer- en vooral in Europa hadden de vlie gers het echter minder goed getroffen. En naarmate men Holland naderde, werden de weersomstandigheden slechter. Het bevindende steeg en door het oplichten van een kelderrooster. Eenmaal binnen zijnde, zag de nachtelijke indringer gemakkelijk kans uit het magazijn te halen wat van zijn gading was: 56 heeren- costuums, 10 regenjassen en 4 regenmantels waren zijn buit. De inbraak werd eerst gisterochtend te negen uur ontdekt, toen de winkelbediende het magazijn binnenkwam. Onmiddellijk werd de politie gewaarschuwd, die een ijve rig onderzoek heeft ingesteld, dat echter tot op gisteravond nog geen positief resultaat had opgeleverd. DE TUNNELBOUW TE ROTTERDAM. Het werk gegund. Nadat de burgemeester van Rotterdam in de x-aadsvergadering van 25 Februari j.1. had medegedeeld, dat het rijk zich bereid had verklaard om Rotterdam uit het werk fonds een leening toe te staan ten bedrage van de kosten voor de uitvoering van het groote tunnelplan onder de Nieuwe Maas, hebben B. en W. zich nader over de tweede oeververbinding van de Maasstad beraden. Vanmorgen hebben zij als resultaat van dit beraad den gemeenteraad het voorstel doen toekomen om te besluiten tot den bouw van den grooten tunnel. De bouw van deze tunnel zal worden opgedragen aan een combinatie van aannemers, bestaande uit van Hattum en Blankevoort, zijnde M. J. van Hat- tum's Havenwerken N.V., W. Blanke voort C.zn.'s Aanneming Maatschappij N.V., N.V. Nederlandsche Aanneming Maatschappij voorheen firma H. F. Boersma, Christiani en Nielsen's Gewa pend Beton Maatschappij N.V. en de N.V. Internationale Gewapend Beton Bouw. MANNEN, DIE SPEELGOED STALEN. Ter zake van diefstal en heling van kinder speelgoed ten nadeele van een aan den Oude Zijds-Voorbixrgwal te Amsterdam gevestigde firma zijn Zaterdagavond twee Amster- dammers aangehouden en aan het bureau- Warmoesstraat in arrest gesteld. Ir. De Kok. laatste traject Parijs—den Haag was dan ook wel een der zwaarste, zoo niet het zwaarste stuk van den geheele route. In .1% dag zijn de heeren van Medan naar den Haag gevlogen, een record voor sportvliegers. En dit record zou nog sprekender ge weest zijn als het alleen van de capaciteit der machine of van het uithoudingsver mogen der vliegers had afgehangen. In de vliegerij spelen echter ook andere factoren een rol, onder welke de weersomstandig heden wel van beslissende beteekenis is. En deze factor heeft ons aldus de heer Schmidt Crans nog al eens in den steek gelaten. Zondagochtend juist een week gele den vertrokken wij uit Medan, tankten in Alorstar, vlogen naar Bangkok en ver volgden dien dag onze reis naar Rangoon. Daar troffen, wij Sillevis met de K. L. M.- machine, die.'s Maandagsmorgens gelijk met ons vertrok naar Calcutta en daar ook bleef overnachten. Wij moesten op het traject Rangoon-Calcutta een tus- schenlanding maken in Akyab. Ons plan was eigenlijk om dien dag tot Jodhpur door te vliegen, doch tegenwind maakte dit onmogelijk. Het verloren stuk hoopten wij Dinsdag in te halen, door. Djask als einddoel te nemen. Wij zouden 's morgens vroeg vertrek ken, doch wij begrepen reeds bij ons ver trek uit Calcutta, dat Djask niet de meest gewenschte pleistei-plaati was. Een tele gram uit Karachi meldde n.1., dat in Djask zich een geval van pest had voorgedan, zoodat elke machine, welke daar landde in Quarantaine moest. Wij zouden dan in de machine moeten blijven slapen en niemand zou bij ons mogen komen. Er was nog een andere omstandigheid, welke ons dwong, zoo vervolgde Schmidt Crans zijn relaas, van Djask als overnach tingsplaats af te zien. Er stond op het ge deelte zoo'n hevigen tegenwind, dat wij blij waren in Karachi te zijn en daar rustig zijn gebleven. Ook hier ontmoetten wij een K. L. M.- machine, die op weg was naar Batavia. Den volgenden ochtend hebben wij Ka rachiDjask een afstand van bijna 1000 K.M. in een ruk afgelegd. In Djask hebben wij even getankt. Niemand mocht ons naderen op minder dan 10 K.M. En zelf moesten wij ons maar zien te helpen. Zoo spoedig mogelijk zijn wij dan ook weer doorgegaan en kwamen dien namiddag via Bushir in Basra. Donderdag ging het zonder bijzondei'e voor,vallen van Basra over Bagdad naar Damascus. Het was bar weer, de weerbe richten waren slecht en er stond een vlie gende storm. Wat te doen. Het risico te nemen van onder zulke omstandigheden verder te vliegen was geheel in strijd met LUCHTFOTOGRAFIE (Van onzen R.-redacteur.) 1911. Een paar loodsen, een zeer uit gebreid stuk heide en een paar onder nemende menschen, die het verstonden de lucht in te gaan met een samenstel van latjes en draden, welk geheel een vliegmachine genoemd werd. Een paar vliegers. Versteegh, Coblijn en van Heyst. En thans een vliegveld, ruim van opzet. Groote hangars waar binnen groote be drijvigheid heerscht. Waar motoren be proefd worden van honderden paardekrach- ten en waar jagers, rank en snel, naar buiten worden gerold. Een driemotorige machine ronkt sonoor boven de vliegheide en ver kenners maken hun over'andvluchten. Vlak bij het luchtvaart-monument is het administratiegebouw gelegen. In de gang, dicht bij den ingang, treffen eenige mozaïken in het granieten belegsel. Een schroef, fraai in geel uitgevoerd en andere emblemen, de luchtvaart gewijd. Boven treft het aantal kamers, waarin de verschillende onderdeelen zijn ondergebracht die oppermachtig zijn op het gecompliceerde vliegveld, dat Soes- terberg heden ten dage is. j,Chef vliegdienst" staat er op kamer 20. En binnen zit overste... van Heyst. Eén der weinigen, die overgebleven is van het roemruchte legioen, dat in 1911 het vliegveld bevolkte en volgens de vigeerende meening van toen on veilig maakte! Overste van Heyst die zooals reeds ge meld werd de opvolger van kolonel Best zal zijn als commandant van Soesterberg. „Ik ben zeer verrast over Uw bezoek! Of ficieel heb ik nog niets gehoord van mijn be noeming dus!Maar als U gewoon een praatje wilt maken over de luchtvaart, dan ben ik tot Uwe beschikking. Inderdaad, er is veel veranderd. Nu een groot vliegkamp te groot naar ik meen, maar daarover straks meer en vroeger een heel groote vliegheide, maar een heel klein kamp. Over „hoe het vroeger ging", behoef ik U weinig meer te vertellen. Pri mitief! Een experimenteeren met vlieg tuigen, dat was feitelijk alles. Er bestonden geen waarnemers, alleen nam je af en toe iemand mee die dan als zoodanig fungeerde. De heele afdeeling stond op zichzelf en van een samenwerking met den troep was geen sprake. We waren niets meer dan sport vliegers, want toentertijd gingen de machines ongewapend de lucht in en verrichtten ook geen verkenningsdiensten. Het brevet be stond toen uit het maken van een paar achtjes en het landen en er werden toen de zelfde eischen gesteld aan den militairen vlieger, zooals thans aan een sportvlieger. Misschien alleen, dat de machines iets ver schilden Pas later is het militaire brevet in het leven geroepen. De oorlogstijd. De oorlogstijd bracht voor de vliegerij hier te lande nieuw leven in de brouwerij. Wij vlogen toen met machines, die geïnterneerd waren en deden daar groote ervaringen mee op. Van alles kreeg je hier. Duitsche, Fran- sche en Engelsche machines en met allemaal heb ik gevlogen. Er waren erbij, die niet zoo heel solide waren, zooals bijvoorbeeld de Rumplers, die nog al eens last hadden van brand en makkelijk in de vrille kwamen. Er hebben zich dan ook met die kisten doodelijke ongevallen voorgedaan. Maar hoe dan ookin het algemeen ge nomen heeft de luchtvaart in die jaren een enorme vlucht genomen. Uit dien tijd da teeren de meeste nieuwigheden, getuige de uitvinding om gewapend de lucht in te gaan op een doeltreffende wijze, zoowel letterlijk als overdrachtelijk. Vroeger gingen wij ook wel „gewapend" de lucht in, maar dan bestond ons arsenaal uit een karabijn of een revolver en het laat zich makkelijk denken dat daar niet zoo heel erg veel mee uit te richten viel. Later is dat een karabijn geworden, die achterin werd meegenomen met een schutter en toen kwam de groote evolutie op dit gebied. De mitrailleur, die door de schroef heen kon schieten. Toen was het vliegtuig pas goed geschikt geworden als lucht wapen. den opzet van onzen tocht. Aan de andere kant lokte een verblijf in Damascus ons ook niet erg aan. De heer de Kok kreeg toen een idee. „Kunnen wij niet in Cairo komen?" Inder daad bleek, dit mogelijk te zijn. De weer berichten voor deze route waren iets gun stiger en in den namiddag startten wij van Damascus en kwamen 's avonds een uur na zonsondergang in Caïro aan. CaïroRhodos, een afstand van 800 K.M. geheel over zee, welke wij den vol genden dag aflegden, gaf geen bijzondere sensatie, 's Middags gingen wij nog verder naar Brindisi. Rome bleek te ver, ondanks de omstandigheid, dat dit het eenige tra ject van de geheele route was, waarop wij wind mee hadden. In Brindisi was het verschi'ikkelijk weer. Gisterochtend heb ik eei'st getracht langs de westkust naar Frankrijk te komen. Er was echter geen doorkomen aan. Toen zijn wij over de Apenijnen gevlogen en aan de Oostzijde, langs de Adriatische zee naar het noorden. In Rome hebb^" wij getankt en zijn toen doorgegaan naar Lyon. Tegen 4 uur kwamen wij daar en 's avonds om 7 uur zetten wij de machine in Parijs neer. Het laatste stuk was het zwaarste. Zicht De fotodienst. Allerlei andere dingen werden toen inge voerd of verbeterd. De luchtfoto's, die van een zeer groot nut kunnen zijn, werden meer en meer geperfectionneerd. Destijds maakten ook wij wel foto's, maar op een iets andere wijze dan nu wel het geval is! In onze jaren gingen wij de lucht in met een waarnemer, die dan in het bezit was van een soort kiekkastje. Was je hoog genoeg gekomen, dan boog de man zich uit het toestel en maakte zijn op nemen. Heel gewone filmpjes, zooals ieder amateurfotograaf gebruikt, werden daarna ontwikkeld en aan elkaar gepast en dan had je een bepaald stuk land „in kaart gebracht!" En toch was het voor die dagen voldoende en daar ging het per slot van rekening toch om! Veranderde tijden.... De tijden zijn wel veranderd en zeker niet in het minst voor de vliegerij. Nu een vlieg veld datte groot geworden is. Naar mijne meening en ik sta daar niet alleen in is de militaire luchtvaart teveel gecentrali seerd. Men is al aan het uitkijken naar andere velden en waarschijnlijk zal te zijner tijd hier het geheel wel gesplitst worden. De Java is nu al naar Schiphol, maar feitelijk is dat ook een noodmaatregel, want het is niet juist een militaire afdeeling zoo vlak bij een civiel lichaam van een dergelijken omvang te hebben. Hier is het op sommige oogenblik ken van den dag al te druk en dat geldt even zoo voor Schiphol. De vliegtuigindustrie heeft zich ook zoo enorm ontwikkeld. Een tijdje geleden was ik in Engeland en daar zijn fabrieken aan het werk van een omvang, waar men geen denk beeld van kan vormen. De Bristolfabriek een industrie die zoowel motoren als vliegtuigen bouwt heeft 10.000 man personeel en onderne mingen met een man of 2000 a 3000 is in het geheel geen zeldzaamheid. Op het oogenblik werken zij daar aan een éénpersoons jager, die een snelheid zal kun nen ontwikkelen van 550 K.M. per uur. Uit gerust met een Rolls Royce-motor van 1000 paards en U begrijpt, dat in de toekomst dat wel 1200 P.K. zal worden! Men staat niet stil. Zoo is er een vliegtuig gebouwd met een snelheid X, of er is weer één in de maak met een topsnelheid van iets meer dan X. Bouwen is kostbaar. En die bouwerij is zeer kostbaar. Men moet wel seriebouw hebben, anders zijn de kosten niet te dragen. In Engeland waar veel aan metaalbouw gedaan wordt wat met veel kosten gepaard gaat worden mallen vervaardigd, die dan natuurlijk ook voor de toestellen, volgend pp het prototype, gelden. Maar dat gereedschap kost onge veer 50.000 pond sterling »n ook wel eens meer en niet zelden bedragen de kosten 100.000 pond. Een zeer kost bare liefhebberij zooals u wel merkt. In Nederland gaat alles meer bescheiden te werk. Wij zijn nu bezig met de lucht» kruisers waarvan er een paar dit jaar nog wel geprobeerd zullen kunnen worden. Geheel up to date tenminste gere kend naar het begrip wat het buitenland daarvan heeft zullen wij niet kunnen zijn, maar ik ben het geheel niet eens met degenen die zeggen dat wij niets in de melk te brokken zullen hebben. Natuur lijk, wij zullen vliegtuigen hebben die weinig of geen weerstand kunnen bieden aan vijandelijke toestellen die ons moge lijk veruit de ".-aas zullen zijn in sommige gevallen wat snelheid betreft, maar dat houdt niet in dat het materiaal van den vijand over de geheele linie sneller is. Een bepaald aantal vliegtuigen dat ge bouwd is behoeft geenszins zijn waarde te verliezen als er een sneller type komt. Over snelheid, techniek, tactiek en onze militaire luchtvaartpolitiek zouden wij nog heel lang kunnen praten maar nog maals een groot pessimisme over onze kansen in een luchtstrijd is niet geheel gerechtvaardigd, al zal het wel zaak zijn een uitbreiding van materiaal nog meer onder het oog te zien en daarmee is men op het oogenbli kal goed op weg." was er bijna niet en door zeer laag te vliegen konden wij door grond-oriëntatie de koers houden. Eerst langs een spoor lijn, toen langs de Schelde naar Numans- dorp en zoo naar Waalhaven. Maar het viel werkelijk niet mee om in dit weer Ypenburg te vinden zoo besloot de heer Schmidt Crans zijn i*eisverhaal. Een reisverhaal, dat er in korte zinnen werd gedaan, onopgesmukt en zonder franje. Zooals dat in de vliegerswereld gebrui kelijk is. ONZE POSTVLUCHTEN. De „Rietvink" (uitr.) bereikte Rangoon, de „Edelvalk" (uitr.) kwam in Rhodos aan, de „Perkoetoet" (thuisr.) arriveerde te Athene en de „Djalak" (thuisr.) te Rongoon. VLIEGTUIGONGELUK IN MIDDEN- AMERIKA. Twee dooden. Mét een Taylor „Cub"-vliegtuig zijn giste ren een korporaal en een soldaat, die een oefenvlucht hadden ondernomen, neerge stort in het voorstadje Pueblo Nuevo. Zij waren op slag dood.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1937 | | pagina 8