DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN ONSTREKEN. Het strijdtooneel in Baskenland. ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS PER GEWONE AD VERTE NTIEN: Van 1-5 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9. postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. No. 77 Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur; C. KRAK. Vrijdag 2 April 1937 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 139e Jaargang De algemeene toestand. Alkmaar, 2 April. De Yorkshire Post, het Engelsche blad dat nu minister Eden zijn belangrijke post als minister van buitenlandsche zaken nog steeds bezet meer dan eenig andere En gelsche krant belangrijk is, juist, omdat het zoo dikwijls de spreektompet van Eden is, dit blad dan lanceerde gisteren een zeer op merkelijk artikel, dat ongetwijfeld van Eden zelf afkomstig is en dat geheel gewijd is aan de vooruitzichten van het nieuwe Locarno. Het blad ontwikkelt daarbij drie hoofd gedachten, t.w.: 1. Het is, in verband met de bezwaren die hiertegen in de Duitsche en Italiaansche nota naar voren zijn gebracht, niet absoluut nood zakelijk het nieuwe verdrag, evenals met het oude van 1925 het geval was, direct aan het Volkenbondsverdrag te verbinden. 2. Het Italiaansch-Duitsche voorstel om Rusland buiten het nieuwe Europeesche stel sel te houden is onaanvaardbaar. 3. Het voorstel volgens hetwelk Groot- Britannië en Italië in plaats van den Vol kenbond den aanvaller zouden aanwijzen is een onduldbare gedachte. Het blad zet vervolgens uitéén, dat het uittreden van Japan en Duitschland uit het systeem van den Volkenbond, dat theore tisch een uitstekend systeem is en dit ook gedurende een aantal jaren in de practijk heeft bewezen te zijn, dit in- de war heeft gebracht. Het is dus niet tegen den geest van Geneve, wanneer men zoo veel mogelijk de goede harmonie tusschen de trouwe leden en de afvallige leden tracht te herstellen, in tegendeel hierdoor werkt men mede aan de redding van Geneve, omdat het op die ma nier misschien mogelijk zal zijn om de af vallige leden van den Volkenbond tot terug keer in het Geneefsche instituut te bewegen. De gedachte aan een nieuw verdrag, waar van de voorwaarden van uitvoering niet van den Volkenbond afhankelijk zouden zijn, is dus niet onmogelijk. Al is het dan ook nuttig, niet een onmid dellijke perfectionneering van den Volken bond te willen bereiken, alles wat zou lei den tot grooter verval en toenemende inter- nationae onveiligheid moet onverbiddellijk worden verworpen. Erkennen, dat de letter van het verdrag van '19 en vak het hiervan afhankelijke verdrag van '25 niet gerespec teerd is, beteekent niet, dat men tegen den geest van deze verdragen gaat handelen. Daarom zou een Europeesch systeem dat weloverwogen Rusland buitensloot evenzeer tot mislukking gedoemd zijn, als een systeem dat geen rekening hield met Duitschland en Italië. Daarom is de idee, dat Engeland en Italië den aanvaller zouden aanwijzen ook onduld baar. Indien men de mogelijkheid verwerpt, dat de Volkenbond den aanvaller zou aan wijzen, dan moet men daar een plaatsver vanger voor vinden, die meer vertrouwen geniet dan op de as RomeBerlijn zou rus ten. Waarop anders is een verdrag geba seerd dan op goede trouw? Het is mogelijk om aan de goede trouw van Duitschland en Italië te twijfelen. Nog te zeer staan de in ternationale gebeurtenissen voor den geest, die ongelukkigerwijze het vertrouwen in, zoo al niet de hoop op succes van de onder handelingen over een nieuw Locarno ver- jnield hebben. Frankrijk en Engeland hebben het goede recht diep na te denken, alvorens hun politiek op de goede trouw van Duitschland te baseeren. De vrienden van Duitschland kunnen verontschuldigingen vinden voor de duidelijke schendingen van de vredesverdragen, het zou hun echter moeilijker vallen deze verontschuldigingen te vinden voor de schendingen van het con cordaat, want men kan moeilijk volhouden dat de Paus geweld heeft gebruikt om het te doen onderteekenen. Het is waarlijk hoog tijd, dat Duitschland wordt uitgenoodigd een of ander pand te geven vqor het vertrou wen dat men in zijn handteekening kan stel len. De Spaansche revolutie Toenemende gevechten met successen voor de rechtsche troepen. Nota der Spaansche regeering. Langen tijd heeft de Spaansche bur geroorlog gewoed in de omgeving van Madrid, dat door de regeeringstroepen zeer krachtig verdedigd werd en waar de troepen van generaal Franco geen tastbare successen konden boeken. Ongetwijfeld is dat van de opstande lingen teleurstelling geweest, want het leek er op, dat Franco vrijwel alles had ingezet, wat tot zyn beschikking was. En zelfs moesten den laatsten tijd verliezen geboekt worden door de opstandelingen, die het zelfs met hulp van Mooren, Duitschers en Italianen niet konden klaar spelen, om Madrid te veroveren zelfs niet, om Madrid van het Oosten van Valencia dus af te snijden. Sedert eenige dagen is echter Madrid op den achtergrond geraakt en heeft het Bas kenland, de groote landstreek in Noord - Spanje, de aandacht gevraagd. Daar is de strijd plotseling herleefd en met ongekende hevigheid worden de gevechten gevoerd in de provincie Biscaje tusschen Victoria en Durango. Woensdagmorgen heeft Franco's infante rie een offensief ingezet, dat voorbereid was door een urenlang artillerie-bombardement, een voorbereidend vuren, dat vernielend werkte en de stellingen der regeeringstroe pen voor een groot deel vernielde. Een zeer gewone inleiding voor een groo- ten aanval dus. Want hoewel we niet kun nen aannemen, dat de regeeringstroepen daar eén aaneengesloten front hadden; mag toch verondersteld worden, dat deze troe pen talrijke kleine stellingen en mitraileur- nesten hadden ingericht, kleine „vestingen", die buitengewoon sterk kunnen zijn. Volgens mededeelingen van de zijde dei opstandelingen kon de vijand aanvankelijk met succes tegen-aanvallen uitvoeren, maar tenslotte bezweek het regeeringsfront in Biscaje onder de numerieke overmacht der rechtschen. Aan het eind van den aanval konden zij een aantal dorpen bezetten. Gis termorgen is het offensief voortgezet en nu moesten de regeeringstroepen, nog steeds volgens rechtsche berichten, zich terug trekken op hun achterwaartsche stellingen, zooals Ochandia (halverwege tusschen Vic toria en Durango). De rechtsche artillerie vuurt thans op grooten afstand om den te genstanders de verbinding met Durango af te snijden, waarvan de omgeving op haar beurt door de luchtmacht bestookt wordt. Het regeeringspersbureau te Bilbao geeft het rechtsche offensief toe, maar ontkent het succes ervan. Het noemt den aanval een groote mislukking, die den vijand op zware verliezen is komen te staan. Uit Bilbao werd later gemeld, dat het offensief, dat van Victoria tot Vergara is ontketend, in hoofdzaak ten doel heeft, het gebied van Vergara, Placencia en Archava- leta te ontzetten, doch men gelooft, dat, in dien de opstandelingen er in slagen, de Du rango over te steken, een aanval op Bilbao zal worden ontketend. De laatste berichten melden verder, dat de kansen er voor de verdedigers van Eibar slecht voor staan en dat de regeeringstroepen "gedwongen zou den zyn, zich naar Guernica terug te trek ken. Het offensief tegen Ochandiano duurt voort. De troepen waren des middags in het gezicht van dit dorp en de Baskische regee ring heeft in verband hiermede alle strijd bare krachten gemobiliseerd. Berichten van de zijde der opstandelingen spreken weder van gevechten in de streek van het Guadarrama-gebergte met voor de regeering nadeeligen afloop. Hardnekkige gevechten. Intusschen is de strijd in het Baskenland nog steeds niet geluwd. Vannacht deelde de radio-Bilbao mede, dat aan het front van Guipuzcoa en Avala de vijand sedert het begin van den dag aanvallen heeft gedaan. Niettegenstaande het hevig geschutvuur en de activiteit van vliegtuigen, werden deze aanvallen afgeslagen. Onder dekking van den nacht waren enkele afdeelingen van de rechtschen de stellingen van de regeerings troepen bij Elgordea binnengedrongen, doch tengevolge van het offensief van de regee ringstroepen bevinden deze afdeelingen zich thans in een gevaarlijken toestand Later op den middag verzamelde de vijand in den sector Aramayona een groote hoeveelheid aanvalsmateriaal en ging hij tot een he- vigen aanval over. De regeeringstroepen hebben hun voor postenlinie verbeterd en hebben stellingen ingenomen, van waaruit groote tegénstand kan worden geboden en waarvoor de troe pen van Franco worden tegengehouden Hierna gingen de regeeringstroepen over tot den tegenaanval. In den sector Lequeitio wordt aan weers zijden een geregeld geweer- en mitrailleur- vuur onderhouden. De mortieren van de re geeringstroepen brengen den tegenstander ernstige verliezen toe. Aan het front bij Burgos werd een hevig vuur uit de geweren, mitrailleurs, mortie ren en kanonnen geopend op de stellingen van de troepen van Franco. Verscheidene boerderijen werden in brand geschoten. Bij Oviedo wierpen tien vliegtuigen van de opstandelingen acht bommen op de stel lingen van de regeeringstroepen zonder veel schade aan te richten of slachtoffers te maken. De artillerie van de regeering bom bardeerde Monteguilero en vernielde een munitiedepot, ook in den sector Escamplero werd den vijand zware verliezen toege bracht. Kabinetsraad te Valencia. Nota van de regeering. Tijdens den kabinetsraad te Valencia heeft de minister van buitenlandsche zaken zijn collega's op de hoogte ge steld van den internationalen toestand met het oog op het probleem der niet- inmenging en de onweerlegbare bewij zen aangaande de daarop door Italië ge maakte inbreuken. Na zijn uiteenzetting kreeg de minis ter opdracht een nota op te stellen, welke aan de commissie te Londen zal worden voor^felegd in haar volgende bijeenkomst. De tekst der nota luidt als volgt: Tijdens de jongste gevechten in de pro vincie Guadalajara hebben de regeerings troepen zich meester gemaakt van orders van hetItaliaansche oppercommando, dat de miltaire operaties in dezen sector leidt, alsmede van dienststukken betrekking heb bend op de Italiaansche divisies, die bond- genooten zijn der opstandelingen. Deze do cumenten dragen op een wijze, die geen enkele twijfel overlaat, duidelijk de kentee- kenen van de inmenging van het Italiaan sche leger in Spanje die den 27sten Novem ber 1936 ter kennis gebracht werd van den Volkenbond en opnieuw door de regeering der republiek vermeld werd in haar mede- deeling aan den secretaris-generaal van den 13en Maart 1937, evenals in haar nota's van denzelfden datum, die aan de mogendheden werden toegezonden. De aanwezigheid van een Italiaansch bezettingsleger, dat strijdt tegen de wettige regeering van Spanje, vormt, behalve dat zij een schending is, met het besluit van den Volkenbondsraad van 12 December 1936, waarin verklaard werd dat elke staat verplicht is zich te ont houden van inmenging in de binnenland- sche zaken van een andere staat de grootste overtreding, die tot nu toe gepleegd werd tegen de politiek van niet-inmenging en de internationale verplichtingen, voortvloeiend uit de niet-inmengings-verklaring van Augustus. Door een dergelijk gedrag draagt Italië bij tot een voortduren van den burger oorlog in Spanje, overtreedt het artikel 10 van het Volkenbondshandvest en gedraagt het zich als oorlogvoerende mogendheid. Bijgevoegde stukken. Uit een onderzoek der by deze nota ge voegde stukken volgt: 1. De aanwezigheid op het Spaansche grondgebied van volledige eenheden van het Italiaansche leger, waarvan personeel, materiaal, de verbindingsorganen en het kader van het commando Italiaansche zijn. 2. De eenheden van het Italiaansche leger treden in het haar toegewezen gebied op als een waar bezettingsleger. 3. De Italiaansche regeering heeft op het Spaansche grondgebied eigen openbare diensten ingesteld bestemd voor haar mili taire eenheden. 4. De meest vooraanstaande persoonlijk heden van het Italiaansche regiem nemen actief deel aan de actie der Italiaansche strijdkrachten in Spanje leiden deze en moedigen ze aan. 5. Al het voorafgaande staat gelijk met een invasie in Spanje door Italië, hetgeen ernstig het vertrouwen aan het wankelen brengt, dat plechtig gesloten overeenkom sten moeten inboezemen, en tast ernstig de veiligheid in West-Europa aan evenals de algemeene zaak van den vrede. De regeering der republiek, in het bezit der hierbij ingesloten bewijzen, acht deze voldoende om er de hierboven geformuleer de conclusies uit te trekken en heeft de eer deze ter kennis van Uwe regeering te brengen, zonder het bijeenbrengen van al het verzamelde materiaal af te wachten. De nota was onderteekend door den minister van buitenlandschezaken, Del Vayo. Het aanhouden van schepen. Een nieuw communiqué van het Fransche ministerie van marine. In verband met de incidenten, die ont staan zijn door het optreden van schepen der Spaansche opstandelingen, publiceert het Fransche ministerie van marine een communiqué van den volgenden inhoud. „Aangezien op het recht van oorlogvoering onder de huidige omstandigheden geen be roep kan worden gedaan, zijn en blijven aanhouding en uit de koers drijven van Fransche koopvaardijschepen die op meer dan drie pijl van de kust varen door Spaan sche oorlogsschepen in strijd met het volke- rengerecht en met het beginsel van de vrij heid der zeeën. Alle Fransche oorlogs schepen hebben bijgevolg instructies gekre gen bijstand te verleenen aan Fransche koopvaardijschepen, die op volle zee zouden worden aangehouden en, zoo noodig met geweld, verzet te bieden aan iedere visitatie of uit de koersdrijving. De koopvaardij schepen moeten voortdurend, dag en nacht, de nationaliteitskenteekens voldoende zicht baar dragen, zoodat geen vergissing moge lijk zal zijn. Zij weten, dat om zich bijstand te verzekeren, het voor hen voldoende is, een draadloos stopsein te geven met opgave van hun positie aan alle Fransche oorlogs schepen, zonder nadere aanduiding. Het meest in de nabijheid varende oorlogsschip begeeft zich dan onmiddellijk naar de plaats, waar het koopvaardijschip zich bevindt. Aangezien dezelfde bijstandsactie normaal niet gegeven kan worden in de territoriale Spaansche wateren is, om praaien of visi tatie te voorkomen, aan onze koopvaardij schepen aanbevolen ver buiten deze wateren te varen. In de territoriale Fransche wateren wordt geen enkel oorlogs- of politieoptreden door een Spaansch oorlogsschip geduld, welke vlag het schip, dat er het voorwerp van is, ook moge voeren. Ieder optreden van dien aard is, dat het internationale recht schendt, zou hem, die zich daaraan schuldig zou maken, blootstellen aan de aanvallen van onze oorlogsschepen of van onze kustver dediging, die er mede belast is, zoo noodig met geweld, onze algeheele souvereiniteit in deze wateren te doen eerbiedigen. RUDOLF HESS OVER HET CONFLICT MET HET VATICAAN. Gisteravond heeft rtudolf Hess op het Hitler-plein te Hamburg een rede gehouden ter gelegenheid van de feestelijkheden naar aanleiding van de inwerking-treding van de wet tot stichting van „Groot Hamburg", In deze rede maakte Hess toespelingen op het conflict met het Vaticaan. Hoewel ver blinde geesten hopen onze eenheid door kleingeestige twisten te verstoren, en inter nationale machten meenen tweedracht in ons volk te kunnen zien, zullen zij daarin niet slagen, aldus Hess. Ons volk weet, dat voorheen priesters, politici en partijleiders onder een godsdienstig vernis, ertoe hebben bijgedragen Duitschland aan den afgrond van het bolsjewisme te brengen. Het weet, dat men niet over het bolsjewisme kan zege vieren door pamfletten met vervloekingen. Evenmin zal men daarin slagen door verkla ringen vervat in termen, waaruit bezorgd heid spreekt. Ons volk weet, dat het werk van Hitier door den Heer gezegend wordt. Het Duitsche volk zal niet toestaan, dat men zijn zoo moeilijk veroverde eenheid zal verstoren. Het blijve voortgaan als één man op te rukken. DE JAPANSCHE REGEERINGSCRISIS. Een nieuwe partij van 150200 leden? In politieke kringen in Japan verwacht men, dat een nieuwe partij gevormd zal worden met 150 tot 200 parlementsleden, die voor het grootste deel gehaald zullen wor den uit de Minseito- en de Seyoekai-partij. Prins Konoye, de speaker van het hooger- huis, zou het meest in aanmerking komen als voorzitter van de nieuwe partij. Het is ech ter twijfelachtig, of hij deze functie zal aan vaarden. Naar verluidt zal de Sjowakai-partij, die 24 leden in het parlement had, in de nieuwe party worden opgenomen, wanneer deze zal zijn georganiseerd. Wat de ontbinding van het Lagerhuis zel ve betreft verluidt, dat hierbij de leider van de Sjowakai-partij achter de schennen aan de touwtjes heeft getrokken. Deze partijlei der, Keisoeke Motsjitsoeki, is in het kabinet Okada verleden jaar minister voor het ver keerswezen geweest. In 1927 bekleedde hij in het kabinet-Tanaka de functie van mi nister van binnenlandsche zaken. Hij zou den eersten minister Hajasji hebben aanbe volen het Lagerhuis te ontbinden. De meerderheidspartijen, de Minseito en de Seyoekai, zijn thans bezig met het vor men van een gemeenschappelijk front. De nieuwe partij zal ten koste van deze meer derheidspartijen gevormd worden, op wier kosten ook de partij der sociale massa bij de a.s. algemeene verkiezingen zetels zou winnen. Er worden thans onderhandelingen tusschen de beide partijen gevoerd voor een gezamenlijken aanval op de regeering. Voor gesteld wordt, dat de eene partij geen can- didaten zal stellen in den kieskring, waarin de andere partij reeds candidaten heeft. BELGISCHE OUD-MINISTER SAP IN ACTIE. Daagt zestal Kamerleden voor het gerecht. De termijn van drie dagen, welke den oud minister van financiën, Sap, door de recht sche Kamerfractie was toegestaan om op straffe van uitsluiting terug te komen op de aanvallen, die hij onlangs in de Kamer op minister-president van Zeeland heeft ge daan, is thans afgeloopen. Sap heeft geantwoord door zes rechtsche Kamerleden, waaronder den Carton de Wiart, voor het gerecht te dagen. DE DUITSCHE KERKSTRIJD. Talrijke bladen in beslag genomen. De politie te Berlijn heeft eergisteren 41 en gisteren 25 buitenlandsche bladen in be slag genomen. Men gelooft, dat de publicatie van berichten over protesten van het Duit sche episcopaat tegen schending van hét con cordaat tot dezen maatregel aanleiding heeft gege^n. NIEUWE STAKINGEN IN AMERIKA. Meer dan 100.000 stakers. Gister zyn in de automobielindustrie weer nieuwe stakingen uitgebroken. Zoo hebben o.a. te Cleveland 18.000 arbeiders der Fisher- fabrieken het werk neergelegd. Evenwel hebben 7000 hunner het werk eenige uren later hervat. Voorts hebben de Pontiacfa- brieken, die deel uitmaken van het General Motors-concern, en de fabrieken van Fisher en Chevrolet te Flint in verband met de stakingen hun poorten gesloten. In den staat Michigan bedraagt het aantal stakers op het oogenblik 100.000. De onder handelingen tot bijlegging van het conflict bij de Chryslerfabrieken zullen hervat wor den, in de hoop dat deze voor 5 April, waar op in den staat Michigan verkiezingen zullen worden gehouden, resultaat zullen hebben. JUWELIER DOOR BANDIETEN OVERVALLEN. In de „Metro". Drie gangsters hebben op klaarlichten dag in de „Métro" te New-York een juwelier aangevallen. Zij zyn met een buit van 10.000 dollar gevlucht. De overval geschiedde op een spitsuur midden in een groote menigte, welke door de bandieten met revolvers werd bedreigd. De bandieten hebben eenige schoten gelost. Vrouwen vielen in zwijm. TREINBOTSING NABIJ LONDEN. Minstens zes dooden. Vanmorgen zijn nabij het Victoria-station te Londen twee treinen op elkaar geloopen. Er zouden zes personen gedood en verschei dene zwaar gewond zijn. Twaalf dooden? Men vreest, dat bij de treinbotsing nabij Londen niet minder dan twaalf personen gedood en dertig tot vijftig gewond zyn. De beide treinen waren bezet met men- schen, die zich naar hun werk begaven. De eene trein reed in op den andere, die stil stond. Een aantal wagens vloog uit de rails, en tot overmaat van ramp kwam een der rijtuigen in aanraking met een electrische rail, waardoor een begin van brand ont stond. Het vuur kon echter spoedig worden gedoofd. DE ONBEWAAKTE OVERWEG IN AMERIKA. Gemiddeld vijf dooden per dag. Blijkens zoojuist gepubliceerde cijfers zijn verleden jaar in de Ver. Staten bij botsin gen tusschen treinen en automobielen op onbewaakte overwegen gemiddeld bijna vyf personen per dag gedood. Het totaal aantal dooden bedroeg 1786. Hierbij komen nog 4930 personen, die bij dergelijke onge lukken werden gewond.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1937 | | pagina 1