Stad mOmgemtiQ
taaiste éecichtm
AMSTERDAMSCHE
BEURS
Het Alkmaarsche kleeding
en dekkingcomité.
a
ff
ff
ff
ff
a
ff
ff
ff
ff
0
ff
m
ff
Er waren twee konings
kinderen.
y Kijdenop een voor- X
f rangtweg beteekent, dal\^
u bij kruisingen ook voorrang
hebt boven van rechts naderend
verkeer. HET BETEEKENT NIET. dat
u zich nu als een wegdlctator
Ny moogt misdragen en niet
meer zoudt behoeven
uit te kijkenl f
f 0.65 per slof. We kunnen ons de matige
prijzen indenken, want de vrucht is on-
oogelijk en zwaar van het zand. Voor de
tuinder is te hopen dat we ander weer
krijgen.
Voor het Alkmaarsche Kleeding- en Dek
kingcomité, dat 10 Febr. 1936 werd opge
richt, was het Zaterdag een belangrijke dag.
dag.
De Commissie voor Ontwikkeling en Ont
spanning voor Jeugdige Werkloozen had
n.1., met het oog op de sociale taak, welke het
comité vervult, de betere inrichting van de
magazijnen, die gevestigd zijn in de voor
malige Keetkolkschool, de verbetering van
de lokalen op zich genomen.
Zaterdag waren de jeugdige werkloozen
daarmede gereed gekomen en werden de
belangstellenden in de gelegenheid gesteld,
het tot stand gebrachte in oogenschouw te
nemen.
Het comité heeft een vijftal lokalen in
gebruik en wel een voor mannenkleeding,
schoeisel en ondergoederen, een dito voor
vrouwen, één voor baby-benoodigdheden en
één voor nieuwe goederen en één voor
groote huishoudelijke goederen.
De jeugdige werkloozen hebben, met ge
bruikmaking van triplex en ander goedkoop
materiaal, in prettige kleuren een aardige
wachtkamer tot stand gebracht, vanwaar
men in de afdeeling heerengoederen komt.
Deze afdeeling is door een breede toon
bank gescheiden van het magazijn, waar de
goederen in practische kasten zijn opge
borgen.
Deze goederen, bestaande uit jassen, pak
ken, schoenen en onderkleeding, ontvangt het
comité van de burgerij gratis en zij worden,
na door het Witte Kruis te zijn ontsmet, dat
daarvoor alleen de noodzakelijke kosten in
rekening brengt, tegen zeer geringe prijzen
aan de daarvoor in aanmerking komenden
verstrekt.
Door het werk van de jeugdige werk
loozen is het thans mogelijk geworden, de
vele artikelen op de juiste wijze te rang
schikken.
In de heeren-afdeeling heeft men nogal
gebrek aan schoenen en bovenkleeding. In 'n
aparte afdeeling heeft het comité die onder
kleeding en dekking gereserveerd, die het
noodig heeft voor uitzending van patiënten
naar rust- en ziekenhuizen.
De dames-afdeeling, grenzende aan die
voor de heeren, is vooral goed voorzien van
van Maandag 21 Juni 1937
OPGAVE VAN NOORDHOLLANDSCH
LANDBOUWCREDIET N.V.
Vorige
laatste k
koers
2.30-2.45
STAATSLEENINGEN.
4 Nederl.
1934
101
101 Vi«
4 Ned.-lndië
1934
100%
100%
5)4 Duitscbl. '30 m.
verkL 337/s
33%
BAN K-INSTELLINGEN
Amsterd. Bank
1481/g
148V,
Handel Mij. Cert.
V.
250
190
190V,
Koloniale Bank
1601/j
161V,
Ned. lnd. Handelsbank
1675/,
164*
INDUSTR. OND. BINNENL.
Alg. Kunstzijde Unie
64V,
623/4-7/,
Catvé Delft Cert.
825/,
82'/,
2521/4
Philips Gloeil. Gem. Bezit
316V»
313V,-4
Unilever
158V,
1573/4-j
INDUSTR. OND. BUITENL.
60V,
Anaconda
377,
367ie-i
Bethleh. Steel
585/8-3/4
Cities Service
t 23/16
2%
Kennecott Copper
40V,
40Vis
Republic Steel
a 24'%
24*-»/»
Standard Brands
91/4
Steel comm.
705/,
68'/,-9
U. S. Leather
6i/f
6
CULTUUR MAATSCH.
H. V A
a
5071/,
508
Java Cultuur
a
232
230
Ned. lnd Suiker Unie.
167'/.
1641/,-5
Vorstenlanden
365/8
Dito actions
22.60
22.60
MIJNBOUW.
Alg Explor. Mij.
t
a
139
138
Redjang Lebong
175
185
PETROLEUM.
Dordtsche Petr.
a
4003/,
3993/4
Kon. Petr.
i
a
417
4I6.1/4
97
Phillips Oil
a
381/4
385/,
Shell Union
a
20i/,
197.6 4
12»/»-»
RUBBERS.
Amsterd. Rubber
1
a
2785/,
277
Deli Bat. Rubber
a
214V,
214
Hessa Rubber
225
228
Oostkust
a
1093/4
106
Serbadjadi
a
a
165V»
Interc. Rubber
a
411/w
4V,
SCHEEPVAARTEN.
Kon. Ned Stoomboot.
1221/,
118
Scheepvaart Unie
1
a
1251/,
122
TABAKKEN.
Deli Batavia
4
a
232
223
Oude Deli
313
317
Senembah
318V,
316
AMER. SPOORWEGEN.
Atchison Topeka
583/4
59
Southern Pacific
a
341/,
33'/,
Southern Railw. Cert.
231/,
Union Pacific
951/4
94
Canadian Pac.
9%
9V,
§Noteering per 50.
X)
ex
-coupon
schoenwerk,' waaruit wel blijkt, dat het
damesschoenwerk meer aan mode onder
hevig is dan dat voor heeren. Ook van
mantels en jurken is deze afdeeling goed
voorzien. Voor de linnenkast, alsmede voor
de kraamkamer, is hier nog wel het een en
ander noodig; zoo ook voor de slaapkamer.
Wij werden door den heer A. Bergsma,
voorzitter van het comité, rondgeleid en
konden constateeren, dat de jeugdige werk
loozen hier een mooi stuk werk tot stand
hebben gebracht. Voor de jongens moet het
een voldoening zijn, dat ze door hun arbeid
mede hulp verleenen aan de nooddruftige
gezinnen in onze stad.
Door schier alle bij den Armenraad aan
gesloten vereenigingen en instellingen wordt
het Alkmaarsche Kleeding- en Dekking-
Comité als het centrale punt der liefdadig
heidsinstellingen beschouwd.
Deze instellingen bepalen, welke gezinnen
in aanmerking komen om bij het Alkmaar
sche Kleeding- en Dekking-Comité te mogen
koopen.
De prijzen zijn gering en de in aanmer
king komende personen kiezen persoonlijk
wat zij wenschen. Voor 0,50 wordt al een
goed pak of een goede mantel beschikbaar
gesteld, terwijl deze prijzen, waar dit noo
dig wordt geoordeeld, zelfs nog lager wor
den gestefd.
De kosten van het comité, bestaande uit
ontsmetting der goederen en het ophalen
ervan, worden uit de ontvangsten bestre
den en deze ontvangsten dienen ook voor
den verkoop van nieuwe goederen, die
met verlies worden verkocht.
Het comité ondervindt hierbij de mede
werking van de winkeliers, omdat deze
weten, dat concurrentie, onder koopers die
wel kunnen betalen, is uitgesloten.
In 1936 werden 1361 aanvragen behan
deld en verkocht de volgende nieuwe goe
deren: 98 costuums, 573 paar schoenen, 88
manchester broeken, 101 lakens, 97 sloopen,
136 paar kousen en sokken, 86 wollen de
kens, 28 molton dekens, 726 stuks onder
kleeding. Voorts werden verkocht 5009
stuks gedragen bovenkleeding, 400 paar
schoenen, 60 gebruikte dekens, 300 kachels,
ledikanten, tafels, stoelen en matrassen en
een 200 stuks huishoudelijke artikelen.
In de week vóór Pinkster hielp 't comité
een 86 gezinnen en per week worden onge
veer een 40 gezinnen geholpen. In 1936
werd voor 2562.22 aan goederen verkocht,
terwijl de onkosten 366.22 bedroegen.
Het comité ontving 270 aan subsidies
van vereenigingen en 294.48 van dona
teurs. Voor minimum 1 is men donateur.
Toetreding van meerdere donateurs is wel
wenschelijk. Het comité zal daardoor in zijn
werk ten zeerste worden gesteund. In 1936
brachten 2 collecten voor het comité 963
op, terwijl als saldo van het Crisis-comité
350 werd ontvangen.
De heer Bergsma verstrekte ons nog in
lichtingen over den verkoop van de nieuwe
goederen, bestaande uit costuums, schoe
nen, dekens en onderkleeding, waaruit ons
bleek, dat deze goederen voor de helft van
den inkoopprijs werden verkocht.
Uit alles werd het ons duidelijk, dat het
Alkmaarsche Kleeding- en Dekkingcomité
mooi maatschappelijk werk verricht, waar
door in vele gezinnen, die het zoo bitter
noodig hebben, minder gebrek heerschtdan
anders het geval zou zijn.
Ongetwijfeld zijn nog vele burgers in het
bezit van kleeding en andere stukken, die
niet meer gebruikt worden en bij elke
schoonmaak maar weer moeten worden be
handeld en opgeborgen. Voor dergelijke
bezitters beteekent het zich ontdoen daar
van een bevrijding van lasten, terwijl ze
in het bezit van het comité nuttig werk
kunnen doen.
(Ongecorrigeerd.)
S.S. „BENNEKOM IN
MOEILIJKHEDEN.
Lloyds meldt uit Buenaventura, dat
motorsloepen zijn teruggekeerd van de
plaats, waar het stoomschip „Bennekom"
van de K.N.S.M. op de rotsen is geloo-
pen. De passagiers zijn aan land ge
bracht ,doch de gezagvoerder, de heer
J. Fooy, en de bemanning, welke 35
man sterk is, zijn aan boord gebleven.
Het Nederlandsche stoomschip „Ceres",
van dezelfde maatschappij, zal van
avond by de „Bennekom" aankomen.
Er staat water in het ruim van de
„Bennekom".
NIEUWE STRANDREDDINGBOOT VOOR
DE N.Z.H.R.M.
Vorstelijke gift van een onbekende.
Naar wij vernemen, is aan den penning-
meester van de Noord- en Zuid-Hollandsche
Redding Maatschappij te Amsterdam door
een onbekenden schenker een bedrag van
15.000 gezonden voor de aanschaffing van
een motorstrandreddingboot.
Onmiddellijk heeft het bestuur van de
N.Z.H.R.M. opdracht gegeven aan de fa.
Gebrs. Taat te Katwijk aan Zee tot den
bouw van een motorstrandreddingboot voor
de noordkust van Terschelling.
HET ZWARE ONWEER.
Kerktoren door het hemelvuur
getroffen.
Boven Goor ontlastte zich gistermiddag
omstreeks half drie een onweer, dat lang
durig aanhield. Precies zeven minuten voor
vier werd de toren der Ned. Herv. kerk
door het hemelvuur getroffen. Hierdoor
werden een stuk van een der wijzerplaten
geslagen en de wijzers verbogen. Een der
zware steenen gewichten van het uurwerk
was naar beneden gevallen en had schade
aangericht. In het dak van den grafkelder
'der Ripperda's, welke aan den toren ge
bouwd is, sloeg een gat. Hier werd een
oogenblik na den inslag ook een begin van
brand ontdekt, welke gelukkig met eenige
emmers water gebluscht kon worden. Ook
een groot aantal leien van kerk en toren
werden vernield.
Waarschijnlijk door den luchtdruk waren
in de kerk zelf stukken uit het plafond ge
vallen. De antenne van de Goorsche radio
centrale, welke aan den toren was beves
tigd, werd vernield. Bij den radiocentrale-
houder raakte een drietal toestellen defect,
zoodat de aangeslotenen enkele uren zon
der radio zaten. De schade is nogal aan
zienlijk.
DE AUSTRALISCHE PREMIER LYONS
IN ONS LAND.
De premier van het Australische gemeene-
best, de heer J. Lyons, is hedenmorgen van
Southampton op Schellingwoude aange
komen om terstond daarop naar Den Haag
te vertrekken, waar hij met dr. H. Colijn
een onderhoud zal hebben.
Te 12.20 streek de reusachtige G-ADVD
de „Challenger", een viermotorige vliegboot
van de Imperial Airways, voor den trans-
atlantischen dienst gebouwd, langs den Dur-
gerdammerdijk in de marinevlieghaven
Schellingwoude neer. Een motorboot, waar
in ter verwelkoming de commandant van de
marinevlieghaven van Schellingwoude,
eenige vertegenwoordigers van de Bataaf-
sche petroleummaatschappü en de heer
Guilonard, onder-directeur van de K. L. M,
aanwezig waren, bracht den heer Lyons
naar den steiger van de B. P. M. voor het
Centraal Station, waar de ondercommandant
van de marine te Amsterdam de kapitein ter
zee J. E. Meyer Ranneft hem namens mi
nister Colijn welkom heette. Per auto is het
gezelschap daarna onmiddellijk naar Den
Haag doorgereisd.
Tijdens zijn tocht van Schellingwoude
naar het Centraal station hadden wij, terwijl
de motorboot in de Oranjesluizen lag om te
schutten, nog even gelegenheid den premier
over het water heen eenige vragen te stel
len. De heer Lyons stond de pers, die in een
slingerend bootje langszij was gekomen,
vriendelijk te woord en sprak van de goede
verstandhouding, welke zijn land steeds met
het onze, speciaal met Nederlandsch-Indië,
als buurland, heeft onderhouden. Hij hoop
te, dat dit vriendschappelijk beleefsheidsbe-
zoek dat reeds eenige jaren op zijn program
ma had gestaan, tot een versterking der
wederzijdsche vriendschap zou bijdragen.
Op de vraag of hij ook vraagstukken van
practische politiek bij zijn bezoek aan dr.
Colijn zou aanroeren, zeide de heer Lyons,
dat het mogelijk was, dat hij, op geheel in
formeele wijze de zaak behoort in wezen
tot het terrein van de Britsche regeering te
Londen de kwestie van een non-agressie
pact voor de Zuidzee-Staten ter sprake zou
brengen.
Ongetwijfeld maakt ook de luchtverbin-
ding van Nederlandsch-Indië met Australië
onderwerp van bespreking uit.
De heer Lyons, die zeide een prachtige
reis te hebben gehad, zal morgen ons land
verlaten en zich naar Brussel begeven.
"j-Exclaim. 'Exdividend.
Prolongatie vorige koers 1, heden 1 pCt.
WISSELKOERSEN AMSTERDAM.
OFFICIEEL.
DOOR EEN KOE AANGEVALLEN.
De 70-jarige veehouder K. uit Zevenho
ven werd gisteren tijdens het melken in de
wei door een koe aangevallen en zoodanig
gewond, dat hy kort daarna is overleden.
Vorige koers:
Heden:
Niet officieel
New-York
1.81'/,
1.81'/,
Londen
8.98»/,
8.98%
Berlijn
72.81
72.90
Parijs
8.09'/,
8.101/,
Brussel (Belga)
30.70
30.71
Zürich
41.69
41.69
Kopenhagen
40.1o
40.12%
Stockholm
46.30
46.32%
Oslo
45.15
45.15
Praag
6.35
Titalië
9.60
JONGEMAN VERDRONKEN.
Ter hoogte van het radio-station Nora te
Noordwyk aan Zee is de 20-jarige jonge
man Meyer uit Amsterdam, die in de
jeugdherberg „De Duinark" kampeerde,
Zondagochtend bij het zwemmen in een
mui geraakt en verdronken.
Ondanks dreggen en afzoeken der zee
was het lijk Zondagavond laat nog niet ge
borgen.
Vermoedelijk is het slachtoffer door de
zware grondstroom, bij den heerschenden
noordelijken wind steeds meer zee ingedre
ven, waardoor alle bergingspogingen tot nu
toe vruchteloos bleven.
DE FRANSCHE KABINETSCRISIS.
Een volksfrontcombinatie onder
leiding der radicalen?
Volgens Paris Midi zou Chautemps er
naar streven een combinatie van het volks
front te vormen onder leiding der radicalen,
Het blad zet uiteen, dat alle groepen deze
buitengewone crisis zoo spoedig mogelijk
willen oplossen.
De president der republiek, aldus verze
kert men in goedingelichte kringen, zou
gaarne zien, dat Chautemps reeds vandaag
zijn ministerie gereed zou hebben, dat on
verwijld zijn taak moet aanvatten. Men
verklaart, dat Chautemps de aangewezen
man was om Blum op te volgen, wien hij
een jaar lang als minister van staat met
loyaliteit en toewijding, welke overal wor
den geprezen, heeft ter zijde gestaan.
DE VLUCHT VAN AMELIA EARHART.
Geen weddenschap.
De commandant van de Ibis, de heer
Stork, deelde mede, dat Amelia Earhart, na
van het vliegveld te Singapore te zijn opge
stegen, daarheen weer is teruggekeerd, naar
aanleiding van motorpech. Zij was daar nog
aanwezig toen de Ibis vertrok.
Ten aanzien van de berichten omtrent een
zoogenaamden vriendschappelijken wedstrijd
tusschen Amelia Earhart en de Ibis van de
K.L.M., deelde hij mede dat met K.L.M.-
toestellen nimmer wedstrijden worden ge
houden .terwijl bovendien het traject Ran-
goonSingapore voor de Ibis geheel anders
was dan voor de Amerikaansche aviatrice.
De Ibis toch maakte tusschenlandingen te
Bangkok, Penang en Medan, op welke plaat
sen men oponthoud heeft voor het nemen
van post, het laden van benzine, etc., terwijl
Amelia Earhart behoudens een tusschen-
landing te Bangkok rechtstreeks naar Sin
gapore vloog. Tevens valt op te merken,
dat de Ibis een snelheid heeft van 270 K.M.
en Amelia Earhart met haar Wasp junior
motoren van 237 K.M.
Het geheele weddenschap-verhaal moet
daarom ook beschouwd worden als geheel
onjust.
Wie het groote voorrecht heeft
een klassieke opvoeding, heeft zeer zeker^u
zijn gymnasium-tijd de herinnering o
gehouden aan een kleine bewondering, m -
schien wel aan een kleine dweepery, me
kranigen Leander, van wien hij las,
dat
den Hel-
STANIOL (zilverpapier)
bedrukken wq óók
ALKMAARSCHE COURANT, TEL. 3320
eiken nacht zijn liefde hem over
lespont droeg naar de lichtende fak e
den anderen oever, waar Hero, de e o
lijke priesteres van Aphrodite, hem me on
geduld wachtte. Van dergelijke helden der
liefde zongen de dichters der oudheid. Hun
sage boeide ons en het droevige slot, de
falende poging om nog eens, nog eens, by
hoog opgezweepte baren de geliefde te e
reiken, plaatste zich in de glorie der onster
felijkheid, toen het aan land geworpen lyk
omklemd werd door het jonge, levende li
chaam der schoone aangebedene, die zich m
den vloed wierp om ten onder te gaan
met hem, dien zij zoo onstuimig had be
ls de poëzie van deze liefde tot in den
dood nog niet even glanzend voor wie thans
jong zijn? De wereld verandert met veel,
waar het de diepst gaande roerselen van
het menschelijk hart betreft en zoo is er
misschien voor de jongeren en ook voor
de ouderen van nu nog wel belangstel
ling voor de twee koningskinderen, die in
de sagen der verschillende volken door de
eeuwen wandelen, in afwisselende gedaan
ten, doch steeds als dragers van de gedach
te, dat er een liefde bestaat, die stand houdt
tot den doodhistorische figuren dus
van de groote macht, die de wereld be-
stuurt.
Zy'n zij van den Hellespont in de midden
eeuwen door Provengaalsche kruisridders
naar West-Europa overgebracht? Het is mo
gelijk. In Zuid-Frankrijk en naar het
Noorden heen werden zij dichterlijk bezon
gen; van daar drongen zy door naar de kus
ten van de Noordzee, waar de Nederland
sche stammen hen tot helden hunner balla
den maakten. De volksliederen veranderen
hun namen, hun oorsprong, hun plaatselijke
verbindingen. De stof wordt meer alge-
meen-menschelijk verwerkt: een Zwem
merssage en een sprookje van de Konings
kinderen worden geboren. Er ontstaat een
ware oogst van liederen, waarin Hero en
Leander tusschen de regels te voorschijn
komen, met allerlei eigenaardige teksten.
En op haar beurt gaan al deze wijzigingen
weer aan het zwerven. Wat Max Müller, de
groote kenner, in zijn Essais „de verhuizing
der fabels" noemt, voltrok zich aan haar.
In de drie verschillende ontwikkelingsgan
gen van het Nederlandsch tot het Hoog-
duitsch is de Nederlandsche tekst: „Et wa
ren twei Kunnigeskinner" de volledigste; de
Middelduitsche „Zwischen zwei Burgen da
ist ein tieffster See" die in 1563 te Neu
renberg gepubliceerd wetd de rijkste en
zelfstandigste.
Wij, Nederlanders, kennen het ook, het
oude sprookje, en de Denen kennen het en
de Zweden en de Hongaren en wie al niet.
Sprookjes, die de groote overwinnende
macht ter wereld vertellen, zijn aan geen
grenzen gebonden en worden internatio
naal. Doch voor ons minder bekend zijn de
Hero en Leander-omzettingen van dr.' Wen-
der in Opper- en Neder-Lausitz; zy onder
scheiden zich van vele andere door een zóó
zelfstandige bewerking, dat daarop in de
laatste jaren weer eens de aandacht is ge
vestigd in eene studie van Bernhard Schnei-
der Krawe. Het karakter en de aard van het
Spreewald en zijn grensgebied, de streken
van Kamenz, Königswartha en Guttau, de
oevergebleden van de zwarte Elster, van
het Schwarzwasser, het Klosterwasser en
de Spree boden alle gelegenheid om de
plaats der handeling van de balladen daar
heen te verleggen. Een duidelijk voorbeeld
geeft het volgende, waarin van Hero en
Leander geen spoor, wel hun liefde terug te
vinden is:
Het is wel zeer eenvoudig, wel zeer
spaarzaam aan woorden en laat aan de fan
tasie van den toehoorder een ruim veld. Er
ligt over het geheel een zekere huivering,
eene melancholie, terwijl toch de weemoed,
het verlangen, de hartstocht, ternauwernood
worden geteekend. De onherbergzaamheid
van de natuur wordt wel geschetst, doch
aan het eind ontbreekt zelfs de allerge
ringste vermelding van de wanhoop der
geliefde.
Sprekender en geheel in den toon van de
ballade, hoewel toch zeer zelfstandig van
bewerking, is het volgende:
Ich habe mein Liebchen dort uber dem See
und kann doch, und kann doch zu ihr nicht,
o weh!
Ja wenn mein ein mutiges Röszlein nur
war,
das schwimmend mich tragen könnt über
das Meert
Ein Röszlein zu finden, das war wohl nicht
schwer,
Doch aber die Zügel, wo nehm ich die her?
Es fehlt mir ein Zaum, ach wo nehm ich
den her?
Ein Zaum, ja ein Stangenzaum fehlt mir gar
sehrt
Ja, wenn nur da drüben mein Liebchen dai
wüszt,
mein herziges Madchen, das heisz mich ge.
küsztl
Den Zaum würd sie kaufen und senden
schnel hert
Die Dresdener Post bracht ihn über das
Meert
Und wie er gedacht hat, so hat sie getaiw
Bald kam mit der Post auch der Zaum bei
ihm an.
Sie legte viel Stege wohl über die Flut,
fest unten gemauert, bemalt oben gut.
An jedem Steg steckte sie Lichtlein schön
grün,
die sollten ihm leuchten und leiten dahin.
Zu Rosse der Jüngling die Fluten geteilt,
sein Magdlein ihm liebend entgegen schon
eilt
Woher kam so schnell das nachtliche Welb
mit haszlichem, altem, gespenstigem Leib?
Die Stege, die hat sie ganz heimlich versenkt,
den Burschen im wogenden Wasser
ertrankt.
Hier staat de knaap met zynt liefde op
den voorgrond. Het slot zwijgt over het lot
van het meisje. De vrouw, die hier verderf
in plaats van redding brengt, is een der
gelijke figuur als het „wunderböse Weib"
in de Sage van den Zwemmer, die van
1562 dateert; zy is een soort booze heks,
misschien ook wel een Nixe, zich meester
makend van hem, die haar lief heeft.
Doch men ziet: de grondgedachte is de
zelfde als die van Hero en Leander: de zee
scheidt de geliefden en in hun pogen om
tot elkaar te komen, komt de jongeling
om: „het water was veel te diep."
Zoo zingt de wereld van eeuw tot eeuw,
en in de meest verschillende landen van
den trek des harten, waardoor geliefden
elkaar zullen vinden, zy het ook om er
door ten onder te gaan. De Oudheid hecht
zich aan de Middeneeuwen en deze aan den
Modernen Tijd, omdat die trek des harten
het groot, het kostbaar bezit is van alle
geslachten en van alle tijden.
Is de sage der „twee koningskinderen"
gedeeltelijk bezig zich te voltrekken in ons
kleine, beproefde en gezegende land? Er
zijn sprookjes, die blijde eindigen. Hier,
waar de twee tot elkaar zy'n gekomen,
omdat er geen water, veel te diep, was,
dat hen scheidde, hier zien we alleen het
vreugdevolle heden, dat een lichtende toe
komst belooft:
Er waren twee koningskinderen.
Die hadden elkander zoo lief
A. J. BOTHENIUS BROUWER
Hinter Kamenz auf den Höhen
liegt der Schnee in hohen Wehen,
weichen will er lange nicht,
weils der Sonn an Kraft gebricht.
Wehten doch bald warme Winde,
nahmen weg den Schnee geschwinde!
Schau, schon ist er aufgetaut,
wilde Wasser wogen laut.
Wer sein Liebchen hat da drüben,
musz sich sorgen und betrüben.
An dem Ufer steht die Maid,
und ihr Lichtlein strahlet weit.
Durch die Fluten schwimmt der Knabe,
Magdlein leuchtet ihm zu Grabe;
ihn verschlang die wilde Flut.
Kamenz voorbij, op de heuvels, ligt
hoog opgewaaid de sneeuw. Langen tijd
wil zy niet weggaan, want het ontbreekt
de zon aan kracht. Ach, mochten toch
spoedig lauwe winden waaien en weldra
de sneeuw doen verdwijnen! Maar zie,
reeds is zij verdampt in de lucht en wilde
waterstroomen rollen met geweld nader.
Wie daarboven zijn geliefde heeft, moet in
zorg over haar zijn en zich beangstigen.
Aan den oever staat het jonge meisje en
ver straalt het kleine licht, dat zij ont
stoken heeft. De knaap zwemt door de
golven van den vloed. Het meisje licht
hem voor, maar het lokt hem ten grave.
Het vriendelijke licht ging uit en hem ver
zwolg de wilde vloed.
(2) Ik heb mijn liefje daar ginds over het
meer.
En kan toch, helaas, tot haar niet gaan.
Ja, zoo ik slechts een moedig ros bezat,
dat my zwemmend dragen kon naar den an
deren oever!
Een ros te vinden zou wellicht niet moei
lijk zijn,
Maar waar vind ik de teugels? My ont
breek de toom; waar dien te vinden? Een
toom, een teugelstang mis ik maar al te
zeer.
O, zoo daarginds mijn liefje dat wist, mijn
dapper lief liefje, dat mij haar warme kus
sen gaf, dan zou zij den toom koopen en snel
mij toezenden; met de Dresdensche post zou
hij over het meer worden gebracht!
Zooals hij gedacht had, zoo heeft zij ge
daan. Spoedig kwam met de post ook de
toom in zyn bezit. Zy sloeg veel vonders
over den vloed, op sterke steenen pijlers
rustend, en met duidelijk geschilderde leu
ningen,
By alle vonders ontstak zy een vriende
lijk groen lichtje; die zouden hem voorlich
ten en naar den overkant geleiden. Te paard
klieft de jongeling de golven; zijn geliefde
ylt hem vol liefde tegemoet.
Van waar kwam zoo snel de booze vrouw
van den nacht, met haar leelyke, oude,
spookachtige lichaam? Heel heimelijk heeft
zij de vonders doen zinken en den knaap
heeft zy in het zwalpende water verdron
ken.