Alkmaar's klokken beierden
over de oude stad.
Alkmaar wenscht geluk.
Een zilveren rammelaar
aangeboden.
Proclamatie vanaf het bordes van het stadhuis.
Uitgelate kindervreugde.
hoe Alkmaar het nieuws
ontving.
Opkomst militairen.
Feest in onze omgeving.
EERSTE BLAD.
Was er iets plechtigers, toen op den
laatsten Januari-ochtend een schot daver
de uit het rechter stuk en het geluid
plechtig voortgalmde over de landen en
zijn weerklank vond in de harten van
allen, die met angstige spanning dit
oogenblik verbeid hadden?
Een vreugdeschot gleed uit den loop
van het kanon, in welks stalen mantel diep
gegrifd staat: „Je Mantiendrai!
Weg is de spanning in het Badhotel!
Verdwenen is de nerveuze drentelstap van
den j achtenden mensch.
Na dagen van nietséén oogenblik
van alles!
Telefoonlijnen waren in een oogwenk
bezet en over de wereld klonk in verschil
lende talen de blijde bekendmaking van
het heugelijk gebeuren in het kleine Ne
derland.
Weg renden de verslaggevers van di
verse nationaliteiten, om het nieuws te
vergaren, en op de vlugste wijze door te
geven aan het buitenland, dat wel zeer
groote belangstelling voor Oranje aan den
dag heeft gelegd.
Afgeloopen is de dag- en nachtwacht bij
de telex.
Thans de nationale viering van dit na
tionale gebeuren!
Direct na de officieele bekendmaking van
de geboorte eener prinses verzond het
gemeentebestuur van Alkmaar het volgende
telegram:
TELEGRAM.
Hunne Koninklijke Hoogheden
Prins Bernhard en Prinses Juliana.
Gemeentebestuur van Alkmaar biedt
Uwe Koninklijke Hoogheden eerbiedig
innige gelukwenschen aan van Alkmaar's
bevolking met heugelijke geboorte van
Oranjetelg. Alkmaar verheugt zich over
den voorspoed, dien Uwe Koninklijke fa
milie deelachtig werd en uit de hoop, dat
Gods zegen rijkelijk aan dit jonge leven en
aan het geliefde Oranjehuis moge worden
toebedeeld.
KLAVER, loco-Burgemeester.
KOEL MA, Secretaris.
De Christelijke Oranjevereeniging verzond
de volgende telegrammen:
Koninklijk Echtpaar,
Soestdijk.
Christelijke Oranje-vereeniging Alkmaar
zendt Uwe Koninklijke Hoogheden haar
zeer hartelijke gelukwenschen bij geboorte
Prinses. God zegene U en Uw kind.
DUN, Voorzitter.
BRUIN, Secretaris.
Aan H.M. de Koningin is het volgende
telegram gezonden: t
Aan Hare Majesteit de Koningin,
Christelijke Oranje-vereeniging Alkmaar
zendt Uwe Majesteit haar zeer hartelijke
gelukwenschen bij de geboorte van Uw eer
ste kleinkind. God zegene U, het Vorstelijk
Echtpaar en de jongste Oranjetelg.
DUN, Voorzitter.
BRUIN, Secretaris.
Telegram van het Alg. Oranje-
comité en de burgerij.
Door den secretaris mr. E. H. J. Wijnne
werd namens het Algemeen Oranje-comité
en de Alkmaarsche Burgerij een uitvoerig
gelukstelegram aan Prinses Juliana en Prins
Bernhard gezonden.
Het telegram luidt als volgt:
De blijde tijding van de geboorte van een
Prinses heeft Alkmaars burgerij met vreug
de en dankbaarheid vervuld.
Het Oranje-comité wenscht, mede namens
Alkmaars burgers, HK.H. van ganscher
harte geluk met de komst van het voor U
en het volk van Nederland zoo dierbare
kind.
F. H. van Kinschot.
E. H. J. Wynne.
Naar wij vernemen heeft de Alg. Oranje-
vereeniging een telegram van ongeveer ge
lijken inhoud verzonden.
Het Haagsche comité voor volksfeesten
heeft aan de jonggeborene een rammelaar
ten geschenke aangeboden, vervaardigd van
uit de hand gedreven zilver met ivoren
handvat.
Op den rammelaar is een inscriptie:
„Haagsch Comité voor Volksfeesten namens
de Burgerij", alsmede en ooievaar aange
bracht
De rammelaar, welke vervaardigd is door
de fa. van Kempen, Begeer en Vos, werd
aangeboden in een cassette van Nassau-
blauw leder met gouden rand. De cassette
is gevoerd met oranje zijde en oranje flu
weel.
PROCLAMATIE.
De tekst van de proclamatie, welke na het
bekend worden van de geboorte werd voor
gelezen, luidt als volgt:
Stadgenooten,
Met innige blijdschap maken wij bekend,
dat hedon, den 31 Januari 1938, door Gods
goedheid is geboren een prinses van Oranje-
Nassau, prinses van Lippe-Biesterfeld.
Hierdoor is in vervulling gegaan de harte-
wensch van het geheele Nederlandsche volk.
Leve het Koninklijk Gezin!
Bekendmaking door vliegtuigen.
Bfj de stervlucht ter gelegenheid van de
geboorte door het Haagsch comité voor
volksfeesten georganiseerd, zullen boven
Den Haag strooibiljetten worden uitgewor
pen, versierd met een oranje zon op nassau-
blauwen achtergrond, waarop de dicht
regelen prijken:
Vivat Oranje!
De vlag in top!
d'Oranjezon
Stijgt stralen op!
Op den natlonalen feestdag (Dinsdag)
zullen deze biljetten ook over een deel van
Nederland worden verspreid.
Nauwelijks hadden wij hedenmorgen het
groote nieuws aan autoriteiten en bevolking
bekend gemaakt of daar luidden de klokken.
Bim-bam, bim-bam.
Er is een Prinsesje geboren!
Vliegensvlug ging de blijde mare over
stad en omgeving, overal gingen de school
deuren open en stroomde een blijde, jui
chende kinderschare naar buiten.
Vacantie, onYerwachte vacantie, maar
bovenal de blijde gedachten: er is een
Prinsesje geboren.
Menschen met verheugde gezichten groep
ten samen voor onze groote Oranje-bulle
tins die overal achter de winkelramen hin
gen. Mannen en vrouwen staken de drie
kleur naar buiten en in een oogwenk waren
alle stadsstraten in feesttooi.
Rood-wit-blauw en Oranje, dat waren de
overheerschende kleuren en daartusschen
werden haastig sjerpen en wimpels lang-
winkelpuien gespannen en draaide men de
oranje-lampjes in de fittings, die al weken
lang langs de gevellijnen waren gespannen.
Daar kwam de jeugd op straat, jongens
en meisjes met sjerpen en strikken, met ko
kardes en vlaggen. Oranje boven. Zij von
den elkaar en grepen elkaar vast en dan
ging het hossend en dansend door de stra
ten. Hoe meer de tijd verstreek des te groo-
ter werden de juichende kinderscharen. Zy
dansten en schreeuwden en toen een draai
orgel in de Langestraat zijn vroolijke klan
ken liet hooren, was het één groote hos-
partij.
Regen en wind konden die laaiende geest
drift niet blusschen. Er was een enthousias
me als wij hier nog nimmer gezien hebben.
In een oogenblik waren de venters met
oranje-strikjes, met vlaggetjes en program
ma's op straat verschenen en deden goede
zaken. Oud en jong, rijk en arm was met
Oranje getooid en tegen elf uur verschenen
de heeren met hooge hoeden in de straat,
wethouders, raadsleden, bestuurderen van
Oranje-vereenigingen en van de Ontzet-
vereeniging, die naar het Stadhuis trokken
om vanaf de pui van ons Raadhuis mee te
maken, dat de officiëele proclamatie aan de
bevolking zou worden voorgelezen.
Dat voorlezen vereischte een herauten-
stem en er waren slechts twee raadsleden
die daarover kunnen beschikken, de heeren
Keijsper en Grondsma.
De heer Keijsper had ditmaal de vreugde
volle taak op zich genomen en blootshoofds,
omringd door autoriteiten en Vereenigings-
bestuurders las hy met luiden stem, den na
druk pp elk woord leggend, voor honderden
belangstellenden de proclamatie voor, die
onder doodsche stilte werd aangehoord.
Een luid gejuich barstte na het einde los,
er werd vanaf de pui van het Stadhuis
geestdriftig met hooge hoeden gezwaaid en
de luisteraars in de Langestraat wuifde
met hoeden en petten en juichte dat het tot
ver in den omtrek hoorbaar was.
Dan even een allen ontroerend moment
toen uit de menigte spontaan het Wilhelmus
opklonk.
Wilhelmus van Nassauen,
Ben ick van Dietschen Bloet.
Wij hebben het honderden malen op tal
van voor Oranje feestelijke dagen hooren
zingen, maar nooit zoo spontaan, zoo diep
gevoeld als het thans door ontelbare Alk-
maarders in groote vreugde en in hooge
dankbaarheid werd aangeheven.
Wij laten thans de beschrijving der feest
vreugde aan een onzer verslaggevers over,
die, onmiddellijk na het bekend worden van
de blijde tijding, de stad is ingetrokken om
zich van de feeststemming der Alkmaarders
te overtuigen.
Zoo is dan nauwelijks de nieuwe
week een luttel aantal uren oud of de
groote historische mare, waarop men
nu sinds weken en weken wachtte, kon
bekend gemaakt worden.
Het hart van de krant trilt al hevig,
zonder dat ook maar één inwoner van
onze stad vermoedt, wat er gaande is.
De eenige Telex, welke onze stad bezit en
welke op den Voordam zetelt, heeft gealar
meerd, nu is het maar de vraag, hoe lang
nog? Doch zie, weinige oogenblikken na het
„wees op Uw hoede"-sein, komt er op de
toch al doenige veemarkt op het Waagplein
beweging! De vlag bij onze krant wordt uit
gestoken, oranje-bulletins sieren weldra de
ramen en dan eerst goed gaat Alkmaar een
grootsch moment tegemoet.
De hartslag van onze krant wordt meer en
meer hoorbaar en wij begeven ons naar
buiten
Fel striemt de regen in het gezicht en
nóg is er niets merkbaar van hetgeen wat
er over enkele momenten staat te gebeuren.
Doch dan gaat het nieuws als een vlie
gend signaal door die straten.
Zou het waar zijn??
Is het waar??
Ja, het is zool!
Wat moet er nu gebeuren?
En wat er dan gebeuren gaat, daarvan
zullen we trachten een beeld te geven.
Nadat dus de klokkenluiders eindelijk aan
hun touw konden trekken en plechtig de
slagen over de stad weerklonken, kwam
eerst goed de burgerij in beweging.
Op de scholen heerschte de grootste
wanorde en dat is maar goed ook, want het
is juist de jeugd, die eerst de gemoederen
in gloed zal weten te zetten.
Want wèl worden ramen opengeschoven
I
Burgemeester van Kinschot.
er. om bevestiging geroepen, wèl snellen
winkeliers in het centrum der stad bij
elkaar binnen om te vernemen of het wer
kelijk waar is, maar er is toch nog 'een
terughoudendheid te bespeuren.
Doch als de schooldeuren opengesmeten
worden en alle kinderen naar buiten uit
uiting kunnen geven aan een spontane
vreugde, dan eerst recht begint het feest.
Zingend, dansend en met vlaggetjes
zwaaiend trekt men door de straten.
Op naar het Waagplein, is nu het devies
en niemand denkt meer aan het mistroos
tige weertje.
Oranjezon of niet, vreugde zal er zijn en
vreugde is er!
In blijden optocht dansen de kinderen
naar het Waagplein en even is het daar een
groote wanorde want het is markt vandaag
en de varkentjes (waarvan een enkele op
getuigd is met een f eestelij ken strik in het
krulstaartje) denken er niet aan te wijken
voor de jeugd.
Door de Magdclenenstraat vindt de hon
derdvoudige kinderschare een uitweg en
het is nauwelijks half elf of daar waar
reeds weken een houten plankier opgesteld
is scharen de kinderen zich om het plat
vorm.
Opgetogen worden de feestliedjes gezon
gen, onafgebroken worden de vlaggetjes
gezwaaid en bij elke nieuwe groep kinderen,
die aankomt, gaat een oorverdoovend ge
juich op. Steeds dichter er d.chter schaart
men zich om de hokten vloer en als dan een
groote rood-wit-blauwe' vlag in zicht komt,
is het gejubel niet te beschrijven.
Zenuwachtig loopen onderwijzers rond,
er is geen huis meer te houden met de kin
deren en het wordt hoog tijd, dat er iets
concreets gaat gebeuren.
En zie, hooge hoeden komen in zicht, de
feestcommissies hebben zich opgemaakt om
bij deze kindervreugde aanwezig te zijn en
ook eenige trommelslager en een trompetter
betreden het plankier. Naar alle kanten
wordt om stilte geschreeuwd en als daaraan
dan eindelijk in zeer bescheiden mate ge
hoor wordt gegeven, is het onze burgemees
ter, jhr. mr. F. H. van Kinschot, die even
de aandacht verzoekt.
Onze burgemeester, die men nog niet ge
heel hersteld waande en die juist van den
dokter toestemming had gekregen een
kleine wandeling in den tuin te mogen
maken, heeft alle raad in den wind geslagen
en zich begeven naar de plaatsen, waar de
spontaniteit over het groote nieuws het he
vigst tot uiting kwam. Daar, temidden van
de duizendkoppige kinderschare, neemt
onze eerste burger het eerst het woord.
Het is met een gevoel van blijde dank
baarheid, dat wij thans bijeen zijn, onze
Kroonprinses heeft het leven geschon
ken aan een dochter en er is eigenlijk
maar één kreet: lang leve de jong
geborene!
Minuten lang weerklinkt dan het gejuich,
de kinderen en allen, die er omheen dit
vroolyk en opgewekt gedoe gadeslaan, jui
chen als nooit te voren. Het historisch mo
ment vindt in dezen jubelkreet zijn uit
drukking, een der mooiste hoogtepunten
van den dag is bereikt.
Hoeden gaan af, de hoornblazer geeft den
toon aan en daar weerklinkt uit de duizen
den kelen het aloude Wilhelmus, zoo op
recht, zoo welgemeend, als men dat zelden
beleeft.
De heer Dun, inspecteur van het onder
wijs en voorzitter van de Chr. Oranje-ver.
geeft het sein nu alle liedjes, welke op deze
geboorte betrekking hebben, te zingen.
Dames van het comité, onderwijzers, jour
nalisten, allen helpen met een parapluie
als dirigeerstok het gezongen lied in
juiste banen te leiden. Zoo goed en zoo
kwaad als het gaat, houdt men het tempo
en daarna trekt men in optocht naar de
hoofdstraat, waar op het Stadhuis reeds alles
in gereedheid is gebracht om de ontvangst
zoo feestelijk mogelijk te maken.
Versieringen worden haastig tot stand
gebracht, de menigte groeit hoe langer hoe
meer aan en de politie krijgt nauwelijks
gelegenheid een ware wanorde te voorko
men.
Alles is uit huis geloopen, niemand denkt
meer aan werken en overal straleti blijde
gezichten U aan!
Voor een der groote kruidenierszaken
eet het personeel de lang begeerde beschui
ten met muisjes, nog steeds worden vlaggen
aangereikt, groen en oranje worden aange
sleept, op straat staande fietsen worden
omvergeloopen, het is vooral in de Lan
gestraat een drukte, zooals we dat alleen
op 8 October kennen.
En terwijl we op het bordes van het
Stadhuis staan te wachten op den heer
Keysper, die de officiëele proclamatie zal
voorlezen, hebben we nog even gelegenheid
bij verschillende onderwijzers te vragen hoe
de reactie op het groote nieuws op de
scholen was.
Reactie op de scholen.
Niet zoodra hoorden in een der klassen
op de lagere scholen de kinderen het
klokgebeier, of een groote stilte maak
te zich van hen meester. Zeker
een minuut luisterden ze Ingespannen
en toen uit de hoogste klasse een luid
kabaal hoorbaar werd, waren ze niet
meer in toom te houden en heerschte
oogenblikkelijk daarna de grootste wan
orde. Vlaggetjes en oranjestrikken wer
den tê voorschijn gehaald en overal in
de klassen was een kabaal hoorbaar als
zelfs de oudste onderwijzers nog nooit
hadden meegemaakt.
Wij spraken ook een hoofdonderwijzer
van een andere lagere school en die
vertelde ons de merkwaardigheid, dat,
toen de kinderen begrepen wat er
gaande was de klasse in één man
een wiegeliedje ging zingen, zóó spon
taan en zóó diep-doorwoeld tevens
als of een wonder geschied was.
Geen vermanend woord, geen strenge
blikken zelfs konden de kinderen in be
dwang houden en er was bij hen allen
maar één gedachte: naar buiten, naar
buiten!
Op een der middelbare scholen, we
zullen maar niet verklappen op welke,
grepen de jongens een bank, die min
of meer duidelijk de sporen van ouder
dom vertoonde en op dit voorwerp
gingen ze hun vreugde botvieren.
De bank finaal in tweeën, en nie-
man, die daartegen ook maar iets kon
doen!
En inmiddels verstreken de minuten en
was het wachten op den heraut, die de of
ficieele proclamatie zou voorlezen.
De wachtende menigte zong alle Oranje
liederen door elkaar heen en niemand wist
eigenlijk, wat er met zulk een opgetogen
oubliek moest geschieden.
Een jong journalist, die zich op het bordes
bevond, had den euvelen moed zich tus-
schen de steenen leeuwen te plaatsen en
iirigeerend met een parapluie van een der
comité-dames zette hy een gezamenlijk ge
zang in.
Luide weerklonken toen achtereenvolgens
het Wilhelmus, het Wien Neerlands bloed,
Lang zal Ze leven en In naam van Oranje
en ondanks alle emotie van het oogenblik,
lukte deze community-song uitstekend.
Plechtig klonk het Wilhelmus voor den
zooveelsten keer door de Langestraat en de
wachtende menigte scheen niet moe, tel
kens en telkens weer een luid hoera na het
beëindigen van het lied in te zetten.
Toen was het de heer Keijsper, die de
volgende proclamatie op luiden toon voor
droeg.
Aan de Burgerij van Alkmaar!
Heden op den 31 Januari gewerd Ons de
blijde mare, dat des morgens te 9.59 ge
boren is:
dochter van H.K.H. Juliana, Louise, Emma,
Marie, Wilhelmina, prinses van Oranje Nas
sau, hertogin van Mecklenburg, enz. Kroon
prinses der Nederlanden
en
Z.K.H. Bernhard, Leopold, Friedrich, Eber-
hard, Julius. Kurt. Karei. Gotfried Peter,
Prins von Lippe - Biesterveld.
De officieele tijding bevatte nog de ver
heugende mededeeling, dat de vorstelijke
Moeder en haar Kind, welvarende zijn.
In de vreugde van dit lang verbeide
oogenblik, waarin een vurige hartewensch
van ons volk is vervuld, zij 't ons vergund,
namens geheel de burgerij, welke zich op
dit moment een en onverdeeld weet, met
geheel ons Nederlandsche volk, hier en in
de overzeesche gewesten, binnen en buiten
de landsgrenzen, een diep gevoelde hell-
wensch uit te spreken, op ons tot nieuwen
bloei gekomen Vorstenhuis.
Wij brengen in den geest, een eerbiedigen
groet aan het Vorstelijk echtpaar: Juliana
en Bernhard en aan de Koninklijke Groot
moeder, Hare Majesteit Koningin Wilhel
mina.
Lang leve de jonggeborene prinses.
Dat de burgerij van onze stad, welke tot
de eersten behoorde, die eenmaal het juk
van vreemde dwinglandij afwierp, zich een
drachtig schare onder den Oranjeboom, in
wier schaduw steeds vrede en vrijheid, wel
vaart en geluk mogen heerschen.
Stil en aandachtig-luisterend werd deze
proclamatie aangehoord en hierna klonk
wederom een luid „Lang zal onze nieuwe
Prinses leven".
Een voor Alkmaar grootsch moment
was voorbij, langzaam, voetje voor voetje
verspreidde de burgerij zich huiswaarts,
waar het nieuws in velerlei vorm en met een
ongekende opgewektheid wederom aan een
bespreking werd onderworpen.
Plechtige herdenking binnensbuis.
De besturen van de Oranje-vereenigingen
achten het nu de hoogste tijd besprekingen
over het verdere verloop van het feest te
gaan houden.
Daarom wordt eerst in Intlemen kring ten
stadhuize het heuglijke feit herdacht en is
er daarna ten huize van den heer F. H. Rin-
ger een laatste conferentie.
Rede van den burgemeester.
In de ontvangkamer van het Stadhuis is
het eerst de burgemeester, die met een stra
lend gezicht èn over dit prachtige nieuws
uit Soestdijk èn over het feit, dat hij dat
heerlijke moment vrijwel geheel hersteld
persoonlijk heeft kunnen meemaken, het
woord neemt.
Nadat dus de dames en heeren waren ge
zeten, riep de burgemeester hen allen in de
's-Gravenhage, 31 Januari. In ver
band met den nationalen feestdag op
1 Februari heeft de minister van Defensie
bepaald, dat alle personen, die op dezen
datum moeten worden ingelijfd of in wer-
kelijken dienst moeten komen, op 2 Fe
bruari behooren te verschijnen op plaats
en uur voor deze inlijving of opkomst
vastgesteld.
De burgemeesters en korpscommandan
ten ontvangen geen nadere mededeeling.
eerste plaats een hartelijk welkom toe. Op
dezen dag met zijn bijzondere beteekenis
aldus spr, gaan onze gevoelens van dank
baarheid ferug r.aar dien gedenkwaardigen
dag in 1909, toen onze Koningin het leven
schonk aan een Dochter. En thans, na zoo
veel jaren, zijn vfe wederom bijeen, om
met elkaar eenzelfde feit te gedenken, nu
onze Kroonprinses voorspoedig het leven
heeft geschonken aan een Dochter.
Gevoelens van dankbaarheid jegens God
wellen bij ons op, nu een nieuwe Oranjeloot
ons vorstenhuis verrijkt heeft. En op ««n
dag als deze zijn wy eendrachtig vervuld
van hartelijke liefde en van blijde dank
baarheid om saamhoorig getuige te zijn van
ons overkropt Oranje-gevoeL
Hoezeer zijn we thans oprecht verblijd
met onze Oranje-prinses.
Met den wensch, dat het geheele volk zal
medewerken om eendrachtig Oranje te be
schermen, opdat het moge groeien en
bloeien, besloot spr. zyn herdenkingswoord,
waarmee alle aanwezigen door een krachtig
„hoezee" hartelijk instemden.
Rede van den heer G. C. Dun.
Ook de heer G. C. D q n, voorzitter van de
Chr. Oranje-vereeniging wilde gaarne uiting
geven aan zijn groote vreugde over het ver
blijdende nieuws.
Na dagen van groote onzekerheid, aldus
spr., is ons thans een prinsesje geboren en
met dit feit is dan een eind gekomen aan
een periode van geweldige spanning.
Vanmorgen hebben we gevoeld, hoezeer
het oprechte Oranjegevoel sluimerde in het
diepste van het volksleven en de spontane
hulde, welke wy zoojuist beleefden, legt
hiervan ondubbelzinnig getuigenis af.
Er was toch een schier onbeschrijflijke
spontaniteit en wy verheugen ons oprecht
over den vorm, waarop men op de blijde
mare gereageerd heeft. Elk land ter wereld
zal jaloersch zijn over een zoo innig-sponti-
ne blijdschap.
Er is echter buiten dit groote feit een an
der prettig gevoel, dat zich van ons meester
maakt.
Het is de fijngevoeligheid van onze
Prinses, dat Zq bescheiden heeft we
ten te wachten met deze heerlijke
geboorte, totdat onze burgemeester
dit alles heeft kunnen medemaken.
Langen tijd hebben we gevreesd,
dat er een groote teleurstelling voor
onzen burgemeester stond te gebeu
ren, toen hij in die dagen van onze
kerheid aan het ziekbed gekluisterd
was. Dat het onze eerste burger, over
wiens herstel wy ons allen zoo op
recht verheugen, gegeven is gewor
den dit grootsche moment te beleven,
stemt ons tot dubbele blijdschap.
Er is dus eerst blijdschap om
Oranje en direct daarop blijdschap
over het gelukkig herstel van onzen
sympathieken burgemeester. (Lang
durig applaus).
En nadat de eerewijn was geserveerd,
trokken de heeren van de Oranje-bestu
ren zich ten huize van den heer F. H.
Ringers terug om de laatste voorbereidin
gen te treffen tot de a.s. festiviteiten.
Inmiddels is het in de stad stil ge
worden, het etenseur heeft allen naar huis
doen gaan. Maar bij het ter perse gaan
van dit nummer wordt het drukker en
drukker in de stad en vol spanning wor
den de feesten van hedenavond en morgen
verbeid.
Alkmaar dat kan gerust gezegd
worden heeft in het kader der ge
boorte-feesten een goede beurt gemaakt
het nieuws van het Oranje-prinsesje is in
Alkmaar op waardige en bovenal spon
tane wijze ontvangen.
Op de rechtbank herdacht
Bij den aanvang van de zitting van den
politierechter heeft mr. Ledeboer zijn vreug
de erover uitgesproken, dat thans te
Soestdyk een Oranjetelg is geboren. Met
eerbiedige dankbaarheid en met vertrou
wen op God, dat nu alles voorspoedig zal
mogen blijven verloopen, deelde de politie
rechter nog mede, dat de verblijdende mare
te onverwacht was gekomen om de zitting
van den politierechter af te lasten. De zit"
ting van de meervoudige strafkamer van de
rechtbank zal echter in verband met de
heuglijke gebeurtenis niet doorgaan.
Hierna werd een aanvang gemaakt met de
zitting.
Nederland viert feest, vandaag en morgen.
Dat blfjkt alreeds uit de vele berichten, dte
wij uit het land binnen kregen. Dat blykt
ook uit de berichten, die ons uit de dorpen
rondom Alkmaar bereikten.
De bekendmaking van de blijde gebeurt#»
nis is niet overal officieel geschied. Zoo ver
namen wij uit Noord- en Zuidscharwoude en
uit Oudkarspel, dat daar oogenblikkelijk
vlaggen werden uitgestoken, maar dat er of
ficieel niets gebeurde. Dat komt dus waart
schynlijk morgen.
In Broek op Langendijk richtte burge
meester Schelhsss zich met de volgende
proclamatie tot de bevolking:
Allen, die dit hooren, saluut!
Wij maken bekend, dat heden ten
paleize Soestdijk is geboren een prinses
van Oranje.
Het parool zij en blyve: God, Neder
land en Oranje!
Na de voorlezing speelde Advendo twee
coupletten van het Wilhelmus, terwijl daar
na twee herauten de blyde boodschap
het dorp verkondigden.