DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Regeeringstroepen melden successen. ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt EL KEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS PER GEWONE AD VERTENTIEN: Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. No. 78 Dit nummer bestaat uit vier bladen. Directeur; C. KRAK. Zaterdag 3 April 1937 Hoofdredacteur; Tj. N. ADEMA. 139e Jaargang De algemeene toestand Alkmaar, 3 April. Donderdag en Vrijdag hebben de verte genwoordigers der z.g. Kleine Entente-lan den langdurige besprekingen gevoerd, die tot doel hadden, de landen nader tot elkaar té brengen. Direct nieuws is over deze con ferentie weinig mede te deelen, maar wel licht brengt een verklaring van Antonescu, den Roemeenschen minister van buitenland- sche zaken, die geïnterviewd is door de „Pe- tit Journal", eenigen uitleg. Antonescu dan verklaarde o.a.: „Al van den oorlog af deden van tijd tot tijd ge ruchten de ronde over een scheuring in de Kleine Entente. Deze diplomatieke instel ling heeft intusschen de proef doorstaan. In deze achttien jaren van vrede heeft het Hon- gaarsche revisionisme niets dan échec gele den. Thans is het erom te doen den grond slag van de Kleine Entente te verbreeden door een verdrag van algemeenen weder- zijdschen bijstand tusschen de drie staten. „Men heeft hier te doen met een vraag stuk, dat ernstige overweging vereischt. Dit is een zaak, die niet meer uitsluitend het Donaubekken aangaat. Roemenië streeft er van zijn kant naar de nauwe .verstandhou ding met Tsjechoslowakije te verhoogen. De cultureele en economische betrekkingen zijn versterkt. Wij hebben met Tsjechoslowakije drie wapeningsovereenkomsten gesloten en de jongste reis van Tatarescu naar Praag heeft nog eens aangetoond, hoe goed de be trekkingen zijn. „Het is geen toeval, dat Tsjechoslowakije een vooraanstaande plaats inneemt bij de militaire uitrusting van Roemenië. „Roemenië en Zuid-Slavië zijn vereenigd door dynastieke banden en door wederzij d- sche gevoelens van aanhankelijkheid. In De cember heeft Stojadinowitsj mij vooruit in gelicht over het BulgaarschZuid-Slavisch verdrag. Ook Tsjechoslowakije werd op de hoogte gehouden. Te ..Athene hebben de le den van den Balkanbond dit onderwerp uit voerig behandeld. Gezien de trouw, waar van de staten van de Kleine Entente onder ling blijk geven, kan de verbetering van de betrekkingen van een hunner met een van zijn buren slechts dienstig zijn voor den vrede. Ik moet hierbij voegen, dat Bulgarije en Roemenië als buren goede betrekkingen met elkaar onderhouden en dat deze een neiging hebben tot verdere verbetering. „Met Frankrijk hebben wij voor het oogen- blik slechts 'n vriendschapsverdrag. De ver sterking van onze diplomatieke banden is ook een vraagstuk van nader orde. Het be houd van de bestaande vriendschappen, zoo noodig met uitbreiding door verdragen, die beter bij de huidige omstandigheden passen, zonder het scheppen van nuttelooze wrij vingen, zijn de groote lijnen van mijn bui- tenlandsche politiek. Trouw aan de verbon denen en het bewaren van een internatio nale sfeer, die gunstig is voor onderhande lingen, zijn de noodzakelijke voorwaarden voor het behoud van den vrede". Naar aanleiding van de bovengenoemde conferentie schrijft de Berliner Lokal An- zeiger: „De Fransche, Tsjechoslowaaksche en Roemeensche bladen zijn vol van nieuwe politieke combinaties. Natuurlijk ontbreekt in dit spel de spil Weenen-Praag niet, maar de werkelijkheid teekent zich duidelijk af. Zuid-Slavië wenscht een politiek van zelf standigheid en vrede. Duidelijker dan door het verdrag met Italië kon het dezen wil niet toonen. Op de wegen tusschen Bulgarije en Zuid-Slavië bestaat weer een verkeer tusschen bevriende buren. Er is een tijdperk afgesloten, dat den vrede bedreigde. Men heeft ook in het Zuidoosten zich politiek van Frankrijk vrijgevochten". Andere Duitsche bladen verkondigen het zelfde denkbeeld. Zoo schrijft de Berliner Morgenpost: „De Zuidoost-Europeesche staten zijn be gonnen een eigen politiek naar eigen behoef ten te voeren, want ook Roemenië zoekt op den Balkan door nauwere betrekkingen met Italië, door een koele terughoudendheid te genover Frankrijk's bondgenoot Sovjet- Rusland zijn eigen weg. Tsjechoslowakije heeft de gelegenheid zich bij buren aan te sluiten, zooals Zuid-Slavië en Roemenië heb ben gedaan, want het heeft in al zijn grens gebieden bevolkingen, die tot een vreemden volksaard behooren". De National Zeitung is van meening, dat de politiek van de spil WeenenPraag Boedapest moet beschouwd worden als een duidelijke manoeuvre tegen Duitschland, als een nieuwe poging van Frankrijk om het vreedzame werk van Duitschland in Zuid- Oost-Europa te verstoren. De diplomatieke redacteur van Stefani wijst er op, dat zijn inlichtingen bevestigen, dat een „pact van onderlingen militairen bijstand tusschen de Kleine Entente en Frankrijk op onoverkomelijke principieele bezwaren stuit. Van den anderen kant heeft ook het voorstel, bilaterale pacten van mili tairen bijstand tusschen Frankrijk en elk der drie Kleine Entente-staten afzonderlijk te sluiten een plan, dat dan in plaats van De Spaansche revolutie Had het Mar Caspio-incident buiten de 3 mijls-zone plaats? Catalaansche regeerings- crisis ten einde. Het belangrijkste voordeel, dat Fran co's troepen de laatste 24 uur hebben behaald, is de verovering van de Piqo de Gorbea, een berg, welke, 1600 meer hoog, den geheel en omtrek beheerscht. Rechts meldt, dat de vijand niet op de bezetting van dit moeilijke punt ver dacht was, zooadat hij het met achter lating van een aanzienlijken krijgsvoor raad verliet. Men is nu 13 kilometer hemelsbreed van Durango, dat het ook gisteren weer hevig te verduren heeft gehad van het rechtsche luchtbombarde ment. Berichten van links spreken van 200 non-combattante slachtoffers. Bij hun opmarsch in Guadalajara, welke de laatste dagen reeds in rustiger tempo verliep, schijnen de regeeringstroepen bij Siguenza thans op onverzettelijken tegen stand te stooten. Het is de collone-Moscardo. die hier tegenover de regeeringtroepen staat. De regeeringstroepen zetten hun opmarsch in de buurt van Pozo Blanco voort. Gister nacht bevonden zij zich dicht bij het dorp Ovejo, ten Zuiden van Pozo Blanco, dat reeds onder het vuur der geweren en batte rijen der regeeringstroepen ligt. Niettegenstaande den stroomenden regen is een kolonne in het zuidelijk deel van den sector. Pozoblanco er in geslaagd acht kilometer op te rukken in de richting van Vill'aharta en den Buenasvista-heuvel te bezetten. In den avond waren de regee ringstroepen op minder dan zeven kilo meter van Villaharta verwijderd. Een andere kolonne van de regeeringstroe pen, welke bij Penaroya opereert, heeft de hoogten van Arconocosilla bezet, welke van groot strategisch belang zijn, aange zien van hier een knooppunt van verbin dingswegen kan worden beheerscht. In totaal zijn de regeeringstroepen ongeveer 20 K.M. opgerukt. Uit Bilbao wordt gemeld, dat de opera ties welke Donderdag j.1. bij den Gorbeo- berg zijn' begonnen, zijn beëindigd met een eergisteravond een hevigen aanval hebben gedaan: zy werden echter onmiddellijk teruggeslagen na zware verliezen te hebben geleden. In den sector Madrid zijn de regeerings troepen meer dan twee kilometer opgerukt. Zij hebben zich meester gemaakt van be langrijke stellingen, die den weg naar La Coruna beheerschen. Een aanzienlijk aan tal overloopers heeft zich gister by de regee ringstroepen gemeld: zij verklaarden, dat men in het kamp der opstandelingen ge demoraliseerd is. Van de andere sectoren valt niets te melden. Zes driemotorige toestellen der opstande lingen hebben Donderdag Jean gebombar deerd. Zij wierpen ruim dertig bommen van 100 K.G. neer. Gistermiddag laat had men ruim 70 doOden geteld en een zeer groot aantal gewonden, waarvan het grootste deel uit vrouwen kinderen bestaat. De arbeiders wijk is het zwaarst getroffen. Twee torpe do's vielen voor het gebouw van het blad „La Manana" en doodden een man en zeven kinderen. De materïëele schade is zeer aan zienlijk. Reddingsploègen werken zonder ophouden en zoeken naar slachtoffers, die mogelijk nog onder de puinen liggen. De zaak met de Mar Caspio; heeft het incident zich buiten de territo riale zóne voorgedaan? Zooals men weet, hebben de kapitein en de leden der bemanning van het Spaansche vrachtschip Mar'Caspio, dat beschoten is en later zonk, tegenover de gendarmerie ver klaard op een mijl uit de kust te zijn ver rast. Deze verklaring scheen er op te wijzen, dat de aanval geschied was in de Fransche territoriale wateren. Toch hebben de be woners van kaap Breton duidelijk het vuur van kanonnen gezien en de ontploffingen ge hoord. Zij beweren, dat er tuschenpoozen van tenminste dertig seconden verstreken zijn tusschen het oogenblik, dat zij het licht zagen en dat waarop zij de ontploffing hoor den. Uit deze verklaringen zou volgen, dat het gevecht zich waarschijnlijk niet op een mijl uit de kust zou hebben voorgedaan, zooals de bemanning verklaard, maar op 6 tot 7 K.M. uit de kust, d.w.z. op meer dan drie mijlen (de territorialiteitsgrens). In verband hiermede heeft het parket te Dax een beschuldiging ingediend tegen een der succes voor de regeeringstroepen zij heb- onbekende. Gister z«n de verhooren begon- ben thans de geheele streek in handen. Bij den laatsten aanval werden de op standelingen verrast, zij trokken terug en lieten een dertigtal dooden, vier mitrail leurs en 35 geweren achter. In den sector Ochandiano blijven de opstandelingen druk uitoefenen. Bloedige gevechten ontwikkelen zich in dezen sector, vooral bij Aramayona. De regee ringstroepen bieden hardnekkigen tegen stand en een tegenaanval zal niet uit blijven. De artillerie, gesteund door de lucht macht, bestookt de stellingen der opstande lingen. De regeeringstroepen rukken verder op naar Penna Roya. Zij strijden thans bij den berg Cabeza-Mesada, waar de opstande lingen zich verschanst hebben. Het mitrail leur- en geweervuur tusschen de beide tegenstanders is zeer hevig. De opstandelin gen hebben zich ondanks hun hardnekkigen tegenstand op verscheidene plaatsen moeten terugtrekken. Zij hebben hun stellingen verlaten, die direct door de regeeringstroe pen werden bezet. Volgens uit het kamp der opstandelingen afkomstige berichten zou men reeds begon nen zijn met de evacuatie der burgerbevol- kin uit Penna Roya. De opstandelinen hebben branden ge sticht om te trachten den opmarsch der re geeringstroepen tegen te houden. Vliegtui gen der regeeringsluchtmacht hebben van daag de munitiefabriek gebombardeerd, welke de opstandelingen te Penna Roya hadden ingericht. De Madrileensche verdedigingsraad heeft per radio medegedeeld, dat in den midden sector aan de J'arama de opstandelingen het collectieve pact zou komen naar het schijnt, geen betere kans van slagen". De fundamenteele reden voor deze moei lijkheden spruit voort uit de bolsjewistische bondgenootschappen met Frankrijk en Tsje choslowakije. Zuid-Slavië heeft nimmer de Sovjetunie willen erkenen en ook te Boe karest zijn steeds sterke stroomingen ge weest tegen de doorlating van Russische troepen, welke doortocht krachtens de pac ten tot automatischen bijstand onvermijde lijk zouden zijn geworden met de ernstige sociale en politieke gevolgen van dien. nen der maritieme autoriteiten. De actie van de luchtvaart regeering. Het ministerie van marine en luchtvaart deelde mede, dat de luchtmacht van de regeering een automobielkolonne van de opstandelingen bij Penaroya met mitrail- leurvuur heeft bestookt. Verder ging een escadrille regeerings- vliegtuigen een zestal toestellen van de op standelingen tegemoet om een gevecht aan te gaan, doch de opstandelingen keerden in allerijl naar hun basis terug. Ook zijn bommen geworpen op den oor logsbodem der opstandelingen „Espana". Het schip werd door eeri luchttorpedo getroffen en vluchtte. Aan het front in Aragon werd het station van Calatayud gebombardeerd, hier stonden talrijke wagons met oorlogs materiaal en benzine opgesteld. De regeeringscrisis in Catalonië ten einde. Gisteravond zijn de vertegenwoordigers van C.N.T. en U.G.T. bijeengekomen, Tarra- dellas was bij deze vergadering niet aan wezig. Later op den avond ontving Tarra- dellas de pers en verklaarde o.a., dat hij tot een overeenstemming was gekomen met de verschillende partijen en organisaties over de verdeeling van de ministerzetels, doch in den middag verklaarden de kameraden van de U.G.T., dat zij verlangden dat de beslis singen en de overeenkomst op schrift zou worden gesteld. De kameraden van de C.N. T. konden dit verzoek niet inwilligen, hoe wel zy in het in beginsel ermede eens waren. Zij waren evenwel van meening, dat alleen de toekomstige generaliteitsraad een pro grammaverklaring zou kunnen afleggen, op het oogenblik, dat de raad samengesteld zou zijn. Dit zou niet kunnen geschieden door de organisaties, welke zitting hebben in den raad. Over deze kwestie hebben de afgevaar digden van beide partijen vergaderd, doch men is niet tot een oplossing gekomen. Tarradellas heeft den president van de generaliteit, Companys, met deze moeilijk heden op de hoogte gesteld en deze moet thans een beslissing nemen. Tenslotte deelde Tarradellas mede, dat Companys hem verozcht had aan de pers te zeggen, dat Companys haar in den loop van den middag zou ontvangen. De strijd in het Noordwesten. Het gepantserde schip „Espana" en de rechtsche kanonneerboot „Bato" hebben de Baskische kust eenige kilometers ten Oosten van Lequietio gebombardeerd, terwijl de infanterie der opstandelingen een aanval deed op Matquina, tien kilometer het land in. Een afdeeling der rechtschen zou den berg Arrieriota bezet hebben. De krijgsver richtingen zijn zeer moeilijk tengevolge van het bergachtige karakter der streek, terwijl de Baskische bergbewoners hardnekkigen tegenstand bieden. Intusschen zouden de opstandelingen ook aan het Oostelijke front in Baskenland, in de richting van Durango, hun offensief voortzetten. De Japansche regeerings crisis. Na de ontbinding van het Japansche Lagerhuis. De Japansche dagbladen blijven in hoofd artikelen commentaar leveren op den poli- tieken toestand, die, zooals de „Nisji Nisji Sjimboen" schrijft, ernstig gevaar voor de politiek partijen met zich mede brengt. Dit blad schrijft, dat de politieke partijen, die de begrootingsontwerpen in het Lagerhuis hebben goedgekeurd, thans gebraden wor den als jachthonden, die er in geslaagd zijn het wild te vangen. Deze anomalie is onbe grijpelijk voor de politieke partijen. Of schoon de regeering mogelijk zelve veel te zeggen heeft. De ontbinding van het Lager huis door de regeering, die geen eigen poli tieke partij heeft, heeft geen beteekenis, maar het kabinet-Hayasji is er toch toe over gegaan. De verschillen in de interpretatie van de grondwet en de ideologische achter gronden verklaren de anomalie van dén toe stand, daarom raadt het blad den politieken partijen aan daar behoorlijk nota van te ne- mten, anders vreest het blad, dat de a.s. ver kiezingen mogelijkerwijze een keerpunt zul len beteekenen in de Japansche politiek. De „Kokoemin Sjimboey" en de „Tsjoegai Sjogio" dringen er bij den eersten minister Hayasji op aan, vastberaden en eerlijk naar voren te komen met het organiseeren van een nieuwe politieke partij. Intusschen zijn de opvattingen onder po litieke belangstellenden verdeeld ten op zichte van de kansen op succes eener nieu we partij beweging, waartoe plannen zouden zijn ontworpen door den minister van land bouw Jamazaki, den minister van binnen- landsche zaken Kawarada en den minister van verkeerswezen graaf Kodama, in samen werking met Satsjio Sakourautsji en Rioe- taro Nagai, prominente leden van de Min- seito en vroeger resp. ministers van handel en onderwijs en met Keizoeke Motsjitsoeki en Kijosji Akita, prominente leden van de Sjowakaipartij, Kenzo Adatsji, leider na den nationalen bond en ook Kanitsjiro Kamei en Hisasji Asoo, prominente leden van de par tij der sociale massa. Sommige politiek belangstellenden heb ben zeer hoopvolle verwachtingen der nieu we partij, anderen echter hellen er toe over te gelooven, dat de politieke verdeeling niet beïnvloed zal worden door de algemeene verkiezingen, welke naar hun meening ten gevolge zullen hebben, dat het kabinet Hayasji zal aftreden of wel het nieuwe La gerhuis zal ontbinden. De „Kokoemin Sjimboen" echter wijst er op, dat tot vandaag 73 candidaten waren in geschreven, twee dagen na de ontbinding, terwijl dit aantal de vorige maal twee da gen na de ontbinding van het Lagerhuis 74 grooter was. Het blad wijt dit feit aan de onvoorbereidheid van de politieke partijen en gedeeltelijk ook aan een houding van af wachten, die door de politieke partijen wordt aangenomen jegens de nieuwe partij beweging. Ontploffing in het legerkamp van Mourmelou Donderdagavond schopte een Marok- kaansch tirailleur in het Fransche legerkamp Mourmelou tegen een granaat, met het ge volg, dat het projectiel ontplofte. De man werd gedood. Zes andere tirailleurs werden levensgevaarlijk gewond, zestien anderen werden ernstig gewond en zes soldaten, w.o. een Fransch adjudant, werden licht gewond. Vijf dooden en drie stervenden. Het aantal Marokkaansche tirailleurs, dat bij de ontploffing van een granaat in het naby Reims gelegen kamp van Mourmelon den dood heeft gevonden, is reeds tot vijf gestegen, terwijl drie stervende zjjn. Van zeven zijn de beenen geamputeerd, terwijl er bovendien nog zeven andere zwaargewonden zijn. De oorzaak. Omtrent de ramp, welke door de ontplof fing van een granaat is veroorzaakt, wordt nader gemeld, dat een bataljon van het 25e regiment Marokkaansche tirailleurs van het garnizoen van Sarrebourg, dat sedert een i Prins Bernhard in den Raad van State. Naar wij vernemen, zal op Donderdag 8 dezer de Raad van State bijeenkomen in buitengewone vergadering, waarin prins Bernhard, wien, zooals men zich zal herinneren, in het college zitting is verleend, als zoodanig zal worden ge ïnstalleerd. Hollandsch schip op de Britsche kust geloopen. In den afgeloopen nacht is een schip in dichten mist op de rotsen naby Da- nesdyke tusschen Flamborough en Brid- lington geloopen. Volgens aan de kust opgevangen sig nalen zou het het Nederlandsche motor schip „Reina" zijn. De reddingboot van Flamborough is ter assistentie uitgevaren. Men zal trach ten het schip, dat niet in onmiddellijk gevaar verkeert, vlot te sleepen. (Indien de naam juist is, behoort het in moeilijkheden verkeer end schip thuis te Groningen. Het zou dan de vroegere „Reina II" zjjn, schipper-eigenaar J. Buining.) tiental dagen te Mourmelon manoeuvres houdt, het terrein voor oefeningen in orde bracht. Een der mannen van het bataljon was zoo onvoorzichtig, een granaat, die op het terrein lag, weg te schoppen. Er volgde een geweldige ontploffing, die 29 man wegslin gerde. Een soldaat werd op slag gedood. Vijf anderen zijn inmiddels aan hun verwon dingen bezweken. De gewonden zijn op een na allen inboor lingen. Reeds zes dooden. Een der soldaten, die gisteren bij de ont ploffing in het kamp van Mourmelon ge wond is, is in het ziekenhuis overleden. Het totaal aantal dooden is thans tot zes geste gen. Voorts kan bij een der overige gewon den de dood ieder oogenblik intreden. EEN OPMERKELIJK ARTIKEL VAN DEGRELLE. In het gistermiddag verschenen nummer van het rexisti?chq dagblad „Le.Pays Rèël" wordt een .artikel.afgedrukt van Léon De- grelle, dat de aandacht trekt in politieke kringen, aangezien hierin wordt aangege ven, dat van Zeeland indertijd op de hoogte zou zijn geweest van den inhoud der over eenkomst, die aangegaan is door de rexisten de Vlaamsche nationalisten. Degrelle schrijft o.m. aan het adres van den premier: ,Wij zijn zeer gevoelig geweest voor het feit, dat gij persoonlijk niet hebt getracht de Vlaamsche kwestie te vergiftigen. Gij hebt dat niet gedaan omdat gij wist, misschien beter dan anderen, met welke vurige, hel derziende vaderlandsliefde wij ons hebben gespannen voor de verzoening van Walen en Vlamingen en ook omdat gy de weldadige uitwerking reeds op dit uur ziet". De aanhangers van van Zeeland zien met argwanend voorbehoud de campagne van den rexistischen candidaat zich in deze rich ting oriënteeren. Zij vragen zich af of De grelle niet, zich beroemende op een soort waarborg van den eersten minister, tracht zich te bevrijden van de verwijten zijner te genstanders, volgens welke hij zich verbon den heeft met de Vlaamsche seperatisten, terwijl hij als grondslag van zijn politieke actie de eenheid van het Belgische volk aan geeft. DE STAKINGEN IN AMERIKA. De politie slaags met stakers. De politie heeft te Albert Lea in den staat Minnesota het partijgebouw van de radicale vakvereenigingen bestormd. De stakers, die het gebouw bezet hielden, wierpen brandende dekens en kokend wa ter op de politie. 54 personen werden gearresteerd, waarop de stakers dreigden de gevangenis te hestonnen. In de stad was het zeer onrustig. Auto's werden omver geworpen, een auto van de politie werd in brand gestoken en een an dere werd in de rivier geworpen. Vervolgens schoolden de stakers samen voor de fabriek van de „American Gasmachine Company", waaruit de stakers met geweld waren yer- dreven en waar de werkwilligen den arbeid hadden hervat. De stakers poogden de fa briek binnen te dringen en wierpen de vensters in. De politie verdreef de aanval lers met behulp van traangasbommen. De gouverneur van Minnesota heeft de arrestanten weer vrijgelaten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1937 | | pagina 1