Rinso
Jt&diopiogtaitww ^^>^5 o
iBituuatand
SeuUleton
De gespannen politieke atmosfeer in België
DE NIEUWE RINSO...
EEN TOVERMIDDEL!
DË (JOUDEN
Aan den vooravond van het parlementair debat over het
„schandaal" van de Nationale Bank.
SPECIAAL VOOR DE WASMACHINE
(Van onzen correspondent).
ONVOLDOENDE KLAARHEID. |vlce-«ouverneur. Dit bedrag - 235.000 frank
is onaangeroerd in het bezoldigingsfonds
van de bank gebleven tot na zijn definitief
vertrek.
Minister de Mam moest er zich wel zenuw-
Brussel, 6 Sept. 1937. I achtig om maken, maar na een gesprek met
den eerste-minister heeft hij op zijn beurt
Aan het slot van onzen vorigen brief I een verklaring afgelegd luidende dat er
over de zaak van de Nationale Bank geen tegenspraak is, dat de betalingen waar
van België welke, zooals wij zeiden, over de heer van Zeeland het heeft gehad,
regeeringszaak is geworden, schre- nietwerdengedaan door de Nationale Bank,
maar door het gemeenschappelijke bezoldi
gingsfonds, welk fonds persoonlijk eigendom
is van de bestuurders van de bank, en be-
heerscht wordt door een regime van bijzon
dere overeenkomsten. Tevens heeft hij ech
ter hierover een nieuw onderzoek aangekon
digd waarvan de uitslag aan het parlement
een
ven wij dat de regeering practisch ver
sterkt uit het kabaal was gekomen. Dit
moet den lezer wel een gewaagde ge
volgtrekking geschenen zijn, daar onze
conclusie werd achterhaald door 'n ver
klaring van den heer van Zeeland aan I ^wordTn medegedeeld ^hérbinsdag'a^
„L'Indépendance Beige", het blad waar-1 zal vergaderen. Nadien heeft de minister
van financiën nog een verklaring afgelegd,
waarin hij heeft aangekondigd dat de aan
vallen tegen den eerste-minister verwerpe
lijk en lasterlijk zijn en dat het nieuwe ver
slag een overtuigend bewijs zal zijn van de
ministerieele solidariteit en van de waar-
deering welke alle ministers voor hun leider
roepen öm een perlementair debat te I koesteren. De minister besloot met te zeg
gen dat de regeering eensgezind den slag zal
voeren. 1 -
in een hem genegen groep belangen
heeft, met het daaropvolgende mee-
ningsverschil met den minister van
financiën, den heer de Man, de beraad
slagingen van den kabinetsraad en de
beslissing Kamer en Senaat bijeen te
Er zijn tonnen inkt en papier over het
„schandaal" verspreid geworden en men
kan den indruk niet van zich afwenden dat
zoowel aan de eene als aan de andere zijde
niet met voldoende duidelijkheid is gespro
ken geworden, om door de verwarring voor
deel te oogsten bij de openbare meening. Het
wordt meer en meer een pijnlijke zaak en
men is het er algemeen over eens dat het
parlementaire debat volstrekt noodzakelijk
is. De regeering is, op zeker oogenblik, op
losse schroeven komen te staan, na de ver
klaring van den eerste-minister aan de „In-
dépendance Beige", en als het dan zoo ver
moet komen dat zij in discrediet wordt ge
bracht is het beter dat zij valt voor het par
lement dan door een campagne, waaromtrent
de Kamer niet voldoende is voorgelicht.
De heer van Zeeland heeft te kennen ge
geven dat hij in Februari, Juni en November
1934 geld van de Bank heeft ontvangen, dat
is in het jaar dat hij gedurende vier maan
den minister is geweest in de regeering
de Broqueville en ten slotte in April 193-5,
toen hij definitief zijn functie van vice-gou-
verneur in de bank heeft neergelegd, om
eerste-minister te worden. De openbare mee
ning heeft hierin een tegenspraak gezien met
het rapport van minister de Man, waarin
werd gezegd dat de eerste-minister geduren
de zijn verlof in 1934 en sinds April 1935
geen bezoldiging had ontvangen. In zijn ver
klaring had de heer van Zeeland er met na
druk de aandacht op gevestigd, dat hij er
steeds goed op gelet had geen sommen op
te strijken die behoorden tot de wedde van
leveren en hem zal thuis halen. Voegen wij
hierbij dat de heer van Zeeland, in zijn in
terview aan de „Indépéndance" ook had ge
zegd dat degenen, die aan zijn zijde werken,
weten wat hij gedaan heeft met het geld dat
hij ontving. „Sommigen zullen misschien van
gevoelen zijn het te moeten zeggen", meende
hij. Wat hem betreft hij wou niet verder
gaan. Wellicht zal men door het Kamerdebat
vernemen wat de eêrste-minister met het
geld heeft aangevangen.
Hieruit valt dus te onthouden dat de so
cialisten teruggekeerd zijn tot de opvatting
van ministerieele solidariteit, die zij blijk
baar een oogenblik hebben willen opzeg
gen, om als manoeuvre voor de openbare
meening te verschijnen als degenen die den
schoonmaak hadden gehouden. Men begrijpt
welke atmosfeer in politiek opzicht ontstaat
door het feit dat de minister van financiën
weken bezig is met een onderzoek over een
.schandaal" waarbij de eerste-minister zelf
is betrokken, al is de positie van den eerste'
minister nog zoo zuiver en eerlijk en al is
het „schandaal" niets anders dan een toe
stand in verband met de wijze waarop de
hooge functionnarissen van de Nat. Bank
worden vergoed, iets waaromtrent alle par
tijen en iedereen sedert jaren op de hoogte
was of kon zijn. Het is, als oppositie tegen
de regeering, behendig in elkaar gezet en nu
ook heeft deze oppositie op de vergadering
van de aandeelhouders der bank opnieuw
een paar dagen lang herrie gemaakt op de
felste manier. Brutaal en heftig heeft De-
grelle den gouverneur beleedigd, terwijl de
VL-nationalist, senator v. Dieren, met heei
nieuwe Rinso overbodig, terwijl
bekoelt te worden aangemaakt. Rinso heelt een onge
woon hoog vetgehalte, waardoor in een oogwenk een
overvloedig schuim te voorschijn wordt getoverd. En
tenslotte kan dit zo wonderbaarlijk werkzame Rinso-
sop nog meerdere malen achtereen worden gebruikt.
Uw wasmachine bespaart U ongetwijfeld heel
wat tijd en moeite, vergeleken bij het wassen met
de hand. Maar een werkelijk verbluffend resultaat
bereikt U, wanneer Rinso Uw wasmachine komt
helpen. U zult het zienRinso tovert het vuilste
wasgoed helderwit en werkt bovendien nog veel
vlugger en veel zuiniger dan een gewoon zeep
poeder. Het tijdrovende voorweken is met de
Rinso voorts niet
wat meer distinctie echter, mee aan den wa
gen duwde.
Alle veranderingen aan de statuten die
werden voorgesteld, om de toestanden die
tot de huidge incidenten aanleiding gaven
te verwijderen, zijn goedgekeurd. Alle amen
dementen van de minderheid die de opposi
tie voerde, zijn afgewezen. Het terrein
dus schoon gemaakt om Dinsdag voor de
Kamer te komen. Aan het stelsel van den
spaarpot, waaruit de functionnarissen der
bank zich zelf betaalden, is een einde gesteld
en het is vervangen door vaste vergoedingen
Om nu in de zaak klaar te zien staat het
vast dat de heer van Zeeland, vice-gouver-
neur der bank, in, Juni 1934 100.000 fr. heeft
ontvangen, in November 1934 50.000 fr., bi.
zijn terugkeer naar de Bank en in April 1935
180.000 fr. als likwidatie van zijn aandeel in
het gemeenschappelijk fonds, te verdeelen
volgens de bijzondere overeenkomsten. Een
eerste vraag wordt gesteld, met het oog op
het debat, n.1. of deze wijze van betalingen
aan het hooger personeel van de Bank sta-
tuair was, regelmatig en moreel goed te
praten. Op 19 Juni 1929 is dit stelsel van
kracht geworden. De Algemeene Raad van
de Bank, bestaande uit den gouverneur,
vice-gouverneur, directeurs, censoren en re
genten, bracht elk jaar 3.5 millioen fr. op de
begrooting voor de vergoedingen. De zitpen-
ningen van de regenten en censoren, 500 fr.
per zitting, werden hiervan betaald. Het
overschot kwam ter beschikking van den
gouverneur, den vice-gouverneur en de di
recteurs.
Uit de verschillende verklaringen en door
afleiding meent men nu dat dezen voor elk
hunner een traktement vaststelden, uit dit
fonds, en dat het overschot werd verdeeld
onder hen, naar de „particuliere overeen
komsten". Dit wordt echter in strijd met de
statuten geacht omdat deze bepalen dat de
vergoeding van de genoemde ambtenaren
door den algemeenen raad moest worden
vastgesteld, en er geen deelneming in de
winsten was. Men vqegt er bij dat, als zij
een traktement hadden, en bovendien nog
een „spaarpot" verdeelden, n.L dat wat van
het gemeenschappelijk fonds overbleef, zij
zich een som toeëigenden die niet was
voorzien door de statuten. Men heeft er vroe
ger echter nooit bezwaren in gevonden. Een
feit is, dat er aan een dergelijk systeem van
betaling een immoreele kant is. Zitpennin-
gen, die niet werden betaald, door afwezig'
heid of ziekte van een regent of censor b.v.
kwamen terecht in den spaarpot en werden
verdeeld onder den gouverneur, den vice-
gouverneur en de directeurs. Wanneer de
loonen van al het klein personeel in 1935
werden verminderd, gebeurde dit ook voor
de leidende functionnarissen. Doch hun 10
pCt. kwam in den spaarpot terecht in plaats
van in de kas der bank en zij verloren er
weer niets bij. Was een directeur met verlof
zonder vergoeding, dan waren het de ande
ren die er van profiteerden. Voor het geval
van den heer van Zeeland gaat het er nu
om te weten of de sommen, die hy in 1934 en
1935 heeft ontvangen, behooren tot het trak'
tement dat hem ten deel viel ofwel tot den
„spaarpot", en of hun bedrag niet abnormaal
hoog was. De eerste-minister heeft gespro
ken over 235.000 fr., doch de heer Franck
had het op de vergadering van aandeelhou
ders over 330.000 fr. Daarover gaat, zooals
gezegd, het nieuwe onderzoek van den heer
de Man. Wat een situatie!.... zal men uitroe
pen. De eerste minister is als het ware in
beschuldiging gesteld. Men betreurt dat de
heer van Zeeland niet volledig heeft gespro
ken over al deze bijzonderheden toen op 18
Maart j.1. de heer aSp zijn bekende interpel
latie heeft gehouden. Dan waren de moeilijk
heden van thans dadelijk van de baan ge
weest. De regeering verwekt nu den schijn
een misstand, die ernstig was, in de Natio
nale Bank te hebben willen dekken en al
hoewel dit niet is te verwachten zou het de
bat van Dinsdag (vandaag, Red.) wel eens
verrassingen kunnen opleveren. Men spant
zich echter in om de meerderheid duidelijk
te make dat dit „incident" voor sommige
machten slechts een middel is om een regee
ring weg te werken die structuurhervormin
gen op haar programma heeft, welke voor
hen nadeelig uitvallen, zooals controle op de
electriciteitsmaatschappijen en wapen
industrie. Dat zal deze meerderheid wel ver
sterken in haar overtuiging.
Woensdag 8 September.
HILVERSUM, 1875 M. (VARA-
uitz.) 8.Gr.pl. 9.30 Onze keuken,
causerie. 10.VPRO-morgen wij
ding. 10.20 Voordr., gr.pl. en radio-
tooneel. 11.30 Voor de werkloozen,
causerie. 12.Gr.pl. 12.301.45
VARA-orkest en gr.pl. 2.Gr.pl.
2.30 Voor de vrouw. 3.Voor de
kinderen. 5.30 Orgel en zang. 6.
Fantasia en gr.pL 6.40 Landbouw-
praatje. 7.Zangles. (7.30 VPRO:
Zullen er in Nederland Vrijzinnig
Protestanten blijven wonen?, cau
serie). 8.Herh. SOS-ber. 8.03
ANP-ber., VARA-Varia. 8.15 VA
RA-orkest en solisten. 9.30 Radio-
tooneel. 10.ANP-ber. 10.05 Ver
volg concert. (10.30 ANP-ber.)
11.—12.— Gr.pl.
HILVERSUM, 301 M. (NCRV-
uitz.) 8.Schriftlezing, meditatie,
gewijde muziek (gr.pl.) 8.30 Gr.pl.
9.30 Gelukwenschen. 9.45 Gr.pL
10.30 Morgendienst. 11.Viool en
piano. 12.— Ber. 12.15 Alt en
piano. 1.15 Gr.pl. 1.30 't Hollandsch
Harpkwartet. 3.Plechtige Weder-
Ingebruikstelling van de Gerestau
reerde Nieuwe Kerk te Delft. 4.15
Gr.pl. 4.45 Felicitaties. 5.Voor
de kinderen. 5.45 Gr.pl. (6.30 On
derwijsfonds voor de Scheepvaart:
Causerie over het Binnenaanva-
ringsreglement en stoommachines).
7.Ber. 7.15 Land- en tuinbouw-
halfuur. 7.45 Kunstfoto's uit 5 We-
relddeelen, causerie. 8.ANP- en
herh. SOS-ber. 8.15 Christ. Dames
koor „D.I.N.D.U.A." en gr.pl. 9.—
Kerkelijk leven in Amerika, cause
rie. 9.30 Orgelconcert. (10.ANP-
ber.) 10.30 Gr.pl. 10.45 Gymnas
tiekles. 11.12.Gr.pl. Hierna
Schriftlezing.
DROITWICH, 1500 M. 11.05 Orgel
spel. 11.35 Gr.pL 12.20 BBC-Weis
orkest en soliste. 1.20 Het Wig-
stons' Temperance orkest en solist.
2.05 Gr.pl. 2.35 H. Engleman's
kwintet en solist. 3.05 Gr.pl. 3.50
Pianovoordr. 4.20 Vesper'. 5.10
Gr.pl. 5.20 H. Hali's Band. 6.20 Ber.
6.40 Revue-progr. 7.20 Pianovoor
dracht. 8.Sportpr. 8.20 V. Sil-
vester's Band. 8.45 BBC-Symph.-
orkest en solisten. 10.Ber. 10.20
Planning the Land of Britain, cau
serie. 10.35 Het Bridgewater Harp-
kwintet. 11.20 Jack Harris en zijn
Band. 11.5012.20 Jazzmuziek (gr.
platen).
RADIO PARIS, 1648 M. 7.10, 8.20
en 10.35 Gr.pl. 12.20 Lafargue-
orkest en zang. 2.20 Gr.pl. 3.35
Pianovoordr. 3.50 Gr.pl. 4.05 Zang.
5.20 Ellis-orkest. 7.05 Gr.pl. 7.20
Pianovoordr. 7.35 Zang. 8.05 Viool-
voordracht. 8.50 Louise, opera. 10.50
Gr.pl.
KEULEN, 456 M. 6.50 H. Hage-
stedt's orkest. 8.50 Omroeporkest
12.35 Gr.pl. 2.35 Gev. concert. 4.20
Keulsche Orkestver. 6.20 Omroep
orkest. 8.20 Uitz. uit München.
10.5012.20 Omroepkleinorkest
BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.:
12.20 Gr.pl. 12.50 Omroepdans-
orkest. 1.30 Salonorkest. 1.502.20
Gr.pl. 6.20 Kamermuziek. 7.20 Gr.
pl. 8.20 Omroepsymph.-orkest.
10.3011.20 Omroepdansorkest. 484
M.: 12.20 Gr.pl. 12.50 Salonorkest.
I.30 Omroepdansorkest. 1.502.20
en 5.20 Gr.pl. 6.50 Salonorkest 8.20
Les noces de Jeannette, operette.
9.35 Kleinorkest. 10.3011.20 Gr.pL
DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M.
8.20 Uitz. uit Nürnberg. 10.20 Ber.
10.40 Duitschland-Echo. 10.50 Fluit
en cembalo. 11.05 Weerbericht
II.2012.20 Fr. Hauck's orkest
GEMEENTELIJKE RADIO-
DISTRIBUTIE.
Lijn 1: Hilversum.
Lijn 2: Hilversum.
Lijn 3: Keulen 8.10.35, Parijs
R. 10.35—11.35, Lond. Reg. 11.35—
12.20, Brussel VI. 12.20—13.30,
Keulen 13.3014.20, Parijs Radio
14.20—16.20, Keulen 16.20—17.20,
Parys R. 17.20—18.20, Keulen 18.20
19.50, Parys Radio 19.5020.20,
Brussel Fr. 20.2021.20, Lond. Reg.
21.20—22.35, Brussel (Fr.) 22.35—
23.20, Berlijn 23.20—24.—.
Lijn 4: Brussel VI. 8.9.20, Nor-
mandië 9.2Ó10.35, Droitwich 10.35
—12.20, Lond. Reg. 12.20—14.35,
Droitwich 14.3518.20, Normandië
18.20—18.40, Droitwich 18.40—22.20
Brussel VI. 22.2022.35, Droitwich
22.35—24.—.
Lijn 5: Diversen.
R7-Oi09M
STANIOL (zilverpapier)
bedrukken wij óók
ALKMAARSCHE COURANT, TEL. 3320
BEDRIJFSRAAD BOUWBEDRIJF
INGESTELD.
Bij K.B. is ingesteld een bedrijfsraad voor
het bouwbedrijf.
Tot het bouwbedrijf worden geacht te be
hooren de ondernemingen of gedeelten van
ondernemingen, waarin één of meer der
volgende werkzaamheden plaats vinden:
a. werkzaamheden, verbonden aan het
voorbereiden en uitvoeren van:
het bouwen en verbouwen, uitbreiden en
onderhouden van huizen, kantoren, winkel
gebouwen, bankgebouwen, fabrieken, maga
zijnen, pakhuizen, bergplaatsen, loodsen,
schuren, stallen, werkplaatsen, garages, bak
kerijen, smederijen, slagerijen, slachthuizen,
boerderijen, kerken, inrichtingen van onder
wijs, ziekenhuizen, sanatoria, raadhuizen en
andere gebouwen voor huisvesting van de
burgerlijke overheid, gebouwen voor stich
tingen, stationsgebouwen, wachtlokalen, sein
huizen, overdekte zwem- en badinrichtingen,
kleedlokalen, gebouwen voor ontspannings-
en vacantiedoeleinden, kazernes, kampemen
ten, vereenigingsgebouwen, tribunes,
schouwburgen, bioscopen, café's en restau
rants, hotels, aula's, gebouwen voor het pro-
duceeren en de distributie van gas en elec-
triciteit, watertorens, pompstations voor
drinkwater, markthallen, gebouwen voor ra
diodoeleinden, stadions, telefooncentrales,
gevangenissen, crematoria, kiosken, tentoon
stellingsgebouwen, afscheidingsmuren
(schuttingen), kortom alle steenen, houten,
of betonnen bouwwerken en getimmerten,
welke tot den z.g.n. hoogen bouw behooren,
voorts het werk der z.g. burgerwinkels;
b. werk van wegen, water- en spoorweg
bouwkundigen aard, voorzoover niet vallen
de onder den burgerlijken- en utiliteits
bouw, met uitzondering van nat baggerwerk
en rijswerk.
Het aantal leden en plaatsvervangende le
den van den bedrijfsraad zal bedragen 16.
N.V. NED. SPOORWEGEN.
Deelneming in het kapitaal.
Ingediend is een wetsontwerp tot wijziging
en verhooging van de begrooting van het
verkeersfonds voor 1937.
Volgens art. 1 der wet van 26 Mei 1937
tot reorganisatie van het spoorwegbedrijf
neemt het rijk voor een bedrag van
9.998.000 deel in het aandeelenkapitaal van
de op te richten N.V. Nederlandsche Spoor
wegen en zal deze vennootschap voor .een
bedrag van 10.000.000 van het ryk overne
men den eigendom van de thans ingevolge
de overeenkomsten 1890 S.S./H.S. verhuur
de staatsspoorwegen met de overhoeken,
welke naar het oordeel van die vennoot
schap voor het bedrijf noodig zijn, alsmede
de op anderen voet aan S.S. of H.S. verhuur
de eigendommen, welke het ryk voor zy'n
dienst niet meer behoeft.
Ten einde deze betaling en ontvangst in
den loop van het jaar 1937 mogelijk te ma
ken behoort de begrooting van het verkeers
fonds te worden gewijzigd, overeenkomstig
het wetsontwerp.
KINDJE VERDRONKEN.
Nabij de z.g. Centenbrug over de Leidsche
vaart te Bennebroek is gistermiddag het 1K-
jarig kind van den heer de Vries, bij het
spelen in het water gevallen. Eerst na lan
gen tijd dreggen heeft men de kleine opge
haald, doch een terstond aanwezige genees
heer kon slechts den dood constateeren.
Naar het Engelsch A "T"
van PAUL TRENT 1 J M
door J. SCHOUTEN l\
29)
„Waarschijnlijk omdat hy te veel weet".
„Dat zou niet hinderen, als mijn ver
onderstelling, dat Grafton er voor goed
van door is, juist is. Ik ben van meening,
dat hij besefte, dat hij zijn werkzaamheden
in Engeland beter kon beëindigen. Hij
moet bij voorbeeld ook gewaarschuwd zijn,
dat er gisteravond een inval op de club
zou plaats vinden".
„Waar denkt u dat hij heen zal gaan?"
vroeg sergeant Hardy.
„Waarschijnlijk naar Rusland. Dat is ver
moedelijk het eenige land waar hy veilig
zou zijn; bovendien zullen de bolsjewieken
wel bereid zijn een flinke belooning te ge
ven aan den man, die groothertog Iwan
voor hen gepakt heeft", zei Graves na
denkend.
Zij stapten by het haven-station uit en
gingen rechtstreeks naar de marinewerf,
hun toegangsbewijzen toonend by den in
gang. Zij werden ontvangen door den se
cretaris van den commandant, die eenigen
tijd met hen praatte, voordat hij hen naar
admiraal sir Ralph Mather bracht.
Het bleek, dat er pas kort geleden ma
noeuvres hadden plaats gehad, waarbij
hoofdzakelijk torpedo-jagers en kruisers
gebruikt waren, zoodat er een groot aantal
van dergelijke schepen in de haven was.
De admiraal was kennelijk geïnteresseerd
in het doel, waarvoor de T. B. D. noodig
was en stelde verscheidene vragen, welke
Graves zoo volledig mogelijk beantwoord
de.
„Het lijkt me toe, dat de commandant,
dien u noodig heeft, eenigszins een diplo
maat moet zijn. U krijgt een boot van het
allernieuwste model een die ongeveer
twee-en-dertig knoopen loopt", zei sir
Ralph, en wendde zich toen tot zijn secre
taris. „Is Carruthers met verlof gegaan?"
„Neen, mijnheer. Ik heb hem gisteravond
nog op de club gezien".
„Laat hem dadelijk hier komen", beval
de admiraal en wendde zich toen weer met
eenige vragen tot den hoofdinspecteur.
„Groote Goden, ik wilde wel, dat ik met
u mee kon gaan. Dus de jonge Desbrook is
ook bij dit zaakje betrokken. Een verdui
veld stoutmoedige kerel. Daar zult u een
goede hulp aan hebben. Hy diende onder
mij, toen ik het commando had over de
Queen Elizabeth. Het speet mij, dat ik hem
moest laten gaan, maar zij wisten mij er
van te doordringen dat hij een man van
buitengewone begaafdheid was en dat dit
niet aan de marine besteed was", zei de
admiraal met een lach.
Het duurde niet lang of de hoofdofficier
van de administratie verscheen, in gezel
schap van een langen, krachtigen man van
een jaar of drie-en-dertig, die de drie com-
mandants-streepen op zijn uniform droeg
en een paar rijen lintjes. Zijn blauwe
oogen schitterden en er speelde een glim-
lich om zy'n mond, want men had er op
gezinspeeld dat hem een aardig karwei
te wachten stond.
De admiraal legde hem uit, dat de T. B.
D. Shrike, waarvan Carruthers comman
dant was, zich naar zee moest begeven, en
dat haar commandant de bevelen moest
opvolgen, die hoofdinspecteur Graves hem
zou geven. Het onderhoud duurde niet erg
lang en Carruthers vergezelde de twee
ambtenaren van Scotland Yard naar de
kade, waar de torpedoboot lag.
De marine-officier merkte met genoegen
op, dat beide mannen de campagne groet
ten, door hun hoeden af te nemen, toen zij
aan boord gingen.
„Ik geloof, dat een cocktail nu net is wat
wij noodig hebben", opperde de comman
dant en ging hen voor naar beneden.
De officiers-kajuit van het type torpedo
boot, waartoe de Shrike behoorde, was
veel grooter dan die van het oudere type
en was niet van gezelligheid ontbloot. Er
zaten een luitenant, een adelborst, een of
ficier der artillerie en een officier van ge
zondheid in de kajuit. De twee niet-mili-
tairen werden voorgesteld en de comman
dant gaf met enkele woorden zyn officie
ren te kennen, dat er een grap te beleven
viel.
„Waar is de eerste officier-machinist?"
vroeg hij, terwijl hij om zich heen keek.
„Die zit met zijn smerige machines te
knoeien", antwoordde de luitenant ter zee
der eerste klasse, Gordon genaamd.
Gelukkig mankeerde er niets aan de ma
chines en zij waren met behulp van hun
olie-stook-installatie spoedig onder stoom.
Voordat Graves Scotland Yard verlaten
had, was de hoofdinspecteur met sir Char
les overeengekomen, dat belangrijke mede-
deelingen doorgestuurd zouden worden
naar de admiraliteit en van daar draadloos
doorgezonden zouden worden naar den
torpedojager, dus werd er een boodschap
gestuurd dat Graves aan boord van de
Shirke was. Binnen een half uur bereikte
hem, via de admiraliteit, het nieuws, dat
de Emerald gezien was ter hoogte van
Hastings.
Dit feit werd aan Carruthers meegedeeld,
terwijl zij bezig waren hun lunch te be
ëindigen.
„Ik stel voor, dat wij op zoek gaan",
grinnikte de commandant en gaf bevel, met
zoo weinig mogelijk oponthoud, uit te va
ren.
HOOFDSTUK XI.
Jane was de eerste, die voet aan boord
van de Emerald zette, maar ze werd on
middellijk gevolgd door Ralph, wiens ar
men stevig op zijn rug gezonden waren. De
auto had hen naar Rye Harbour gebracht,
maar Ralph was niet in de gelegenheid
geweest zich te oriënteeren, want men had
hem geblinddoekt, en hem eerst van zijn
blinddoek verlost nadat hij in de motor
boot gebracht was. Grafton kwam het
laatst aan boord, onmiddellijk achter
Prinses Nadine en hij gaf captain Brockdorf
het teeken om weg te varen.
„Gaat u maar mee naar beneden, dan
kunt u met uw medegasten kennis maken",
merkte Grafton vroolijk op en ging hen
voor naar beneden.
Fraser was hevig opgewonden, toen de
deur van de salon geopend werd en hij
zyn zuster ontdekte. Met een kreet van
vreugde snelde hij op haar toe en omhelsde
haar onstuimig. Desbrook volgde en maak
te onmiddellijk een diepe buiging voor den
groothertog.
„Misschien herinnert Uwe Hoogheid zich
bij welke gelegenheid wy elkaar reeds eer
der ontmoet hebben", zei Ralph vol respect.
„Ja... dat herinner ik mij, heel duide
lijk zelfs. Het was in Rusland en u hebt
ons daar toen een grooten dienst bewezen,
captain Brookley", antwoordde de groot
hertog en stak hem minzaam de hand toe.
„Dat was een nom de guerre, Uwe Hoog
heid. Nu kent men mij onder den naam
van Desbrook. Mag ik u mijn verloofde
voorstellen, miss Fraser", zei Ralph, terwijl
hij Jane bij de hand nam en haar naar
den groothertog leidde.
Jane neeg diep, maar Zijne Hoogheid
hief haar dadelijk op en drukte zijn lippen
op haar hand.
Een spottende lach uit de richting van de
deur deed hen omzien en prinses Nadine
trad de salon binnen. Fraser uitte een
kreet, die het midden hield tusschen
vreugde en verbazing. De groothertog glim
lachte grimmig.
„Mag ik vragen of madame la princesse
ook een gevangene is?" merkte de groot
hertog droogjes op, „maar de vraag is
eigenlijk overbodig. Ik heb veel aan u te
danken. Onder anderen mijn tegenwoor
digheid hier. Ik hoop u later mijn dank
baarheid te toonen".
De prinses lachte vroolijk en gaf Fraser
een wenk om bij haar te komen.
(Wordt vervolgd).