ABDIJSIROOP Koning Christiaan X regeert 25 jaar. tBitutmland Een Kaning, die eiken morgen zijn volk goeden dag komt zeggen. Jubileumgeschenken. ANECDOTEN. Verkoudheid, hoest, bronchitis AKKER's versièrkte Wissellooper van f 2800 beroofd. Glimlaohje i In het land van Andersen begint elke dag lnet iets, dat in dezen boozen tijd een Sprookje lijkt. Dan rijdt de koning te paard ee stalpoort van zijn paleis uit, rijdt hij in 8e lange officiersjas, 't blauw-witte huza- ïenmutsje 'n tikje scheef op het zon-ge- bruinde hoofd, zonder gevolg, zonder één oppasser zelfs, op een fier zwart paard door 8e ochtend-drukke straten om zijn volk goedenmorgen te zeggen. Het gaat over breede boulevards, waar de hoeven vroolijk over 't asfalt klepperen tusschen langs-zoe- yande auto's en voorbij-glijdende trams, door oude, stille straten, waar 't stapvoets 8%at over de hobbelige keien, door drukke .winkelstraten vol fietsers, die zich bellend naar kantoor of school spoeden. Wisselt dan het verkeerssein van groen en rood, dan moet de koning natuurlijk evengoed wach ten als de fietsers en de chauffeur en 't kan dan zijn, dat hij, den bles op den glanzenden hek klappend, een bewonderende opmer king van een martialen koetsier van een bierwagen van Carlsberg, die naast hem de teugels inhoudt, beantwoordt met woorden .van lof over diens prachtige tweespan. En Soed een uur lang rijdt de koning zoo rond door de stad vol ochtend-rumoer en velen feroeten hem, de bakker tikt even tegen z'n pet, 't schoolmeisje zakt lichtjes door in de knieën, de gepensionneerde officier gaat Voor zijn vorst stram in de houding staan en ontbloot zijn hoofd en zegt „Goeden morgen, majesteit", wat Zijne Majesteit met een dui- Öelijk „goeden morgen" beantwoordt, terwijl bij salueert, zooals hij wat later ook vrien delijk glimlachend salueeren zal voor het blonde typistetje op een kantoor vlak bij het paleis, dat eiken morgen met een knikje over haar schrijfmachine heen haar koning groet. Het lijkt een sprookje, maar dan een Sprookjes dat waar is en daardoor ook wel eens een minder sprookjesachtigen kant kan hebben, zooals een week of wat geleden, toen het paard van koning Christiaan schrok Ven een dichtsmakkend autoportier, steige rend uitgleed op de tramrails en opzij viel. Iemand greep het trappelende paard bij het hoofdstel en werd een eind mee de straat over gesleurd; de koning, die een paar meter weg was geslingerd, klopte zijn jas af, wreef even zijn schouder, kalmeerde het paard, stapte in den stijgbeugel en reed door alsof er niets was gebeurd, na tegen den chauf feur, die 't portier dichtgesmakt had, de op merking gemaakt te hebben, dat paarden levende wezens zijn en dus ook kunnen schrikken. Den volgenden morgen wachtte een persfotograaf den konng op om een kiekje te maken. Hij kreeg nog een inter view op den koop toe, althans de mededee- ling van den koning, dat het den vorigen dag maar een haar gescheeld had of 't was mis gegaan, dat die schouder nog wel wat pijn deed en dat 't paard een bést paard was. Nog eens eerder, in 1920, was de morgen- rit van koning Christiaan niet zoo sprook jesachtig als die nu lijkt. Er was een conflict gerezen tusschen den koning en zijn mi nisters, het broeide in de hoofdstad en er hadden relletjes plaats, er was een sterke opinie voor invoering van de republiek en de toestand werd in hofkringen zoodanig geacht, dat men er krachtig bij den koning op aandrong niet uit te rijden, zich niet al leen op straat te begeven. Maar hij maakte zijn morgenrit zooals altijd, alleen met zijn paard door de drukke straten van Kopen hagen en ook nu groetten velen hem. Dat conflict is vrij spoedig bijgelegd. Eenigen tijd later, in de eerste dagen van Juli, reed koning Christiaan op een schim mel de vroegere Zuidgrens over en het nu met Denemarken hereenigde Noord-Slees- wijk binnen met een meisje, dat hem bij den ouden grenspaal bloemen had aange boden, voor zich in het zadel. Dat beeld, dat haast symbolische beeld van het met zomer bloemen behangen witte paard met den ko ning van Denemarken en het jonge, blonde kind van Noord-Sleeswyk, is allen Denen, die deze groote, vreugdevolle gebeurtenis meegemaakt hebben, voor altijd in het net vlies geëtst. En niemand denkt er nu nog ernstig aan „Kong Christian" af te zetten en de republiek in te voeren. De eerste, die koning Christiaan X van daag zal gelukwenschen met zijn vijf-en- twintig-jarig regeeringsjubileum is de so ciaal-democratische premier Stauning, die indertijd waarschijnlijk ook overtuigd repu blikein is geweest, maar nu eerlijk en uit den grond van zijn hart den koning kan geluk wenschen en huldigen. Het is nog niet zoo lang geleden, dat Stauning in een sociaal democratische publicatie uiteen zette, dat de tijden zoodanig veranderd zijn, dat men de constitutioneele monarchie een der waar borgen voor de democratie moet achten. En hij herhaling heeft Stauning ook getuigd van zijn groote waardeering en zijn diep ver trouwen in dezen vorst, met wien hij nu al meer dan tien jaar als premier zeer nauw én zeer aangenaam heeft samengewerkt. Ben kwart eeuw regeerder. Vijf-en-twintig jaar heeft koning Christiaan nu over Denemarken geregeerd, vijf-en-twintig jaren, die veel moeilijkheden brachten en waarin Denemarken in vele op zichten een belangrijke ontwikkeling heeft endergaan. 5 Augustus 1914 moest de kwestie van mijnversperringen in de Groote Belt onverwijld beslist worden en koning Chris tiaan greep toen in en bewees zijn land daarmee een moeilijk te overschatten dienst. Het volgende jaar werd de belangrijke grondwetswijziging doorgevoerd, waarbij de Deensche vrouwen kiesrecht kregen; vijf jaar later volgde op de dreiging van een alge- meene staking de vreugde over de herwin ning van het grensland Noord-Sleeswijk en het is vooral in dat moeilijke èn vreugde- Christiaan X. volle jaar 1920 geweest, dat koning Chris tiaan de warme sympathie veroverde van zeer velen, die voordien vrij koel of afwij zend tegenover hem hadden gestaan. Men kan nu zeggen en zulks heelemaal niet omdat er nu een jubileum gevierd wordt, maar zonder de waarheid te kort te doen dat maar weinigen in Denemarken den koning geen genegenheid toedragen, dat hij bij zoo goed als zijn geheele volk geliefd is. Het gemoedelijke, dat voor een buiten lander licht iets van gemeenzaamheid zou kunnen hebben, wanneer hij de Denen en hun koning niet kent bevalt de gewone, gemoedelijke menschen van dit lage land van weiden en water en akkers en bosschen. Zij vinden het sympathiek, dat de koning in zijn jonge jaren als gewoon soldaat bij de garde begonnen is, als de andere soldaten van de garde stram als een tinnen soldaat op wacht gestaan heeft voor het paleis, waar hij nu in woont en toen eens, evenals zijn wapenbroeders, een blinkend twee-kronen- stuk gekregen heeft van een Russischen grootvorst, die op bezoek kwam en de jon gens van de wacht ook graag wat gunde. De Denen houden er van, dat hun koning elk jaar weer met zijn witte jacht „Dannebrog" door zijn kleine waterlandje reist om er in stadjes en dorpjes als de officieele ontvangst met toespraken, muziek en zang afgewerkt is, alleen of met koningin Alexandrine eens rond te' gaan kijken, eens binnen te stappen bij een ouden boer of een praatje te maken met menschen, die op 't land aan 't werk zijn. En 't doet hun hart goed, dat hun koning ook van tooneel en muziek, ook van zeilen en fietsen en van 't bijwonen van voetbal wedstrijden houdt. Maar men weet ook, dat koning Christiaan zich loyaal en strikt aan de rechten én de plichten van den constitu- tioneelen monarch houdt. En dat is voor de Denen een belangrijk ding. Het is een beetje afgezaagd een koning landsvader te noemen, maar als één koning dien naam verdient, dan is koning Chris tiaan van Denemarken dit zeker. HU heeft iets heel vaderlijks, deze lange, nu 67-jarige koning met zijn ernstige en toch vriendelijke gelaat, dat gebruind is van 't veel buiten zijn, deze koning, die zooals ik al vertelde daar eiken morgen zijn volk goedenmorgen gaat zeggen, die zich vaak onder de men schen beweegt, hun leven met al zijn nooden en vreugden mee-leeft voor zoover een koning dat kan, die ook een enkele maal van het balkon van zijn paleis een toespraak houdt, welke dan gemakkelijk overgaat in een samenspraak tusschen den vorst en zijn volk, waarbij dit laatste in koor met ja en nee pleegt te antwoorden en op vragen als „vinden jullie dit ook niet" of „zullen we nu maar zóó doen?" Koning Christiaan staat dicht bij zijn volk, en dit volk draagt hem een warm hart toe. Daarom zullen de feesten, die met Pink steren ter gelegenheid van het zilveren regeeringsjubileum gevierd staan te worden, grootsche, algemeene volksfeesten zijn. Uit heel het land stroomen geschenken en giften toe, een picnickoffer voor het nieuwe zeil jacht „Rita", zeven paarden, een centrale verwarming voor een der paleizen in de provincie, geld voor kinderspeelplaatsen in de hoofdstad, een fiets, zilverwerken, schil derijen en zoo veel meer. Kopenhagen wordt versierd en geïllumineerd als nimmer te voren, er zullen grootsche plechtigheden «n feestelijkheden zijn, er staat een rit door de stad op 't programma en een fakkelop tocht van duizenden studenten langs Chris- tiansborg, waarna de koning ook ditmaal zijn volk zal toespreken. En in den nacht van Zaterdag op Zondag, als de officieele feestelijkheden ten einde zijn, blijft Tivoli open, gaat het feest door, wordt er gedanst rond den Meiboom voor het Raadhuis tot het Pinksterzonnetje over de blauwe Sont opgaat. Ontelbaar zijn de anecdoten,die op den langen weg van zijn 25-jarige regeering ontstaan zijn. De meest beroemde geschie denis, die bovendien waar is, toont hem als een man, die de waardigheid van zijn positie zeer wel met humor en geest weet te veree- ni®en- U J De koning hoorde, toen hij eens aan boord van zijn jacht ging, een» buitenlandsche tou- riste tot haar begeleider zeggen: Mooi is hij niet. Daarop wendde de koning zich lachend tot de jongedame en zeide vriendelijk in haar eigen taal: Maar hij hooft goed! Over iets dergelijks zijn de Denen natuurlijk ver rukt en voor een geestigen zin moeten alle eventueele „revolutionnaire" neigingen het veld ruimen. Bij deze populariteit, welke ertoe geleid heeft, dat de koning principieel, wanneer er over hem gesproken wordt, slechts by den voornaam wordt genoemd, is het natuurlijk dikwijls moeilijk, het noodzakelijke respect voor de autoriteit van het regeerende huis te bewaren. Maar koning Christiaan is een meester in deze kunst. Kort geleden werd hij by het slot Kronborg aangerand door een brutaal Deentje, dat hem om zijn auto gram vroeg. De koning antwoordde het knaapje vriendelijk, maar met een ernstig, onbewogen gezicht: Ik kan helaas niet schrijven, mijn jon gen. Reeds als jonge prins had Christiaan ge legenheid, zijn handigheid in den omgang met het volk te toonen. Bij een manoeuvre in Jutland, waaraan Christiaan als soldaat deelnam, kwam hij in gesprek met een ouden boer. De oude rookte zijn pijpje en keek vol belangstelling naar de militaire oefeningen. Nadat de prins en de boer een tijdje naast elkaar hadden gestaan, vroeg de oude in het schoonste Jutlandsche dialect: Wat doe je eigenlijk hier? Je ziet er niet uit, alsof je van het land komt. Neen, antwoordde de prins, dat is ook zoo. Ik ben Kopenhager. Zie je nu, dat had ik wel gedacht. En wat doet je vader in Kopenhagen? Die heeft een heel goede positie. Verdient hij dan veel? Ja, daarover heeft hij niet te klagen. Nu, zoo besloot de boer tevreden het gesprek, dan kan hij rustig lachen, waarop Christiaan ernstig zeide: Ja, misschien hebt u gelijk. Onvergetelijk is voor den buitenlandschen toeschouwer, die twee jaren geleden de feestelijke opening van de Kleine Beltbrug bijwoonde, de vreugde, welke op het gelaat van. den koning te lezen was, toen de tien duizenden aan de groene oevers van den Belt bij het zien van Christiaan in luid gejuich uitbarstten. Het koninklijke lachje, dat den velen officieelen hoogwaardigheids- bekleeders by de begroeting geschonken werd, stak daarbij sterk af Het aegeeringsjubileum zou niet Deensch zijn, indien er niet reeds by de organisatie verschillende kleine „ongevallen" waren voorgekomen. Met de voorliefde voor groote woorden, die de Kopenhager nu eenmaal heeft, heeft een kleine filmonderneming een „cavalcade" gedraaid, een historische film, die uit oude en actueele opnamen van het leven van den koning samengesteld is. Vriendelijk merkte de pers hierbij op: „....dat men hierbij met 'n soort majesteitsschennis te doen heeft, die strafrechterlijk niet kan worden vervolgd". Maar zooiets bederft de feestvreugde niet, de stad Kopenhagen zal al haar lampen aansteken „wat zal dat nu weer kosten" op de grachten zullen ge- illumineerde booten varen een deel zal zonder twijfel omslaan en bij talrijke ge legenheden zal een deel van de burgers de mogelijkheid krijgen, op een prominente plaats aan de feestelijkheid mede te werken, een ander deel zal ziek zijn, omdat het niet uitgenoodigd is en daarom verklaren, dat het veel liever met de „groote massa" feestviert. Het zal alles echt-Deensch en vroolijk worden. LANDDAG MIDDENSTANDS JONGEREN. Op den tweeden Pinksterdag zullen de bij den Koninklijken Nederlandschen Mid denstandsbond aangesloten jongerenorga nisaties wederom haar landdag houden ditmaal te Apeldoorn. vorderd tot gezantschapssecretaris der le klasse en vertrok na korten tijd uit St. Petersburg om verbonden te worden ach tereenvolgens aan de Nederlandsche ge zantschappen in Weenen en Berlijn. Op 9 Februari 1907 werd hij benoemd tot zaakgelastigde te Tanger en werd'hem tevens den persoonlijken titel van buiten gewoon gezant en gevolmachtigd ministeT verleend. Ridder van Rappard bleef tot 1913 onze belangen behartigen in Tanger. Toen ging hy als minister-resident, eveneens met den persoonlijken titel van buitengewoon gezant en gevolmachtigd minister, naar Washington, waar hy tevens geaccredi teerd werd bij de regeeringen van Mexico en Panama en later ook bij die der repu bliek Cuba. In 1917 volgde de benoeming van Ridder van Rappard tot buitengewoon gezant en gevolmachtigd minister, aanvankelijk werkzaam op het departement van buiten landsche zaken en later als zoodanig bij de regeeringen van Denemarken en Noor wegen, met standplaats Kopenhagen. In 1922 werd het ambtsgebied van on zen gezant nog uitgebreid, toen hij ook geaccrediteerd werd bij de regeeringen van Estland, Letland en Lithauen. In 1936 kwam in dezen toestand echter weer een wijziging en werd hy Nederlandsch ver tegenwoordiger alleen bij het Deensche hof. De heer Van Rappard was in Kopen hagen een zeer geziene figuur. Hy was deken van het diplomatieke corps in de Deensche hoofdstad. Voor de Nederland sche belangen in Scandinavië heeft hij zeer veel gedaan. Vooral in de laatste jaren met de vele handelsbesprekingen en handelsmoeilykheden heeft de heer Van Rappard steeds met kracht de Nederland sche belangen verdedigd. en de gevaarlijke gevolgen daarvan. Sommige menschen, die wat vatbaar zijn op borst en keel denken, dat het nu eenmaal hun lot is 's winters te moeten hoesten, kuchen, hijgen en benauwd op de borst te zijn. Indien OU tot diegenen behoort, probeert dan eene de nieuvre veretèrkte Akker's Abdijsiroop die honderdduizenden hun levene-blUheld heeft teruggegeven. Reeds naenkele lepels bemerkt Oe dat dit middel U werkelijk zal kunnen helpen. De alUm, die op de borst drukte, en U benauwd maakte, komt gemakkelUk los, de hoestbuien woe den zeldzamer, lichter en verdwUnen, Uw adem haling wordt weer diep en gerulschloos an de slijmvliezen van Uw borst en keel worden versterkt. De planten-extracten en de codeïne, de grootst, hoest-bedwlnger. maken de nieuwe veretèrkte Abdijsiroop tot ,.'s Werelds béste Hoest-elroop1', Verlaagde prtjzenf0.76,11.26. 12.-. f 8.60 p. flacon HET KERKELIJK GESCHIL TE ELLECOM. Uiteenzetting van ds. M. de Zwaan. Het bekende kerkelijke geschil, dat reeds sinds enkele jaren hangende is tusschen de Ned. herv. gemeente te Elle- com en graaf Benitinck van Middachten over het eigendomsrecht van het kerkge bouw en de kerkelijke goederen, heeft een nieuwe wending genomen. De kerkvoogdij had n.1. onlangs den plaatselijken predikant ds. M. de Zwaan gemachtigd zelfstandig met graaf Bentinck over deze aangelegenheid te onderhande len. Dezer dagen nu heeft ds. de Zwaan medegedeeld, dat hij de volmacht aan de kerkvoogdij moest teruggeven, omdat hij met Middachten het niet kon eens worden over de richting, waarin de onderhan delingen moesten worden geleid. In een circulaire aan de gemeenteleden heeft ds. de Zwaan dit besluit nader ge motiveerd. in Overval op eenzamen weg Limburg. Gistermiddag is op een eenzamen weg tusschen Hoensbroek en Heerlen de ongeveer veertigjarige wisselloo per van de Twentsche Bank te Heer len, Houbens, door twee onbekende mannen beroofd van een bedrag van 2800 gulden. Zy trokken hem van zijn fiets, ga ven hem met een gummistok een klap op 't hoofd en dreigden hem met een revolver, waarop de aangevallene noodgedwongen den mannen zijn por tefeuille gaf, welke behalve het ge noemde geldsbedrag, een aantal wis seis bevatte. De bandieten maakten zich daarop snel uit de voeten. De wisellooper alarmeerde onmiddellijk de politie van. Hoensbroek, die een uitgebreid onderzoek instelde. De portefeuille werd later op een stuk land terugge vonden. De wissels en een bedrag van ruim twee gulden had men er in laten zitten. ONZE GEZANT IN DENEMARKEN. Verlaat den diplomatieken dienst. Naar wij vernemen ligt het in het /oornemen van den Nederlandschen gezant te Kopenhagen, W. L. F. C. Ridder van Rappard, binnenkort ont slag uit den. diplomatieken dienst te vragen. Zyn levensloop. Ridder van Rappard heeft tal van jaren deel uitgemaakt van het corps van Neder landsche diplomaten en ons land op vele belangrijke posten op waardige wijze ver tegenwoordigd. Hij werd in 1866 in Zutphen geboren en studeerde aan de Leidsche Universiteit in de rechtsgeleerdheid. Toen hij zijn can- didaatseamen had gedaan trad hy in den diplomatieken dienst en ging in 1895 als attaché naar Brussel. In 1898 werd hij bevorderd tot gezantschaps-secretaris der 2e klasse en ging als zoodanig, na eerst eenigen tijd op het departement van bui tenlandsche zaken gewerkt te hebben, naar St. Petersburg. In 190C werd hij 'be- BOND VAN WERKLOOZE ONDERWIJZERS OPGERICHT. Op een te Stadskanaal gehouden vergade ring werd opgericht de Nederlandsche Bond van werklooze Onderwijzers. Deze bond stelt zich ten doel, verbetering te scheppen in de vooruitzichten van de jonge onder wijzers, speciaal ten aanzien van het insti tuut „Kweekeling-met-acte", getracht zal worden, alle werklooze onderwijzers, van het openbaar zoowel als van het bijzonder onderwijs in een grooten bond onder te brengen, teneinde sterker te staan tegenover het thans ten opzichte van de kweekeling- met-acte meer en meer gevolgde systeem. Als secretaris werd benoemd de heer K. Geertsema te Stadskanaal, besloten werd tot 't doen oprichten van zooveel mogelijk plaat selijke vereenigingen. Voorts werden een reglement en een contributie-regeling vast gesteld. De bond zal trachten, haar doel te bereiken, door contact te zoeken met de hier voor in aanmerking komende politieke par tyen. KIND DOOR KOKEND WATER ERNSTIG GEWOND. Gistermiddag heeft in een woning aan de Frederikstraat te Den Haag een 3- jarige jongen, D. de J., een teil met heet water omgetrokken, waardoor hij ernstige brandwonden opliep. Het ventje is door den geneeskundigen dienst naar het ziekenhuis naar den Zuid- wal vervoerd. RADIO EN POLITIEK. Verkiezingsredevoeringen in den aether? Het Tweede Kamerlid Krijger (s.d.a.p.) heeft aan den minister van binnenlandsche zaken de volgende vragen gesteld: 1. Is de minister bereid mede te deelen of de in het radio-contróle-reglemenit be doelde preventieve en repressieve contróle is uitgeoefend op de redevoeringen en de daaraan voorafgaande en daarop gevolg de toespraken van den voorzitter, ter vergadering van den Nederlandschen Bond van Jongelingsvereenigingen op Gerefor meerden. grondslag, gehouden op 6 Mei j.1., voor zooveel bekend was of kon worden verwacht, dat die redevoeringen en toe spraken zouden worden gehouden? 2. Indien die controle noch preventief noch repressief is uitgeoefend, is de mi nister dan bereid mede te deelen: a. wat daarvan, de redenen zyn, en b. of hij bij nadere overweging, en ge let op reeds publiekelijk ter zake geuite bezwaren, niet van oordeel is, dat van de gelegenheid om ongecontroleerd het ge sprokene uit te zenden of te doen uit zenden een veel ruimer gebruik is ge maakt dan, met het oog op den inhoud van gedeelten der redevoeringen en toespra ken, toelaatbaar is te achten en, in aan merking genomen de bekendheid bij de sprekers van de voor de uitzending ge stelde normen en richtlijnen, in redelyk- heid mocht worden aangenomen? 3. Indien de controle wel is ""ge oefend, is de minister dan bereid mede te deelen: a. op grond van welke overwegingeri. zijn toegelaten de gedeelten in de bedoel* de redevoeringen en toespraken, welke een uitgesproken partij-politiek en poli» tiek-propagandistisch karakter droegen en, althans ten deele in direct verband story den zoowel met de verkiezing op 26 Mal a.s. als met de politieke beginselen an houding van twee leden van den raad van ministers, en b. indien de bedoelde gedeelten van de redevoeringen en toespraken zijn uitge sproken in afwijking van den goedgekeur- den tekst, of dan de omroepvereeraiging, die het aangaat, ter verantwoording zal worden geroepen, en hoe dan het oordeel van den radioraad luidt? 4. Is de minister bereid, nu in ruimen kring wordt gevoeld dat door de hierboven bedoelde redevoeringen en toespraken een bepaalde politieke party in de verkiezings actie een bevoorrechte positie heeft ver kregen, te bevorderen, dat het rechtsge voel worde bevredigd door andere poli tieke partijen vóór 26 Mei a.s. gelegenheid te geven voor de microfoon te spreken over de beteekenis voor ons volk van de beginselen, die zij voorstaan en, desge» wenscht, over de beteekenis van hun over leden of nog in leven zijnde leiders en van hun lijstaanvoerders? DE NED. BAKKERIJ-STICHTING. Meenings verschillen omtrent doel, trak en werkwijze. Na de afwijzing door den minister van de door de Nederlandsche bakkerij stich ting ter verbindendverklaring ingediende ondernemersovereenkomst voor het Am- sterdamsche bakkersbedrijf nam deze stich ting het besluit een nieuwe overeenkomst, echter thans zonder een prijszetting het veel omstreden punt in te dienen en daarop de verbindendverklaring van den minister te vragen. Alvorens dit geschied was, was echter reeds gebleken, dat er onder de oprichters der stichting geen eenheid van meening bestond over de wy'ze waarop de Neder landsche bakkerij stichting haar taak na de ondervonden tegenslag moest gaan vervul len en omtrent de, in verband met de ge wijzigde omstandigheden door alle belang hebbenden noodzakelijk geachte innerlijke reorganisatie dier stichting. Toen ondanks deze innerlijke tegenstrij digheden de nieuwe ondernemersovereen komst door het bestuur der stichting bij den minister werd ingediend, heeft de economische raad op de clearing van be langhebbenden als eisch gesteld, dat eerst vast zoude staan hoe de stichting in de toekomst zou zijn samengesteld en op wel ke wijze zy in verband daarmede haar taak zou vervullen, alvorens het advies aan den minister kon worden uitgebracht. Aangezien thans gebleken is, dat over brugging van de bestaande meeningsver- schillen bezwaarlijk kon worden verwacht, heeft de Nederlandsche vereeniging van werkgevers in het bakkersbedrijf zich tot de vaste commissie uit den economischen raad gewend met een schrijven, waarin hierop wordt gewezen. Je moet in 't bad! Ik zou je danken!.... daar heeft niks van in het vonnis ge staan!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1937 | | pagina 13