KAMER VAN KOOPHANDEL PUROL VAN KABOUTER FLIP EN ZIJN VRIENDJE WIP. Bij den dood van den Gouverneur van de Nationale Bank van België. Stad en Omgeving De algemeene voorzitter en de onder-voorzitters herkozen. De weg Limmen-Uitgeest-Akersloot wordt geheel verbeterd. Een veelbesproken figuur, die in vollen is verdwenen. strijd Onwaardige Rexisten in actie. 'Provinciaal Hicuws OUDKARSPEL SCHELLINKHOUT STOMPETOREN SCHAGERBRUG DERDE BLAD. ALKMAARSCHE COURANT van DONDERDAG 6 JANUARI 1938. In de gistermiddag ten Stadhuize ge houden ledenvergadering van de K. v. K. voor Hollands Noorderkwartier werd niet bijgewoond door de heeren Nobel, Blaau- boer en Bonnet (met kennisgeving afw.) en Ringers, te wiens aanzien de voorzitter de hoop uitsprak, dat hij spoedig weer aan den arbeid der kamer zal kunnen deelnemen. Verder was nog wegens onge steldheid afwezig (voor het eerst geduren de zijn ambtstijd) de heer Scheffel, secre taris der kamer, wiens functie thans werd waargenomen door den heer H. W. Hols- muller, adj.-secretaris. Als gast was aanwezig de heer H. Leber van Texel, die zich bij de jongste verkie zingen niet weer herkiesbaar had gesteld; het in zijn plaats gekozen lid, de heer J. J. van Beem had eveneens aan de tafel plaats genomen en werd met een enkel woord door den voorzitter als lid geïnstalleerd, waarbij hij de hoop uitsprak, dat de heer van Beem krachtig zal willen meewerken aan den bloei van dit gewest. Den heer Leber bracht spr. dank voor wat hij in de zesjarige periode had gepresteerd. De voorzitter wenschte den leden een gelukkig jaar 1938 in hun, gezinnen en hun zaken en sprak daarna zijn nieuwjaars rede, waarvan wij gister nog het voor naamste hebben kunnen opnemen. De heer K o 1 s t e r bracht als tolk der vergadering den voorzitter dank voor zijn uitgebreid en duidelijk overzicht van den toestand in de bedrijven. Hij hoopte, dat onder Gods zegen verbetering zal mogen komen. Hij feliciteerde den heer Arntz met het 15e jaar van zijn voorzitterschap en hoopte, dat daaraan nog vele jaren worden toegevoegd. Wat de toevoeging betreft van de Wieringermeer aan het gebied der Kamer, hoopte spr., dat zij zal meewerken tot den bloei en het aanzien der Kamer. Verkiezingen. De aftredende voorzitter en de aftreden de onder-voorzitters, resp. de heeren Arntz en Kolster (grootbedrijf) en Schmalz (klein-bedrijf); werden allen met op één na algemeene stemmen herkozen en namen de genoemde functies verder op zich. De verschillende commissies werden voor dit jaar bij acclamatie weder samengesteld zooals in 1937. De weg LimmenUitgeest t Akersloot. Naar aanleiding van een schrijven der r.-k. middenstandsvereeniging De Hanze te Castricum inzake den slechten toestand van genoemden weg deelde de heer Valke- ring mede, dat in een bespreking tusschen de prov. commissie voor wegverbetering met de besturen der gemeenten Limmen, Uitgeest en Akersloot en van den Groot- Limmerpolder is overeen gekomen, dat de provincie den weg in goeden staat zal brengen en houden, waarvoor de drie ge meenten elk 100 en de polder 200 per jaar zullen betalen gedurende tien jaren. Overeenstemming met den minister zal ongetwijfeld worden verkregen, zoodat het hoogheemraadschap te Alkmaar, dat het werk zal uitvoeren, daarmee in het aan staande voorjaar zal kunnen beginnen. Men mag verwachten, dat tegen den herfst de weg geheel klaar zal zijn. Ingekomen was een afschrift van een aan den ministerraad gericht adres van den Bond van Nederl. handelaren in brandstoffen te Amsterdam betreffende de erkenning van. de in dit adres met name genoemde vereenógingen en bonden, zulks in verband met de door de Kolenconventie vastgestelde regeling om te komen tot or dening in den verkoop van huisbrandstof fen. Voor kennisgeving aangenomen. Voorts was ingekomen een adres van de K. v. K. te Leiden, gericht aan den minis ter van economische zaken nopens de uitvoering van landbouwcrisismaatregelen. In het adres worden bezwaren uiteengezet tegen het streven om deze uitvoering door „■bedirijfsgenooten" te doen geschieden. Voor kennisgeving aangenomen. Tarief watergebruik voor industrie. Verslag eener bespreking tusschen een commissie uit Ged. Staten en een delegatie uit de commissie, ingesteld door de Kamers van Koophandel en Fabrieken in Noord holland ter bestudeering van de water leidingtarieven, te Haarlem gehouden op 17 November l.L De hee,r Kluitman, voorzitter van de commissie uit deze K. v. K., las een gedeel te voor uit de notulen van genoemde be sprekingen en daaruit bleek, dat Ged. Staten voorloopig niet denken aan verla ging van de tarieven van door de industrie gebruikt water, omdat zij naar hun mee ning vóór alles moeten zorgen, dat het P. W. B. gezond blijft. Niet vergeten mocht worden, dat nog niet lang geleden een algemeene verlaging is toegepast. Zoodra waterwining uit het IJselmeer mogelijk zal zijn, hopen Ged. Staten een reservoir te doen bouwen ter voorziening in de be hoefte aan goedkooper bedrijfswater. De heer Grondsma constateerde, dat het waterleidingbedrijf niet gesteld is op groot-verbruikers, omdat de grondstof (het water) slechts in beperkte mate aan wezig is. De industrie zal voorloopig aan gewezen zijn op nortonpompen en zal moeten wachten op water uit het IJsel meer. De heer Kluitman zei, dat hij ge vraagd had om in afwachting van die mo gelijkheid althans een verlaging te brengen in de tarieven voor de industrie, maar hij had daarop een afwijzend antwoord ont vangen. De heer Moens zou Ged. Staten willen raden op te passen, want als eenmaal de industrie zich zelf heeft leeren helpen ten aanzien van de watervoorziening, komt zij niet bij de provincie terug als straks water uit het IJselmeer zal kunnen worden be trokken. De voorzit ter was van meening, dat het P. W. B. een te groote afschrijving toe past en bovendien méér terreinen heeft gekocht dan het noodig heeft, en waarop thans parken worden aangelegd, zoodat de kosten onnoodig worden opgevoerd (spr. wees ook nog op hetgeen in Egmond aan den Hoef is gedaan op het terrein van het Slot). Te betreuren is, dat geen enkele gemeente een eigen waterleiding zal kun nen aanleggen, omdat de provincie geen concessie zal geven. Spr. wees nog op de instelling van het technologisch instituut door de provincie en waarvan het doel is tie stichting van nieuwe industrieën in de provincie te bevorderen en toch maakt de tarievenpolitiek van de waterleiding zulke nieuwe vestigingen onmogelijk. Het middenstandsborgstellingsfonds. Op Voorstel van den heer Moens, voorzitter van de commissie van verorde ningen, werden een drietal wijzigingen in de statuten van het middenstandsborgstel lingsfonds goedgekeurd. De eerste aftre ding van bestuursleden zal nu geschieden in 1940; om in een bepaalde gemeente hulp te kunnen bieden zal de betreffende ge meente moeten bijdragen in het stichtings- Kapitaal en bovendien een jaarlijksche bij drage geven; om te kunnen worden ge holpen zal niet meer geëischt worden dat de betreffende zaak vijf jaar bestaat, maar zal met drie jaar genoegen kunnen worden genomen. De laatste twee wijzigingen werden ge- wenscht door den minister. Na eenige besprekingen werd besloten dat er nogmaals pogingen zullen worden gedaan om het gemeentebestuur te bewe gen tot het fonds toe te treden. Vereischten vestigingswet. Adres van de K. v. K. te Tiel, gericht aan den minister van econ. zaken, betref fende de opleiding tot het verkrijgen van handelskennis in verband met de vesti- gingseischen. Gevraagd wordt hierin om den minister van O., K. en W. te verzoe ken: 1. het lesrooster der handelsavond school zoodanig te doen aanvullen, dat naast de bestaande opleiding van kantoor personeel de opleiding van middenstan ders voor handelskennis i. v. m. de vesti- gingseischen mogelijk zal zijn; 2. te be palen, dat zij, die in het bezit zijn van een einddiploma handelsavondschool, afdee- ling middenstandsopleiding, zonder meer worden vrijgesteld van het voldoen aan de in art. 3 lid 1 der vestigingswet kleinbe drijf 1937 bedoelde minimumeischen van handelskennis. Tevens zou ten zeerste op prijs worden gesteld, indien eenzelfde maatregel zou worden getroffen ten aanzien van het u.l.o., zoodat zij, die met gunstig gevolg de u.l.o.-school hebben doorloopen, dezelfde rechten daaraan zouden ontleenen met be trekking tot den minimum-eisch van han delskennis. Na uitvoerige besprekingen over het al of niet wenschelijke van het voldoen aan den wensch van adressante werd het schryven op voorstel va nden voorzitter in handen gesteld van de onderwijscommis sie uit de Kamer, met de bedoeling dat in de volgende vergadering advies zal wor den uitgebracht. Rondvraag. Na rondvraag, waarbij de heer van Beem medewerking vroeg voor verkrij' ging van verlenging van openstelling der postkantoren op Texel, volgde sluiting der vergadering. Ruwe Huid Ruwe Handen Ruwe Lippen Doos 30 cent. Bij Apoth. en Drogist- (Van onzen Brusselschen correspondent). Brussel, 4 Januari 1938. Vandaag is plechtig minister van staat, Louis Franck, gouverneur van de Belgische Nationale Bank, ten grave gedragen. Zijn afsterven heeft een pijn lijken en diepen indruk gemaakt, want deze man, die een buitengewoon figuur was en als Vlaamsch liberaal zeer vele diensten heeft bewezen aan de gemeen schap, waartoe hij behoorde, is heen gegaan op het oogenblik dat hij in vollen strijd was om zijn eer te ver dedigen. Over zijn veelzijdige bedrijvigheid als jurist, die gespecialiseerd was in het inter nationaal zeevaartrecht; als kunstkenner en kunstbeschermer; als politiek man en nadien als leider van de Nationale Bank zullen wij hier niet uitweiden omdat U er ongetwijfeld reeds kennis van hebt genomen. Wij willen hier zijn heengaan bespreken, vooral met liet oog op de actualiteit, waarvan men den geest al dadelijk begrijpt bij de vaststelling dat het tot vier bladzijden verschrompelde rexistische orgaan van den heer Degrelie letterlijk victorie kraait. Een dergelijke weerzinwekkende uiting van vreugde bij den dood van een man heeft men hier nog niet beleefd. Men weet dat de heer Franck een verlof van drie maanden had gekregen in verband met de vele aanvallen welke tegen hem waren gericht, den dag zelf dat de heer van Zeeland en zijn mede werkers zijn afgetreden. Practisch was hij reeds opgeofferd geworden vermits een wet de leeftijdsgrens had bepaald op 70 jaar voor den gouverneur van de Nationale Bank, en hij hierdoor spoedig zou worden getroffen. Velen zijn van meening geweest dat ten opzichte van den heer Franck de houding moest worden aangenomen, die de regeering heeft gevolgd bij de aanvallen van Degrelie tegen een van de ministers, den liberaal M. H. Jaspar. Men herinnert zich dat deze ook heeft bloot gestaan aan een lastercampagne vanwege Degrelie, die ten slotte tot een voorwaardelijke straf werd veroordeeld. Zoolang het gerecht geen uitspraak had gedaan Heeft men M. H. Jas par in elk opzicht gedekt, alhoewel de h. M. H. Jaspar niet dezelfde personaliteit is als de heer Franck was. De loop van de ge beurtenissen heeft bewezen dat deze hou ding de eenige verstandige was. Degrelie is voor de rechtbank met heel zijn bewijs voering ineengestort en is eenvoudig een lasteraar gebleken. Van bij het eerste op hefmakende proces van Degrelie was er reeds sprake geweest van den heer Franck, n.1. in het proces van den heer Segers tegen Degrelie. De katholieke minister van Segers was beschuldigd geworden Degrelie van allerlei geknoei in met de middenstandsbank bekend staat door verband als de „Mutuelle" van Antwerpen. Hij verklaarde dat geld van de gemeenschap, verkregen door politieke invloeden, was aangewend geworden voor persoonlijke doeleinden, alleszins niet voor het doel waarvoor het normaal was bestemd geworden, n.1. het vrijwaren van de belangen der kleine spaarders. De heer Segers verloor zijn proces en in het vonnis van de tweede 83. Zij op hun beurt vertelden van hun leventje hoog in de bergen, van hun eerste vliegoefeningen en ervaringen en van hun steeds groter wordende tochten als ze zich meer bekwaamd hadden. 84. Flip vertelde van zijn reisplan en zijn lust om eens wat meer van de wereld te zien, waarop de adelaar hem de raad gaf om verschillende vogels, die veel gereisd hadden, eens te raadplegen omtrent zijn route. burgerlijke kamer te Brussel kwamen over wegingen voor die kritiek uitoefenden op de Nationale Bank, alhoewel de Nationale Bank met de zaak niets had te maken en dit buiten het rechterlijk contract viel, zooals dit uit de processtukken moest blijken. De heer Segers heeft hooger beroep aange- teekend tegen dit vonnis, maar dit hooger beroep is nog steeds niet behandeld ge worden. De raadsman van den heer Segers is gehinderd geworden, omdat een rechter lijk onderzoek werd ingesteld in verband met de „Mutuelle". Er moest gewacht wor den op den uitslag van dit onderzoek. Een paar weken geleden heeft de Antwerpsche raadkamer ontslag van rechtsvervolging verleend ten gunste van den heer Segers, die dus vrij uitgaat wat de feiten betreft, die door Degrelie tegen hem werden aange voerd. Diit beteekent nog niet, dat nood zakelijker wij ze de heer Segers zijn proces had moeten winnen, omdat de heer Degrelie te ver was gegaan. Het Hof zal dat moeten uitmaken. Doch de omstandigheid bewijst alleszins dat met beschuldigingen van dien aard, die betrekking hebben op een zeer bewogen crisistijd %en groote omzichtigheid moet worden in acht genomen. Ook wanneer het anderen betreft, zooals de heer Franck. Ook de heer van Caewelaert won zijn pro cessen tegen Degrelie. De overwegingen van het genoemde vonnis inzake de Natio nale Bank maakten destijds ophef. Degrelie zag er een aanleiding in om zijn compagne tot den heer Franck uit te breiden, dien hij beschuldigde van een dertigtal millioen dis- contocredieten ter beschikking van Julius Barmat te hebben gesteld met valsche wis sels als waarborg. De h. Franck spande op zijn beurt een proces in, maar ingevolge het beginsel dat het strafrechterlijke voorrang heeft op het burgerlijke moest de rechtbank zich onbevoegd verklaren om den burger lijken eisch van den h. Franck te onder zoeken, zoolang het strafproces tegen Bar mat niet was geëindigd. Dit beteekende dat de h. Franck zijn standpunt slechts kon ver dedigen na verscheidene jaren en intusschen bij het publiek de meening moest blijven bestaan dat Degrelie gelijk had. Sedertdien heeft het Barmatproces bewezen, dat deze inderdaad met valsche wissels heeft ge knoeid en de Nationale Bank heeft be drogen, doch er is niet het minste element gevonden door het parket, waaruit zou blijken dat hierbij de persoon van den gouverneur in het gedrang kwam. Het was een pijnlijke zaak. Dat was echter het voor spel. Intusschen waren de campagnes tegen den h. van Zeeland ontstaan in verband met de vergoedingen welke hij als vice- gouverneur van de Nat. Bank heeft ont vangen, samen gaande met beschuldigingen volgens dewelke vorderingen, die afge schreven worden in de Winst- en Verlies rekening van de Bank, omdat zij niet meer te realiseeren waren, later toch werden geïnd, zonder dat zulks in de algemeene boekhouding duidelijk bleek. Deze sommen werden niettemin verantwoord op een an dere manier als ontvangsten en gebruikt om gratificatiën te betalen aan het hooger per soneel voor bewezen diensten, dit ook zonder dat de fiscus bedrijfsbelasting ontving op deze gratificatiën. Het gerecht greep alsdan in. Er was sprake over „onregelmatigheden", over „vervalsching in de boekhouding". Dat schokte het prestige zoowel van den gou verneur als van den h. van Zeeland. Men kan niet regeeren, ook niet in de Nationale Bank, in de schaduw van het gerecht. Deze gebeurtenissen, van jongen datum, moet men zich opnieuw voor den geest brengen om al het tragische van den dood van den heer Franck te beseffen. Het ge recht heeft zijn onderzoek nog niet ge ëindigd. Het is in België geheim en in deze aangelegenheid werd het goed bewaard. Het is ons echter bekend dat voor korten tijd de drie accountants die de comptabiliteit van de bank voor het parket onderzochten, geen elementen hadden kunnen verzame len van delictueusen aard. Om een delict te kunnen formuleeren moet ook de kwade trouw bestaan, de wil om te schaden, waar omtrent de vaststellingen van de accoun tants niets blijken te hebben ontdekt. De sommen die niet werden geboekt op de wijze' welke het parket normaal acht, blijken over een tiental jaren, èen 42 millioen te be dragen, maar tevens werd de wijze waarop dit geld werd besteed ook vastgesteld, zoo dat hier van geen bedrog zou moeten wor den gesproken. Alles zou zich herleiden tot een boekhoudkundige betwisting, welke moet worden vastgeknoopt aan de bezorgd heid van de bank dat zekere vergoedin gen aan ambtenaren voor andere ambte naren onbekend bleven, ten einde onnoo- digen naijver te vermijden. Het is duidelijk dat het gerecht alles grondig wil uitdiepen. Een beproefd magistraat is uitsluitend met dit onderzoek belast. De heer van Zeeland werd nog niet ondervraagd. Het gerecht zal wel willen weten of alle sommen de bestemming hebben gekregen, welke is ge boekt. Er zijn zelfs aanwijzingen volgens dewelke het parket zelf besloten is ondanks het speciale karakter van de aanklacht, die vooralsnog tegen onbekenden gaat, toch vervolgingen te eischen. Het zal immers zijn actie, die een regeeringscrisis heeft doen ontstaan, die in het buitenland zoo'n slech ten indruk heeft gemaakt dat de jongste Belgische leening in Engeland vrijwel is mislukt, moeten verdedigen. Maar de ge ruchten nemen ook sterk vorm, volgens dewelke de onderzoeksinstantie, n.1. de raad kamer zeer waarschijnlijk het parket niet zou volgen, en ontslag van rechtsvervolging zou verleenen. Dit zou dan beteekenen dat de h. Franck eenvoudig het slachtoffer zou geworden zijn van een kabaaL Als wij aldus deze „geruchten" mededeelen, dan is het niet omdat iemand ingewijd zou kunnen zijn in de inzichten van de genoemde rechtsinstan tie, maar omdat de juristen, die met de proceduur vertrouwd zijn, bevestigen dat tot nu toe de raadkamer niet zou beschikken over elementen tot verzending van wie ook naar de rechtbank. Het blijft vooralsnog een veronderstelling, die evenwel, bij den dood van staatsminister Franck, overweging ver dient. Het is immers een feit dat de cam pagne welke tegen hem is gevoerd gewor den, tot zijn dood moet hebben bijgedragen. Indien het gerecht in zijn onderzoek het slechts tot een ontslag van rechtsvervolging moet brengen, dan zullen degenen die voor deze vervolging verantwoordelijkheid heb ben gedragen, geen lauweren oogsten. Dat er tegen den heer Franck werkelijk een kabaal is op touw gezet, moet ook blijken uit de sollicitaties, waarvan Barmat, toen hij nog vrij in Nederland was, het voor werp is geweest. Men kan n.L als juist aan nemen en bevestigen dat onder voorwend sel van een zaak af te handelen een be paalde groep, waartoe een van de voor naamste deelnemers aan de campagne tegen Franck en van Zeeland behoort hij blijkt overigens zijn naam niet te hebben verzwegen aan Julius Barmat heeft ge vraagd of hij geen documenten in handen kon spelen, een brief of zoo, die tegen Franck en van Zeeland zou kunnen worden gebruikt. Barmat heeft dit van de hand ge wezen, niet alleen omdat hij geen brieven had, maar omdat hij zich daartoe niet wou leenen. Barmat erkent overigens zelf dat hij nooit contact heeft gehad met den heer Franck, dien hij nooit heeft ontmoet. Hij is uitsluitend uitgeleverd voor de zaak van de Floramijn, welke zaak in zich zelf niet zoo bijzonder is, vergeleken met het geknoei in de Noorderbank en de bank Goldzieher en Penso. Deze uitlevering is, juridisch, vol strekt beperkt. Op 13 Januari zal de recht bank uitspraak doen inzake Goldzieher Penso en de Noorderbank, waarin Barmat verstek heeft laten gaan. Barmat kan hier voor niet worden vast gehouden. Slechts wanneer hij zelf vrijwillig verzet aanteekent, of, genoegen nemend met het vonnis bij verstek, zich, eventueel met de andere par tijen, in hooger beroep voorziet, zouden allen samen weer voor het Hof van Appel komen en dan zou hij wellicht kunnen ont hullen hoe bij hem stappen zijn gedaan om documenten te bekomen tegen den heer Franck, welke hij niet eens bezat. Wanneer een beschuldiging wordt geuit, vergeet men allicht de verdiensten van den persoon die er het voorwerp van is. Dat is nu ook bij den heer Franck het geval ge weest. Dat is vooral het geval wanneer, zoo als sedert geruimen tijd in dit land gebeurt, de politiek vergiftigd wordt door jacht op schandalen, niet om een schoonmaak te houden, maar om uit het schandaal politieke munt te slaan. Overgeplaatst. De rijksveldwachter brig.-tit. S. P. Rood, alhier, is met ingang van 16 Jan. a.s. over geplaatst naar Spaarndam. Veldwachter benoemd. Tot bezoldigd gemeente-veldwachter al hier is benoemd de heer H. Peperkamp, thans controleur bij den Centralen Crisis controledienst te Apeldoorn. Voorwaart*. Woensdagavond vergaderden de leden van de gymnastiekvereen. „Voorwaarts" in café Kamsteeg. De voorzitter, de heer P. Vader was verblijd over de goede be langstelling. Kas en boeken van den penningmeester, den heer C. van Leyen, waren in orde. Het bestuur werd herkozen. De met Kerstmis gehouden uitvoeringen stemden alle tot tevredenheid. Besloten werd met Paschen weer 'n uitvoering te geven, en nog dezen winter een gemaskerd bal te organiseeren. De datum zal nader worden bekend gemaakt. Over het 55-jarig bestaan der vereeniging, hetwelk dit jaar plaats heeft, werd van gedachten gewisseld. Waarschijnlijk zal het eenigszins feestelijk worden herdacht. Met een woord van opwekking voor het turnen en dank voor de opkomst, sloot de voorzitter deze bijeenkomst. Postbestelling. Onlangs hebben de plaatselijke veree- nigingen „Algemeen Belang" en „Midden standsvereeniging" een verzoekschrift ge richt aan den directeur-generaal der Poste rijen, Telegrafie en Telefonie teneinde in de kom van Schagerbrug de middagpost bestelling te wijzigen in een bestelling van uitsluitend couranten en tegelijk in te voeren een avondbestelling. Wij vernamen uit betrouwbare bron, dat dit verzoek thans is ingewilligd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 9