Herdenking Dr. Abraham Kuyper.
De turnkring Alkmaar en Omstreken
jubileert.
^Buitenland
ALKMAARSCHE COURANT van DONDERDAG 28 OCTOBER 1937
Ledenvergadering der Vrije Universiteit.
Toespraken van Dr. Colijn.
Nieuws in 't kort.
SPORT
Dames en heeren keurturners naar Alkmaar.
WAT DE KRING DEED.
Bakhuys bracht beroering
in de Fransche
voetbalwereld.
Wat er aan het verleenen van zi]n
werkvergunning voorafging.
DERDE BLAD
De Vrije Universiteit te Amsterdam heeft
vanmiddag het eeuwjaar van haar stichter,
dr. A. Kuyper, op plechtige wijze herdacht
met een ledenvergadering en een openbare
senaatszitting in de Apollohal te Amster
dam.
De ledenvergadering, welke zeer druk be
zocht was, werd om half elf geopend met
een kort woord van welkom door den
president-directeur, dr. H. Colyn!
De minister-president, dr. H. Colijn, werd
bij zijn binnentreden met gejuich en ap
plaus begroet. Achter hem kwamen de mi
nisters van Dijk en de Wilde, de burge
meester van Amsterdam, dr. W. de Vlugt,
en de curatoren en hoogleeraren van de
Vrije Universiteit, die allen op het verhoog
de podium plaats namen.
De bijeenkomst begon met het zingen van
psalm 146, het eerste en derde vers, en het
voorlezen van psalm 138, waarna dr. Colijn
in gebed voorging. Aan de president en
eere-presidente van het vrouwencomité,
mevrouw S. VerdamOkma en mevrouw
dr. H. Colijn, werden bloemen aangeboden
door kleinkinderen van drie mannen, die
leven en werk gaven aan de Vrije Univer
siteit, n.L de heeren J. van Oversteeg, C.
Verweyk en D. Schut.
Dr. Colijn zeide, dat deze vergadering
eigenlijk een gewone ledenvergadering is
van de vereeniging voor hooger onderwijs,
wellicht met meer introducees dan gewoon
lijk, doch spreker wenschte te volstaan met
de korte openingsformule.
De vergadering werd daarop officieel
geopend.
Het Hollandsch vocaal kwartet, bestaande
uit To van der Sluys, Suze Luger, Louis
van Tulder en Willem Ravelli, bracht hierop
een tweetal liederen ten gehoore, n.1. „Een
zucht beheerscht mijn leven", woorden van
dr. A. Kuyper, getoonzet door Hubert
Cuypers, en het kwartet uit het oratorium
„Elias" van Mendelssohn Bartholdy.
Vervolgens verkreeg mevrouw S. Ver
damOkma, presidente van het Vrouwen-
V. U. plan 1937, hetwoord om aan heeren
directeuren het gespaarde bedrag over te
dragen.
Spr. gewaagde van den grooten bij
val, welke het plan vond. Ook aan
de landsgrenzen stoorde de actie zich
niet Ze vond haar weg in de oost en
in de west en tot in Zuid-Afrika. Het
resultaat is dan ook zeer verblijdend.
Als netto-opbrengst vermeldt de nota
rieel gepasseerde akte het bedrag van
311.781.89.
Toespraak mevrouw Woltjer
van Schelven.
Mevrouw L. B. Woltjervan Schelven,
die vervolgens het woord verkreeg, zeide
dat het comité voor het „5-jarenplan" van
de vrouwen in Indië haar heeft opgedragen,
als zijn vertegenwoordigster op dezen dag
op te treden en de in Indië verzamelde som
aan de directeuren van de Vrije Universiteit
aan te bieden.
Spr. zeide, dat als zij de bijdrage niet
meer dan een goede vijfduizend gulden
vergeleek met wat de vrouwen in Holland
hebben bijeengebracht, haar wel een zeer
groote bescheidenheid past.
Elke gave, die met het hart gegeven
wordt, is echter waard om aangenomen te
worden.
Mevrouw Woltjer verzocht directeuren
om zóó de Indische bijdragen te aanvaarden.
Dr. H. Colijn spreekt.
Vervolgens hield de president-directeur
van de Vrije Universiteit, dr. H. Colijn, een
toespraak, welke hij voornamelijk bedoelde
als een woord van dank, dat hij richtte tot
mevrouw Verdam, mevrouw Woltjer en
mevr. Potgieter en al degenen, die hadden
medegewerkt om deze herdenking te doen
slagen.
Voornamelijk de actie van het vrouwen
comité was het, die spr. met erkentelijkheid
herdacht, en het fonds, dat de Universiteit
in stand houdt. Dit fonds is bijeengebracht
door gaven van eenvoudigen en ontwikkel
den, ook door vrouwen, zoo zeide spr., die
in het huishouden de dweil ter hand nemen.
Het is het geloof van het eenvoudige vrome
volk, dat deze hoogeschool draagt.
Wanneer wij nu heengaan, zoo vervolgde
spr., dan weten wij, hoe wij een krachtigen
steun kunnen verleenen aan de Vrije Uni
versiteit. De geslaagde arbeid, waarvan wij
zoojuist de vruchten hebben gezien, wijst
ons den weg daartoe aan.
Dr. Colijn besloot met de voorlezing van
een stuk door staatsraad Idenburg in de
„Standaard", waarin een pleidooi voor de
Vrije Universiteit wordt gehouden en deed
dan mededeeling van enkele giften voor het
fonds die uit de vergadering waren binnen
gekomen. Na gemeenschappelijken zang
werd het moderamen van het vrouwen-
comité decharge verleend. In totaal was een
bedrag van 313.000 bijeengebracht.
«ede mr, dr. S. de Vries Czn.
Na gemeenschappelijken zang en „de
charge" van het moderamen van het vrou-
mencomité volgde een toespraak van den
president-curator, oud-minister mr. dr. S.
de Vries Czn.
Rede mr. S. de Vries.
Deze begon met de opmerking, dat de
gereformeerden in de van de Heilige Schrift
vervreemde kringen geen al te goeden
naam hebben om hun opinie over de vrouw
in het maatschappelijk leven. Wij zyn er
bijv. tegen, aldus spr., dat de vrouw
plaats neemt in de openbare colleges. Wij
geven niet toe aan den eisch. dat man en
vrouw gelijke rechten hebben op alle le
vensgebied. Wij houden nog vast aan de
bepaling van ons Burgerlijk Wetboek, dat
de man het hoofd der echtvereeniging is en
beluisteren daarin een taal, die bijna
woordelijk uit de heilige schrift is overge
nomen.
Dat alles heet geringschatting van de
vrouw. Doen wy echter inderdaad onder in
waardeering voor onze vrouwen?
Wie eerst de vrouw het meest? Hij,
die haar tracht wys te maken, dat zij
volkomen gelijkwaardig is aan den man
en er naar moet streven dezelfde be
trekkingen als hij te veroveren? Of hy,
die oog heeft voor haar bestemming,
bij scheppingsordinantie haar gegeven?
Ik heb onbegrensden eerbied, zoo ging
spreker voort, voor die schaar van gerefor
meerde vrouwen, die haar huiskamers ver
laten hebben en in moeizame volharding
een kapitaal van ruim drie ton bijeenge
zameld hebben ter uitbreiding der exacte
faculteiten aan onze Vrije Universiteit!
Zijn ze daarmee niet buiten haar vrou
welijk terrein getreden? Het moet gezegd:
met mannenmoed hebben ze dit kranig
werk verricht, doch ze hebben daarbij niets
van haar vrouwelijke zachtheid en teeder-
heid, waarin zij zoo uitbloeien boven ons,
mannen, ingeboet.
Neen, ze zijn op eigen terrein gebleven!
Zy zyn de eerste en voornaamste opvoe
ders der jeugd. Niets overtreft in teeder-
heid de moederlijke liefde. Geen paedagoog
verstaat het beter godsvrucht in het kinder
lijk gemoed aan te kweeken dan de moeder.
Zij ziet de gevaren, die haar kind bij het
opvoeden bedreigen. Zy weet, hoe vooral de
studie het kinderlijk geloof in den huise-
lyken kring gekweekt, bedreigde.
Toen dan ook Kuyper zijn genialen greep
deed op het gebied van het onderwijs en de
Vrije Universiteit stichtte, vond hij weer
klank in gereformeerde moederharten!Is
het dan wonder, dat die moeders, dat die
vrouwen het bestaan dier Universiteit mee
wilden helpen verzekeren, dat zij in stilte
rondgaande om duizenden kleine gaven in
te zamelen, zich welbewust waren aan een
heilige zaak te arbeiden ten bate van hun
eigen kroost?
Als president-curator der Vrije Universi
teit dankte spr. de vrouwen voor haar
werk. God zegene haar er voor!
Van de Duitsche nationaliteit vervallen
verklaard. - De vroegere hoofdredacteur
van het „Berliner Tageblatt" Theodor Wolff,
is bij beschikking van den rijksminister van
Binnenlandsche Zaken van de Duitsche na
tionaliteit vervallen verklaard. Zyn ver
mogen is in beslag genomen. Wolff, die
thans in het buitenland vertoeft, was bekend
door zijn artikelen over de buitenlandsche
politiek. Hij is 69 jaar oud. Nog 66 anderen
zijn van de Duitsche nationaliteit vervallen
verklaard onder wie de in Oostenrijk ge
boren graaf Arco Auf Valley, bekend om
zijn liberale denkbeelden.
De anti-semietische relletjes in Polen. -
Anti-semietische incidenten in Polen hebben
zich voorgedaan aan de polytechnische
school te Lwow, waar vyf joodsche studen
ten gewond zijn en te Wilna, waar de
ruiten van verscheidene joodsche winkels
werden vernield. In de streek van Koejawy
wordt een „jodenlooze week" gehouden: de
nationalisten zijn voornemens voor alle
winkels van joodsche eigenaars de wacht te
betrekken. De advocaten vereeniging te Lodz
heeft in haar statuten de „Ariërparagraaf'
ingevoerd.
Dooden bij huisinstorting. Gisteren
zijn te Minneapolis (Am.) twee verdiepin
gen ingezakt van het gebouw voor den
fruithandel, gelegen in het hart van Min
neapolis, waarbij twee personen den dood
vonden en tien anderen verwondingen op
liepen. Vier hunner verkeeren in levensge
vaar.
Een jacht op de Middellandsche Zee in
moeilijkheden. - Een onderzoek, dat is in
gesteld naar de indentieteit van de vier op
varenden van het jachtje Coquelicot, dat
stuurloos en zonder opvarenden werd aan
getroffen by het eiland Riou (in de buurt
van Marseille) heeft uitgewezen, dat de
eigenaar van dit schip een Nederlander zou
zijn geweest, n.L de 25-jarige heer Brod-
haag. Een jonge vrouw, die zich eveneens
aan boord moet hebben bevonden, zou
Maria Cornelia Wamelen heeten. Deze is
op 21 Januari 1916 te Utrecht geboren. De
beide andere opvarenden waren Francisco
Hernandez de Agierro, de 24-jarige zoon van
den Cubaanschen zaakgelastigde te Brussel
en Antiago Alonso Yllera, een 26-jarige jon
geman. Het schijnt, dat dit gezelschap door
een storm is verrast en, weinig bedreven in
het zeilen, over boord is geslagen. In het
jacht bevond zich een groote voorraad
wapenen, geneesmiddelen, gereedschappen
en verscheidene zeekaarten, uit welke
laatste valt af te leiden, dat de jongelui
van plan waren een langdurigen kruistocht
te maken naar Napels en Zuid-Italië. Geen
enkel slachtoffer is gevonden.
Mijnwerkers opgesloten. - Men vreest,
dat 14 mijnwerkers tengevolge van een
ontploffing in een myn te Anchorace (Alas-
ka) den dood hebben gevonden. Reeds zyn
zes lijken geborgen, men koestert weinig
hoop. de anderen te redden.
Instructies voor den idealen politie,
man. - Turksche politiebeambten moeten
volgens een nieuwe instructie van het mi
nisterie van Binnenlandsche Zaken „jong,
helder, goedgekleed en knap" zyn, doch
bovenal beleefd jegens iederen burger of
vreemdeling. Een schoenpoetser of een lid
van het Turksche parlement, een buiten
landsche arbeider of een reizende milion-
nair hebben volgens het ministerie het
zelfde recht om door de politie hoffelijk te
worden behandeld. Zij moeten op alle
redelijke vragen welwillend antwoorden en
wanneer zij het antwoord niet kennen, moe
ten zy de vragers zenden naar menschen,
die het weten kunnen. Voortaan zullen
politie-officieren slechts gerecruteerd wor
den uit jongelui, die hooger onderwijs
hebben genoten. Bevordering kan slechts
op grond van verdienste geschieden. Zij die
vreemde talen kennen, zullen speciale on
derscheidingsteekenen krijgen en de voor
keur genieten. Politie-officieren, die dienst
doen aan de grens of in de havensteden,
zullen vreemde talen moeten kennen.
Slechts officieren, die de cursussen van het
politie-instituut, dat te Ankara is gesticht,
met succes hebben gevolgd, zullen de hooge
posten in het politiecorps mogen bezetten.
Een haai gevangen. - Een visscher van
Malo des Bains heeft in zijn netten een
haai gevangen van zeven meter lengte. Het
monster woog niet minder dan driehonderd
kilo.
Vergiftiging in kachelfabriek. - In een
kachelfabriek te Petrograd aan de grens
van Joegoslavië en Hongarije zyn gisteren
een ingenieur en vyf werklieden door
giftige gassen bedwelmd. De ingenieur en
twee der arbeiders kwamen om het leven.
De toestand in Marokko. - Bij het uit
gaan der Moskee te Port Lyautey in Ma
rokko trachtten gisteren honderden inboor
lingen te betoogen tegen de arrestatie van
eenige leden van het bestuur der nationa
listische beweging. Toen de politie den
stoet wilde leiden, ontstond er een hand
gemeen, waarbii zes menschen gewond wer
den. De politie moest toen van de wapenen
gebruik maken, tengevolge waarvan twee
inboorlingen gedood en drie gewond wer
den. Dioeri, lid van het comité van actie,
werd gearresteerd.
Brand in het Balfourbosch. - In het
Balfourbosch op de heuvels van Nazareth
heeft een geweldige brand gewoed. Men
veronderstelt, dat de brand moedwillig is
gesticht. Duizenden boomen zijn mede door
den krachtigen wind vernield.
Schrijver veroordeeld. - De rechtbank
van Boedapest heeft den Hongaarschen so
cioloog Imre Kovacs, den schrijver van het
boek „Zwijgende Revolutie", wegens op
ruiing tegen de rijken en laster tegen den
Hongaarschen staat, veroordeeld tot drie
maanden gevangenisstraf. Bovendien werd
gelast het boek in beslag te nemen.
Een testament op een gramofoonplaat. -
Een inwoner van Brisbane in Ausratlië
heeft een wel zeer ongebruikelyken vorm
voor zijn testament gekozen. Hij heeft zijn
laatsten wil vastgelegd op een gramofoon
plaat die na zyn dood in tegenwoordigheid
van zijn verzamelde familieleden en vrien
den zal worden afgedraaid.
De turnkring Alkmaar en omstreken
jubileert! Opgericht in het seizoen 1912-
1913, herdenkt hij dit seizoen het 25-
jarig bestaan en er zyn redenen te over,
om dit zilveren feest te herdenken met
een zeer bizondere uitvoering.
Want de turnkring heeft heel wat ge
daan voor de turnbeoefening, heeft heel
wat gedaan voor het K.N.G.V., van
welk verbond de kring een onderafdee-
ling is.
Om even iets over den jubileum-avond te
vertellen: het K.N.G.V. stuurt Zaterdag 13
November op den avond van het feest
zijn keurcorpsen dames en heeren naar Alk
maar en deze zullen daar een uitvoering ge
ven, waarvan de zaal in vervoering zal ko
men.
Och, men weet het: onze dames hebben een
naam op te houden. Op de Olympische Spe
len te Amsterdam in 1928 veroverden zij de
gouden medaille en hoewel ze jammer ge
noeg, haar titel later niet verdedigd hebben,
zijn haar prestaties nog steeds vooruitge
gaan. We kunnen dus op den Turnkring
avond zeker iets heel bizonders zien.
En dan de heeren! Voor hen is het een
zeer bizondere dag. Want op het oogenblik
werkt men bij het K.N.G.V. met een groote
groep heeren, om tot een selectie te komen
voor de naderende wedstrijden tusschen Ne
derland en Tsjechoslowakye. Op 7 November
zal te Leiden het heeren-keurcorps worden
benoemd, dat tegen Tsjechoslowakije de Ne-
derlandsche kleuren zal verdedigen en dit
keurkorps zal een week later in Alkmaar
demonstreeren. Dat beteekent dus een groep
turners, die voor de volle 100 pCt. geoefend
zijn.
Acht dames en acht heeren, de allerbesten
van ons geheele land, komen dus in de Har
monie.
Zoodat we hier iets zullen zien, dat bijzon
der uniek is!
Grepen uit de vervlogen jaren.
Wij hebben dezer dagen een avond
doorgebracht by den tegenwoordigen
voorzitter van den turnkring, den heer
Reurslag en met hem en de andere be
stuursleden van den kring genoegelijk
zitten praten over den „goeden ouden
tyd".
En wij hebben heel veel gehoord over
de 25 jaren van den kring; heel veel, dat
niet voor publicatie geschikt is; heel veel
ook, dat wel gememoreerd mag worden.
Het is in dit verband wel eigenaardig, dat
van een paar perioden geen notulen of aan-
teekeningen beschikbaar zijn. Want toen wij
graag iets wilden noteeren over de eerste ja
ren, toen moest eigenlijk alleen het geheu
gen der bestuurders ons helpen. Want tct
ongeveer 1918 ontbrak elke gegeven
Het K.N.G.V., dat in 1913 nog lang niet
droomde over het praedicaat „Koninklijke",
bestond toendertijd uit gewesten, die min of
meer zelf^andig werkten.
Zijn diéjjfeewesten te groot geweest voor
een intensieve samenwerking? Wij weten
het niet, maar wel is bekend, dat de Alk-
maarsche vereenigingen Kracht en Vlug
heid, de Halter en Turnlust in 1912 de kop
pen bij elkaar staken, een commissie be
noemden en aan deze opdracht gaven om
plannen uit te werken tot oprichting van
een turnkring als onderdeel van het gewest.
Deze commissie, bestaande uit de heeren
P. G. J. Jung (sindsdien overleden), J. Ter-
maat en H. Lindeboom, ging met ijver aan
het werk, stuurde circulaires aan veertien
turnvereenigingen in Alkmaar en omgeving,
convoceerde spoedig daarop een vergadering
en mocht het genoegen smaken, dat op die
vergadering de turnkring Alkmaar en om
streken werd opgericht. Natuurlijk was een
der allereerste daden het benoemen van een
bestuur en een technische commissie. Voor
het eerst werd als bestuursleden gekozen de
heeren P. G. J. Jung J. Termaat, H. Lm
deboom, J. Swetsman, Snoeks, Ootjes en Bult
en als leden der T.C. de heeren C. v. d.
Sluis (f), J. J. Pol en J. Schrieben. Verder
werd bepaald, dat steeds een turndag zou
worden gehouden en dat vaardigheidsproe-
ven zouden worden afgenomen. Dat alles had
tot ondergrond, de turnsport op hooger peil
te brengen en de turnbeoefening meer nog
dan voordien te propageeren.
Er werd gewerkt!
Dat doel werd volkomen bereikt; misschien
niet heelemaal op de manier, zooals het be
stuur zich dit gedacht had, maar dat is voor
ons bijzaak. Hoofdzaak is, dat er onder de
aangesloten vereenigingen een groote naijver
kwam; ieder oefende en trainde zooveel als
in zijn vermogen lag, om toch maar vooral
zijn eigen vereeniging een eerste plaats te
bezorgen. En zoo kwam het, dat bijvoorbeeld
de Alkmaarders J. J. Pol en J. Schenke wel
dra tot de allerbeste turners van Nederland
gingen behooren en overal heen trokken, om
prijzen te behalen.
Helaas! de mobilisatie kwam en met deze
de moeilijkheden in den kring. Tal van leden
en bestuursleden werden onder de wapenen
geroepen en hoewel er nog wel geturnd
werd, ging alles heel gebrekkig. Misschien
is die mobilisatie ook wel oorzaak geweest
van het totale ontbreken van gegevens over
het intieme leven van den kring.
Pas tegen het einde der mobilisatie werd
den kring nieuwe leven ingeblazen. Maar als
men de jaarverslagen leest, dan merkt men
toch, dat lang niet alles in orde was. Er wer
den wel kringdagen georganiseerd, er wer
den wel vaardigheidsproeven afgelegd, zelfs
werd er deelgenomen aan slingerbalcompeti-
ties e.d., maar toch, er ontbrak veel, dat goed
geweest zou zijn in het belang van de turn
beoefening.
De laatste jaren.
Gelukkig is er geleidelijk een verandering
ten goede gekomen. Langzamerhand werd
het feit der uitvoeringen opgevoerd, de jaar
verslagen werden eveneens uitvoeriger en
opgewekter, het ledental groeide regelmatig
en zoo komen we dan eindelijk tot de pe
riode van thans.
En voorzitter Reurslag vertelde: Myn eer
sten turndag, dien ik als voorzitter van den
kring meemaakte, nu een jaar of acht gele
den, vergeet ik nooit. We waren in Heiloo
en daar was ook een bondsbestuurder aan
wezig. 't Gevolg was een critisch verslag,
dat niet zuinig was!
Of we 't erg vonden? Wel nee! We deden
er ons voordeel mee en het gevolg was, dat
elke volgende turnkringdag beter georga
niseerd werd en dat het peil der uitvoeringen
steeds steeg.
Daarbij kwam, dat de vaardigheidsproeven
verdwenen. Deze beantwoordden n.L niet
aan haar doel en we besloten toen, om per-
soneele wedstrijden le, 2e en 3e graad te
organiseeren. Dat zijn de nu zoo populaire
Korenbeurs wedstrijden geworden. Verder
werden er vereenigingswedstrijden in het
leven geroepen, allen betrekking hebbende
op vrije oefeningen. En tenslotte werden
athletiekkampioenschappen georganiseerd.
Nog was men niet tevreden. Steeds om
vangrijker werd het werk van den kring en
zoo herinneren wij ons de dual-meet tusschen
Alkmaar en West-Friesland, georganiseerd
door beide kringen.
Deze dual-meets zijn van grooter belang,
dan men oppervlakkig meent. Want nu moest
de kring een keurploeg samenstellen. Het di
recte gevolg daarvan was, dat de beste tur
ners en turnsters gezamenlijk gingen oefe
nen en dat uit dezen grooten groep een
nauwkeurige selectie werd gedaan. En zoo
zijn de dames en heeren ook thans weer aan
het oefenen voor den kringwedstrijd tusschen
Alkmaar, Kennemerland en Holl. Zuider
kwartier.
Daar moet wel iets goeds uit groeien!
Een paar cijfers.
We zullen dit artikeltje besluiten met een
paar cijfers, die voor zich zelf spreken.
By de oprichting in 1913 waren 7 vereeni
gingen aangesloten met totaal 137 heeren en
53 dames. In 1918 waren deze getallen resp.
7, 141 en 64, in 1926 was het ledental totaal
278, in 1932 (toen ook de jongeren lid wer
den) resp. 117 heeren, 124 dames, 281 meis
jes en 257 jongens en op het oogenblik telt
de turnkring 12 aangesloten vereenigingen
met 180 heeren, 225 dames, 300 jongens en
450 meisjes. De vereenigingen, die thans lid
zijn van den kring, zijn: de Halter, Turnlust
en Kracht en Vlugheid (allen Alkmaar), Be
Quick, Bergen; O.K.K., den Helder; Olym-
pia, Schoorl; U.d.I. N.E.A., Hensbroek; Voor
waarts, Stompetoren; D.O.S., Castricum; D.
A.S.K.O., Warmenhuizen, Turnlust, Oterleek
en Voorwaarts, Koedijk.
En het huidige bestuur ziet er als volgt
uit: H. J. Reurslag, voorzitter; P. Vader, 2e
voorzitter; W. Portegijs, secretaris en P.
Miessen, penningmeester, terwijl de techni
sche commissie bestaat uit de heeren G. de
Rie, voorzitter, W. Portegijs, secretaris, F.
Nol, A. Kamp, J. Mooij en A. Kamp, allen
leden, terwijl voor de athletiek medewerking
verleenen de heeren C. Bakker uit Heiloo en
C. Pronk uit Warmenhuizen.
De kring is verder vertegenwoordigd in
de H.L.O. en in de eommissie tot ontwikke
ling en ontspanning van werkloozen.
Men ziet uit bovenstaande, dat de kring
alle moeilijkheden te boven is gekomen, dat
hij zelfs zijn vleugels verder uitgespreid
heeft en thans een schoone toekomst tege
moet gaat.
De feestavond van 13 October mogen een
waardig slot zijn van de eerste 25 jaren; de
kringbestuurderen zullen dan door velen ge
complimenteerd worden.
En een volle zaal zal getuige kunnen rijn
van een turnavond, die iets heel, heel bizon
ders zal bieden!
Voetbal.
De werkzaamheden, verbonden aan
het verleenen van een werkvergunning
aan Bakhuys in Frankrijk hebben meer
beroering en onderlinge oneenigheid in
de Fransche voetbalwereld gebracht,
dan de buitenstaander zou vermoeden.
Voor de tweede maal zou het „geval
Bakhuys" Woensdag j.L definitief beslist
worden en voor de tweede maal werd de
beslissing uitgesteld, nu tot gisteravond.
In de zitting van Woensdag van de com
missie, belast met het onderzoek in de
kwestie, ging het zeer geheimzinnig toe.
Voor het begin der beraadslagingen moes
ten de aanwezigen hun eerewoord geven,
niets over de besprekingen en over het
eventueel te nemen besluit los te laten,
voordat het besluit van de F.F.F.A. open
baar gemaakt was. Zooals men weet, ver
leent de F.F.F.A. tenslotte de werkvergun
ning, al zal daarbij het oordeel van de
commissie een beslissende rol spelen.
Ondanks dit verzoek om geheimhouding
kunnen wij toch mededeelen, dat de leden
van de commissie het eenstemmig eens
waren over het feit, dat het „geval Bak
huys" in wezen weinig verschilde van de
aanvragen om werkvergunning, die van de
andere buitenlanders behandeld waren.
Bovendien sprak de commissie als haar oor
deel uit, dat de geheele zaak sterk overdre
ven was en dat men den betrokkene veel
in de schoenen wilde schuiven, wat abso
luut bezijden de waarheid was.
Zijn er evenwel in deze zaak toch fouten
gemaakt, dan zijn deze begaan door de
F.C. Metz en de Stade Reims, die geen van
beide reglementair gehandeld hebben. De
commissie stelde dan ook de F.F.F.A. voor,
Bakhuys een werkvergunning te verleenen,
maar de beide betrokken vereenigingen een
flinke boete op te leggen.
Lotsy's oordeel.
Ook de heer K. Lotsy schijnt zijn oordeel
in deze kwestie te hebben gegeven. Toen hij
n.L op 10 October, ter gelegenheid van den
wedstrijd FrankrijkZwitserland in Parijs
vertoefde, was hy eenige uren de gast van
den heer M. Rimet, den voorzitter van den
Franschen voetbalbond. Bakhuys vond by
den heer Lotsy geen genade en hij maakte
den oud-internationaal bittere verwijten
over zyn gedragingen in Nederlandsch
voetbalverband. Op den heer Rimet maakte
die oordeel grooten indruk en zoo was het
geen wonder, dat hij den heer Herlory,
voorzitter van de F.C. Metz, toen deze hem
wilde spreken, antwoordde:
„U komt over het geval Bakhuys? Dat
betreur ik en ik wil u eerlijk verkla
ren, dat ik zal aftreden als voorzitter
van den Franschen voetbalbond, als dit
lichaam Bakhuys een werkvergunning
geeft".
Lotharingen dreigt.
Het onderhoud tusschen de heeren Rimet
en Herlory wierp verder nog een eigenaar
dig licht op de verhoudingen in de Fran
sche voetbalwereld.
De heer Herlory gaf daarby een typisch
kijkje op de stemming, die in Lotharingen
ten opzichte van de F.F.F.A. heerscht. „De
Lotharingsche voetbalwereld", zoo ver
klaarde de heer Herlory, „verlangt dringend
de werkvergunning voor den Hollander.
Mocht deze niet afkomen, dan zal zy onge
twijfeld de voetbalsport boycotten".
In dit verband herinnerde de voorzitter
van de F.C. Metz aan een soortgelijk geval
in Strassbourg, waar de massa het ook niet
eens was met een besluit van den bond en
de heer Rimet gedwongen was met het ge
heele bondsbestuur naar deze plaats te ko
men, om de gemoederen weer tot rust te
brengen. De Lotharingers voelen zich blijk
baar nog altyd by Parijs achtergesteld en
gezien hun opvliegenden aard, achtte de
heer Herlory moeilijkheden met hen niet
uitgesloten.