Het groene oog van Baa-AI.
Inzet verkiezingsstrijd
S.D.A.P.
Waar het recht zijn loop heeft.
Rede Ir. J. W. Albarda.
In de „Apollohal" te Amsterdam heeft
dé federatie Amsterdam van de S. D. A. P.
als inzet van de verkiezingsactie gister
avond een groote volksbetooging georga
niseerd, waar de heeren Ir. J. W. Albarda,
Th. Thijssen en Bern. Franke het woord
hebben gevoerd. Drieduizend personen
woonden de betooging bij.
De heer Bernard Franke behandelde de
politiek der laatste vijf jaren van sociaal
democratisch standpunt. De reactie der
burgerlijke partijen op het incident der
„Zeven Provinciën" was een rookgordijn
om de uitvoering van het plan-Weiter te
bemaskeren.
Het ging daarbij niet om de betrouw
baarheid van de S.D.A.P., maar doel was
de arbeiders de lasten van de crisis te
doen dragen. Spr. ging na, hoe, wat betreft
dé steunverleening, de loonen, de kosten,
de kosten van levensonderhoud, enz., de
toestand der arbeiders klasse sinds 1933 is
achteruitgegaan. Het aantal werkloozen is
mét 81.000 gestegen. De regeering wil de
aanpassingspolitiek voorstellen. Haar doel
is niet meer om uit de crisis te geraken,
doch om de arbeiders terug te dringen uit
de positie, waartoe zij door hun vakbewe
ging en hun politieke actie zijn gekomen.
Daartegenover stelt spr. een positieve wel-
vaartspolitiek, in den geest van het Plan
van den arbeid.
De heer E. Polak herdacht hierna den
ontslapen voorzitter van den alg. Neder-
landschen typografenbond, den heer F. van
der Wal.
De heer Thijssen besprak de moeilijkhe
den, welke uit de bezuinigingen op het
onderwijs zijn ontstaan. De veel te groote
klassèn aldus spreker moeten daarom
verdwijnen. Deze eisch moet de inzet zijn
van den verkiezingsstrijd.
Toen de heer Albarda het podium be
trad zong de vergadering staande de
„Internationale". De heer Albarda noemde
niet de voorstellen tot grondwetsherzie
ning den inzet van den verkiezingsstrijd,
doch het oordeel over het beleid van het
kabinet-Colijn. Naast de kreet om meer
werk, welke roept om uitvoering van het
Plan van den arbeid klinkt de kreet „Ne
derland vrij". Spr. gaf een overzicht over
den groei der dictatoriale gedachte m
Europa. Onder applaus verklaarde spr. de
sociaal-democraten innig verbonden met
hen, die in Duitschland om den geloofswil-
le worden vervolgd.
Spr. stelde de godsdienststrijd in Duitsch
land als waarschuwend voorbeeld voor
hetgeen ons volk ook hier te wachten zou
staan.
De intolerantie, in het bijzonder tegen
over de leer van het christendom, is in-
haerent aan het fascisme. In de democratie
hebben de eerste beginselen van het chris
tendom, d.z. de naastenliefde en de eerbied
voor de persoonlijkheid, hun onvolmaakte
uitdrukking gevonden. Het dilemma fascis
me of communisme is niet veel. De striid
gaat thans om een toekomst van vrijheid
en welvaart. Er is in Europa een kentering
in den opgang van het fascisme. Ook in
Nederland voorspelde spr. een achteruit
gang. Indien deze economische crisis een
halve eeuw eerder ware gebeurd, de arbei
dersmassa zou in wanhoop zijn geraakt en
ons land zou zijn ondergegaan in een
bloedbad. Thans heeft de scholing Van een
halve eeuw democratie de arbeiders voor
goed gewonnen voor de geestelijke vrijheid-
De S. D. A. P. heeft vasten voet gekregen
in het Nederlandsche volksleven. Er zijn
er, o.a. de Liberalen, die de partij trachten
uit te schakelen. Tot dezen zeide spr. „Gij
zult het niet meer voor het zeggen heb
ben uit te maken, wie aan de regeering zal
invloed der Liberalen gebroken. Het is op
zijn minst bespottelijk, dat zij zouden heb
ben uit te maken, die aan de regeering zal
deelnemen. De Liberalen hebben 1907 de
socialistische kiezers met rijtuigen naar de
stembus gebracht en in 1913 aan de S. D.
A. P. een coalitie aangeboden. Toen waren
de socialisten even socialistisch als thans.
De Liberalen moesten dankbaar zijn voor
den strijd der S. D. A. P., voor de demo
cratie, het erfgoed der Liberale negentien
de eeuw.
Een herleving der rechtsche coalitie is
uitgesloten. Daartoe ontbreekt het den
rechtschen partijen, die in 1935 slechts 48
procent der stemmen behaalden, aan
macht en aan eenheid.
In de kringen der katholieke arbeiders
beweging leven politieke verlangens, die
bijna niet verschillen met die der S. D.
A. P. Het voordeel, dat het jongste ver
slag van het r. k. Werkliedenverbond heeft
geveld over de politiek van de regeering
Colijn, doet er verlangen kennen naar een
Glimlachje
Als een millionnair een verstuik
ten pols heeft.
grondige koersverandering. Deze zal
slechts kunnen worden verwezenlijkt in
samenwerking met de S. D. A. P., die zich
gedurende vier jaren voorbereid heeft op
de verantwoordelijkheid een regeering te
vormen. Allen, die van de regeeringspoli-
tiek hebben geleden en allen, die voor de
propaganda voor het Plan van den arbeid
hebben gewerkt, roept spr. op om in den
komenden stembussenstrijd de zaak der
S. D. A. P. voor te staan.
HET VERGIFTIGINGSGEVAL TE
ZAANDAM.
Vragen in den raad gesteld.
Zooals men zich herinnert is in den nacht
van 8 op 9 April een inwoner van Zaandam
overleden na gebruik van een op de markt
gekocht geneesmiddel.
Naar aanleiding hiervan heeft mr. Th. Es-
kens (s.d.a.p.) in de gister gehouden zitting
van den gemeenteraad eenige vragen ge
steld, o.a. of B. en W. bereid zijn aan de com
missie voor de strafverordeningen te ver
zoeken op korten termijn een ontwerp-ver-
ordening bij den raad in te dienen, waarbij
de verkoop van geneesmiddelen op de open
bare markt wordt verboden.
ZUURSTOFAPPARAAT GESPRONGEN.
Smidsknecht gedood.
Gistermiddag is in de smederij van
den heer P. Hey aan de Dorpsstraat te
Zevenhuizen een zuurstofapparaat ge
sprongen. De knecht, M. Heemsbergen,
kreeg hierbij een stuk ijzer tegen het
achterhoofd en werd op slag gedood. De
smid liep lichte wonden op.
Een oogenblik later hadden de Idee-
ren van den knecht vlam gevat. Het
vuur kon evenwel spoedig gedoofd wor
den. De ruiten van de smederij werden
alle vernield.
HOLLANDSCHE SOCIËTEIT VAN
LEVENSVERZEKERINGEN N.V.
Het bedrijf uitgebreid en versterkt.
De Hollandsche Sociëteit van Levensver
zekeringen N.V., opgericht in 1807, hield deze
maand haar jaarlijksche vergadering van
aandeelhouders ter goedkeuring van de
balans. Uit het daarop uitgebrachte verslag
blijkt, dat het jaar 1936 in belangrijke mate
heeft bijgedragen tot de uitbreiding en ver
sterking van haar bedrijf.
Aan nieuwe verzekeringen werd bijna 23
millioen gulden gesloten; het totaal ver
zekerde bedrag klom met ruim 15 millioen
gulden tot 134 millioen gulden.
Ten aanzien van de beleggingen zij aller
eerst opgemerkt, dat de Hollandsche
Sociëteit in 1936 voortging met het koopen
van huizen voor beleggingsdoeleinden. Zij
bleef zich daarbij beperken tot op goeden
stand gelegen, gemakkelijk te verhuren
panden, voornamelijk bestaande uit midden
standswoningen en enkele winkels. Het
bezit aan vaste eigendommen steeg daardoor
na toepassing van verchillende afschrijvin
gen tot f 3 944.900.
Met het sluiten van hypotheken, dat in
den loop van het voorafgaande jaar ten ge
volge van de verschillende regeeringsmaat-
regelen op dat gebied gestaakt was, werd
weder een aanvang gemaakt. Op land werd
niet meer dan 50 op huizen ten hoogste
60 van de conservatief geschatte waarde
verstrekt.
De effecten werden evenals vorige jaren
getaxeerd naar den laatsten beurskoers van
het boekjaar en stegen aanzienlijk in
waarde.
De leeningen op schuldbekentenis aan
provinciën, gemeenten en waterschappen
staan a pari op ce balans.
De premiereserve werd voor een aanzien
lijk gedeelte omgerekend naar een 31/,
rentevoet; zij bedraagt thans 49.372.401 en
de daaraan ten grondslag liggende gemiddel
de rente is 3,68
De vrije reserves stegen na verschillende
af- en bijschrijvingen van 1.885.924,07 tot
f^.241.640,40.
De bedrijfsresultaten waren alleszins
gunstig, zoowel ten aanzien van den opslag,
de rente, als de sterfte. De winst was weder
grooter dan het vorige jaar en bedroeg
f 632.254,82 tegen 567.882,85 in 1935.
De behaalde resultaten lieten toe om een
bedrag var. 500.000 (vorig jaar 460.000)
naar de extra-reserve over te boeken en een
dividend van 10 f vorig jaar 8 uit te
keeren.
De heer J. van Hasselt werd bij zijn perio
dieke aftreding als commissaris herkozen.
MINDER CANDIDATEN TENGEVOLGE
VAN DE GEEISCHTE WAARBORGSOM.
Bij deze candidaatstelling vond voor de
eerste maal toepassing het bij de wet van
den 23sten Mei 1935, S. 306 vastgestelde
nieuwe artikel 37a van de kieswet, volgens
'hetwelk bij de indiening van elke candida-
tenlijst een som van 250 in de consignatie
kas van het rijk moet worden gestort.
Bij dit wetsartikel is tevens oepaald, dat
deze som aan den staat vervalt, ingeval het
stemcijfer van de lijst of van de lijstengroep
of het stel gelijkluidende lijsten, waarvan
de lijst deel uitmaakt, lager is dan 75 pCt.
van den kiesdeeler.
Klaarblijkelijk heeft deze eisch tot stor
ting van een waarborgsom menigeen afge
schrikt om candidatenlijsten in te dienen.
Immers bedroeg bij de vorige verkiezing
van leden der Tweede Kamer in het jaar
1933 het aantal partijen en groepen, dat can
didatenlijsten had ingeleverd, niet minder
dan 53 met in totaal 824 candidaten, thans
zijn slechts twintig candidatenlijsten ingele
verd, waarop volgens de thans beschikbare
gegevens 557 candidaten voorkomen.
Sommige kleine groepen, bij welke het
voornemen bestond aan de Kamerverkiezin
gen deel te nemen, en die daarvoor reeds bij
de verkiezingsbureaux formulieren hadden
aangevraagd, hebben het niet tot indiening
der candidatenlijsten kunnen brengen, waar
schijnlijk doordat zij niet in staat waren de
geëischte waarborgsom te storten.
TANKSCHEPEN VOOR INDIE.
Opdracht van drie schepen.
Naar we reeds mededeelden, is aan de
werf „Gusto" te Schiedam, ten behoeve van
den dienst der Nederlandsch-Indische Tank
stoomboot-Mij., de bouw opgedragen van
een motortankschip van bijna 4000 ton.
Ook van der Giesen en Zoon Scheepswer
ven te Krimpen aan den IJssel en de Neder
landsche Dok-Mij. te Amsterdam zullen
ieder een dergelijk schip bouwen, zoodat de
geheele opdracht drie schepen omvat.
De machines voor de voortbeweging zul
len niet bij de genoemde werven, doch el
ders worden gebouwd.
Branden.
BRAND TE 'S-HERTOGENBOSCH
IN ZAADHANDEL.
Gisteravond omstreeks tien uur is brand
ontdekt in den aan de Smalle Haven gele
gen zaadhandel van de firma H. van Enge
len te den Bosch. In korten tijd breidde het
vuur zich zoo snel uit, dat, toen de brand
weer met groot materiaal arriveerde, het
pand van boven tot onder in lichter laaie
stond.
Met acht stralen werd het vuur krachtda
dig bestreden en hierdoor slaagde men erin
den brand, welke een angstwekkenden von
kenregen verspreidde, tot het pakhuis te be
perken.
Aan de achterzijde, waar het vuur gevaar
opleverde voor belendende woonhuizen,
werden de huizen natgehouden.
Na drie kwartier was de brandweer den
brand, welke groote belangstelling trok,
meester en kon met de nablussching worden
begonnen.
Een van de beide in het pakhuis staande
auto's kon tijdig naar buiten worden gere
den. De andere werd door het vuur ver
nield.
Over de oorzaak van den brand tast men
in het duister. Het pand, dat eigendom is
van den heer van Geffen, was verzekerd,
evenals de groote voorraad zaden en granen,
welke in het gebouw was opgeslagen.
Arronditsemenls-Rechlbank Ie Alkmaar
(Zitting van 20 April.)
Een inbraak in Limmen.
Op 23 Maart stonden voor de arrondisse
mentsrechtbank alhier terecht C. P. N. en
C. M., beiden woonachtig te Limmen,
wegens een inbraak aldaar in den nacht van
26 September, waarbij zij een bedrag van
315 hadden weten buit te maken. Hun zaak
was toen aangehouden tot heden om den
ambtenaar der reclasseering een rapport te
laten uitbrengen.
Het rapport, dat uitvoerig mondeling werd
toegelicht door den heer J. H. Wiggers, luid
de, hoewel twijfelachtig, in zekere opzich
ten nogal gunstig ten aanzien der beide ver
dachten, zoodat de officier er toe te brengen
was zijn reeds gehouden requisitoir in zoo
verre te wijzigen, dat hij in plaats van 10
maanden onvoorwaardelijke gevangenisstraf
tegen beide verdachten thans een voorwaar
delijke gevangenisstraf voor den tijd van
1 jaar met een proeftijd van 3 jaar vroeg
met de daarbij door den reclasseeringsambte-
naar voorgestelde bijzondere voorwaarden.
Uitspraak 27 April a.s.
Salomon dacht handig te zijn.
Het handigheidje ging evenwel in geen
enkel opzicht op. Salomon R., die wij
selijk niet bij de berechting van zijn
zaak was verschenen, was op 22 Januari
bij eenige scholen in Enkhuizen aangeloopen
en probeerde daar een middel te verkoopen,
waarmede men gemakkelijk inktvlekken uit
de schoolbanken kon verwijderen. Zijn ver
koopstalenten bleken niet slecht te zijn,
Salomon slaagde er tenminste in bij twee
scholen respectievelijk voor bedragen van
3 en 6 te verkoppen. Salomon schreef
voor dit bedrag in het bijzijn van de respec
tievelijke schoolhoofden de desbetreffende
kwitanties uit, waarna deze laatsten op de
achterzijde daarvan de mededeeling ..ac-
coord" zetten, waarna verdachte ermee naar
den penningmeester der scholen was ge
trokken.
Onderweg was een gevaarlijk idee bij hem
opgekomen, waaraan hij ook nog uitvoering
had gegeven ook. Van de 3 had hij n.1.
13 gemaakt en van de 6 op gelijksoortige
wijze 16. De penningmeester had aanvan
kelijk niets van de falsificatie gemérkt en
had de bedragen uitbetaald.
De officier van justitie noemde het een
ernstig misdrijf, temeer waar dit was ge
pleegd door een persoon, die reeds meerdere
malen met den strafrechter in aanraking is
geweest. Spr. vroeg een gevangenisstraf
voor den tijd van 8 maanden.
Uitspraak 27 April a.s.
Hooger beroep met succes.
De kaasmaker A. T. uit Egmond-Binnen
had op 29 November op den Hoeverweg een
aanrijding veroorzaakt en was hiervoor door
den Alkmaarschen kantonrechter veroor
deeld tot 25 boete subsidiair 10 dagen hech
tenis.
T., die van meening was, dat dit vonnis in
geenen deele rechtvaardig was, was hiervan
in hooger beroep gekomen.
De zaak had zich als volgt toegedragen.
Verdachte reed op den bewusten avond
het was betrekkelijk nat en donker weer
op den Hoeverweg in de richting Egmond,
toen plotseling voor hem een wielrijder op
doemde, die in plaats van op het fietspad
midden op den rijweg reed. Verdachte had
eerst signaal gegeven en gepoogd den wiel
rijder links te passeeren, doch toen dit niet
lukte, was hij eindelijk besloten er dan maar
rechts langs te gaan. Juist op dat moment
evenwel was de wielrijder, de schippers
knecht H. E. Rensen uit Egmond aan den
Hoef, naar rechts overgezwaaid en de botsing
was onvermijdelijk geworden.
De wielrijder beweerde op den rijweg ge
reden te hebben, omdat het rijwielpad on
begaanbaar was geweest vanwege de vele
plassen.
De officier van justitie voelde ook wel
voor het argument van den verdachte. Spr.
kon het zich indenken, dat Rensen geheel
links zou hebben gereden, waardoor ver
dachte feitelijk niet wist wat hij doen moest.
De manoeuvre van getuige was al bijzonder
roekeloos geweest én spreker verwonderde
er zich ten slotte over, dat Rensen niet als
verdachte terecht gestaan had, daar hij per
slot van rekening de aanleiding tot het on
geluk was geworden. Spr. vroeg vernieti
ging van het kantonrechterlij k vonnis en
requireerde vrijspraak.
Slecht uitgekeken.
De vrachtrijder C. K. uit Schermerhorn
reed aan 14 December op de Noordervaart
en wilde aldaar met zijn vrachtauto een
boerenerf oprijden om een vrachtje af te
leveren. K. overwoog evenwel niet, dat hij
bij deze manoeuvre links moest afslaan en
dat noch zijn spiegel noch zijn richtingaan
wijzer vanaf het linkerweggedeelte zicht
baar was. Toen hij dan ook links af ging,
was de bestuurder van een luxen wagen,
die achter K. reed en hem juist wilde pas
seeren, niet meer in staat geweest zijn voer
tuig tot stilstand te brengen en een hevige
botsing was gevolgd. De beide voertuigen
waren totaal vernield en het mocht een won
der genoemd worden, dat noch de vracht
rijder noch de bestuurder van de luxe auto
en diens passagiers er zonder letsel waren
afgekomen.
Voor dit feit was verdachte K. door den
kantonrechter veroordeeld geworden, resp.
voor den spiegel tot 6 of 3 dagen en voor
den richtingaanwijzer tot 12 of 6 dagen.
Verdachte verklaarde in hooger beroep te
zijn gekomen, omdat hij van meening was
geen schuld aan het gebeurde te hebben.
Het getuigenverhoor bracht den officier
van justitie er integendeel toe de zaak nog
wat ernstiger op te vatten dan de kanton
rechter gedaan had en de eisch luidde dit
maal 20 of 10 dagen voor het verzuimen
uit te steken van den richtingaanwijzer en
10 of 5 dagen voor den onbruikbaren
spiegel.
Bakkersknecht gekraakt.
Tot slot van de morgenzitting werd behan
deld een aanrijding op den Kennemerstraat-
weg te Alkmaar, waarbij de chauffeur Joh.
B. uit Oudorp met zijn vrachtauto op 26 Oc-
tober tegen een bakkerswagen was aange-
tornd, waarbij de bestuurder van laatstge
noemd voertuig werd gewond. Door den
kantonrechter was B. deswege veroordeeld
geworden tot 15 of 10 dagen.
B. was in hooger beroep gekomen, omdat
ook hij van meening was, dat er van zijn
schuld geen sprake was, een meening, die de
officier van justitie na het getuigenverhoor
in het geheel niet deelde. Ten slotte werd
dan ook bevestiging van het kantonrechter
lij k vonnis geëischt.
Uitspraak 27 April a.s.
Een chauffeur in hooger beroep.
Op 5 December j.1. had op den hoek van
de Nieuwe Brugstraat en de Binnenhaven te
Den Helder een aanrijding plaats tusschen
een tweetal auto's. De auto komende uit de
Nieuwe Brugstraat, bestuurd door den chauf
feur Johannes Reinier A. uit Den Helder,
wilde de Binnenhaven oprijden, doch gaf
zich niet voldoende rekenschap van de mo
gelijkheid van van rechts naderend verkeer
met het gevolg dat een auto, bestuurd door
den chauffeur A. Bok, eveneens uit Den
Helder, met een niet onbelangrijke vaart
dwars op den wagen van A. was ingereden.
Wegens het geen voorrang verleenen aan
van rechts naderend verkeer had de be
stuurder van eerstgenoemden wagen voor
den kantonrechter te Den Helder terecht ge
staan en was deswege veroordeeld geworden
tot een geldboete van 15 subsidiair 3 weken
hechtenis.
A., die van meening was, dat de schuld
niet alleen bij hem gelegen had, was van dit
vonnis in hooger beroep gekomen en als
eerste in de middagzitting der rechtbank
werd gisteren zijn zaak berecht.
Het bleek inderdaad wel, dat de aanrijden
de auto snel had gereden, doch de officier
van justitie kon ten aanzien van de overtre
ding van verdachte, n.1. het geen voorrang
verleenen, toch geen nieuwe gezichtspunten
zien, in verband waarmede bevestiging van
het kantonrechterlijk vonnis werd gerequi-
reerd.
Uitspraak 27 April a.s.
Een wielrijder gekraakt.
Er was een uitvoering geweest van de
plaatselijke gymnastiekvereniging in Castri-
cum en bij het uitgaan der daarvoor ge
bruikte lokaliteit was het op den weg be
grijpelijkerwijze nogal wat „doenig" geweest.
Ook Johannes P. C., bakkersknecht te
Limmen, had de festiviteit bezocht en begaf
zich na afloop daarvan met zijn meisje per
auto huiswaarts. Op den Beverwijkschen
straatweg evenwel had C., die met groote
snelheid reed, den tuindersknecht Th. Scher
mer, die aldaar met zijn vriend N. Stuijf-
bergen op de fiets reed, aangereden, waar
door laatstgenoemde ernstige hoofdwonden
had opgeloopen en later naar het zieken
huis te Alkmaar moest worden vervoerd. Cl
was om de maat vol te maken na de aan
rijding doorgereden.
Het bleek uit het getuigenverhoor, dat er
zich langs den Beverwijkschen straatweg
wel een fietspad bevindt, doch dat dit ter
plaatse tijdelijk onderbroken was. De prac-
tijk is, dat veel wielrijders in het donker
de aanrijding geschiedde des nachts om half
één niet zien waar het fietspad opnieuw
begint en ook ditmaal was Schermer met
zijn vriend nog op den rijweg, terwijl naast
hem het fietspad weer berijdbaar was ge
weest. De verdachte grondde zijn verweer
op het feit, dat hij niet gezien had, dat er
fietsers reden, omdat er naast den weg toch
een fietspad was. Hij had op het moment
van de aanrijding wel een tik gehoord en
glasgerinkel, doch was min of meer uit
angst doorgereden.
De officier van justitie vond, dat de ver
dachte roekeloos had gereden. C. had niet
uitgekeken, anders had hij toch zeker de
wielrijders moeten opmerken. Dat verdachte
doorgereden is, maakte zijn zaak nog ern
stiger, daar dit een egoïstische manier
van doen is, die zeer zeker niet door den
beugel kan. Spr. zeide de keus te hebben
uit een vrijheidsstraf zonder meer en een.
geldboete plus intrekking van het rijbewijs,
doch daar verdachte thuis is en slechts zak
geld krijgt, meende spreker niet anders te
kunnen requireeren dan een vrijheidsstraf.
De eisch luidde ten slotte 2 maanden hech
tenis.
Uitspraak 27 April a.s.
KNOEIERIJEN MET VOETBAL-POOLS.
Chef op het kantoor deed zelf mee.
De populariteit van het voetbalspel in ons
land heeft enkele handige ondernemers er
toe gebracht om naar Engelsch voorbeeld
z.g.n. voetbalpools op te richten, welke als
volgt functionneeren.
Men koopt bij een agent, meestal sigaren
handelaar, een biljet, waarop een groot aan
tal voetbalwedstrijden, die Zondags zullen
worden gespeeld, voorkomen en men vult
daarachter de vermoedelijke uitslagen in.
Een en ander kost 4 cent per rijtje uit
slagen.
Men levert de ingevulde biljetten weel
bij den agent in, die ze naar het hoofd
kantoor opstuurt en de inzender, die het
grootst aantal juiste uitslagen heeft inge
vuld, ontvangst den hoofdprijs. Het juist
raden van deze uitslagen valt natuurlijk
niet mee en om aan deze moeilijkheid
tegemoet te komen hadden de 31-jarige
gemeente-ambtenaar B. A. K. en de 46-
jarige Th. R., die op het G. A. O. K. voet
balpoolkantoor te 's-Gravenhage werkzaam
was, de volgende afspraak gemaakt.
K. kocht de formulieren, vulde ze in,
onderteekende ze en stelde ze aan den
agent weer ter hand.
Ze kwamen daarna natuurlijk op het kan
toor van de „Pool" terecht, waar R. de
biljetten in handen kreeg, de uitslagen
veranderde en op juiste wijze invulde,
waardoor dus K. een prijs won.
Het ging alles naar wensch.
De eerste maal won K. een prijs van
510 onder den naam G. A. O. K. Boys,
waarna het met succes nog eenmaal gepro
beerd werd onder den naam B. Nieuwen-
huis. Ditmaal was de buit f 639.
Van het op deze wijze verkregen geld
droeg hij twee derde aan R. af.
De kruik gaat evenwel net zoo lang te
water tot zij breekt. Nog had hij de derde
maal succes. De eerste prijs werd gewonnen
en bedroeg niet minder dan 1202, en nu
onder den naam S. de Jong te Schiedam.
Deze S. de Jong (alias K.) verzocht nu de
directie van de Pool de gewonnen som
hem per niet-aangeteekenden brief te zen
den. De directeur van het kantoor ver
trouwde echter de zaak niet en begaf zich
persoonlijk naar Schiedam om den prijs ten
huize van een agent uit te betalen.
Tevoren was evenwel de politie gewaar
schuwd.
247. Alle reizigers die van boord kwa
men werden aangesproken door Chinezen,
ogenschijnlijk met de bedoeling om hun
koffers te mogen dragen. Een opmerk
zaam toeschouwer echter kon duidelijk
zien dat ze elkaar geheime teekens gaven.
248. Niemand had er dan ook erg in dat
zelfs de bootsman tot een geheime bende
behoorde. Deze gaf allerlei tekens door het
knopen van het touw aan de meerpalen.
Als hij het touw drie keer om de spil slin
gerde betekende dit: Pas op! Gevaar!