DEWAAG EN DE KAASMARKT
£ohcU enJuiH&ouw
Sinds eeuwen centrum van de stad.
J^xovuidaal 1lieuuts
£uchtuaact
Een grootsche historie.
EGMOND AAN ZEE
GROOTSCHERMER
BROEK OP LANGENDIJI<
BERGEN
Het Waaggebouw vóór de restauratie.
In zijn historische studies over het Waag
gebouw en het Klokkenspel merkt de
vroege Alkmaarsche archivaris, wijlen de
heer Bruinvis op, dat de fraaie in 1582 ge
stichte oostelijke gevel, wel in denzelfden
vorm in 1884 werd vernieuwd, doch door de
toepassing van het moderne bouwmateriaal,
niet dezelfde schoonheid behield.
Dat deze omschrijving volkomen juist is,
werd ons duidelijk bij het zien van
een ets van het Waaggebouw, die dezen
gevel nog in zijn oorspronkelijken vorm
weergeeft.
Van deze ets hebben wij een reproductie
laten maken, opdat onze lezers zich er van
kunnen overtuigen, dat in onzen tijd met
'n rijksmonumentenwet en een betere voor
lichting op dit gebied een restauratie van
het gebouw als in 1884 niet wel mogelijk zou
zijn.
Het Waaggebouw is, hoewel de oostelijke
gevel door de restauratie niet in schoonheid
heeft gewonnen, toch een prachtig gebouw
en is als centrum van de Alkmaarsche Kaas
markt, de trots van de Alkmaarders.
Deze markt geniet terecht een wereldver
maardheid. Voor alle buitenlanders, die Ne
derland bezoeken, is de Alkmaarsche Kaas
markt een punt van het programma gewor
den. In het zomerseizoen biedt de markt
een internationaal beeld van bezoekers, in
een middeleeuwsche sfeer. Het wegen en
het vervoer der kaas door de dribbelende
in het wit gekleede kaasdragers, die glan
zende strooien hoeden dragen in de kleuren
van het gilde, waartoe zij behooren, ge
schiedt nog op dezelfde wijze, als volgens
het reglement van 30 Maart 1773 door Bur-
gemeesteren van Alkmaar werd vastgesteld.
Een deel van het vervoer der kaas, dat
door goten in schuiten wordt geladen, heeft
eveneens op dezelfde manier plaats, als dit
voor eeuwen het geval was, terwijl het uit
1687 dateerende klokkenspel, zoo typisch
Nederlandsch, nog zooals het in voorbije
eeuwen geschiedde, z'n zilveren klanken
over het marktplein laat hooren. De hoorn
blazer wijst nog evenals vóór 300 jaar de
uren aan, terwijl eveneens op de heele uren
de ridders te paard hun steekspel te aan
schouwen geven.
De Alkmaarders hebben hun kaasmarkt
lief en in den loop der eeuwen daar veel
om gestreden.. De kronieken gewagen er
zelfs van, dat zij in 1577, in het belang der
markt, naar Avenhorn togen en daar met
geweld het maken van een Verlaat beletten,
omdat zij daarvan vreesden, dat boeren, die
met hun kaas te markt kwamen, naar Hoorn
zouden trekken, waar eveneens een bloeien
de kaasmarkt bestond. Herhaalde malen
werden in den loop der tijden offers voor
het vergrooten van de markt gebracht, of
fers, die van de burgerij honderdduizenden
vorderden. De beteekenis van de markt
spreekt uit het feit, dat in 1928 de jaarlijk-
sche aanvoer, die thans 5,5 millioen K.G. be
draagt, nog 7 millioen K.G. bedroeg.
Strijd voor het behoud.
Het is volkomen begrijpelijk, dat in den
aanvang van dit jaar de Alkmaarders even
eens in het geweer kwamen, toen het voort
bestaan van de kaarnr. i;t door de stichting
van een kaiasbeurs binnen de veste, be
dreigd werd. Wel togen zfl niet, als in 1577
met vernielingswerktuigen naar de kaas-
beurs, maar in woord en geschrift weerden
zij zich toch dermate tegen de bedreigster,
daarbij krachtig gesteund door de kaashan
delaren, die in de geschiedenis van de
markt steeds een belangrijke rol hebben ge
speeld, dat deze dreiging geen voet aan
den grond kreeg.
De Alkmaarsche kaasmarkt is al heel oud.
In 1408 schonk de regeering van de stad, die
toen dus reeds het waagrecht moet hebben
bezeten, aan de 60 man sterke schutterij de
waaginkomsten. Na de deelneming der Alk
maarders aan den opstand van het kaas- en
broodvolk in 1491 en 1492 werd het waag
recht als straf aan de stad ontnomen ten
behoeve van Graaf Filips den Schoone en
pas in 1581 verleenden de Prins van Oranje
en de Staten van Holland, nadat in 1577 en
kele stadsbestuurders gegijzeld waren, om
dat de stad de pacht niet kon betalen, het
waagrecht weer aan Alkmaar, omdat men
terecht gehoor verleende aan het argument
dat de door Alkmaar's burgerij betoonde
dapperheid in 1573, bij de belegering van
Alkmaar door de Spanjaarden, wel eenig
recht gaf op het herstel van het waagrecht
aan de stad. Tusschen 1492 en 1581 werd de
waag geregeld verpacht, dan eens aan de
Mient-bewoners en dan weer aan de bewo
ners van den Voordam; in die jaren was er
tusschen deze verschillende bewoners her
haaldelijk strijd om de plaats van de waag,
omdat daar, waar de waag was, de nering
bloeide. Interessant is het, dat verschillende
bewoners uit de dorpen, waaronder die van
Bergen, zich in 1557 tot Schout en Schepe
nen van Alkmaar wendden, om onder eede
te verklaren, dat h. i. de Voordam een ge
schikter plaats voor de waag was, omdat zij
daar gemakkelijker hun kaas en boter uit
hun vaartuigen konden lossen. De kaaskoo-
pers verklaarden zich echter bereid, een be
langrijke bijdrage te geven voor het afbre
ken van eenige huizen, ter vergrooting van
de markt en dit had tot resultaat, dat oc
trooi verleend werd voor het opbouwen van
vier a vijf schalen bij de waag. Deze waag,
een weeghuis, bevond zich op de toen zeer
beperkte markt aan de Noordzijde van het
Heilige Geesthuis (thans waaggebouw).
Het klokkenspel.
Het Heilige Geesthuis, waarvan reeds in
de 14de eeuw gewag wordt gemaakt, was
bestemd als gasthuis, voor het gedurende
drie dagen en drie nachten huisvesten van
arme reizigers. Dit gasthuis bezat een kapel
en in 1386 schonk de Bisschop van Utrecht
aan het Gasthuis het recht om op de kapel
een klokje te plaatsen om de geloovigen ter
kerke te roepen, In 1487 bezat het gebouw
reeds een toren met uurwerk en slagklok-
ken en in 1541 kwam een nieuwe toren tot
stand, waarin elf klokken voor bespeling
werden gehangen naast de heele- en half
uurs-klokken, welke klokken tezamen 11000
pond wogen. Deze klokken hebben in 1683
nog gediend als specie voor het tegenwoor
dige speelwerk, dat uit 35 klokken bestaat
en in 1687 in den toren werd geplaatst.
In 1932 werd het carillon omgebouwd en
van een pneumatische inrichting voor de
bespeling voorzien.
In het zomerseizoen worden Donderdags
avonds concerten uitgezonden, die de be
langstelling van stadgenoot en vreemde
ling verdienen.
Het Waaggebouw.
In 1582 had het H. Geesthuis zijn bestem
ming verloren en werd het Oostelijk gedeel
te ervan, waar zich het koor bevpnd, als
waag in gebruik genomen. De fraaie Ooste
lijke gevel werd gesticht, en in 1884 in de
zelfde vormen, doch lang zoo fraai niet,
vernieuwd. In 1895 werd de toren
van het H. Geesthuis, die niet meer beant
woordde aan den luister van den voorgevel,
afgebroken en in 1598 door den ranken re-
naissance-toren, zooals wij dien thans nog
kennen, vervangen. In 1715 bleek, dat deze
toren vijftien Alkmaarsche duimen naar het
Westen overhelde, doch men slaagde er toen
in, met behulp van vijzels, den toren weer
recht te zetten.
Tot 1573 werd er in Alkmaar Vrijdags en
Zaterdags kaasmarkt gehouden; daarna al
leen des Vrijdags. De kaas werd toen, niet
zooals tegenwoordig, in kaasfabrieken,
maar door den boer op de boerderij,
vervaardigd. Een deel van den aanvoer
mocht in het Waaggebouw verkocht worden
en de boeren gaven daaraan zoozeer de
voorkeur, dat zij reeds Donderdagsmorgens
10 uur, wanneer de deuren van het Waag
gebouw daarvoor open gingen, met hun hel
pers drongen om hun kaasdekken neer te
leggen, want wie daarbij de eerste was, had
de plaats veroverd.
Het marktbeeld,
Tot 1887 bleef dit beeld onveranderd
Daarna mocht er binnen het gebouw geen
kaas meer worden opgesteld. De Alkmaar
sche kaasmarkt en het stadsbeeld waren in
den tijd, toen de kaasbereiding nog op de
boerderij geschiedde, heel wat kleuriger,
dan dit thans het geval is, nu er fabrieken
zijn, die alleen al met een vijfduizend
kaasjes ter markt komen.. Een dergelijke
aanvoer toch werd vroeger vertegenwoor
digd door een 25-tal boeren die ieder met
hun kaaswagen, met een paard bespannen
in de stad kwamen. De boerinnen, toen nog
in Noord-Hollandsch costuum, kwamen mee
om hun inkoopen te doen en wie iets meer
wil weten over de kleurige bedrijvigheid
uit die dagen, leze er de Camera Obscura
nog eens op na van onzen onvergetelijken
Nicolaas Beets, wiens honderdsten geboorte
dag wij over twee jaar zullen herdenken
Sinds de fabriekmatige kaasbereiding is
het marktbeeld zeker niet ten gunste ver
anderd. Het gebrek aan vetten in de oor
logsjaren heeft de markt ook geen goed
gedaan. Dit toch was oorzaak, dat de kaas
niet meer werd geolied, waardoor men in
plaats van de glanzende, goudgele kaashal
len, een grauw, groezelig product op de
markt ziet verschijnen. Toch neemt dit alles
niet weg, dat de Alkmaarsche kaasmarkt
nog een mooi stuk historie vertegenwoor
digt, dat wij niet gaarne zouden zien ver
dwijnen, overtuigd als wij zijn van de
groote waarde daarvan voor het toerisme
naar ons land en voor de bekendmaking van
het product in het buitenland.
Wij hopen, dat de Alkmaarsche Commis
sie, die zich ten doel heeft gesteld, althans
in het reisseizoen de kaas weer geolied op
de markt te krijgen, succes zal hebben.
LANDBOUWCREDIET.
Internationale bijeenkomst te
Scheveningen.
In het Palace-hotel te Scheveningen heeft
gister een internationale bijeenkomst plaats
gehad van het „Landbouwcrediet" georga
niseerd door de internationale federatie van
landbouw technici te Rome, waarvan secre
taris is de heer Franco Angelini. Er was
slechts één punt aan de orde en wel: „Het
Landbouwcrediet en zijn rol ten aanzien van
de economische waardeering van koloniale
gebieden".
De bijeenkomst, waarvan voorzitters was
prof. Louis Tardy was van veel belang met
het oog op de daar behandelde vraagstukaen
en door de tegenwoordigheid van talrijke
persoonlijkheden uit Italië, Frankrijk en
Duitschland, Nederland, België en Zuid-
Amerika (Argentinië en Brazilië).
Aan de besprekingen, die zeer geanimeerd
waren, hebben vele gedelegeerden en rap
porteurs deelgenomen. In den loop der dis
cussies werd unaniem besloten tot de op
richting van een internationaal observato
rium voor het landbouw-crediet in de kolo
niën, met als zetel Rome.
Bovendien werd aangenomen een voorstel
om te Zürich in 1938 een internationaal
congres in zake landbouw crediet te houden.
DE ENGELSCHE BOTERMARKT.
In de Mei-aflevering van de Nederland-
sche conjunctuur, uitgave van het centraal
bureau voor de statistiek, is een studie op
genomen van de Engelsche botermarkt,
waaraan hier het volgende wordt ontleend.
De binnenlandsche boterproductie van
Groot-Britannië is gering, zoodat in de be
hoefte voor een zeer groot gedeelte (onge
veer 8590 door invoer moet worden
voorzien. Verreweg de belangrijkste impor
teurs zijn Nieuw-Zeeland, Australië en De
nemarken.
Van de overige landen, die tezamen onge
veer evenveel importeeren als elk van de
drie genoemde afzonderlijk, zijn de Iersche
Vrijstaat, Rusland, Nederland, Zweden, Fin
land en Argentinië de voornaamste. In den
Hatsten tijd hebben echter ook enkele an
dere landen, o.a. Polen en de Baltische Sta
ten, zich snel een belangrijker plaats kun
nen verwerven.
In het boterverbruik van Groot-Britannië
valt een vrij sterke toeneming te constatee-
ren. Sedert 1931 is die stijging echter in de
eerste plaats aan Britsche productiegebieden
ten goede gekomen, waarbij melding dient
te worden gemaakt van een invoerrecht op
alle boter afkomstig uit niet-Britsche lan
den, dat ingesteld werd op 1 Maart 1932 en
gewijzigd op 1 November d. a. v. (na de Ot-
tawa-o vereenkomst
Het eigenlijke doel van de genoemde
studie bestaat nu hierin, dat nagegaan werd
in hoeverre er verband bestaat tusschen de
hoeveelheden en de prijzen van de door de
verschillende landen ingevoerde boter. Uit
gegaan werd van de onderstelling, dat indien
b.v. de invoer van Deensche boter relatief
toeneemt t. o. v. den invoer van Nieuw-
Zeelandsche boter, de prijzen van Deensche
en Nieuw-Zeelandsche boter een tegenover
gesteld beeld zouden vertoonen. Nader on
derzoek leerde echter, dat deze onderstelline
in haar algemeenheid niet juist is. Vee ee
diende rekening te worden gehouden met de
moeilijkheid, dat een vermindering van den
boterinvoer uit Nieuw-Zeeland gecompen
seerd kan worden door een vermeerderde
boterinvoer uit Nieuw-Zeeland gecompen
seerd kan worden door een vermeerderde
boterinvoer uit Australië. Dit in het oog
houdende bleek de gebezigde redeneering
inderdaad een bevredigende verklaring van
den loop der cijfers te kunnen geven.
De seizoenbewegingen in de hoeveelheden
en prijzen van de boter ingevoerd uit de
Europeesche landen zijn begrijpelijker wijze
ongeveer tegengesteld aan de seizoenbewe
gingen voor de landen van het zuidelij
halfrond. Voor Nederland is deze omstan-
dgheid niet zonder belang, daar de maatre
gelen, welke met den zeer toegenomen
boterexport naar Engeland verband houden,
een sterke seizoenbeweging met zich mede
brengen.
KENNEMERLAND.
In de afgeloopen week was er nog al
een vrij groote aanvoer en afwijkende
prijzen. In het begin der week ging het
nog al, doch in het midden en het laatst
der week was het, althans voor de grootste
kwantums, misere. Bloemkool moest een
veer laten. Alles is gelijk klaar en de
hagelwitte kleur welke men zoo graag
ziet, had plaats gemaakt voor „geel" of een
ander kleurtje. Er komt ook zoo gauw
„broei" en bijgevolg kelderden de prijzen
tot 2 a 7.50 per 100 stuks. Sla moest
eveneens een veer laten en maakte een
prijs van 1.80 tot 2.40 per 100 stuks.
Spinazie, waarvan nog al beduidende
aanvoer (voor den tijd van 't jaar) gold
0.35 a 0.65 per kist. Postelein bracht
op 0.15 a 0.20 per kist (inhoud 6 kg.)
In tegenstelling met het bovengenoemde
was er redelijke vraag naar bosgroente
en de prijzen vielen mee. De aanvoer van
asperges was niet groot en de prijzen voor
le soort 0.26 a 0.38, waren aan den
hoogen kant. Bospeen maakte een prijs
van 6 a 9, rabarber 5 a 7, prei
2 a 3.50, peterselie 3 a 6 en sel
derie 3 a .50 per 100 bos.
Ook was er goede vraag naar komkom
mers, welke een prijs van 4 a 7.50 per
100 opbrachten. Peulvruchten en boonen
werden ruimer aangevoerd en de prijzen
hoewel beduidend lager dan de vorige
week vielen niet tegen. We noteerden
als gemiddelde over de week: peulen ƒ16
a 25, doppers 14 a 19, Capucijners
18 a 20, spercieboonen 55 a 61,
snijboonen 30 a 40 en tuinboonen 10
a 12 per 100 kg. Tomaten waren gewild
en golden 0.20 a 0.30 per kg. De aan
voer van aardbeien op 7 Juni nog van
weinig beteekenis, liep snel omhoog, zoo
dat er Vrijdag en Zaterdag al duizenden
kilo's werden aangevoerd. De prijzen vie
len niet mee. De vrucht is zwaar (van 't
zand dat er aan zit) en onoogziend door
het water en zand. De prijzeh waren Vrij
dag en Zaterdag (11 en 12 Juni) 0.40 a
0.65 per slof en 7 a 13 p. 100 doosjes.
dagen (soms 16 tot 18 uur per dag) werken
en geen loon verdienen dat boven de nor-
n.ale steunuitkeering in de steden uitgaat.
Maar de tuinder is een geboren optimist.
Het voorjaar 1937 was niet slecht. Spinazie
en bloemkool brachten een goeden prijs op.
En nu belover. de aardbeien weer veel.
Straks wordt het weer druk. Hopelijk brengt
het voor den uitgeputten tuinder weer wat
in het laadje.
DE AARDBEIEN IN KENNEMERLAND.
Ongeveer 15 Juni zal de pluk van' de
vroege aardbei en een 10 dagen later die
van de late aardbei beginnen. Feitelijk is de
pluk van de vroege „Deutsch Evern" reeds
begonnen, doch er is nog geen geregelde
pluk. Hoe is de stad der natuuraardbeien?
Die vraag is van groot belang. De stand is,
behoudens enkele uitzonderingen, van vrij
goed tot uitstekend. Maar het werd tijd,
dat er regen kwam en de twee nachten
met onweer en regen en daarop rijk weer
met zwoele nachten, hebben wonderen ge
daan. Toch gelooven we, dat is duidelijk ge
bleken, dat de winter met zeer veel water,
het voorjaar met koude dagen en vooral de
plotselingen overgang van „koud op warm",
waarbij de regen op zich liet wachten, voor
de vroege aardbei niet voordeel ig is ge
weest. Waar echter de late aardbei, de Ama
zone en ook het tusschensoort Moulin Rouge
een rijk beschot belooft, kan het best mee
vallen. En 't wordt ook eens tijd, dat er wat
in het laad je komt, want 1935 en 1936 waren
ver van voordeelige jaren.
Hoe zullen prijs en afzet zijn?
Bij een goed beschot moet er een goede
prijs zijn en afzetgebied. Het oordeel van
een handelaar was, dat het er best voorstaat
wat het kwantum betreft. Doch er moet een
behoorlijke prijs voor terecht komen. Bui
tenland, die als regel 1/3 van den oogst ver
werkt, kan wel meer gebruiken. Om de rest
der uitezochte kwaliteit gaat tot pulp en om
de jamfabricatie behoeft men zich niet te
bekommeren. Die vindt zijn weg wel. Onze
buitenlandsche afnemers zijn Duitschland en
Engeland. Duitschland koopt momenteel
veel in Bulgarije, men zeide van een 800.000
K.G., doch het kan veel meer gebruiken.
Verwacht wordt, dat Duitschland meer zal
koopen dan voorheen Engeland. Zal de Far
mers Union haar zin krijgen die de invoer
rechten van 9 pond sterling op 14 wil bren
gen, dan zal dit een rem zijn. Maar dc En
gelsche jamfabrikantendie ook een stem
in het kapittel hebben vinden 9 pond wel
letjes. Krijgen de laatsten hun zin, dan kan
men op een groote afname rekenen. En zoo
als van zelf spreekt, beheerscht het de prijs.
We hebben gevraagd of er in Duitschland
geen moeilijkheden waren. Zeker was het
antwoord, het systeem van ruilverkeer speelt
een groote rol, doch het zal waarschijnlijk
wel los loopen; Duitschland heeft behoefte
aan aardbeien en bovendien betaalt (d.w.z.
geeft een hooger prijs). Duitschland is beter
dan Engeland. De verwachting voor het bin
nenland is hoopvol. Over de te verwachten
prijzen loopen de meeningen uiteen. Een
50 a 60 cent per slof (ongeveer 5 pond in
houd) zal, volgens onze meening, de prijs
zijn. En als dat waar is en het weer blijft
goed, kan het meevallen. Het is dan ook
dringend noodig, want bij de meeste tuin
ders staat het water tot de lippen. En men
moet de menschen bewonderen, die lange
Aanrijding,
De chauffeur M. Bijker uit Heiloo reed
bij het achteruitrijden, om op het terrein
der Prins Hendrikstichting te komen met
zijn vrachtauto een handkar aan van den
heer Bakker uit Heiloo. Persoonlijke onge
lukken kwamen gelukkig niet voor, alleen
werd de handkar zwaar beschadigd. De
chauffeur, aan wiens schuld de aanrijding
te wijten was, nam de schade vrijwillig voor
zijn rekening.
Het gemeentelijk strand-
kampeerterrein.
Het kampeerterrein, geëxploiteerd door
de gemeente op het Zuiderstrand is thans
ook weder geopend. De tarieven zijn het
zelfde gebleven, als het vorige jaar. Er is
een groote tent geplaatst voor berging van
kampeertenten, terwijl voorts w. c.'s en wa
terleiding aanwezig zijn.
De naweeën van de „Kerkplein".
Op de plaats, waar indertijd de „Kerk
plein" gestrand is, blijkt een gevaarlijk
trekgat ontstaan te zijn. Een dame met twee
kinderen, die daar Zondag aan het baden
waren, zagen geen kans terug te komen en
moesten er uit geholpen worden. De Eg-
mondzeeën Reddingsbrigade zal nu 'n bord
plaatsen om te waarschuwen, dat het daar
gevaarlijk baden is.
De Boulevard gereed.
De Boulevard is thans geheel gereed
gekomen, hetgeen een schitterende verbete
ring voor het dorp is. Tevens is de weg, die
van de Boulevard langs den vuurtoren naar
beneden loopt, geasfalteerd, zoodat deze er
ook keurig uitziet. Ook de daarbij aanslui
tende parkeerterreinen aan beide kanten
van den vuurtoren zijn klaar, zoodat Eg-
mond gereed is om zijn gasten te ontvangen.
De werkverschaffing gaat door.
In tegenstelling met vele andere ge
meenten, zal de werkverschaffing ook in den
zomer doorgaan. Wel is het aantal daarbij
geplaatste werkloozen belangrijk vermin
derd, namelijk van 90 tot 40. Voornamelijk
zal de werkverschaffing in den zomer be
staan in verbetering van wegen aan den
buitenkant van het dorp.
Werkverschaffing stopgeiet.
Naar wij vernemen wordt in opdracht
van den minister van sociale zaken de werk
verschaffing en steunregeling in de gemeen
te Zuid- en Noord-Schermer stopgezet van
14 Juni tot en met 25 September 1937.
Stopzetting werkverschaffing en
steunregeling.
Blijkens ingekomen schrijven van den
inspecteur der werkverschaffing wordt in
opdracht van den minister van sociale za
ken de werkverschaffing en steunverleening
voor deze gemeente stopgezet vanaf 14 Juni
t. m. 28 Augustus 1937.
Geslaagd.
J. L. Akkerman, alhier, slaagde te 's
Gravenhage voor het diploma A van het
machinisten-examen.
DE IBIS NAAR INDIE.
Mofgen zal het K. L. M.-vliegtuig „Ibis"
van Amsterdam naar Batavia vertrekken.
De bemanning van dit vliegtuig zal be
staan uit de heeren: F. M. Stork (gezagvoer
der), H. Dill (tweede bestuurder), J. J. Ru
ben (werktuigkundige), en J. J. Stodieck
(radiotelegrafist).
De post voor het toestel moet uiterlijk
vanavond te Amsterdam zijn.
ONZE POSTVLUCHTEN.
De „Reiger" (uitreis) en de „Kwak (thuis
reis) arriveerde te Jodhpoer.
DE „EDELVALK" OP SCHIPHOL
GELAND.
Het K. L. M.-toestel „Edelvalk" is gister
middag op Schiphol geland.
De „Torenvalk" ariveerde te Bandong.
Binnen 8 me
ter van auto-
bui-halten is
stilstaan met
euto's en
andere voer
tuigen verbo
den, evenals
op bruggen,
voor uitritten,
binnen 8 me
ter van straat-
Hoeken of op
hinderlijke
wijze voor het
verkeer.