VAN KABOUTER FLIP EN ZIJN VRIENDJE WIP.
Waar het recht zijn loop heeft.
Pzooiticiaal TUeuws
Verkeersongelukken.
aanrijding met doodelijk
gevolg.
auto tegen lichtmast op
gebotst; twee gewonden.
Branden.
brand in een groote hout-
loods.
brand te bolsward
Arrondissements-Rechtbank te Alkmaar
contingenteering van vleesch.
Van drie looze Amsterdam-
sche visschertjes.
De moord in de
Oleanderstraat.
BIROEK OP LANGENDIJK!
ZIJPE
TEXEL
TWEEDE BLAD.
DE ONBETROUWBARE
WERKMEESTERS.
Onderzoek in deze gevanirpnic
zaak nog niet geëindigd.
Naar aanleiding van berichten omtrent
de arrestatie van een werkmeester en een
bewaker van. de Strafgevangenis aan den
Amstelveenschenweg te Amsterdam, ver
nemen we nader, dat het onderzoek der
justitie in deze zaak nog niet geëindigd is
.oödat ook nog niet vaststaat, of nog
andere leden van het gevangenispersoneel
zich aan ongeoorloofde handelingen heb
ben schuldig gemaakt. Men weet, dat de
beide gearresteerden tegen geldelijke be
looningen briefjes voor gevangenen heb
ben overgebracht en voor ongeoorloofd
contact tusschen gevangenen (meest be
ruchte inbrekers) hebben gezorgd. Volgens
verklaringen der betrokken gevangenen,
zouden de werkmeester en de bewaker
eveneens voor andere faciliteiten ten dien
ste der opgeslotenen hebben gezorgd:
contact met de buitenwereld, met familie
leden en bevriende „relaties" en het bin
nensmokkelen van briefies en geldsbedra
gen binnen de gevangenismuren. Wat er
van die verhalen waar is, zal nog nader
moeten blijken.
INBRAAK IN GOEDERENLOODS.
Van de spoorwegen te Vriezenveen.
In den nacht van Maandag op Dinsdag
hebben inbrekers zich toegang verschaft tot
de goederenloods van de Nederlandsche
spoorwegen te Vriezenveen.
Door een raam zijn zy naar binnen geko
men. Een pak goederen van de firma Jan
sen en Tilanus te Vriezenveen, dat daar was
opgeslagen, en een groote waarde vertegen
woordigde, wordt vermist.
Enkele andere pakken werden opengebro
ken, doch hieruit is niets ontvreemd.
ACHTERLICHTJES VERDWENEN
Vader zet stiefzoontje en diens
vriendje tot diefstal aan.
Gistermorgen is ter beschikking van de
justitie te Arnhem gesteld een zekere G.,
inwoner dier gemeente, die zijn 10-jarig
stiefzoontje en diens 14-jarig vriendje aan
zette tot diefstal van rijwielachterlichtjes.
De man gaf dien kinderen voor de ont
vreemden lichtjes eenige centen en verhan
delde die op de weekmarkten. Veertien
diefstallen werden bekend. Nog niet alle
eigenaren der gestolen achterlichtjes heb
ben echter aangifte gedaan.
Op den weg van Tiel naar Eek en Wiel is
gistermiddag het vijfjarig dochtertje van
den landbouwer Spies door een vrachtauto
aangereden.
Het kind werd met ernstige verwondingen
naar het ziekenhuis „Bethesda" te Tiel
overgebracht, waar het kort na aankomst
is overleden.
Op den Amstelveenscheweg te Amsterdam
is gisteravond om half elf een 24-jarige
wielrijdster door een auto aangereden. Dit
had tot gevolg, dat de auto aan het slinge
ren raakte en de wielrijdster tegen een
lichtmast, staande op een vluchtheuvel na
bij de Zocherstraat, drukte.
Zy kwam er evenwel met slechts lichte
verwondingen af en kon, na in het Wilhel-
mina-gasthuis te zijn verbonden, naar huis
worden gebracht. Erger was het met den
autobestuurder gesteld, een 24-jarige jon
geman, die uit den wagen werd geslingerd
en eveneens tusschen zijn auto en den licht
mast bekneld raakte. Hij is met een hersen
schudding en ernstige kneuzingen in ge
noemde gasthuis opgenomen. De botsing
was zoo hevig, dat auto en fiets totaal zijn
vernield en dat ook de lichtmast zwaar
werd beschadigd.
Gisteravond is door onbekende oorzaak
brand ontstaan in een groote houtloods van
den houthandel C. van Veen, Amstelveen
scheweg 686 te Amsterdam.
De loods, een houten gebouw van onge
veer 40 by 10 meter, die voor een groot ge
deelte met gezaagd hout was gevuld, is tot
den grond toe afgebrand. Ook een zaagma
chine en een schaafmachine zijn door het
vuur vernield.
Onmiddellijk werd de brandweer gewaar
schuwd, die in zeer korten tijd ter plaatse
was. Met de motorspuit op open water werd
het vuur met vier stralen aangetast. Op dat
oogenblik laaiden de vlammen hoog op, de
loods stond van voor tot achter in vlammen
en het zag er op dat moment naar uit, dat
een tweede loods van het bedrijf en een deel
van den riet- en kalkhandel van de firma
Oostweegel gevaar liepen. De brandweer,
onder leiding van commandant C. Gordijn,
wist echter het vuur in tè sluiten. Na een
half uur hard werken was het gevaar voor
de belendende perceelen bezworen. De loods
brandde echter geheel af.
Te Bolsward is gisteren brand ontstaan in
den schoenhandel van den heer Hengst aan
de Appelmarkt. De brand liet zich eerst
ernstig aanzien, doch hij werd na anderhalf
uur spuiten door groot materiaal met acht
slangen bedwongen. Door flink nathouden
kon worden voorkomen, dat het vuur over
sloeg op belendende perceelen, zoodat deze
alleen waterschade opliepen.
De oorzaak is waarschijnlijk te wijten
aan het omvallen van een petroleumlamp.
De schade is zeer aanzienlijk; zij wordt
slechts gedeeltelijk door verzekering gedekt.
Het cachet van de zaak kent
men aan de coaranl)
waarin zij
adverteert.
Met 16 Januari a.s. voor den duur
van een jaar verlengd.
Naar mag worden verwacht, zal de con
tingenteering van vleesch per 16 Januari
a.s. voor den duur van een jaar worden ver
lengd, waarbij de onderstaande bepalingen
betreffende de basistijdvakken en de per
centages voor de berekening van de auto
nome contingenten zullen worden vastge
steld:
Contingenteering: versch, gekoeld en be
vroren rund- en kalfsvleesch, basistijdvak
1/1—1936 tot 1/71936, percentage 100
bruto-gewicht; contingenteering „ander"
rund- en kalfsvleesch, basistijdvak 1931
1932, percentage 20 bruto-gewicht; contin
genteering paarden- en schapenvleesch, ba
sistijdvak 19311932, percentage 20 bruto
gewicht.
De aandacht wordt er op gevestigd, dat
bovengenoemde percentages alleen betrek'
king hebben op de autonome landencontin-
genten, derhalve niet op de bij handelsver
drag verleende contingenten, welke in vele
gévallen hooger zijn.
Zitting Meervoudige Strafkamer van
van Dinsdag 11 Januari.
De Meervoudige Strafkamer der Alk-
maarsche rechtbank heeft zich gisteren ge-
vroeg voor de vergunning uit zijn bed halen.
Die vergunning kwam wel terecht, zoo
meenden ze.
In den aanvang had de brigadier daaraan
gehoor willen geven, omdat zulks weieens
meer gebeurt. En daarom had hy eerst toe
stemming gegeven om door te blijven vis-
DRIE RECLAME-COLPORTEURS
AANGEHOUDEN.
Zij hadden hun biljetten als oud
papier verkocht.
Een winkelier in de Bilderdykstraat te
Amsterdam had ter gelegenheid van de sei
zoenopruiming een drietal jongelieden van
omstreeks vijf en twintig jaar geëngageerd
om strooibiljetten voor reclamedoeleinden
op straat en langs de huizen te verspreiden.
Hij moest echter tot de merkwaardige ont
dekking komen, dat zijn paperassen niet te
bestemder plaatse, d.w.z. bij het kooplustig
publiek, terecht kwamen, maar rechtstreeks
van zyn winkel door het leepe drietal naar
een opkooper in de binnenstad werden ge
bracht, waar zij voor oud papier grif wer
den aangenomen. De winkelier zag zijn op
lettendheid beloond, want het duurde niet
lang of de politie van het bureau Warmoes
straat, die hij had gewaarschuwd, slaagde
er in de drie papierbezorgers aan te houden
toen zy zich met een nieuwe baal by den
opkooper meldden. Zij zijn overgebracht
naar het bureau Raampoort en daar opge
sloten.
schen. Maar plotseling herinnerde de bri-
ruimen tijd bezig gehouden met een belee I :adier zich> dat bedoelde kastelein heele-
digingszaak, waarby drie Amsterdamsche maal «een vergunning voor de banne Enk-
visschers betrokken waren. Het conflict tus
schen de visschers, die per auto van Am
sterdam naar Enkhuizen gekomen waren,
om op den 26sten September eens een heer
lijk dagje uit visschen te gaan en den briga
dier. En volgens het verhaal van den
woordvoerder van de Amsterdammers, ver
dachte V., had zich, toen zy juist een uurtje
hun hengel hadden uitgeworpen, brigadier
Dijk van Andijk laten zien. Deze had hun
gevraagd naar een vischvergunning en toen
ze deze niet konden toonen, had de briga
dier nog altyd volgens den verdachte V.
een praatje met hen gemaakt, eerst over
het visschen en later over alles en nog wat.
Daarbij kwam het gesprek ook op het beleid
van de regeering en in het bijzonder zou de
brigadier zich zeer laatdunkend hebben uit
gelaten over den minister-president dr.
Colyn. V., die het van dezen man in rijks
betrekking heeiemaal niet te pas vond
komen, dat hij zoo af gaf op zijn hoogsten
chef, had hem op deze handelwijze gewezen
en toen was de brigadier op zyn beurt
boos geworden, had zonder veel drukte de
hengels en al het tuig in beslag genomen en
daar stonden de drie Amsterdamsche looze
visschertjes, zonder materiaal. En daar ze
niet met hun handen de vischjes uit het
water konden halen en de aardigheid om
naar Enkhuizen te komen eraf was, werden
ze alle drie zoo vreeselijk boos, dat ze een
drachtig besloten een „brief op pooten" te
sturen aan den majoor van de rijksveld-
wacht v. d. Schans uit Enkhuizen en een
zelfden brief aan den officier van justitie.
Die brief werd ter terechtzitting voor
gelezen en daarin stonden allerminst pret
tige dingen voor den brigadier. Deze had
zich op zijn beurt over dit schrijven bij
zonder op zyn teentjes getrapt gevoeld en
hy had tegen de visschers uit Amsterdam
een aanklacht ingediend wegens aanranding
van eer en goeden naam.
Getuige Dijk, de bedoelde brigadier uit
Andijk, verklaarde onder eede heel anders.
Volgens hem hadden de visschers hem eerst
wijs gemaakt, dat de kastelein Schotsman
uit Andijk een vergunning voor hun klaar
had liggen, ze waren echter, zoo vertelden
ze den brigadier, midden in den nacht aan
gekomen en wilden den herbergier niet zoo
huizen kon afgeven. Toen begreep de ver
tegenwoordiger van den sterken arm, dat de
Amsterdammers hem maar een smoesje op
den mouw hadden willen spelden en toen
had hij het tuig in beslag genomen.
En bij het opmaken van het proces-verbaal
hadden de visschers gezegd, dat ze maar
arme menschen waren en dat een brigadier,
die zooveel verdiende, wel gemakkelijk be
keuringen kon geven. Hetgeen weer voor
den brigadier aanleiding was op te merken
dat de politiemannen heeiemaal niet zooveel
verdienden, want in de kranten had juist
gestaan, dat minister Colijn er niet over
dacht de loonen van het politiecorps te ver-
hoogen, hetgeen volgens brigadier Dijk
toch heusch wel noodig was. Dat was dus
een heel andere lezing van het voorval en
eerlijk gezegd ook een meer geloofwaardige,
Verdachte V., die lang niet op zijn mondje
gevallen was, wilde in deze zaak graag zijn
eigen verdediger spelen en vroeg met klem
van het verhaal van den brigadier niets te
gelooven,
Toen getuige v. d. Schans gehoord werd
over het gedrag van den brigadier, vroeg
verdachte V. toestemming den majoor eens
te vragen hoe hij over hun drieën dacht.
De majoor zei: V. is een echte Amster
damsche opschepper, R. is een aardig
manneke, dat onder invloed van V. staat en
de derde, ook een R., is een goeie vent, die
ik zeer gunstig beoordeel.
„Deze uitspraak spreekt boekdeelen",
vond de officier van justitie, „en het is wel
duidelijk gebleken, dat de brief alleen ge
schreven is, omdat de visschers boos waren
op den brigadier, die zoo actief was het tuig
van heft, die niet in het bezit van een ver
gunning waren, in beslag te nemen.
Een politieman hoeft zich niet zoomaar
zonder meer te laten beleedigen en daarom
moeten de Amsterdammers en in het bij
zonder verdachte V., maar eens flink voelen,
dat ze dergelijke dingen maar niet zoo maar
ongestraft kunnen uithalen". Spr. requi-
reerde tenslotte tegen den schrijver een
geldboete van 50 gulden subsidiair 25 dagen
en tegen de beide medeonderteekenaars 25
gulden of 15 dagen.
Uitspraak a.s. Dinsdag 18 Jan.
Een aanrijding op het Oudorperdijkje.
Op 17 September van het vorige jaar reed
de Alkmaarsche chauffeur Simon de B. met
een groote zeswielige vrachtauto op het
Oudorperdijkje. By het inhalen van een
bakfiets had hij te weinig uitgeweken,
waardoor een aanrijding onvermijdelijk was
geweest en de bestuurder van de bakfiets
een schade van 13 gulden opliep. De kanton
rechter had allereerst den chauffeur de B.
veroordeeld tot betaling van de onkosten ter
reparatie van de bakfiets en bovendien 25
gulden boete subsidiair 10 dagen.
De chauffeur, die van dit vonnis in hoo
ger beroep gegaan was, moest tot zijn ver
bazing ervaren, dat de officier ook thans
geen termen aanwezig achtte om de straf te
verminderen en dat deze bekrachtiging van
het vonnis eischte.
Nog een hooger beroep-zaak.
In behandeling werd vervolgens genomen
de zaak tegen Willem de G. uit den Helder,
die terecht gestaan had op 9 November van
het vorige jaar, terzake dat hij door het
indeuken van het electriciteitskastje elec-
trische energie had gebruikt zonder daar
voor één cent te betalen.
Toen was deze zaak uit en terna bespro
ken en men had de zaak geschorst om nog
een belangrijke getuige te hooren, die thans
kwam verklaren, dat hy als buurman van
verdachte had gehoord, dat hij wel degelijk
met opzet electrische energie had gestolen.
Verdachte, die hardnekkig bleef ontken
nen, hoorde tenslotte van den officier van
justitie tegen zich eischen een gevangenis
straf voor den tijd van drie maanden. Ook
hier werd de uitspraak bepaald op a.s.
Dinsdag 18 Jan.
93. Terwyl hij daar zo in zijn droom aan
het vliegen was, werd hij opeens omringd
door vele adelaars, die hem met hun
snavels in zyn vleugels pikten Flip
schreeuwde van angst, want hy was bang
dat hij zou vallen.
94. Gelukkig trokken de vogels weer weg
en Flip steeg steeds hoger. Hij werd er
duizelig van en ook vermoeid. Daar zag
hij een grote dikke regenwolk, waar hij
eens heerlijk op uit ging rusten.
Op 6 Juli van het vorig jaar werd in de
Oleanderstraat te Rotterdam een veete tus
schen den werkloozen arbeider J. V., 47
jaar en den winkelier P. J. van Berben op
bloedige manier beëindigd. V. drong des
avonds zeven uur den winkel binnen en
bracht den winkelier met een mes eenige
gevaarlijke wonden toe. Deze waren van
dien aard, dat de man nog in den loop van
den avond is overleden.
Gistermiddag stond V. voor de Rotter-
damsche rechtbank terecht.
Er waren 19 getuigen opgeroepen. Als
eerste werd gehoord de inspecteur van poli
tie J. V. Tas; deze had de misdaad gerecon
strueerd.
Tragisch waren de mededeelingen van de
tweede getuige, een zoon van het slacht
offer. Hij verklaarde, dat V. dien dag al
eerder in den winkel was geweest en be
dreigingen geuit had. De winkelier had toen
gezegd, dat men de politie moest waarschu
wen en dat is toen ook gebeurd.
Het adres schijnt echter foutief te zyn
overgekomen, waardoor de politie te laat is
gekomen om den moord te voorkomen. Deze
getuige gaf ook inlichtingen omtrent de
aanleiding van de veete. Het bleek een
geldkwestie te zyn, terwyl bovendien V. aan
van Berben verweet, dat hij hem by den
steun verraden had.
Ook de weduwe van het slachtoffer was
als getuige opgeroepen, maar zy. war zoo
onder den indruk, dat haar verhoor niet'
veel opleverde.
Vervolgens werd als getuige gehoord de
houdster van het café De Silo aan de
Putschelaan, mejuffrouw W. Th. Stigter. In
dit café schijnt verdachte zich moed inge
dronken te hebben, want een goed uur voor
den moord dronk hij hier vyf glazen jene
ver. De getuige verklaarde, dat ze iets had
hooren mompelen, als zou hy van plan zyn
iemand „koud" te maken. Op de vraag van
den president, waarom zij dan niet onmid
dellijk de politie had gewaarschuwd, ant
woordde getuige, dat zij het te druk had.
Als laatste getuige werd gehoord P. W.
den Haan, wien verdachte eenige minuten
voor den moord om vuur gevraagd had. Zy
stonden toen voor den winkel van den ver-
slagene en verdachte had gezegd, terwijl hij
naar den winkeldeur wees: ,ik zal die vuile
verrader eens bij zyn kladden pakken".
Hierna kreeg V. zelf gelegenheid verkla
ringen af te leggen. Hij deed dit op een
uitermate arrogante manier en vertelde
o.m., dat Berben hem steeds had gesard, en
hem meermalen bij den steun had verraden.
Hij noemde het slachtoffer een ploert, het
geen groote verontwaardiging in de rechts
zaal teweeg bracht. Verder beweerde hij,
door Berben aangevallen te zijn en hem uit
zelfverdediging gedood te hebben.
In zijn requisitoir wees de officier van
justitie, mr. Rörnelingh er op, dat verdachte
zich van de heele zaak niets aantrekt.
Nadat spr. uitvoerig alle feiten nog eens
is nagegaan, achtte hij moord niet bewezen,
doch wel doodslag. Hij was van meening,
dat hiervoor slechts een zeer zware straf op
haar plaats is en eischte een gevangenis
straf voor den tijd van twaalf jaar.
Uitspraak 25 Januari a.s.
werd hem den toegang tot het huis van
zijn schoonouders ontzegd.
Op den fatalen avond begaf hij zich met
een bijl gewapend naar de woning van zijn
vrouw met het doel de deur in te slaan en
zijn dochtertje mee te nemen. Op het laat-
laatste oogenblik Met hy dat denkbeeld
varen en ging met de bijl naar huis terug.
Onderweg ontmoette hij zijn vrouw, die
in gezelschap was van een anderen jonge
man. Hierover plotseling in woede ontsto
ken, ging hy haar met de bijl te lijf en
diende haar met den scherpen kant van
het voorwerp eenige slagen op haar hoofd
toe, terwyl zy ook aan de handen, die zij
ter bescherming ophield, verwond werd.
De jonge vrouw stortte neer en de dader,
ontsteld over hetgeen hij bedreven had,
vluchtte weg. Hoewel de slagen flink
waren aangekomen, herstelde de vrouw
vrijwel geheel van haar verwondingen.
Over den dader was een psychiatrisch
rapport uitgebracht. De conclusie daarvan
was, dat verdachte niet of in sterk ver
minderde mate toerekeningsvatbaar was.
De officier van justitie, mr. P. R. Blok,
achtte de poging tot doodslag bewezen en
vroeg zich voorts af, wat er met den jon
gen man nu moest gebeuren.
Terwille van de algemeene preventie
zou spr. gaarne een zeer langdurige ge
vangenisstraf eischen, doch hy wilde mee
gaan met het psychiatrisch rapport.
Verdachte is evenwel een gevaar voor de
maatschappij, daar hij zonder redelijke
aanleiding tot agressieve daden overgaat.
Spr. vorderde daarom een gevangenis
straf van 4 maanden met aftrek van de
preventieve hechtenis en tevens ter be
schikking stelling van de regeering.
P.T.T.-KNECHT STAL BRIEVEN.
Een jaar gevangenisstraf geëischt.
De 40-jarige C. B. heeft als kantoorknecht
in dienst van het staatsbedrijf der P.T.T.
zich in de periode van 1 Mei tot 22 Novem
ber 1937 talrijke brieven, welke hij moest
sorteeren, toegeëigend en daaruit geldsbe
dragen, indien deze daarin aanwezig waren,
weggenomen.
De diefstal kwam aan het licht, toen de
adjunct-directeur van het postkantoor te
Den Haag, die reeds verdenkingen koester
de tegen den kantoorknecht, een brief met
gemerkte bankbiljetten verzond.
Gisteren moest de kantoorknecht zich
voor de Haagsche rechtbank verantwoor
den. Hij bekende volledig. De officier van
justitie mr. N. S. Hoekstra vorderde in dit
geval dezelfde straf, welke hij onlangs tegen
een postbode, die zich aan hetzelfde mis
drijf heeft schuldig gemaakt, heeft geëischt,
en wel een jaar gevangenisstraf met aftrek
van de preventieve hechtenis.
HET NIEUWE ZIEKENHUIS TE
PURMEREND.
De eerste paal geslagen.
Maandagmorgen is de eerste paal gesla
gen voor het nieuwe gemeentelijke zieken
huis, dat met geld van het Werkfonds zal
worden gebouwd. Ter gelegenheid van deze
gebeurtenis verzamelden zich op het ter
rein waar het nieuwe ziekenhuiscomplex
zal verrijzen, vele genoodigden, onder wie
burgemeester Cramwinckel met het voltal
lige gemeentebestuur, de beide te Purme-
rend woonachtige architecten de heeren
J. Plas en C. Koning, en de plaatselijke
chirurg dr. F. A. W. Meyer, de directrice
en het geheele bestuur van het Gast- en
Proveniershuis van Purmerend. De burge
meester heette allen hartelijk welkom en
memoreerde de vele werkzaamheden, die
aan den bouw van het ziekenhuis vooraf
gingen. Hy zeide verder, dat het voor dezen
bouw bestemde terrein door werkloozen in
orde gemaakt was, waarop het bouwwerk
zal komen te rusten, dat onder de fraaie
gebouwen, die Purmerend reeds ryk is, het
fraaiste én nuttigste zal zyn. Hierna werd
de eerste 14 meter lange paal in den grond
geslagen hetgeen met een kruitontploffing
gepaard ging.
ZIJN VROUW MET BIJL TE LIJF.
In een vlaag van hevige jaloezie.
Op 5 October van het vorig jaar heeft in
de Jan Wapstraat te Den Haag de 27-
jarjge schilder H. G. in een vlaag van
hevige jaloezie zijn 17-jarige vrouw met
een bijl van achteren aangevallen en haar
eenige slagen op het hoofd gegeven, waar
door zij bloedend werd verwond.
De dader wierp daarop de byl neer en
vluchtte weg.
Hy werd evenwel spoedig gearresteerd
en moest zich wegen6 poging tot doodslag
voor de Haagsche rechtbank verantwoor
den.
De gebeurtenissen, welke tot dit drama
aanleiding gaven, hebben zich als volgt
afgespeeld:
Reeds spoedig na het huwelijk van de
onge echtgenooten, bleken hun financiëe-
le omstandigheden er toe te noopen, dat
ieder weer bij zijn ouders ging wonen. Het
dochtertje, dat daarna geboren werd, bleef
dan ook ten huize van de ouders van J.e
vrouw. De jonge man, die hierover zeer
veel verdriet had, deed alles om zijn doch
tertje in huis te krijgen, doch ten laatste
Vrijwillig brandweerkorps.
B. en W. dezer gemeente hebben het
voornemen om bij voldoende deelname een
Vrijwillig Brandweerkorps op te richten.
Personen, die zich hiervoor wenschen op te
geven, kunnen zich by de brandmeesters of
ten gemeentehuize vervoegen waar zij te
vens alle gewenschte inlichtingen kunnen
bekomen.
Bij branden, welke den laatsten tijd in
deze gemeente voorkwamen, bleek bijna
altijd, dat men wel bereid was het vuur te
blusschen, doch er deden zich ook dikwijls
moeilijkheden voor welke het gevolg wa
ren van onvoldoende organisatie.
Het plan van B. en W. verdient dan ook
aller sympathie. Een ieder, die meent hier
iets te kunnen doen, geve zich op.
Roodvonk.
In deze gemeente zyn een tweetal ge
vallen van roodvonk geconstateerd in het
gezin van den heer Th. Meijer te 't Zand.
Mannelijke inwoners nog steeds
in de meerderheid.
De bevolking onzer gemeente bedroeg
1 Januari 1938 8071 personen, n.1. 4173
mannen en 3868 vrouwen. De verminde
bedroeg zij 8045 personen waarvan 4177
mannen en 3868 vrouwen. De vermeerde
ring gedurende 1937 bedraagt alzoo 26 per
sonen. Hoewel het aantal mannelijke inwo
ners achteruitging met 4, en dat der vrou
welijke vermeerderde met 26, is de manne
lijke bevolking nog steeds in de meerder
heid. Geboren werden in 1937 in totaal 132,
nl. 52 jongens en 80 meisjes, overleden zijn
41 mannen en 55 vrouwen, totaal 86,