DE GOUDEN
tBjummland
ÜeuiUeloH
ALKMAARSCHE COURANT van VRIJDAG 15 OCTOBER 1937
UNOX FIJNSTE VLEESCH WAREN- EN CONSERVEN FABRIEKEN - OSS
DERDE BLAD
BALDADIGHEID IN DE RESIDENTIE.
Haagsche politie zal streng gaan
optreden.
Het gaat den laatsten tijd met de Haag-
sche straatjeugd, althans met een deel daar
van, de verkeerde kant op. Legio is het
aantal klachteft, dat dagelijks bij de poli
tie binnenkomt en waarbij de Haagsche
burgerij haar nood komt klagen over het
ergerlijke en brutale optreden van een deel
der lieve straatjeugd, welke haar vrijen tijd
blijkbaar niet beter kan besteden dein met
straatschenderijen, vuurtjes stoken, plant-
soenvemielingen, ruiten ingooien enz. enz.
Op alle mogelijke manieren hebben de poli-
tie-autonteiten den laatsten tijd getracht
hier een eind aan te maken. Hun moeiten
de jeugd op het verkeerde van haar hou
ding te wijzen en daarin verandering te
brengen, zijn tevergeefs geweest.
De hoofdcommissaris van politie zag zich
derhalve genoodzaakt een aantal maatrege
len te nemen, welke ten doel hebben het
euvel der baldadigheid zoo krachtig moge
lijk te bestrijden.
Daarbij werd uitgegaan van de gedachte,
dat de medewerking van ouders, van hoof
den van scholen en van het publiek onont
beerlijk is.
Als eerste maatregel is ingevoerd, dat
van ieder geconstateerd geval van baldadig
heid het hoofd der school van den betrok
ken baldadige met het gebeurde in kennis
wordt gesteld door middel van een door de
politie in te vullen formulier. Het school
hoofd zal den bewusten leerling over het
begane feit ernstig onderhouden of andere
maatregelen treffen.
Daarnaast zal hij den ouders een soort
gelijk politieformulier doen uitreiken,
waardoor zij op de hoogte worden gesteld
met de gedragingen van hun kinderen.
De formulieren worden daarna zoowel
door het schoolhoofd als door de ouders
teruggezonden naar de politie en bij de
kinderpolitie verzameld.
Indien blijkt, dat dezelfde jeugdige over
treder reeds eerder gevallen van baldadig
heid op zijn naam heeft staan, zal van het
nieuwe feit onherroepelijk proces-verbaal
worden opgemaakt.
Daarnaast zal de politie in ernstige ge
vallen van straatschenderij terstond tot het
opmaken van een proces-verbaal overgaan,
in welke gevallen het waarschuwingsformu
lier achterwege blijft.
Voor minderjarigen, die de school niet
meer bezoeken, worden de formulieren
rechtstreeks aan de ouders toegezonden.
Zoo noodig zal bij de kinderpolitie tevens
worden vastgelegd, welke houding de
ouders ten opzichte van de door hun kinde
ren gepleegde delicten aannemen.
Als tweede maatregel zal op de daarvoor
in aanmerking komende uren een extra sur
veillance worden ingevoerd. Het hiermede
belaste personeel zal zich in het bijzonder
ophouden op die plaatsen, welke brandpun
ten van baldadigheid zijn gebleken.
Tenslotte zijn aan het geheele politieper
soneel strenge instructies verstrekt ten
aanzien van het optreden tegen het bedoel
de euvel. In deze instructies is ondermeer
opgenomen, dat de bedrijvers van straat
schenderijen als regel naar het bureau die
nen te worden gebracht. Slechts in zeer on
beduidende gevallen zal zulks achterwege
kunnen blijven.
Het is te hopen, dat deze maatregelen hun
doel niet zullen missen. De samenwerking
tusschen de politie en schoolhoofden is in
dit verband een gelukkig teeken. Wanneer
ook de ouders hun medewerking zullen
geven en het publiek zich niet zooals tot
nu toe wel eens voorkwam tegen de
politie richt, wanneer een jeugdige arrestant
wordt opgebracht, doch bedenkt, dat opge
treden wordt in het algemeen belang, mo
gen van de genoemde maatregelen zonder
eenige twijfel vruchtbare resultaten wor
den verwacht.
POGING TOT VERGIFTIGING?
Vrouw te Breda in arrest.
In een woning aan den Zandbergweg te
Breda heeft de politie een hoeveelheid pap
in beslag genomen, waarin zich bestand-
deelen bevonden, die zeer gevaarlijk waren
voor den gebruiker. Zij ging tot deze in be
slagneming over, toen haar geruchten om
trent vergiftigingspogingen ter oore kwa
men. Na onderzoek van de pap werd een
uitgebreid onderzoek ingesteld en hoewel
nog niet met zekerheid kon worden vastge
steld of opzet of schuld aanwezig was,
meende men toch reeds tot arrestatie van
de vrouw des huizes te moeten overgaan.
Deze is in het Huis van bewaring te Breda
ingesloten, terwijl de Officier van Justitie
thans het onderzoek voortzet.
RNSTIG ONGELUK TE ZWOLLE.
Oude voerman aan verwondingen
overleden.
Gistermiddag is op den oprit naar de
IJselbrug aan de Overijselsche zijde te
Zwolle een ernstig verkeersongeluk ge
beurd, waarvan de 80-jarige van D. uit
Zwollerkerspel het slachtoffer is geworden.
Met een met 'n paard bespannen wagen,
welke geladen was met vaten petroleum,
reeds de oude voerman den oprit af, toen
hy ongeveer halverwege van achteren door
een auto werd aangereden, bestuurd door
den heer J. C. O. uit Colijnsplaat, die op
weg was naar Groningen. Door den schok
sloeg het paard op hoL De wagen kwam
daarbij tegen een paaltje terecht, met het
gevolg, dat van D. van het voertuig sloeg
en in het prikkeldraad langs den berm
viel, waarna hij van de helling van den oprit
naar beneden in een weiland rolde. Een vat
petroleum viel eveneens van den wagen en
kwam tot overmaat van ramp op den ouden
man terecht. Deerlijk gewond is hij naar het
Sophia-ziekenhuis te Zwolle overgebracht,
waar hij in den namiddag aan de opgeloo-
pen verwondingen is bezweken.
Vermoed wordt, dat de auto door de
gladheid van den weg bij het passeeren is
geslipt.
GRONINGEN EN DE JOYRIDERS.
Een elfjarige automobilist, die er
•weinig van terecht bracht.
Gistermiddag omstreeks zes uur stond een
auto van den heer Wier inga uit Grijpskerk
geparkeerd in de Tuinbouwstraat te Gronin
gen. Twee jongens van elf en twaalf jaar
stapten op de auto af, openden het portier
en namen met vier vriendjes in den wagen
plaats.
De 11-jarige M. B. uit Groningen wist de
auto in beweging te brengen, doch de reis
was slechts van korten duur, en de jonge
automobilist heeft het dan ook niet verder
dan de Tuinbouwstraat gebracht, alwaar hij
eerst de pui van een huis beschadigde, ver
volgens een orgel omverreed, eenige rij
wielen vernielde en ten slotte nogmaals de
pui van een woning bewerkte. Toen was het
afgeloopen.
Het draaiorgel behoorde aan eenige werk-
loozen.
De politie kwam n.1. een kijkje nemen en
zag al spoedig wat er aan de hand was. Het
zestal werd naar het hoofdbureau gebracht,
waar de 11-jrige bestuurder werd vastge
houden.
De overigen konden naar huis gaan.
DRIE OLIFANTEN OP STAP
Na een wilde jacht gegrepen.
Gistermiddag omstreeks zes uur is het
circus „Sarrassani" uit Leeuwarden te Gro
ningen gearriveerd. Bij het uitladen der
wilde dieren op het stationsemplacement
kwam de „leider"-olifant te struikelen. Als
gevolg van de consternatie gingen de strui
kelaar en nog twee olifanten er van door.
De hevig geschokken bewakers maakten
dadelijk alarm. De politie werd van de
vlucht op de hoogte gebracht, die haar
maatregelen nam en de straten afzette. Met
man en macht werd een achtervolging in
gesteld. Na een wilde jacht van een half
uur slaagden de bewakers er in de vluchte
lingen tot staan te brengen. Ten einde er
van verzekerd te zijn, dat het uitstapje zich
niet zou herhalen, werden de pooten der
dieren geboeid. Toen het trio wat rustiger
was geworden, werden de boeien weer op
geruimd en wandelden de beesten rustig
naar het circus terug.
Gelukkig heeft het slippertje geen per
soonlijke ongelukken ten gevolge gehad.
Dat de jumbo's over belangstelling niet te
klagen hadden, spreekt welhaast vanzelf.
JHR. MR. H. A. QUARLES VAN UFFORD.
Tot secretaris van den ondernemers-
raad benoemd.
In de gistermiddag gehouden vergadering
van het algemeen bestuur van den onder-
nemersraad voor Nederlandsch-Indië is tot
secretaris van dien raad benoemd jhr. mr.
H. A. Quarles van Ufford, secretaris van
den bond van eigenaren van Nederlandsch-
Indische suikerondernemingen.
Jhr. mr. H. A. Quarles van Ufford, die den
heer G. J. W. PutmanCramer als secretaris
van den ondernemersraad voor Neder-
landsch-Indië zal opvolgen, is 16 September
1900 te Noordwijk geboren.
Hij studeerde aan de universiteit te
Utrecht rechtswetenschappen en was na zijn
doctoraal examen gedurende 4 jaar mede
werker op het Haagsche advocatenkantoor
van jhr. mr. W. M. en jhr. mr. A. K. C. de
Brauw. Hierna werd hij tot secretaris van
den Bond van eigenaren van Nederlandsch-
Indische suikerondernemingen benoemd,
welke functie hij 8jaar vervuld heeft.
TOESPRAAK VAN DR. H. COLIJN.
Op de jaarvergadering Christelijke
Middenstandsbond.
De minister-president, dr. H. Colijn, heeft
gister een gedeelte van de jaarvergadering
van den Christelijken Middenstandsbond te
Utrecht bijgewoond. De minister heeft in
een toespraak, namens de regeering, waar
deering geuit voor de pogingen van den
middenstand om te geraken tot een doel
treffende organisatie. Alleen langs dien
weg zal het mogelijk blijken de moeilijk
heden te overwinnen.
Zonder een krachtige middenstandsorga
nisatie staat de overheid machteloos, daarom
wordt door haar het belang van een goede
organisatie ook terdege ingezien en ge
waardeerd.
Het is dan ook van het grootste belang,
dat zij, die nog buiten de organisatie staan,
zich zoo snel mogelijk aansluiten, terwijl
een goede en hechte samenwerking met
andere organisaties eveneens van groote
beteekenis is.
Dan zal ook de medewerking van de
overheid gemakkelijker worden, want wan
neer zij staat tegenover middenstandsorga
nisaties, die het onderling niet eens zijn, zal
zij spoedig geneigd zijn te zeggen: vóór
jullie het met elkaar eens zijn, is ook
voor ons de tijd om hulp te bieden nog niet
aangebroken. (Applaus).
De vergadering zong ten slotte dr. Colijn
de zegenbede „Dat's Heeren zegen op U
daal" toe.
MINISTERS OP SCHIPHOL.
Dr. Colijn en minister van Dijk
bezichtigen de nienwe Fokker
bommenwerper.
Gistermiddag hebben de minister-presi
dent dr. H. Colijn en de minister van
Defensie, Z.Exc. J. J. C. van Dijk, vergezeld
van den adjudant van laatstgenoemde, ka
pitein Tielens, een bezoek gebracht aan
Schiphol, teneinde in de Fokker-hangars de
nieuwste aanwinst voor de Nederlandsche
luchtmacht, de Fokker T. 5 een bommen
werper, waarvan er zestien in opdracht van
het Nederlandsche leger door Fokker in
aanbouw zijn, te bezichtigen.
De beide ministers arriveerden tegen
kwart voor vier op Schiphol en begaven
zich terstond naar de Fokkerloods, waar
men de T. 5 buiten op het grasveld voor de
loods had opgesteld.
De president-commissaris, de heer C. G.
Vattier Kraane, en de onderdirecteur, de
heer J. E. van Tijen, waren ter ontvangst
aanwezig, terwijl ook ir. Vos aanwezig was
om den ministers de verschillende tech
nische bijzonderheden van de machine uit
een te zetten. Nadat de bezoekers de
machine van buiten bekeken hadden, be
gaven zij zich in de T. 5 om langdurig het
interieur van het toestel en de verschillende
instrumenten en inrichtingen ervan te be
kijken.
De ministers toonden ook groote belang
stelling voor den Fokkerjager D. 21, waar
mede juist eenige proefvluchten werden
gemaakt en voor het in de hangar staande
Fokker gevechtsvliegtuig G. 1.
ZONDERLINGE MANIER VAN
WERKLOOZE OM DE AANDACHT TE
TREKKEN.
Gisternacht ongeveer half twee heeft een
28-jarige bewoner van de Heerengracht te
Amsterdam met een steen twee groote spie
gelruiten van het kleedingmagazijn „Nieuw
Engeland", op het Koningsplein hoek Singel
ingegooid.
Een agent van politie, die in onmiddel
lijke nabijheid stond, arresteerde den man,
dien hij naar het bureau Singel overbracht.
De man zeide bij zijn verhoor, uit
baloorigheid te hebben gehandeld, omdat
hy, sedert geruimen tijd werkloos zijnde,
geen steun ontving. Daar hij te kennen gaf
na zijn vrijlating opnieuw op deze wijze te
zullen voort gaan, heeft de politie hem
eenigen tijd in bewaring gehouden.
TJALKSCHIP OVERVAREN.
Door motortankschip.
Gistermiddag is het tjalkschip „Gerdina"
nabij de Lekbrug te Vreeswijk overvaren
door het motortankschip „Shell 4". Het on
geluk geschiedde doordat de kapitein van de
Shell 4 bij het verlaten van de sluizen, de
tjalk niet bemerkt had.
De 48-jarige tjalkschipper L. J. van Rem-
merde uit Tiel, viel met zijn vrouw en twee
kinderen over boord. De schipper wist zich
aan het anker vast te grijpen en zich op deze
wijze drijvende te houden. De kinderen pak
ten hun vader vast, doch de vrouw kwam
onder het tankschip terecht. Bij het weer
bovenkomen werd zij door de bemanning
van het tankschip aan boord genomen, even
als de drie andere drenkelingen.
Naar het EngeUch
van PAUL TRENT
door J. SCHOUTEN
82)
„Je bent werkelijk erg edelmoedig, Phi
lip, m'n beste. Dat heb ik trouwens altijd
in je gewaardeerd; je bent de edelmoedig
heid zelve en ik haat krenterige mannen. Er
zijn er veel te veel in onze moderne maat
schappij. Wel, ik wensch je veel geluk met
het meisje, maar ik geloof, dat je een groo
te dwaas bent. Ik moet lachen, als ik er
aan denk, hoeveel vrouwen er om je ge
huild hebben en voor wie je als een ijske
gel geweest bent. En dan laat je je door
iemand als Jane Fraser inpalmen. Ik vraag
me af waarom?"
MIk weet wel waarom", zei hij kalm.
',Oh ja, natuurlijk om haar reinheid,
haar vriendelijkheid en haar eerlijkheid.
Mannen als jij worden gewoonlijk door
dergelijke eigenschappen aangetrokken.
Wel ik herhaal, wat ik daareven al zei, ik
hoop dat je gelukkig zult zijn. Tot ziens,
lieve", zei ze bij de deur en wuifde hem
toe, met een spottend licht in haar oogen.
Jane ging naar de salon terug, waar haar
broer en Desbrook op haar zaten te wach
ten. Zij riep Ralph en vroeg hem bij haar
in haar hut te komen. Hij was daar nooit
met haar alleen geweest en aarzelde, doch
zij lachte ruw.
„Doe niet zoo dwaas. Wat zullen wij ons
nu nog aan „les convenances" storen?"
Hij volgde haar, zonder haar iets te vra
gen, maar hij begreep maar al te goed, dat
zij Grafton de belofte gegeven had, die hij
van haar verlangd had; bovendien wist hij,
dat zij haar eenmaal gegeven woord zou
houden. Zoodra zij in haar hut waren,
greep hij haar bij den arm.
„Je zult het niet doen, Jane, ik ver
moord je nog liever", rep hij hartstochte
lijk.
„Dat zou misschien nog de beste oplos
sing zijn. Het geeft niets of je je al op
windt, liefste. Ik heb gedacht en gedacht,
maar het is de eenige uitweg. Dat weet je
zelf wel".
„Maar wij kunnen je offer niet aanne
men. Noch Bill, noch ik. Wij zijn niet zul
ke stumpers, dat wij onze veiligheid aan
de opoffering van een vrouw te danken
willen hebben. Wees niet zoo dom, lieve
ling. Laat mij naar hem toe gaan en hem
zeggen dat je van idee veranderd bent".
Toen zag hij opeens den ring met den
enkelen steen aan den derden vinger van
haar linkerhand en zijn woede barstte op
nieuw los.
„Geef hier dien ring", riep hij woedend.
Zij antwoordde niet, maar stak hem
slechts haar hand toe en hij trok den ring
ruw van haar vinger. Hij bezeerde haar en
zij slaakte een uitroep van pijn.
„Lieveling, het spijt mij", riep hij plotse
ling, zich zelf beheerschend en trachtte
haar in zijn armen te nemen, doch zij hield
hem tegen.
„Neen, liefste. Ik heb Grafton de voor
waarde gesteld, dat van iets dergelijks geen
sprake zou zijn voor ons huwelijk en er
mag ook geen sprake van zijn tusschen
jou en mij. Ik heb hem mijn woord gege
ven en ik ben van plan mij daar aan te
houden. Mijn gevoel van eigenwaarde staat
mij niet toe, mij door jou te laten omhelzen
en kussen alsof wij nog verloofd waren",
zei zij, met bevende stem, terwijl de tranen
haar in de oogen sprongen.
Ralph luisterde echter niet naar wat zij
zei, sloeg zijn armen om haar heen en
drukte haar vast tegen zich aan, haar tel
kens weer kussend. Eindelijk wist zij zich
uit zijn armen los te maken en buiten adem
en zachtjes snikkend holde zij de hut uit.
Ralph volgde haar langzaam en toen hij
in de gang kwam, zag hij Grafton in de
deur van zijn eigen hut Jane staan na
kijken, die hem hooghartig voorbij geloo-
pen was.
„Ik veronderstel, dat ik geen bezwaar
kan maken tegen een afscheid", zei hij
grimmig.
„Jij beest. Hier is je ring", antwoordde
Desbrook en wierp hem dien voor de voe
ten.
„Ga niet te ver, of ik zal je je kennis
making met het „Zwarte Hol" laten ver
nieuwen".
InderdaadDesbjook werd te zwaar
op de proef gesteld, hij deed snel een stap
vooruit en sloeg zijn vijand krachtig in het
gelaat.
Zonder de uitwerking hiervan af te wach
ten, snelde hij achter Jane aan, die hij
schreiend in de armen van haar broer
vond. Zelfs nog voor hij den slag toebracht,
wist Desbrook wel, dat hij dwaas handel
de, maar hij kon zich niet beheerschen.
Hij rende naar Fraser toe en greep hem
bjj den arm.
„Hoor eens, Bill, dat kan zoo niet verder
gaan. Zij heeft beloofd om met dien schurk
te trouwen. Zij droeg zelfs een ring van
hem. Ik heb hem van haar vinger getrok
ken en Grafton voor zijn voeten gegooid.
Toen heb ik hem neergeslagen. Nu ben ik
er bij, vrees ik. Vaarwel voorloopig, lieve
ling", riep hij en kuste Jane.
Grafton had intusschen Taylor bevel ge
geven om naar de salon te gaan, vergezeld
door drie stevige matrozen. Hij kwam op
Desbrook toe en sprak heb rustig aan.
„Ik hoop, dat u geen tegenstand zult
bieden, mijnheer. Het zou u toch niet hel
pen; het is mogelijk dat u een paar van
ons buitengevecht zou stellen, maar dan
zou ik er meer laten aanrukken en we zou
den u tenslotte toch te pakken krijgen.
Gaat u alstublieft kalm mee", zei Taylor,
op respectvollen toon.
„Doe hem de handboeien aan", riep Graf
ton vanaf de deur en zijn bevel werd met
merkbaren tegenzin uitgevoerd. Ralph zag
wel dat een gevecht zou eindigen in een
afstraffing van hemzelf, dus gaf hij zich
over en stak zijn handen uit voor de boeien.
„Ga mee, Taylor", zei Grafton kortaf en
ging de gang in, gevolgd door Taylor,
die naast Desbrook liep.
Fraser volgde hen en te oordeelen naar
zijn gelaatsuitdrukking had het er veel
van, dat hy op het punt stond om tot den
aanval over te gaan, maar Ralph voor
kwam hem.
(Wordt vervolgdl.
f