Alkmaar moet groeien. publicaties QemewtecadeH f Esn minder streng politie-optreden wordt noodzakelijk geacht. WAAROM GEEN BETERE SCHOUWBURGZAAL? Verkeersongelukken. Branden. BROEK OP LANGENDIJK BERGEN IX. Zoo komen we last not least aan een groep Alkmaarsehe burgers, die het in deze tijden byzonder moeilijk hebben, namelijk de hotel- en caféhouders, waarvan de laat ste categorie voornamelijk door de tijdsom standigheden in de verdrukking is gekomen. Er is wel eens gekscherend opgemerkt, dat het moeilijkste voor den caféhouder is, zijn café te houden, maar in werkelijkheid zijn er dan ook heel wat café's en ook hotels waarvan de eigenaren wegens te zware lasten en te weinig inkomsten hun deuren moesten sluiten. Caféhouders hebben langen tijd in Alk maar in een slecht blaadje gestaan, althans in den tijd van het beroemde of als men het van den anderen kant bekijkt beruchte dertiental, dat eenige jaren in onzen ge meenteraad, zooals men dat noemt, de lakens uitgedeeld heeft. Vooral onder de soc. dem. waren er nogal wat geheelonthouders en het gevolg was, dat de caféhouders menigmaal als een soort „kroegbazen" beschreven werden wier grootste genoegen het zou zijn arme huis- v.-ders, in ruil voor allerlei verderfelijke dranken, van hun huishoudgeld af te helpen. Men heeft te veel over het hoofd gezien, dat men hier geenszins met een categorie stadsvijanden maar slechts met een groep grootere en kleinere middenstanders te doen had, met menschen, die trouw hun plichten vervullen, die een zeer groot deel vsn hun inkomen aan allerlei schatkisten afdragen en die maatschappelijk nuttig werk verrich ten. Een stad zonder café's zou een stad zonder bezoekers, zonder vertier en dus een doode stad zyn. De caféhouders hebben het in Alkmaar niet gemakkelijk. Zij zijn allereerst aan allerlei politioneele voorschriften gebonden en beklagen zich ,dat zij daardoor vaak noo- deloos gedupeerd worden. Maar daarnaast en dat is de hoofdzaak worden zij financieel zwaar belast. Wij hebben kort ge leden in een tijdschrift eens gelezen aan welke belastingen en verplichtingen een sim pele caféhouder onderworpen is. De man, die het beschreef, begon boven aan de blad zijde en onderaan was hij nog niet klaar met de opsomming, zoodat de bladzijde moest worden omgeslagen. Het was een afschrik wekkend voorbeeld voor alle menschen, die er nog oyer mochten denken om ooit een café of een hotel te gaan exploiteeren. De heer Geels, die met het vak, uit den aard van zijn werkzaamheden, goed bekend is hfj fabriceert van alles wat er gewoon lijk in een buffet is te vinden heeft als raadslid menigmaal tevergeefs getracht iets voor deze categorie middenstanders, voor namelijk met het oog op de personeele be lasting en op de biljartbelasting gedaan te krijgen. De Raad wilde er vroeger niets van hooren en B. en W. kwamen later met de mededeeling, dat de gemeente financieel onder voogdij van het Rijk stond, zoodat er niets meer zou mogen en kunnen gebeu' ren. Wü publiceeren hieronder het schrijven, dat wij, in verband met onze enquête, van den secretaris van de Afd. Alkmaar van den Ned. Bond van Hotel-, Koffiehuis-, Restau ranthouders en Slijters, den heer J. van Oeffeit, hebben ontvangen. Uw schrijven, zoo zegt de heer Van Oef feit, is door ons op bestuursvergadering be handeld, en ik mag U het volgende ter ken nis brengen, wat o.i. noodzakelijk is. Ter vermijding van het wegtrekken der kapitaalkrachtige bevolking naar Heiloo en verder, is het o.i. noodzakelijk, dat het Boschplan ten spoedigste wordt uitgevoerd. Ten gerieve van den middenstand moeten de tarieven van gas en electriciteit zeer sterk worden verminderd, wat, gezien de winsten, ook zeer goed mogelijk is. Ten gerieve van het autorijdend publiek, vooral de vreemdelingen, moeten de politie autoriteiten meer soepel optreden. Het ge beurt immers maar al te vaak, dat vreemde lingen, die toch al zoo moeilijk in onze stad met hun auto kunnen rijden, zonder waar schuwing op de bon gezet worden, en daar door in den vervolge onze stad vermijden. Handel en nijverheid moeten meer steun krijgen van de overheid, wanneer plannen worden voorgelegd om hier ter stede fa brieken of werkplaatsen te bouwen. Aan het Kanaal immers kunnen, zooals de toe stand nu is, zeer moeilijk gebouwen gezet worden, mede door de tegenwerking van het rijk. (de z.g. jaagstrook, die thans toch vrijwel uit den tijd is.) Ten slotte een opmerking, welke meer bij zonder voor onze bedrijven geldt. Meermalen toch is het voorgekomen, dat een vereeniging aan een zaalhouder ver zoekt langer toestemming tot openblijven te verkrijgen bij een feestgelegenheid. Doordat de politie weigerde zulk een vereeniging langer dan 2 uur permissie te geven, zijn deze vereenigingen naar elders hun partijen gaan vieren. Dientengevolge een strop voor den zaalhouder, doch ook voor alle nering doenden, die wederom leveranciers zijn van zulk een zaalhouder. Ten slotte publiceeren wij hier nog een by ons ingekomen schrijven van den direc teur van den Schouwburg, Hotel, Café en Restaurant 't Gulden Vlies, den heer W. Mooy, die, uit den aard van zijn functje, van alle onderdeden van het „Horecaf"-be- drijf op de hoogte is. De heer Mooy was iets te laat met de in zending. Dr. van Amerongen had reeds in deze enquête de wenschelijkheid van een nieuwe schouwburgzaal bepleit en zooals men hieronder ziet heeft de heer Mooy dus gelegenheid gehad met dezen wensch in zijn beschouwing rekening te houden. Enkele dagen geleden, aldus de heer Mooy, las ik in een of andere courant, dat de forenzen van Amsterdam, dié de steden in 't Gooi zoo dicht bevolken, zich door de uitstekende verbindingen met het Westen van Neerland's grootste stad, zich meer en meer in die richting oriënteereo en zelfs plaatsen als Castricum en Heiloo gaan be wonen. Zou het nu niet op den weg van ons Gemeentebestuur liggen om deze aangele genheid eens in studie te nemen en Alkmaar met zyn bekend prachtige omgeving als forenzen-stad te propageeren? In de tweede plaats heeft het myn aan dacht getrokken, dat er in Alkmaar vooral de laatste paar jaar zoo weinig belangrijke gebeurtenissen plaats vinden. Groote con gressen, dito tentoonstellingen, worden er zoo goed als niet gehouden. Ook ontbreken hier de in vele andere steden met zooveel succes georganiseerde „Feest-weken". Wat zou, nu er voor Ned.-Indie zoo'n groeiende belangstelling bestaat, een grootsch opge zette „Indische-week" met daaraan verbon den Indische tentoonstelling (zooals in een andere plaats, ik meen in het Oosten van het land op touw gezet wordt) geen groot suc ces kunnen boeken. Want, heusch, wil Alk maar als centrum-plaats van Noord-Hol land een stad van beteekenis blijven, dan is het m.i. noodzakelijk, dat zij veel van zich laat hooren. Het zal U, aldus de heer Mooy, voorts be kend zijn, dat ik zij het op bescheiden wijze getracht heb op mijn gebied belang rijke en interessante avonden te organisee- ren. Maar, waaraan zou het toch liggen, dat de inwoners van Alkmaar in 't algemeen voor deze dikwijls hoog artistieke gebeurte nissen zoo weinig belangstelling aan den dag leggen? Voor het optreden van de meest be roemde gezelschappen zooals Trudi Schoop- Ballet, Praagsch Mannenkoor, Manhattan Kwartet, Menaka Ballet, H.O.V., solisten als Paul Schramm, Földesy, Nini Theilade enz. enz., en natuurlijk de eerste tooneelgezel- schappen des lands (de abonnements-voor- stellingen van Covoto buiten beschouwing gelaten) kan men met veel moeite enkele tientallen bezoekers bij elkander trommelen. In tegenstelling met hetgeen Dr. van Amerongen in zijn antwoord schrijft n.1., dat de praktijk leert, dat elke plaats tenslotte haar eigen wetenschappelijk- en artistiek leven verlangt, zou men uit bovenstaande moeten concludeeren, dat Alkmaar hierop een uitzondering maakt en dus blijkbaar niet verlangt, dat aan dergelijke artistieke gebeurtenissen aandacht wordt besteed. In deze commissie zijn benoemd: tot lid en voorzitter:: jhr. mr. dr. L. H. N. Bosch Ridder van Rosenthal, commissaris der Koningin in de provincie Utrecht; tot leden: :de heeren A. D. van Eek, architect te Alkmaar, hoofd van de bouwkundige afdee- ling der Wieringermeerdirectie, P. J. 't Hooft P.Jzn. te 's-Gravenhage, inspecteur van den veeartsenijkundigen dienst, in al- gemeenen dienst, ir. H. van der Kaa te 's- Gravenhage, hoofdinspecteur der Volksge zondheid (volkshuisvesting), ir. A. M. Kuijsten te Arnhem, inspecteur der Volks gezondheid (volkshuisvesting), ir. H. G. A. Leignes Bakhoven te 's-Gravenhage, inspec teur van het veeteelt- en zuivelwezen, A. J. W. Mathijssen te Middelburg, als vertegen woordiger der Kon Ned. Brandweervereeni- ging, A. Pieters, referendaris bij het Depar tement van Binnenlandsche Zaken, H. van Poelgeest, industrieel te Leiderdorp, onder voorzitter van het hoofdbestuur der Neder- landsche Vereeniging tot bescherming van Dieren, dr. A. H. Veenbaas te Leeuwarden, directeur van den gezondheidsdienst voor het vee in Friesland, en prof. ir. M. F. Vis ser te Wageningen, directeur van het insti tuut voor landbouwwerktuigen en -gebou wen en als secretaris der commissie is aangewezen de heer P. J. 't Hooft P.Jzn. voornoemd. INBREKER BETRAPT. Te Enkhuizen is Zondagavond, bij een po ging tot diefstal met inklimming, die de 31-jarige arbeider R. T. op heeterdaad be trapt. De bewoner van het perceel, de heer Bijlsma, wist den dader te grijpen, maar na hevig verzet wist deze zich los te rukken en te ontkomen, 's Avonds laat heeft de politie die al geruimen tijd den man van diefstal len verdacht, den dader, die al bekend heeft, gearresteerd. Gisteren is hij ter be schikking van de justitie te Alkmaar ge steld. GEEN VOORRANG VERLEEND. Motorongeluk te Groningen. Gistermiddag om half vier is de 22-jarige ongehuwde H. V., wonende te Groningen op den hoek van de Stationsstraat en de Ubbo Emmiussingel te Groningen aange reden door een auto, bestuurd door den 40- jarigen commissionnair L. A. uit Buinen. Deze verleende den met groote snelheid van recht naderenden motorrijder geen voorrang, zoodat een hevige botsing het ge volg was. Met inwendige bloedingen werd het slachtoffer opgenomen en naar het diaconessenhuis vervoerd. De politie heeft het motorrijwiel in beslag genomen en tegen den autobestuurder pro' ces-verbaal opgemaakt. den mocht wezen, dat een verergering van zijn ongesteldheid in zoo korten tijd zou leiden tot den dood. Thans Is dit een feit ge worden. Met de grootste waardeering her denken wij datgene, wat hij steeds als voor zitter van den Raad voor ons heeft willen zijn. Met hoeveel vastberadenheid en tact heeft hij onze raadsvergaderingen geleid. Hoe wist hij steeds de besprekingen en han delingen tot het zakelijke te bepalen en hoe wist hy steeds te voorkomen, dat de Raad zich niet in zijn besprekingen op zijpaden kwam te begeven, omdat daarmede zeker het belang der gemeente niet was gediend. Steeds toonde hij een open oog te hebben voor de nooden en zorgen van verschillende groepen van onze bevolking, welke door den nood der tijden zoozeer in zorgen verkeer den. Hoe getuigde daarvan de instelling van ons Crisis-Comité en de oprichting van de commissie van samenwerking voor bijzon dere nooden. Hoeveel zegenrijk werk is on der zijn leiding hierdoor in onze gemeente verricht. Hoe kwam in al zijn handelingen uit zijn groote liefde voor de gemeente, waarin hij was geboren en opgegroeid en aan wier hoofd hij zich gedurende de laatste 16 jaren geplaatst zag. Teleurstelling is ook hem in zijn ambte lyke loopbaan niet gespaard gebleven. Im mers onze eertijds zoo bloeiende gemeente, werd onder den drang der tijdsomstandig heden tot noodlijdende gemeente, waardoor de moeilijkheden in de gemeente-huishouding zich meer en meer vermenigvuldigden. Doen in het bewustzijn, als hoofd der gemeente, een door God aangewezen plaats te bezetten in het publieke leven en gedreven door de liefde tot onze gemeente, prikkelden de moeilijkheden slechts tot meerdere activiteit om de zorgen te boven te komen. Wij willen dan ook bij zijn verscheiden vanaf deze plaats een stille hulde brengen aan zijn werken en streven in het belang onzer gemeente. Hierbij gaan als vanzelf onze gedachten met innige deelneming in dit geleden ver lies uit naar zijn echtgenoote en kinderen Wij weten, dat zijn huis te midden van zijn gezin alles voor hem was en dat ook de liefde der zijnen jegens echtgenoot en vader wederkeerig was, waardoor wij ook eenigs- zins kunnen beseffen hoe zwaar hun dit ver lies zal vallen. Trooste God hen in dit voor hen zoo zware verlies, opdat zij kunnen aanvaarden het geloof, dat Hij zich niet vergist en dat alle dingen moeten medewerken ten goede, dergenen die gelooven. GEMEENTELIJK BUREAU VOOR SOCIALE ZAKEN. Bekendmaking. De directeur van het gemeentelijk bureau voor sociale zaken deelt aan belanghebben den mede, dat gedurende het tijdvak van Woensdag 30 Juni tot en met Dinsdag 6 Juli 1937 de volgende kleuren bons geldig zijn: Margarinebonnen rose kleur. Gehaktbonnen geel met roode streep. Bak- en braadvetbonnen oranje kleur. De directeur voornoemd, E. v. d. HEUVEL. Alkmaar, 39 Juni 1937. tijd als een voorzitter die boven de partijen stond. Een enkel woord van dank wil ik nog uit spreken voor hetgeen onze burgemeester geweest is voor het openbaar onderwijs. Of schoon hij een vurig voorstander was voor het bijzonder onderwijs heeft hij toch altijd hier het openbaar onderwijs zooveel als dat in zyn vermogen was als burgemeester, ge steund en gedaan zooveel hy kon. Het was den burgemeester een eer de school zoo goed mogelijk te maken. Hij kon er voor gevoe len, dat een gedeelte zijner gemeentenaren veel van hun school hielden. De voorstan ders der openbare school hadden dan ook het volste vertrouwen in hun burgemees ter. Hij was in dezen dan ook met recht ons aller burgemeester. Onze burgervader hier voor nog onze innige dank. BRAND BIJ DE HOLLANDSCHE SODAFABRIEK. Twee bijgebouwtjes uitgebrand. In een der bijgebouwtjes an de Holland- sche Sodafabriek, is gistermiddag omstreeks drie uur een hoeveelheid olie, welke in de nabijheid van de stookplaats was wegge vloeid, in brand geraakt. Het vuur greep snel om zich heen en weldra stond ook eén tweede bijgebouwtje in lichter laaie. Eenige groote olietanks, welke zich in het brandend gebouw bevonden, en gevaar liepen tot ont ploffing te geraken, konden door het krachtdadig ingrijpen van de brandweren uit Zwijndrecht en Dordrecht bijtijds in vei ligheid worden gebracht. Beide gebouwtjes zijn geheel vernield. De schade wordt door verzekering gedekt. Dit is, zoo besluit de heer Mooy, m.i. on getwijfeld de reden, dat Alkmaar nog| steeds zijn aan alle eischen beantwoordende grooten schouwburg of gehoorzaal niet heeft. Want zou er voor de in den loop der jaren gehouden tooneelvoorstellingen, concerten enz. steeds plaatsruimte te weinig zijn ge weest, dan ben ik er van overtuigd, dat de door sommigen zoo gewenschte groote zaal er al lang was geweest. Hieruit volgt wear, dat de inwoners van Alkmaar het stichten van een dergelijke inrichting geheel in eigen hand hebben. Laten zy de (natuurlijk op be hoorlijk peil staande) tooneelvoorstellingen, concerten en wat dies meer zij in zulk een grooten getale bezoeken, dat de bestaande zalen te klein zijn en dan zal er heusch wel iemand opstaan, die het risico van een groo tere schouwburg zal durven te aanvaarden. In ons nummer van Donderdag e.s. zullen wij het slot-artikel van deze serie laten volgen. VISCHBAKKERIJ IN DEN HAAG UITGEBRAND. Petroleumvergasser geëxploideerd. Een zware binnenbrand, die dank zij het krachtdadig optreden van de brandweer kon worden beperkt tot het vertrek waarin hij ontstond, woedde heden in den voor avond in het perceel Paul Krugerlaan 119 te Den Haag, waar een vischwinkel annex vischbakkerij is gevestigd. Om kwart over zes was de bewoner, de heer P. van Rossen, in de bakkerij gegaan om visch te bakken. Voor dat doel gebruikte hij als gewoonlijk een petroleumvergasser, die hij met spiritus wilde voorwarmen. Door tot nu toe onopgehelderde oorzaak exploideerde de vergasser plotseling met een luiden knal. De heer van Rossen, die Wonder boven wonder niet werd gewond, stond in een minimum van tijd in vlammen, welke in een oogwenk de geheele bakkerij in een vuurzee zetten. De brandweer van het bureau van der Vennestraat die zeer spoe dig ter plaatse verscheen, wist den brand tot de bakkery te beperken. Dit vertrek brandde echter geheel uit. De schade wordt door verzekering gedekt. De politie heeft den vergasser voor een onderzoek in beslag genomen. VERBFTERING VAN VEESTALLEN. Voorschriften van overheidswege? By beschikking van den minister van Binnenlandsche Zaken, van Landbouw en Visschery, en van Sociale Zaken, is een commissie ingesteld aan welke is opgedra gen: 1. Te onderzoeken, of het wenschelijk en mogelijk is, dat van overheidswege voor nieuw- of verbouw van gebouwen, bestemd voor het onderbrengen van vee, voorschrif ten worden gegeven, welke beoogen: a. beperking van het brandgevaar, b. beperking van gevaar van verbranding der daarin gehuisveste dieren, c. waarborgen te geven voor een hygiëni sche huisvesting der dieren. d. bevordering van een hygiënische melk- winning, een en ander met inachtneming van het economisch mogelijke. 2. Te onderzoeken, in hoever het wensche lijk en mogelijk is, dat ook reeds bestaande gebouwen die voor de eerste maal voor on derbrenging van vee in gebruik worden genomen aan een keuring te onderwerpen en eventueel ongeschikt te verklaren, of de Ingebruikneming afhankelijk te stellen van aan te brengen verbeteringen. De noodige voorstellen te doen en voor schriften te ontwerpen, indien en voor zoo ver de wenschelijkheid en mogelijkheid bij het onder 1 en 2 bedoelde onderzoek is ge bleken. Burgemeester Slot in herdacht. den Raad Maandagavond kwam de raad in spoed- eischende vergadering bijeen ter herdenking van haren voorzitter, burgemeester Slot. Na opening met gebed sprak de heer Ooyevaar, loco-burgemeester, de navolgende woorden: Rede loco-burgemeester. Mijne Heeren! In de eerste plaats wil ik u officieel mede-1 deelen, dat Zaterdag des avonds kwart voor tien burgemeester P. Slot zacht en kalm is o /erleden. Het is aan zijne nagedachtenis, dat ik en kele woorden wil wijden, waarbij ik u ver zoek deze staande aan te hooren. Weinig vermoedden wij, toen wü onze laatste raadsvergadering hielden en daarbij den wensch uitspraken, dat de burgemeester een volgende maal weer hersteld in ons mid-1 Wethouder Koedijk sprak hierna het na volgende: Het zij my vergund in deze droef ernstige ure een enkel woord te zeggen. Het vervult ons met groote droefheid, dat we nu zijn samengekomen in de wetenschapp, dat de voorzitterszetel nu in rouw gehuld door hem niet meer zal ingenomen worden, omdat God de Heere hem van zijn aardsche taak heeft wegeroepen om naar wij vast geloven, ver lust van alle zwakheid en zonde zijn Heiland eeuwig te dienen, dat is voor ons die met hem dezelfde hope deelachtig zijn een on uitsprekelijke troost in deze ernstige ure. Het is nog slechts eenige dagen geleden, dat wij wel eenigszins blij verrast waren hem in ons midden te zien en wij ons rondom hem mochten scharen en genieten, een oogenblik van zijn wijze zakelijke leiding, zoodat de wenschen en bede by ons leefde, dat noch eenmaal de tyd mocht komen, dat hij weer in staat zou zyn, zijn taak weer onder ons uit te voeren. Het heeft niet zoo mogen zijn. De Heere God heeft in zijn aanbiddelijke raad het anders gewild. Wij hebben te zwij gen en te volgen en al is het, dat wij ons thans wees en verlaten gevóélen bij het ontvallen van zoo krachtige en bekwame voorzitter en burgemeester zoo zij onze hulpe van Hem die ons leven in zijn hand heeft. Er is in deze mare ook reden tot dank baarheid, want wij en heel ons dorp hebben zooveel in hem mogen ontvangen. De jaren welke hij aan het Hoofd van de gemeente was, waren soms zoo moeilijk en juist om dat onze gemeente zoo nauw betrokken is bij den tuinbouw en de veiling, was het zoo de rechte man op de rechte plaats Daar zijn wij dankbaar voor. De droefheid heeft ons hart vervuld bij het zien van de ledige plaats. Onze wensche en bede is, dat God den Heere Mevrouw de Weduwe en haar kinde ren wil sterken in dit groote verlies en dat Hij in gunst gedenke aan ons en onze ge meente. De heer Bonnet sprak hierna ongeveer de navolgende woorden: Als voorzitter der vergaderingen ken merkte de burgemeester zich vooral door zijn kalmte en leiding. De critiek is hem daarin en daarbuiten niet gespaard geble ven. Zijn leiding was voor velen echter een openbaring en zij zullen voelen het gemis dat zijn persoonlijkheid innam. Er is in hem iemand verloren van groot formaat. Bij de dalende conjunctuur is hfj voor de ingezetene geweest een echte burgemeester en heeft hij in- en buiten de gemeente steeds hun belangen voorgestaan. Zijn nagedachte nis zal bij ons dan ook steeds in groote eere blijven, al was hij iemand van andere op vattingen, steeds ging hij recht op zijn doel of, zooals hij zich dat voor oogen had ge steld. De heef van der Molen sprak vervolgens: Mijne Heeren, Ik kan mij volkomen vereenigen met de woorden van waardeering en hoogachting door u uitgesproken naar aanleiding van het overlijden van onzen burgemeester. Ik ben overtuigd, dat onze gemeente een zeer groot verlies lijdt door het overlijden van haar Burgemeester, maar ook de raad treft een groot verlies door het overlijden van zijn voorzitter. Ofschoon de Burgemees ter en ik belangrijk verschilden wat onze gedachten en beginselen betreft, altijd kon den wy bij hem rekenen op een eerlijke en zakelijke behandeling onzer voorstellen. De voorzitter kon zich zeer goed in de gedach- tensfeer van andersdenkenden inleven, hy had waardeering voor andersmans beginse len. Hij toonde zich dan ook in den raad al- Door den gemeentesecretaris werd de volgende rede gehouden: Het zy ook my vergund, mede namens de andere ambtenaren der gemeente, enkele woorden te spreken ter nagedachtenis aan burgemeester Slot. Met ontroering hebben wij allen dit ver scheiden vernomen. Maar in de wetenschap, dat God geen rekenschap geeft van zijn daden zwijgen wij stil en gedenken dankbaar alles, wat burge meester Slot in het belang der gemeente en ook in dat der ambtenaren heeft verricht. Hij was een man van rechte lijnen, hij ging altyd recht door zee; zoodoende wisten wij - allen steeds, wat wij aan hem hadden. Hij stelde er prijs op, dat alles correct en met opgewektheid in den dienst der ge meente, die hem zoo lief was, werd verricht. En daarbij kon men steeds op zijn steun en voorlichting rekenen. Zijn werken en streven zal ons steeds een lichtend voorbeeld blijven. Het spreekt haast vanzelf, dat myn hart er mij toe dringt, hieraan nog een persoon lijk woord toe te voegen. Ruim 13 jaren had ik als secretaris der gemeente het voorrecht, hem ter zijde te mogen staan in het behartigen van de veel zijdige belangen der gemeente. Daaronder zijn jaren geweest van voor spoed en zegen, doch gij weet het allen, daaronder zijn ook vele jaren van zorgen en tegenheden. Vele waren de moeilijkheden, die moesten overwonnen worden. En ik acht het een eer en een plicht, heden uit te spreken, dat burgemeester Slot en ik zoodanig op elkaar wat en afgestemd, dat wij haast altijd by intuïtie gelijkelijk aanvoel den, naar welke richting moesten worden heengestuurd in het welzijn en in het ware belang der gemeente en van de gemeente naren. Wat men ook van burgemeester Slot ge zegd moge hebben, immers een ieder mensch heeft gebreken, dit staat muurvast, dat hij was een rechtschapen, een eerlijk man, die zich niet met omwegen ophield. Ik kan niet anders getuigen, dan dat er zelden een mensch geleefd heeft, die zoo zichzelf heeft weggecijferd als hij, om al zijn gaven en krachten te verteren in den dienst van het algemeen belang. De geschiedenis zal lee- ren, dat deze woorden waar zijn. Hij zocht bij dit alles niet de kracht in zichzelf, doch hij wist .het en hij beleefde het, dat God het is Die krachten geeft aan hem, die zich geheel overgeeft aan Zijn lei ding. Burgemeester Slot paarde aan het werken het bidden. Dat was zijn kracht. Sterke en trooste God zijn bedroefde echt genoote en familie in deze moeilijke tijden met de wetenschap, dat ook dit sterven ge win was en geve Hij ons de nagedachtenis van burgemeester Slot zoo te eeren, dat wij gelijk als hij, onze gemeente liefhebben en steeds in alles het beste voor haar zoeken. De heer Ooyevaar zegde den sprekers dank voor de waardeerende woorden gesproken over het werk van den burgemeester. Be sloten werd aan de familie een schrijven van rouwbeklag te zenden waarna sluiting volgde. De raad vergaderde gisteravond 8.30 uur in spoedvergadering. De voorzitter, mr. H. D. A. van Reenen, zette uiteen, dat financieele redenen hem tot het beleggen van deze spoedvergadering hadden genoopt. Noodig was het n.1. om vóór 1 Juli in beroep te gaan bij den minister van Financiën tegen het besluit van Ged. Staten, om het quotiënt voor 1934 vast te stellen op 13.2423. Conform besloten, Z, h. s, werd eveneens besloten de rente van de leening van den heer C. Bogtman Jbz., nog groot 4500.—, met ingang van 1 Januari 1938 van 4tot 4 te verlagen. Het voorstel tot het aangaan van een geld- leenlng groot 31.395.tegen een rente van 3®/» ter conversie eener bestaande A% geldlecning, lokte eveneens geen bespreking uit, zoodat de vergadering 5 minuten na opening weer kon worden gesloten. 6 Juni wordt er weer vergaderd en dan ge ven de voorstanders van de kermis een rondje poffertjes. Beter dan kinine slikken Is hel dood te tikken.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1937 | | pagina 5