WAARHEEN GAAT REX?
N GEHEIMEN
DIENST
iBitutettCand
@®©©9©o© JladioptogmHUM ®©ooo©©<
tfxuUletoH
EEN DÉBACLE OF EEN SUCCES,
De houding van Degrelle.
Aan de hand van onlangs voorgeval
len gebeurtenissen kan men thans beter
dan in April den omvang meten, der
door de Rexisten destijds geleden neder
laag. De vorige maand reeds is het per
soneel der Rexistische dagbladpers met
drie maanden de betrekking opgezegd,
een bericht, dat sindsdien door „De
Nieuwe Staat" werd bevestigd. Ander
zijds is ook het aantal pagina's der Rex-
courar.ten aanzienlijk verminderd.
In verband met deze en andere feiten stel
de de correspondent van het „Rotterdamsch
Nieuwsblad" te Brussel aan een politieke
persoonlijkheid Dinsdag de vraag welke naar
zijn meening de oorzaken zijn geweest van
deze mislukking van Rex, die iederen dag
een débacle kan worden.
Een grove fout.
Om de oorzaken te vinden, aldus luidde
het antwoord, moeten we terugkeeren tot
Mei 1936, dat is te zeggen, tot de algemeene
verkiezingen.
Hoewel Rex toen slechts pas een jaar be
stond, behaalde de nieuwe partij meer dan
300.000 stemmen, terwijl 21 Rexisten in de
Kamer werden gekozen. Léon Degrelle liet
zich door dit verbluffend succes verblinden.
Deze jonge man, van nog maar 30 jaar
beeldde zich meteen in een staatsman te zijn
geworden, voor wien de fungeerende mi
nisters het veld dienden te ruimen. Men weet
hoe hij Van Zeeland heeft bestreden, geen
rekening houdend met billijkheid en recht
vaardigheid.
Voor ieder was het duidelijk dat de econo
mische toestand van het land tijdens Van
Zeeland's ministerschap aanzienlijk was ver
beterd en dat bijvoorbeeld het aantal werk-
loozen ongeveer met 40 pet. was geslonken.
Een dergelijke persoonlijkheid aanvallen
was ten eerste een grove fout.
Een vergissing.
De volgende maanden heeft Rex veel aan
hangers verloren door het bondgenootschap
met de Vlaamsche Nationalisten. Dat twee
oppositiegroepen een bepaalde gemeenschap
pelijke tactiek volgen is logisch; doch dat
Degrelle 't lot van zijn groep heelemaal met
dat van een andere partij verbond, zoodat
hy niet meer zoo onafhankelijk stond als
vroeger, was een vergissing. Door dit ac-
coord waren de Rexisten verplicht, met de
Vlaamsch-Nationalen voor geheele en on
voorwaardelijke amnestie te stemmen, wat
tot gevolg had, dat duizenden vroegere aan
hangers Rex den rug toekeerden, vooral te
Brussel, waar Borms en de zijnen nog steeds
door de meesten als verraders worden be
schouwd.
Blunders.
Tijdens de laatste verkiezingscampagne
heeft Degrelle opnieuw tal van blunders be
gaan. Om te beginnen had hij er vast op ge
rekend, dat de verschillende groepen by de
herkiezing elk een candidaat zouden stellen,
zooals dit bij een vroegere tusschentijdsche
verkiezing het geval was.
Dat Van Zeeland zich candidaat stelde van
alle andere partijen, was voor hem een
tegenslag en een misrekening.
Velen beschouwden het als een kranige
daad, dat Van Zeeland den handschoen op
nam en zelf in het strijdperk trad. Van dit
oogenblik was het een uitgemaakte zaak,
dat Degrelle het onderspit zou delven.
Dan kwam, enkele dagen vóór de verkie
zing, wat een Antwerpsch blad noemde: het
kanonschot uit Mechelen op het Brusselsch
Sportpaleis n.1. het conflict met de
geestelijke overheid. Daar Degrelle en zijn
meeste aanhangers Roomsch-Katholiek zijn,
was dit geval voor hen een harde slag, mis
schien wel de genadeslag.
Men zal zich herinneren, dat Degrelle zelf
door een onvoorzichtige redevoering de tus-
schenkomst der kerkelijke overheid uitlokte.
Hierover had de zegsman interessante, tot
dusver onbekende bijzonderheden vernomen
en wel de volgende:
Degrelle
Zoodra bekend was, dat Degrelle in het
Sportpaleis^ zou spreken over Rex en Meche
len, werd hij opgebeld door een Vlaamsch-
nationalen leider, die hem o.a. zeide, dat hy,
met dit onderwerp, zich op een uiterst ge
vaarlijk en glibberig terrein waagde. Hij
spoorde hem met aandrang aan „dit potje
gedekt te laten".
Degrelle meende het evenwel beter te
weten en sloeg den goed bedoelden raad in
den wind.
Hierby voegde Degrelle een tweede, nog
grootere onvoorzichtigheid. De redevoerin
gen, die hy hield, werden steeds aan den
politieken raad van Rex medegedeeld. Bij
de spreekbeurt; Rex en Mechelen voegde hij
evenwel aan den oorspronkelijken tekst en
kele frasen toe en 't waren juist deze
die oorzaak waren van de tusschenkomst
van Kardinaal Van Roey! Toen Degrelle van
de tribune bij zijn vrienden terugkwam, zei
één hunner: Ge hebt te veel gezegd, ik
vrees, dat het u zal berouwen
Onze zegsman had nog een andere belang
rijke inlichting uit die bewogen periode.
Een veertiental dagen voor de verkiezingen
schreef Van Zeeland een brief aan kardinaal
van Roey, waarin hij de vraag stelde of het
niet gewenscht was, dat de geestelijke over
heid in 't openbaar stelling zou nemen. Het
antwoord was: de kardinaal oordeelt, dat
daartoe vooralsnog geen aanleiding bestaat.
Mocht Degrelle, aldus de brief, tijdens de
aangekondigde meeting „Rex en Mechelen",
verklaringen afleggen, die in strijd waren
met de waarheid, dan kon de zaak herzien
worden.
Men weet hoe de gebeurtenissen zich ver
der hebben ontwikkeld en hoe onbedacht
zaam de Rexleider in de val is geloopen.
Kans op herleving is er thans bij de Rexis
ten niet veel, tenzij de regeeringspartyen
zich zelf onoverkomelijke moeilijkheden op
den hals halen. Dat de incidenten der laatste
weken in verband met het amnestieprobleem
koren op den molen van Degrelle zijn, ligt
voor de hand. Vooral zal men ervoor dienen
te waken, dat zich geen nieuwe misbruiken
en financieele schandalen voordoen, waar
aan het Rexisme vóór twee jaar zijn ont
staan had te danken.
Degrelle is pessimistisch.
Tijdens een vergadering van den politie
ken raad van Rex, die onder voorzitterschap
van Degrelle werd gehouden, hebben de
leden besloten hun mandaat ter beschikking
van den leider te stellen met het oog op
eventueele reorganisatie. Deze raad telt 10
leden, de meesten zijn kamerleden en sena
toren. De Libre Belgique hoorde dat de rexis
tische kamerleden het niet meer eens zijn
met Degrelle.
Geen enkele was Maandag aanwezig op het
diner ter gelegenheid van den 31sten ver
jaardag van Degrelle. Dinsdagmiddag werd
bekend, dat Pierre Paye, voorzitter vgn de
Rexistische Kamerfractie als zoodanig ont
slag heeft genomen; hij blijft echter Kamer
lid.
In de rede, welke Degrelle heeft gehou
den bij gelegenheid van zijn 31sten verjaar
dag richtte hij bittere verwijten tot de rexis
tische parlementsleden.
De moeilijkheden en de droefheid, al
dus sprak hij, worden me juist aangedaan
door hen, die het meest aan Rex te danken
hebben.
Tot nu toe heb ik een te goed hart gehad.
Bij Rex is nooit dictatuur geweest. Maar
mijn medewerkers zullen van heden af on
dervonden, dat ik kan bevelen. Degenen, die
komen om geld of eer zullen weggevaagd
worden! De Rex-beweging is te edel, om als
wipplank gebruikt te worden.
De geschiedenis van alle volkeren en van
alle bewegingen heeft bladzijden van ver
raad.
Dat wij moeten lijden voor onze beweging,
des te beter. Het lijden loutert ons, in plaats
van ons neer te slaan. Het verraadt hardt
ons, in plaats van ons ten onder te brengen.
Ik houd van u, nederige Rexisten, die alles
geeft aan Rex en die nooit iets vraagt, die
nog bij ons zult zijn den laatsten dag. Daar
naast zijn er anderen, die altijd met vragen
de hand hebben gestaan die alles wat ze zijn
aan Rex te danken hebben, en die ons laf
een dolk in den rug steken bij het aanbre
ken van de dagen van tegenspoed.
Niet met de avonturiers, die tot Rex komen
om een commandopost te bekleeden zullen
we de zege behalen, maar met de menigte,
die door weer en wind haar ideaal getrouw
blijft.
In de toekomst zal ik alleen nog slechts
hart hebben voor de menigte; voor mijn
medewerkers in het commando zal ik onge
nadig zijn.
DE INVOER VAN DEENSCH
VLEESCH.
Men schrijft ons:
Het bericht, dat binnen enkele dagen
hier te lande wederom een belangrijk
kwantum Deensch en misschien ook buiten
landsch bevroren vleesch zal worden inge
voerd heeft in de kringen van belangheb
benden nog al beroering gewekt.
De veeprijzen stijgen meer en meer en
het vleesch wordt daardoor duurder. In
den groothandel is de toestand dientenge
volge zeer slecht geworden, vooral ook
omdat de afnemers-detaillisten er even
eens zeer ongunstig voor staan. De import
van Deensch vleesch komt steeds, wanneer
de invoer daarvan toegelaten is (deze in
voer is gecontingenteerd) slechts in han
den van consenthouders, die vereenigd zijn
in een importeurs bedrijf. Uiteraard is het
aantal importeurs niet zoo groot. In gros
sierskringen (handelaren in Hollandsch
vleesch) ziet men den aangekondigden in
voer van buitenlandsch vleesch met vrees
tegemoet. Men verwacht daarvan groote
schade voor den handel in Hollandsch
vleesch, omdat men met de hooge vleesch-
prijzen niet op zal kunnen tegen de lagere
prijzen welke voor het Deensche vleesch
zullen worden genoteerd.
De „Hollandsche" grossiers achten het
nu billijk, dat ook zij in de gelegenheid
worden gesteld iets aan den invoer van
buitenlandsch vleesch te verdienen, omdat
men anders in de onmogelijkheid zou ver-
keeren van den Hollandschen vleeschhan-
del, welke toch al zoo slecht gaat, te leven.
Maandag-avond kwam het bestuur van
den Ned. Grossiersbond voor den Vleesch-
handel te Rotterdam in een spoed-be-
stuursvergadering bijeen. Men besloot te
trachten, den invoer van Deensch vleesch
zelf in handen te krijgen op grond van het
feit, dat de groote meerderheid van gros
siers in dien bond vereenigd zijn en de
importeurs, die ook in Hollandsch vleesch
grossieren, slechts een gering percentage
vormen.
Naar de bevoegde Deensche instantie
werd een telegram verzonden, waarin ge
vraagd werd de geheele import van
Deensch vleesch in handen van den Ned.
Grossiersbond voor den Vleeschhandel te
geven.
Indien dit zou lukken zou de bond dit
vleesch via zijn afdeelingen doen distri-
bueeren. Naar wij vernemen heeft ook het
bestuur van den Ned. Slagershond, welke
organisatie te Hilversum congresseert, een
spoedvergadering van het bestuur over
dit onderwerp belegd.
Vrijdag 18 Juni.
HILVERSUM, 301 M. (8.—12.—
4.—7.30 en 9.—12.— VARA. de
AVRO van 12.—4.— en de VPRO
van 7.30—9.—). 8.— Gr.pl. 10.—
VPRO-morgenwijding. 10.20 Deel.
10.40 Viool en piano. 11.10 Verv.
deel. 11.30 Orgelspel. 12.— Kovacs
Lajos' orkest. 12.45 Avro-dans-
orkest. 1.15 Kovacs Lajos' orkest.
2.Voor tuinliefhebbers. 2.30 Gr.
pl. 3.Pianovoordr. 3.30 Avro-
dansorkest. 4.Fantasia. 5.
Voor de kinderen. 5.30 VARA-
orkest. 6.30 Politiek radiojournaal.
6.50 Gr.pl. 7.De negermessias
„Father Divine", causerie. 7.20
Gr.pl. 7.30 VGP-ber.' 7.35 Lezen in
den Bijbel. 8.Pianovoordr. 8.30
Kerk, Volk, Staat, causerie. 9.
Vroolijke voordracht. 9.30 VARA-
orkest, vrouwenkoor „Vox Jubi-
lans" en solisten. 10.30 ANP-ber.
10.40 VPRO-Avondwijding. 11.
Jazzmuziek (gr.pl.) 11.3012.
Orgelspel.
HILVERSUM, 1875 M. (Alg. progr.
NCRV). 8.Schriftlezing, medita
tie, gewijde muziek (gr.pl.) 8.30
Gr.pl. 9.30 Gelukwenschen. 9.45
Gr.pl. 12.30 Ensemble v. d. Horst,
2.Gr.pl. 2.30 Christ. lectuur. 3.
Alt en piano. 3.45 Gr.pl. 4.Trio
Beute-Zepparoni-Hemerik. 5.
NCRV-orkest. 6.30 Klimrozen, cau
serie. 7.Ber. 7.15 Literair half
uur. 7.45 ANP-ber., herh. SOS-
ber. 8.Concert mmv. solisten,
koor van de Nederl. Bachver. en
het Utrechtsch Sted. Orkest. 10.15
ANP-ber. 10.20 Gr.pl. 10.45 Gym
nastiekles. 11.12.Gr.pl. Hierna
Schriftlezing.
DROITWICH, 1500 M. 11.05—11.20
Causerie over baby verzorging. 11.40
11.50 Pianosoli. 12.10 Orgelcon
cert. 12.50 BBC-dansorkest. 1.35
2.20 Cello en piano. 4.20 Revue-
progr. 4.50 BBC-Theaterorkest. 5.20
Gr.pl. 5.35 BBC-orkest. 6.20 Ber.
6.45 Radiotooneel met muziek. 7.45
Voor tuinliefhebbers. 8.05 BBC-koor
8.35 Variété-progr. 9.20 Ber. 9.40
Responsibilities of Empire, cause
rie. 9.55 Inleiding volgende uitz.
10.05 Tweede acte van de opera
„Cosi fan tutte". 11.25 Het Gros-
venor House Dansorkest. 11.50
12.20 Dansmuziek (gr.pl.)
RADIO PARIS, 1648 M. 7.10 en 8.20
en 10.35 Gr.pl. 12.50 R. Porée-
orkest en zang. 4.20 Ortambert-
kwartét. 5.50 Vioolvoordracht. 6.05
Zang. 7.20 Pianovoordracht. 7.35
Zang. 7.50 Viool en piano. 8.50
Cellovoordr. 9.20 Gev. progr. 10.50
Gr.nl. 11.201.20 Oikestcon^ert.
KEULEN, 456 M. 6.50 Politiemu-
ziekkorps. 7.30 Gr.pl. 8.50 Omroep-
schrammelensemble. 9.50 Gr.pl.
12.20 Westduitsch Kamerorkest.
2.35 Gev. concert. 4.20 Bergische
Landesorkest. 5.40 Pianovoordracht.
6.20 Omroepkjeinorkest, vocaal
sextet en pianoduo. 8.30 Voordr.
9.30 Militair concert. 10.50 Zang.
11.20—12.20 H. Bund's orkest en
solisten.
BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.:
12.20 Gr.pl. 12.50 Omroeporkest
I.30 Kleinorkest. 1.502.20 Gr.pl.
5.20 Salonorkest. 6.50, 7.20 en 8.20
Gr.pl. 8.25 Nat. orkest. 10.30
II.20 Vlaamsch volksliederencon-
cert mmv. solisten. 484 M.: 12.20
Gr.pl. 12.50 Kleinorkest. 1.30 Om
roeporkest. 1.40 Zang. 1.502.20
Gr.pl. 5.20 Kleinorkest. 5.40 Deel.
en gr.pl. 6.— Het Eldorado-orkest.
6.35 Gr.pl. 6.50 Pianovoordr. 7.35
Zang. 8.20 Het Salonorkest, Ora-
roepdansorkest en solisten. 10.30
Gr.pL 10.4511.20 Accordeonmu-
ziek.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M.
8.30 Fr. Hauck's orkest. 9.20 Radio
tooneel. 10.20 Ber. 10.50—12.20 H.
Bund's orkest, piano-trio en solis
ten. (11.05 Weerbericht).
GEMEENTELIJKE RADIO
DISTRIBUTIE.
Lijn 1: Hilversum.
Lijn 2: Hilversum.
Lijn 3: Keulen 8.—10.35, Parijs
R. 10.35—12.35, Brussel VI. 12.35—
14.20, Keulen 14.2015.20, Straats
burg 15.20—16.20, Keulen 18.20—
17.20, Brussel (VI.) 17.2018.05,
Brussel Fr. 18.05—18.20, Lond.
Reg. 18.20—19.20, Brussel VL 19.20
—19.50, Lond. Reg. 19.5020.35,
Droitwich 20.35—21.40, Brussel Fr.
21.40—22.20, Brussel (VI.) 22.20—
22.30, Brussel Fr. 22.30—23.20, Ber
lijn 23.20—24.—.
Lijn 4: Brussel VI. 8.—9.20, Di
versen 9.2010.35, Lond. Reg. 10.35
—12.50, Droitwich 12.50—13.35,
Lond. Reg. 13.35—16.20, Droitwich
16.20—18.20, Keulen 18.20—18.45,
Droitwich 18.45—20.35, Hamburg
20.3521.55, Droitwich 21.5524.
L(jn 5: Diversen.
EEN SPOOKGESCHIEDENIS. DIE
ERGER LEEK DAN ZIJ WAS.
Meisjesstudenten in angst.
In het „Leidsch Dagblad" lezen we:
Eenige meisjesstudenten, wonende in
het oudste deel van de stad, deden dezer
dagen bij de politie aangifte van een ge
heimzinnige spookgeschiedenis. Gedurende
bijna anderhalf jaar hadden zij des nachts
mysterieuze geluiden opgevangen, welke
afkomstig waren uit een aangrenzend per
ceel, doch waarvan de herkomst met geen
mogelijkheid was vast te stellen.
Het merkwaardige van het geval was,
dat wanneer een der studenten in de nach
telijke stilte haar stem verhief en, zij het
ook met een prop in de keel, de een of
andere bedreiging in de richting van het
geluid riep, dit onmiddellijk ophield. He
laas was deze stilte slechts van tijdelijken
duur en zelfs namen de geluidén in den
laatsten tijd in aantal er. hevigheid toe.
Na breedvoerige beraadslagingen werd
besloten de politie in de zaak te mengen
teneinde klaarheid in deze ijselijke spook
geschiedenis te brengen. Den eersten
nacht, dat een rechercheur zich bij de
meisjes voegde, leek het alsof het spook
de lucht ervan had gekregen, dat er on
raad dreigde en liet zich wijselijk niet
hooren, maar den tweeden nacht had hij
meer geluk. Tot groote opluchting van de
meisjes-studenten klonk opnieuw het
zelfde onverklaarbare geluid, dat al ander
half jaar haar nachtrust had verstoord.
De rechercheur toog op onderzoek uit
en het resultaat van zyn bevindingen was
even onverwacht als vermakelijk. De ver
wekker van al het kwaad bleek te z(jn
een keeshond, die de onaangename ge
woonte had om in zijn slaap met z(jn na
gels langs de wanden van zyn hok te
schrapen
Of de rechercheur tegen den ruatver-
stoorder proces-verbaal heeft opgemaakt,
vermeldt de geschiedenis niet.
ONGELUK OP ONBEWAAKTEN
OVERWEG.
Gistermiddag is de dertienjarige Steven
Dekker uit Heerde, door onoplettendheid,
met zijn fiets op den onbewaakten overweg
op den Eyerdijk, tegen een passeerendfn
trein opgereden. De jongen bleef bewuste
loos liggen en is, nadat hij ter plaatse voor-
loopig behandeld was, in zorgwekkendfn
toestand naar het Sophia-ziekenhuis te
Zwolle overgebracht.
SIMON DE WIT'S WINKELPERSONEEL.
Ook dezen zemer houdt Simon de Wit's
levensmiddelenbedryf, weder een wedstrijd
onder haar landelijk winkelpersoneel.
Deze wedstrijd, waaraan naast vele andere
waardevolle premiën, ook een vierdaagsche
buitenlandsche reis is verbonden voor het
voltallig personeel van een 8-tal winkels,
valt vanzelfsprekend bij de deelnemers
zeer in den smaak en getuigt mede van de
prettige onderlinge samenwerking, die in
het bedrijf heerscht.
PUVOWHBCHE AVONTURENROMAN.
JBoor G. P. BAKKER.
40)
De roode dragonder hief de hand op. De
stoet hield stil, maar de gezichten der man
nen stonden strak en grimmig. Hy reed
langzaam vooruit, haalde een perkament
uit zyn zak, sloeg aan en zei rustig op
zachten toon:
„Vrijgeleide voor don Felipe del Torez,
gezant van den koning van Spanje. Zijne
Excellentie wenscht niet gestoord te wor
den. Begrepen? Ik ben de koerier".
„In orde", sprak de ritmeester. „U kunt
passeeren. Ik zou uw meester voor geen
goud willen tegenhouden".
„Zou ook zeer onvoorzichtig zyn", oor
deelde de roode dragonder. „A propos, waar
vinden we veldmaarschalk Tilly?"
„Dan ben je op het verkeerde pad. Hy is
reeds in Halberstadt, misschien al op weg
naar Halle".
„Maar graaf Mansfeldt is toch nog in
Maagdenburg?"
„Zeker amice".
„Als u in Halberstadt aankomt, wilt u dan
den veldmaarschalk doen berichten, dat
don Felipe naar graaf Mansfeldt is gereden?
Het is van het grootste belang".
„Ik zal er voor zorgen. Goede reis". Maar
binnensmonds mompelde hij: „Valga me
Dios". Hij had blijkbaar in de Spaansche
Nederlanden gediend.
„Avante", beval Saxon.
Edzke bleef naast Saxon rijden.
„Don Felipe schijnt een machtig man ge
weest te zyn", merkte hij op.
„Gevreesd als de duivel. Zijn papieren
kunnen ons van veel nut zijn. Als de rit
meester werkelijk de boodschap overbrengt,
zal Tilly hem de eerste dagen niet ver
wachten".
„Misschien weet hij iets van de plannen
betreffende den aanslag op den koning".
„De koningsmoord? Neen", luidde het
antwoord van Saxon. „Graaf Tilly mag een
fanaticus zijn, maar hij is een eerlijk sol
daat. Met zooiets zou hij zijn geweten niet
willen bezwaren. Hij kan wreed zijn, doch
noch Tilly, noch Pappenheim zouden iets
te maken willen hebben met die Spaansche
methodes. Het soldatenwerk is nu eenmaal
geen zachtaardig vak. Het is zooals je weet
een anders leven of het jouwe. Maar sluip
moord wordt aan de hoven uitgebroed, niet
door de generale staven".
„Generaal", zei Edzke. „De inlichtingen
dienst van de keizerlijken schijnt niet veel
waard te zijn. Anders zou ons niet zooveel
gelukken.
„Luitenant", antwoordde Saxon. „Dat is
volkomen juist. Daardoor loopen we het
groote gevaar, dat we te overmoedig wor
den. Je bent nog jong en ik wil niet ont
kennen, dat je goed werk hebt geleverd. De
brief dien je machtig bent geworden, de
aanslag op het leven van Zijne Majesteit,
dien de markies en jij hebben verijdeld. Al
les mooi werk. Maar wees nu dubbel voor
zichtig. Het succes maakt roekeloos. Een
maal heb ik den strop om den hals gehad.
Het bevel klonk: Halen. Een toeval heeft
me gered. Maar op het toeval kun je nooit
rekenen. Als je een onderneming begint,
dien je eerst alle slechte kansen onder de
oogen te zien, deze te ondervangen, om
daarna maatregelen te nemen tegen onver
wachte mogelijkheden. Dan pas heb je eeni
ge zekerheid van slagen. Denk er eens aan
hoe voorzichtig Zijne Majesteit, de koning
van Zweden, is. Langzaam maar zeker trekt
hij vooruit, langs de groote rivieren en
steeds zoo, dat hij voldoende in den rug
gedekt is en de verbinding niet verbroken
kan worden. Hij is dapper, maar hy is ook
een groot strateeg. Ook daarin overtreft hij
Tilly".
Ze reden een eind zonder te spreken door
een stratige beukenlaan in de bosschen.
„We zullen wel rustig door Maagdenburg
komen", oordeelde Saxon. „Misschien is het
echter het beste er om heen te rijden, en
dan de Elbe te passeeren in de vroege mor
genuren over de Sunderburgerbrug, de
eenige die tijdens de verwoesting gespaard
is gebleven".
„De brug zal zeker bewaakt worden".
„De pas zal ons wel weer helpen".
„De poorten zyn geslecht. Het garnizoen
is gering. Tilly trekt zijn troepen terug".
„Als hij dezen toestand voorzien had, zou
hij nooit de vesting gesloopt, nooit Maag
denburg verwoest hebben. Zijn beste steun
punt aan de Elbe heeft hijzelf vernietigd.
Ik heb dat nooit kunnen begrijpen. Dertig
duizend menschen vermoord, omgekomen
of in de kelders gestikt. Talrijke vrouwen
buitgemaakt en versjaggerd. Zelfs een bur
gemeestersdochter zag men met een bunde
op den rug, met een landsknecht vertrekken
Als je er alles van wilt weten, lees dan de
verslagen in de courant met postberichten
uit Nederland en andere plaatsen, of de
correspondentie van de Nederlandsche di
plomaten Foppius, zijn neef Leo van Aitze-
ma en Peter van Brederode. De eerste is
reeds sedert het begin van den oorlog agent
by de Hanzesteden, steeds een heftig be
strijder van de Habsburgsche alleenheer
schappij en de bitterste vijand van Tilly.
De komst van den koning van Zweden was
hem een vreugde. Brederode is de gezant
der Republiek bij de protestantsche vorsten.
Hij was de partijganger van den winterko
ning en een heftig vijand van den keizer.
Hy moest naar Zwitserland vluchten, woont
in Bazel.
Van Aitzema wordt zeer verschillend be
oordeeld, maar hij is altijd uitstekend op
de hoogte. Persoonlijk ken ik ze alle drie
en jy zult zeker nog eens kennis met hen
maken. Als ooit de keizer je te dicht op de
hielen zit, zullen zij je zeker helpen. Men
kan nooit weten in welke positie je een3
kunt geraken. Foppius is op het oogenblik
in Hamburg.
Ik heb van Brederode een afschrift van
een brief aan de Generale Staten en ook
nog een exemplaar van dat courantje no. 24.
Je moet ze beslist eens lezen. Maar daar in
de verte zie il: reeds de spitsen van de twee
lingtorens van den Dom", viel Saxon zich
zelf in de rede.
„Nog een uurtje", meende Edzke. „De
morgen is aangebroken".
„Welk een kleurenweelde aan de kim",
bewonderde de roode dragonder. „Het zal
weer een warme dag worden. In geen jartn
is er zoo'n heete zomer geweest".
„We rijden nu in een grooten boog Noord
waarts om de stad", merkte Edzke op.
„Juist en we zullen uitkomen aan den
Visschersoever. Je weet er zijn een rij hul
zen gespaard. Daar in het zuiden ligt de
Nieuwe Markt met den Dom en het Lieve
Vrouwenklooster. Het gedeelte, dat Tilly
beschermd heeft. Men zegt, dat hij het
Protestantsche Maagdenburg haatte en dit
het begin zou zijn van een nieuwe Katho
lieke stad. Opbouwen. Maar wanneer zal
dat kunnen gebeuren? Het is een tijd van
afbreken, allerminst van opbouwen. Overal
worden steden vernietigd, landen verwoeat,
rijken ontvolkt. De eene helft van het
menschdom vermoordt de andere. Waar
om?"
Wil je wel gelooven", vervolgde Saxon.
„dat ik langzamerhand genoeg krijg van
den oorlog? Als de beslissende slag gewon
nen is, ga ik met prinses Marion op onze
landgoederen wonen".
Langs de overblijfselen van de Hooge
Poort reden ze door de Lakenmakersstraat
naar den Visschersoever. zonder iemand te
ontmoeten.
„Daar bij de Kröckenpoort", Saxon wee»
naar het Zuiden, „hebben we den laatsten
strijd gestreden. Daar vocht kapitein
Schmidt, de dapere Zweed tot het aller
laatste. Daar doodde een smid, een reus van
een kerel, stervend door een worp van zijn
moker den Waalschen overste. Daar heb
ik een paar uren in een goot vol bloed ge
legene om het veege lijf te redden. Maar
aangenaam was het niet. Br als ik er aan
denk, ruik ik het bloed"
(Wordt vervolgd).