N GEHEIMEN
DIENST
Regeering en werkloozenzorg.
I
Binnenland
Ruim drie millioen in 1937 beschikbaar voor
jeugdige werkloozen.
oooo JladioptoQCMIHia ©«"«Msocmj
Uitbreiding van personeel.
SeuiUeton
Vrijdag 9 Juli.
HILVERSUM, 1875 M. (8—12.—
4 ,7.30 en 9.12.VARA, de
AVRO van 12.4.en de VPRO
van 7.30—9.— uur). 8.Gr.pl.
10.VPRO-morgenwyding. 10.20
Deel. 10.40 Gr.pl. 11.10 Verv. deel.
11.30 Gr.pl. 12.— Kovacs Lajos'
orkest. In de pauze zang, orgel en
causerie: Over trekken en jeugd
herbergen. 2.15 Boekbespr. 2.45
Viool en piano. 3.15 Avro-dans-
orkest. 4.— Orgelspel. 4.30 Gr.pl.
5 .Kinderuurtje. 5.30 Fantasia en
gr.pl. 6.30 Politiek radiojournaal.
6.50 Gr.pl. 7.De beteekenis van
arbeiders-verzekeringsbanken voor
de arbeidersklasse, causerie. 7.20
Gr.pl. 7.30 Ber. 7.35 Lezen in den
Bijbel. 8.Trio Ligtelyn. 8.30 Het
Vondeljaar, causerie. 9.Gr.pi.
9.30 VARA-Grootorkest en soliste.
10.30 ANP-ber. 10.40 VPRO-avond-
wijding. 11.Jazzmuziek (gr.pl.)
11.30—12.— Gr.pl.
HILVERSUM, 301 M. (Alg. progr.
KRO). 8.—9.15 en 10.— Gr.pl. 11.30
Bijbelsche causerie. 12.Ber. 12.15
De KRO-melodisten en zang. (1.
Gr.pl. en postduivennieuws). 2.
Gr.pl. 2.15 KRO-orkest. 3.— Gr.pl.
3.15 KRO-kamerorkest en gr.pl. 5.
Gr.pl. 5.15 De KRO-melodisten en
zang. (6.Land- en tuinbouw-
halfuur). 7.Ber. 7.15 De KRO-
Luchtlijn, causerie. 7.35 Musica ca-
tholica. 8.ANP-ber., mededee-
lingen. 8.15 Gr.pl. 9.15 Radiotooneel.
9.45 Gr.pl. 10.L. Mathé en haar
Zigeuner-knapenorkest. 10.30 ANP-
ber. 10.40 De KRO-boys. 11.30
12.— Gr.pl.
DROITWICH, 1500 M. 11.05 Voor
de vrouw. 11.20 Gr.pl. 12.10 Rep.
Koninklijk bezoek aan Schotland.
12.50 BBC-dansorkest. 1.35 Gr.pl.
1.50 Sportrep. 2.05 Fr. Biffo's
Blaaskwintet. 2.35 Gr.pl. 3.Piano-
voordr. 3.30 Radiotooneel. 4.Gr.
pl. 4.20 Revue-progr. 5.05 Sportrep.
5.20 J. Reynders en zijn orkest.
6.20 Ber. 6.45 BBC-Midlandorkest.
7.35 Voor tuinliefhebbers. 7.50 Uit
Amerika: Fr. Black en zijn orkest.
8.20 Louis Levy's Film-orkest. 8.50
Radiotooneel. 9.20 Ber. 9.40
People on the move, causerie. 10.
Het Shadwick strijkkwartet en
zang. 11.20 Eddie Carroll en zijn
Band. 11.50i2.20 Dansmuziek
gramof oonplaten
RADIO PARIS, 1648 M. 7.10, 8.20
en 10.35 Gr.pl. 12.50 Het Jacbara-
orkest. (1.35 Zang). 2.50 Radio
tooneel. 4.20 Pianovoordracht. 5.20
Pasquier-Trio en piano. 7.20 Viool-
voordracht. 7.35 Zang. 7.50 Piano.
voordracht. 8.05 en 8.50 Zang. 9,20
Concert door leerlingen van het
Conservatorium. 11.201.05 Or
kestconcert en cembalo.
KEULEN, 456 M. 6.50 Militair con
cert. 7.30 Gr.pl. 8.50 Schrammel-
ensemble, Saxofoonkwartet. 9.50
Gr.pL 12.20 Fabrieksorkest. 1.35
Westduitsch Kamerorkest. 2.35
Gev. concert. 4.20 Bergische Lan-
desorkest. 5.40 Solistenconcert. 6.35
Pianovoordr, 7.10 Rob. Gaden's
orkest. 9.20 Cabaret. 10.5012.2Q
E. Schneidewind's orkest, J. Kre-
pela's sextet en solisten.
BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.:
12.20 Gr.pl. 12.50 Kleinorkest. 1,39
2.20 Zang en piano. 5.20 Klein
orkest. 7.20 Gr.pl. en deel. 8.20
Omroepsymph.-orkest en solisten.
10.3011.20 Trioconcert. 484 M.:
12.20 Gr.pl. 1.05 Salonorkest. 1.30
Kleinorkest. 1.502.20 Gr.pl. 5.20
Omroeporkest. 6.35 Gr.pl. 6.50
Pianovoordracht. 7.35 Zang. 8.20
Gr.pl. 9.40 Koorconcert. 10.30—
11.20 Gr.pl.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M.
8.30 Het Münchener Omroeporkest
en solisten. 9.20 Juli, maandover
zicht. 10.20 Ber. 10.40 Nieuws uit
Amerika. 10.5012.20 E. Scheide-
wind en zijn orkest, Kamersextet
en solisten. (11.05 Weerbericht).
GEMEENTELIJKE RADIO-
DISTRIBUTIE.
Lijn 1: Hilversum.
Lijn 2: Hilversum.
Lijn 3: Keulen 8.10.35, Parys
R. 10.35—12.25, Keulen 12.25—13.20
Brussel VI. 13.20—13,35, Keulen
13.35—15.20, D.sender 15.20—16.—,
Droitwich 16.16.20, Keulen 16.20
—17.20, Brussel Fr. 17.20—18.20,
Lond. Reg. 18.20—19.10, Keulen
16.10—20.05, Parijs R. 20.05—20.20,
Droitwich 20.2021.40, Brussel Fr.
21.40—22.20, Brussel (VI.) 22.20—
22.30, Brussel Fr. 22.30—22.40, Wee-
nen 22.40-24.—.
Lijn 4: Brussel VI. 8.9.20, Lille
0.209.50, Diversen 9.5010.35,
Lond. Reg. 10.3511.35, Droitwich
11.35—13.50, Lond. Reg. 13.50—
16.20, Droitwich 16.30—18.20, Pa
rijs R. 18.20Ï8.45,-Droitwich 18.45
20.20, Hamburg 20.2021.40,
Droitwich 21.4024.
Lijn 5: Divêrsen.
Ingediend is een aanvullingsbegroo-
ting van sociale zaken voor 1937.
Bij de indiening van de begrooting
kon niet worden voorzien, dat bij de
efdeeling werkverschaffing en steun-
verleening nog controleurs voor de
steunverleening moesten worden in
dienst genomen.
In verband hiermede wordt voor arti
kel 2 een verhooging aangevraagd van
50.000.
De dienst der arbeidsinspectie heeft sinds
eenigen tijd te kampen met moeilijkheden,
doordat de sterkte van zijn personeel niet
meer in de juiste verhouding staat tot de
werkzaamheden, welke tegenwoordig tot
zijn bemoeiingen behooren. Zoo valt b.v. te
wijzen op de invoering op 1 October 1936
van de huisarbeidswet. Voorts is het ge-
wenscht, dat de arbeidsinspectie haar toe
zicht op de naleving van de arbeidswet in
de bakkerijen verscherpt. Een en ander
maakt het noodig, dat zoo spoedig mogelijk
tot eenige uitbreiding van het personeel van
dien dienst wordt overgegaan.
De toeneming van het aantal onregel
matigheden bij de uitvoering van de
vleeschkeuringswet maakt een verscherpt
toezicht op de naleving dier wet, in het bij
zonder met betrekking tot de naleving van
de wettelijke voorschriften op de keuring,
noodzakelijk. Met het thans beschikbare
personeel een nog scherpere controle uit te
oefenen is niet mogelijk.
Het is noodzakelijk gebleken het perso
neel, werkzaam ten dienste van de arbeids
bemiddeling voor dienstboden, uit te brei
den. Voor de aanstelling van vijf arbeids-
bemiddelaarsters voor dienstboden, alsmede
voor verhooging van de salarissen van de
reeds in dienst zijnde personen, wordt een
bedrag van f 5863 aangevraagd.
Door de opleving in verschillende in
dustrieën neemt het werken van arbeiders
buiten de woonplaats aanzienlijk toe, het
geen o.a. blijkt uit het veel grooter aantal
aanvragen om bijdragen in verplaatsings
kosten over de laatste maanden. Te ver
wachten valt, dat bij voortgaande opleving
deze aanvragen nog zullen toenemen, waar
door het bedrag van 20.000 stellig te klein
zal zijn, waarom voorgesteld wordt artikel
115 met 10.000 te verhoogen.
Nog meer dan voorzien kon worden bij
het ontwerpen van de rijksbegrooting voor
1937 is emigratie voor Nederlanders moge
lijk gebleken. Er doen zich teekenen voor,
dat verdere uitbreiding van die mogelijk
heid niet uitgesloten is. Ten einde op doel
treffende wijze, waar noodig, de helpende
hand te kunnen bieden, is het derhalve
raadzaam te kunnen beschikken over een
grooter bedrag, dan aanvankelijk werd ge
raamd. Met name bestaat de waarschijn
lijkheid te kunnen bevorderen, dat vrouwen
en kinderen van emigranten, die reeds een
broodwinning in overzeesche landen hebben
gevonden, zich bij hun mannen en vaders
kunnen voegen.
Nu op het breede terrein van de werk
loozenzorg reeds vele jaren achtereen zeer
veel is tot stand gebracht en nog dagelijks,
mede door maatregelen op het gebied van
werkverschaffing en werkverruiming, wer
ken wordt aangevat, welke voor het ge-
heele Nederlandsche volk van beteekenis
zijn, achtte de regeering het wenschelijk,
hiervan op voorlichtende wijze te laten
blijken. Deze voorlichting kan er toe bij
dragen, dat meer algemeen inzicht wordt
verkregen, hoe de werkloozenzorg dienst
baar is en wordt gemaakt aan verruiming
van de werkgelegenheid, terwijl tevens de
belangstelling voor deze publieke zaak
wordt vergroot.
Blijkens de thans beschikbare gegevens
PËX0I11SCHE AVONTURENROMAN.
Door G. P. BAKKER
58)
Ze namen voor een paar dagen proviand
en wat kleeren mee, wilden de herbergen
en de steden zooveel mogelijk vermijden.
De ruiters reden over Göthen en Bitter-
feld, lieten Halle rechts liggen, zonder
noemenswaardig avontuur. Een escadron
huzaren liet hen passeeren en de luitenant
vroeg zelfs niet naar papieren. Hij groette
don Felipe diep buigend en met den sabel
salueerend. Toen ze de Saksische grens
overschreden hadden, bemerkten je maar
al te spoedig dat Tilly's benden het ge-
heele land afliepen en plunderden.
„Kapitein Sturm had werkelijk geen on
gelijk", zei Edzke tegen Van Finkeborg. tri
een maand zal er van heel Saksen niets
meer over zijn".
Ze zagen de hoeven branden, de beesten
wegvoeren. Ze reden boeren met karren
achterop, die met een beetje overgebleven
have trachtte te vluchten om ten minste
het leven te redden. Op akkers bouwland
waren soldeniers bezig de rijpe tarwe te
zichten, want het koren werd reeds
zal het nadeelig saldo der bedryfsrekening
van het invaliditeits- en ouderdomsfonds
over het kalenderjaar 1936 belangrijk lager
zijn dan het aanvankelijk hiervoor ge
raamde bedrag ad 9.600.000, zoodat het
voor dit artikel uitgetrokken bedrag niet
ten volle noodig zal zijn. In verband hier
mede wordt het betreffende artikel thans
verminderd met 1.200.000.
In Parijs zal dit jaar een internationale
tentoonstelling, betrekking hebbende op de
woning ten plattelande (Expositlon Interna
tionale de la Maison Rurale), worden ge
houden. Deze tentoonstelling zal echter niet
slechts den woningbouw, doch ook de
hygiene ten plattelande (zooals drinkwater
voorziening, ziekenverzorging, vuilverwij-
dering, enz.) omvatten.
De minister acht het van belang, dat Ne
derland aan de uitnoodiging om aan deze
tentoonstelling deel te nemen, gevolg geeft.
Aangezien de Fransche regeering niet
slechts het gebouw op de terreinen van de
wereldtentoonstelling beschikbaar stelt,
doch tevens ook de inrichting, de verlich
ting, de watervoorziening, enz. bekostigt,
zal, blijkens voorloopige besprekingen met
deskundigen, met een Nederlandsche inzen
ding een bedrag van ten hoogste 10.000
gemoeid zijn.
Dit bedrag wordt derhalve door den mi
nister aangevraagd.
Jeugdwerklooslieidszorg-.
Het is in den aanvang van een begroo-
tingsjaar uiterst moeilijk, zoo niet ondoen
lijk, met eenige zekerheid te zeggen, hoe de
zorg voor de werklooze jeugd zich in een
volgend jaar zal ontwikkelen en hoeveel
geld noodig zal zijn om de vereischte maat
regelen te kunnen nemen. De regeering ziet
zich hier n.1. gesteld voor een geheel nieuw
probleem, dat hoe langer hoe meer haar
aandacht vraagt, waar zich telkens nieuwe
vraagstukken voordoen, die het noodig ma
ken telkenmale voorzieningen te treffen of
bepaalde regelingen te wijzigen. Gewezen
moge worden o.a. op de noodzakelijkheid
van het bijbrengen van scholing, welke uit
breiding van het aantal centrale werk
plaatsen noodig maakt. De op de begrooting
van het departement van sociale zaken uit
getrokken gelden voor de cultureele zorg
voor werkloozen blijken reeds eenige jaren
achtereen niet voldoende om dit in omvang
toenemende werk financieel naar behooren
te kunnen behartigen. Daarom is, teneinde
een goede behartiging mogelijk te maken,
eenige malen de aanvullende medewerking
verkregen van het werkfonds, dat blijkens
zijn aanvankelijken opzet ook voor dit doel
gelden kbn beschikbaar stellen.
Zoo is voor het jaar 1935 door het
werkfonds 500.000 voor dit werk toe
gestaan, voor 1936 900.000 en voor
1937 1.000.000. Hierdoor heeft het
departement van sociale zaken voor het
loopende jaar, met inbegrip van wat op
de eigen begrooting staat, de beschik
king over 2.000.000.
Thans blijkt, dat het hierbedoelde werk
nog zóó in omvang toeneemt, dat ook deze
2 millioen, al wordt alles met de grootst
mogelijke soberheid beheerd, niet voldoen
de zal zijn om aan de redelijke eischen,
welke dit werk stelt, te voldoen.
Om nu in 1937 de belangen van de jeug
dige werkloozen naar behooren te kunnen
behartigen, waarbij tevens gedacht is aan de
herscholing van oudere arbeiders, zal naar
schatting in totaal noodig zijn 3.200.000.
Er moge op worden gewezen, dat boven dit
bedrag nog komt hetgeen de gemeentebe
sturen voor de zorg voor de jeugdige werk
loozen uittrekken, benevens hetgeen de on
derscheidene organisaties bij het Neder
landsche volk verzamelen ten behoeve van
het kampwerk.
Ten einde de totale kosten voor het rijk
van de cultureele zorg op de begrooting van
schaarsch en zou weldra met goud worden
betaald. Het leger eischte alles op en de
hongersnood begon te dreigen. De ruiters
bemoeiden zich nergens mee. Ze reden rus
tig verder. Ze kwamen door een kleine
plaats, waar een bende soldaten onder aan
voering van een kapitein den burgemees
ter en de schepenen martelde. Ze begre
pen spoedig, dat dit een expeditie was om
geld voor het leger bij elkaar te krijgen.
De burgemeester had een touw om zijn
voorhoofd, dat dichter gedraaid werd, lang
zaam, heel langzaam.
„Ja, Excellentie", zei de kapitein tegen
don Felipe, nadat hij het vrijgeleide inge
keken had. „Dat is de eenige manier om
van die stijfkoppen geld los te krijgen en
we hebben het dringend noodig. De boeren
zijn hier rijk genoeg, maar ze willen het
geld niet geven. De veldmaarschalk heeft
den kanselier van den keurvorst met het
rad van een haakbus de polsen laten dicht
knijpen, om de waarheid uit hem te per
sen.
„Nog een beetje steviger", beval hij zijn
soldeniers. „Zoo, nu even de gelegenheid
geven om te zeggen waar hij zijn goud en
de schatten van de gemeente heeft ver
borgen.
„Ben je nu mak? Nog niet. Nu, dan nog
een beetje stijver. Ha, ha, hij steekt de
hand op. In orde, neem hem nu maar mee,
maar het koord om zijn hoofd laten, an
ders wordt hij misschien weer rebelsch".
„Als hij dadelijk de bergplaats gewezen
had", zei de kapitein tegen don Felipe,
„dan had hij zich veel pijn bespaard. Harde
maatregelen zijn onvermijdelijk. Goeden
Spanheim. Le soldat suédois,
het departement van sociale zaken tot uit
drukking te brengen, wordt daarom voor
gesteld het aanvankelijk hiervoor uitgetrok
ken bedrag ad 1.000.000 te verhoogen met
2.200.000, waartegenover dan de reeds ge
noemde bijdrage van het werkfonds ad
1.000.000 ten bate van de middelen zal
worden geboekt.
De in totaal aangevraagde verhooging ad
1.004.050 wordt geheel gecompenseerd door
daartegenover staande ontvangsten ten bate
van de middelen.
HULDE AAN PROF. MR. C. P. M. ROMME.
Bij zijn heengaan uit den gemeente
raad van Amsterdam.
In de" gistermiddag te Amsterdam ge
houden vergadering van den gemeenteraad
heeft de voorzitter, dr. W. de Vlugt, het
heengaan van prof. mr. C. P. M. Romme
wegens zijn benoeming tot minister van
Sociale zaken met een rede herdacht.
Na het desbetreffende schrijven der ont
slagneming van den heer Romme te hebben
voorgelezen, deed de burgemeester uit
komen, dat voor de plaats, welke de heer
Romme bijna zestien jaren in den raad be
kleedde, deze ontslagneming een verlies
beteekent, zoowel voor de vergaderingen
van den raad als v'oor de stad.
Met hem toch trekt zich uit dezen kring
een gezaghebbend lid terug, een raadslid
van ongemeene bekwaamheid, een raadslid,
dat zijn stad lief had, immer blijk gaf van
zijn groote belangstelling in haar bestuurs
aangelegenheden, een raadslid, dat aan
groeiende ervaring groote kennis en helder
inzicht paarde en dientengevolge in Uw
midden een belangrijke plaats innam.
Hiertegenover staat echter, dat zijn be
noeming tot lid der regeering een eervolle
en gewichtige is en dat de heer Romme met
de hem geschonken gaven en talenten
's lands zaken in het algemeen belang voor
zooverre het aan zijn zorgen toevertrouwde
departement in het bijzonder aangaat, met
grooten ijver en bekwaamheid zal kunnen
behartigen.
De belangen van de hoofdstad vormen
met die van ons vaderland in het algemeen
gelukkig geen tegenstelling. Ligt hierin voor
ons reeds een oorzaak van rustige zeker
heid, het feit, dat de heer Romme zoo bij
uitstek op de hoogte is van onze nooden en
zorgen, van den last, dien de groote gemeen
ten en in het bijzonder de hoofdstad te
dragen hebben en die ook al sluiten wij
het oog niet voor de gelukkig aangevangen
verbetering in ons economisch leven vol
strekt te zwaar zijn om te dragen, versterkt
in onzen kring de verwachting, dat zijn op
treden in de regeering des lands ook bevor
derlijk zal zijn voor de belangen onzer
stad.
De bevordering dier belangen bij: den
nieuwen minister van Sociale Zaken aan te
bevelen, komt mij volstrekt overbodig voor.
Geheel de persoon van dén heer Jtomme is
ons een waarborg, dat deze-belangen bij hem
veilig zijn en daarom is er plaats voor een
hartelijken gelukwenseh,..
De burgemeester gaf tenslotte uiting aan
den wensch, dat het den heer Romme ook
als raadsman der kroon wel moge gaan en
het hem onder Gods zegen gegeven moge
zijn, veel in het belang van ons land en ons
volk te doen. Dat onze groote belangstel
ling en welwillende beoordeeling hem daar
bij vergezellen, hiervan kan de nieuwe be.-
windsman verzekerd zijn.
De raad gaf door applaus uiting aan zijn
waardeering over deze rede.
Als opvolger van prof. Romme is tot lid
van den raad toegelaten de heer J. M. van
Hardenveld, architect.
KANKERBESTRIJDING.
Dr. D. J. Hulshoff Pol, Insp. v. d. Volksge
zondheid b.d., scxirijft ons:
Wij zullen er onze regeering erkentelijk
voor moeten zijn, dat zij een gedeelte der
opbrengst van den verkoop der zomerpost-
zegels, ter beschikking stelt van de kanker
bestrijding. Wel is waar is dit toegewezene
slechts een zeer klein gedeelte van het totaal
der opbrengst en niet meer dan ook wordt
toegedacht aan het „Geleidehondenfonds
voor blinden", maar het feit op zich zelf, dat
de regeering zich aan de kankerbestrijding
meer dan te voren gelegen laat liggen, is
verheugend. Verheugend is dit, omdat uit
de statistieken, zooals deze in de litteratuur
vermeld staan, valt af te' leiden dat niet al-
dag, heeren", en hij verwijderde zich met
zijn slachtoffer.
De cavalcade reed verder. „Ik had dien
beul wel willen vermoorden", zei don Fe
lipe. „Maar we moeten onder alle om
standigheden ons weten te beheerschen.
We mogen in geen geval onze opdracht in
gevaar brengen".
„Ik had op mijn lippen moeten bijten om
dien vent niet voor zijn kop te schieten",
zei Edzke. „Als mij zoo iets werd opge
dragen, droste ik".
Dien eersten avond aten en sliepen ze in
een bosch aan den weg, diep verscholen
in het kreupelhout. Ze hadden wachten
uitgezet, doch werden niet gestoord.
Toen de morgen begon te dagen, zaten
ze weer in den zadel. A}s den geheelen
zomer van het jaar 1631 was het droog
mooi weer en warm voor September. De
zon verscheen langzaam in een zee van de
prachtigste kleuren, maar ze hadden er
geen oog voor. Die mannen, die anders al
heel wat beleefd hadden, waren bitter ge
stemd.
„Dat is geen oorlogvoeren", zei de man
van Werben. „Dat is slachten, neen, dat ook
niet. Ik kan er geen woord voor vinden".
„Ik geloof niet, dat er een woord voor
bestaat", meende Praxiteles. „Eén ding is
zeker", oordeelde Van Finkeborg, „daar
moet zoo spoedig mogelijk een einde aan
gemaakt worden. Goed dat de koning van
Zweden tusschenbeide zal komen".
„Nu geloof ik, dat een koning, die oor
log voert, een apostel van den vrede kan
zyn", antwoordde Edzke.
Ze passeerden een hoeve, die in vlam
men opging en zagen een bende soldaten
met beestachtige gezichten staan by het
1
leen het aantal kankergevallen, belangrijk
toeneemt, maar dat deze ziekte, doordat zij"
neiging vertoont zich uit te breiden onder
jeugdiger personen, uit een Sociaal oogpunt
gevaarlijker dreigt te worden dan zij te vo
ren reeds was.
Dat het aantal gevallen toeneemt wijzen
de cijfers uit die allerwege verzameld wor
den. Hier kan volstaan worden met te ver
melden dat waar in 1920 op de 10.000 inwo
ners te Weenen, niet minder dan 13 aan kan
ker te gronde gingen, dit cijfer voor 1928
reeds gestegen was tot 19. Verder wees Liek
er op, dat in Engeland en Wales in 1911 op
elke 15 sterfgevallen er één aan kanker be
zweken was, welke verhouding in 1926 reeds
veranderd was van één op de acht.
Dat helaas in de latere jaren ook jengere
menschen het slachtoffer worden dezer ziek
te bewijzen de cijfers der 2e Chirurgische
Universiteitskliniek te Weenen, welke ons
door Manal gegeven werden, en waaruit
blijkt dat circa 1931, van de 100 rectum car
cinomen, niet minder dan 4 kwamen op re
kening van patiënten tusschen 40 en 50 ja
ren en één tusschen het 30ste en 40ste jaar.
Verder lezen wy dat van de 100 bo»-stkan-
kergevallen aldaar er 12 waren van den zelf
den leeftijd en van de 100 maagkankers
zeven tusschen het 30ste en het 50ste
jaar ziek worden.
Men ziet dus hoe deze zoo terecht ge
vreesde ziekte zich langzaam maar zeker
naar de jongere jaren verschuift.
Reden tot wanhopen geeft ons dit niet,
naakte lichaam van een jonge vrouw.
„Dat kan ik niet aanzien", schreeuwde
Edzke. „Wie volgt mij? Snijdt ze den weg
af, omsingelt de boerderij. We zullen ze
straffen: niet één mag ontkomen".
De strijd duurde niet lang. De kerels
wilden vluchten, maar ze waren den tegen
kanten ingesloten en ondanks den tegen
stand lagen ze weldra bloedend en ster
vend op de plaats van hun misdaad.
Een man stond vastgebonden aan een
boom, een prop in den mond een hoed
met breeden rand over het hoofd getrok
ken. Edzke liep naar de jonge vrouw. Het
was een meisjes van een jaar of achttien.
Ze lag op den rug in het gras, een diepe
wonde in de borst. Het hoofd hing achter
over op de blonde krullen Edzke boog zich
over haar heen. De mond was verstijfd
van schrik. De oogen keken hem aan. Er
lag in dien blik de uitdrukking van een ten
doode gewond dier, dat om genade smeekt.
Een zucht. Het hart stond stil. Hij stond
op, maar zijn geheele verdere leven zou hij
den blik van die verstarrende blauwe
oogen niet vergeten. „Als Greta zoo'n lot
trof", dacht hij en wendde zich af on? zijn
vrienden niet te laten zien, dat er tranen
over zijn wangen liepen.
Ze maakten den man los, wilden hem
goud geven. „Begraaf je dochter, arme
stakker, en vlucht in de wouden", zei
Praxiteles. Maar de man zakte ineen en
toen zagen ze eerst, dat ze hem de oogen
hadden uitgestoken. Er was niemand meer
in leven in de hoeve. Zelfs den hond had
den de moordenaars den hals afgesneden.
Van Finkeborg bedekte het lijk van het
meisje met een schanslooper.
„Rijdt maar stapvoets vooruit, mannen",
wantmeerdere lichtpunten Zijn .er, die er
op Wij Zen dat wellicht''friaatfégélëri geyotif
den kunnen worden om deze ziekte «ot
zekere hoogte te bestrijden. Een dezer licht
punten is zeker wel, dat de vermeerdering
der gevallen niet overal gelijk is en dat er
plaatsen zijn waar van toename nauwelijks
gesproken kan worden. Dit gunstige moment
wijst er op dat er invloeden zijn die de ver
meerdering tegen gaan en het is plicht, zoo
wel van de overheid als van onze samenle
ving, om voorzorgen te treffen opdat de
daartoe bekwamen in staat worden gesteld
deze gunstige momenten te bestudeeren en
zoo mogelijk tot klaarheid te brengen. Een
der eerste maatregelen is dan wel die, dat
aan de bevoegde instanties geld, zelfs veel
geld wordt beschikbaar gesteld, teneinde
hen in staat te stellen hun onderzoekingen
naar alle richtingen te kunnen uitbreiden.
Wij hope dan ook, dat in deze .naanden
het publiek, dus zij die bij de bestrijding van
den kanker het meeste belang hebben, op
ruime schaal de zomerpostzegels kropen
zullen en wij hopen verder dat de regeering
niet alleen in dit, maar in alle volgende Ja
ren een zeer groot gedeelte der opbrengst
van den verkoop der zomerpostzegels, be
schikbaar zal stellen voor de kankerbestrij
ding.
Alzijdige harmonische, sportieve
oefening om gezond en krachtig te
blijven.
H. L. O.-diplomM
zei de man van Werben. „Edzke, ik kan
dien aanval begrijpen, maar denk aan ons
doel, Hoe eerder onze zending vervuld
hoe eerder we die vervloekte keizerlijk*
moordenaars kunnen wegjagen. Rijd
maar langzaam vooruit", herhaalde hij.
ben spoedig weer bij je", en ze zagen hem
neerknielen bij den boer, die nog teekenen
van leven gaf.
Ze voldeden aan zijn verzoek.
„Klonk daar geen schot?" vroeg Edzke-
„Niets gehoord", antwoordde Finkie.
Geen driehónderd vademen verder ver
namen ze reeds den galop van een paard-
De man van Werben sprak geen woord,
maar nam zijn plaats tusschen de ruiters
weer in.
De mannen reden verder met strakke
sombere gezichten. Overal zagen ze roc
kende ruïnes. Overal aan den weg stonden
galgen, waaraan lijken bengelden. Ze
den door verwoeste dorpen, de ooge»
slechts op den weg gericht.
„Ik zóu mêt een blinddoek willen rijde"
zei Edzke tegen Van Finkeborg. I
„En met proppen in den neus voor de"
afschuwelijken stank van bloed en rook-
Maar kijk naar den kop van je paard-
trouwens als je langer soldaat bent, raak
je aan veel dingen gewoon. Tegen woordla
laten de bevelhebbers de soldaten nle'
meer los op de burgerbevolking. Dat d°e
alleen Tilly nog. De koning van Zwede
straft het plunderen met den dood, rnaa
het komt bijna niet voor, dat de Zwed
boer of burger lastig vallen en wat ze
dig hebben betalen ze".
(Wordt vervolgd)-