VORS
COBRA
Economische zaken en Landbouwcrisisfonds
êoeooeee JiilduxpCOQtCUHfttQ ®°°oe9og
PARLEMENT
Verschillende wenschen in de Eerste Kamer.
Werkloosheid en extremisme.
binnenland.
Staking bij Fokker.
l
t
Seuilteton
TWEEDE BLAD.
(Van onzen parlementairen medewerker.)
De Eerste Kamer heeft gisterochtend
een aanvang gemaakt met de behandeling
van de begrootingen van Economische
Zaken en van het Landbouwcrisisfonds
voor 1938. Tot 's namiddags vier uur
waren vijf sprekers „afgewerkt" en voor
heden stonden er nogmaals vijf ingeschre
ven, zoodat minister Steenberghe over
gebrek aan belangstelling niet te klagen
heeft. Z. E. zal echter, evenmin als wij, op
verrassende opmerkingen zijn gestuit, al
hoewel natuurlijk hetgeen in het midden
werd gebracht door op landbouwgebied
deskundige menschen als de heeren van
Rappard (lib.), Kolff (c.h.), Hiemstra
(s.d.) en van Voorst tot Voorst (r.k.) het
aanhooren waard is. Een betoog van den
heer de la Bella (s.d.) over de sociaal-eco
nomische politiek der regeering en over
de dringende noodzakelijkheid van werk
verruiming o.a. door middel van uitvoe
ring van groote openbare werken moge
den gloed van nieuwheid missen, toch
bepaalt het de aandacht bij vraagstukken,
welke nog geenszins tot oplossing zijn ge
komen en waarvan ook een sociaal-demo
cratische regeering niet gaarne zou bewe
ren in een paar jaar tijds een oplossing te
kunnen aanbieden.
De heeren van Rappard, Hiemstra, Kolff
en van Voorst tot Voorst wijdden in het
bijzonder aandacht aan de ongelijke be
looning van den arbeid in den landbouw
en in het industrieele bedrijf. Zij konden
er niet aan ontkomen om nog eens de
oorzaken daarvan na te gaan, waarbij
laatstgenoemde het verst in de geschiede
nis terugtrad en er op wees dat de land
bouw al jaren lang in de loonsverhoogin-
gen niet kon meekomen.
Hoe het ook zij: in den crisistijd, met
name in het jaar 1932, toen de landbouw
met algeheelen ondergang werd bedreigd,
werden de verschillen nog grooter. De door
de regeering getroffen maatregelen hebben
den verderen teruggang gestuit, zij streef
de er naar de bedrijven in stand te hou
den, hetgeen met groote offers, vooral ook
van de zijde der landbouwers en tuinders
en de arbeiders te platten lande gepaard
is gegaan, maar nog altijd niet kan men
van een loonende productie spreken, ten
minste in de meeste gevallen niet.
Men is het dan ook volkomen met de
regeering eens, dat de steunmaatregelen
nog niet kunnen worden gemist, maar men
zou het zeer op prijs stellen, indien land
en tuinbouw den druk van tal van knellen
de maatregelen minder zouden gevoelen,
in welke richting op den minister pressie
werd uitgeoefend.
En dan is er nog een overbevolkings-
vraagstuk voor ons platte land. De heeren
van Rappard en Kolff gingen hierop wat
dieper in. Uitbreiding van den cultuur
grond door ontginning, drooglegging, ont
watering enz. komt in de eerste plaats in
aanmerking, maar daarnaast vroeg eerst
genoemde afgevaardigde aandacht voor
emigratie, in kolonieverband (wat het
meeste succes schijnt te beloven) in Bra
zilië en Argentinië. Frankrijk, dat eveneens
aan landbouwers behoefte heeft, biedt
slechts aan enkele'Nederlanders redelijke
kansen; dit land kan voor ons vrijwel op
het oogenblik worden uitgeschakeld.
Het bovengenoemde viertal leden was
het er over eens, dat het prijspeil der land
bouwproducten moet worden verhoogd,
willen boeren en arbeiders een eenigszins
■behoorlijk bestaan krijgen.
Er moet iets gebeuren, wat dan ook.
De heer van Voorst tot Voorst achtte ver
hooging van de monopolieheffing over de
geheele lijn het aangewezen middel.
Dat de regeering voor de aardappelen
een teeltregeling heeft gemaakt, die met
zwaarderen druk gepaard gaat dan vroe
ger, ging dezen heeren zeer aan het hart;
zij betoogden de nadeeligheid daarvan voor
den landbouw
De heer van Voorst, partijgenoot van
den minister, herinnerde eraan, dat de
regeering bevreesd was voor een verhoo
ging van het prijspeil der landbouwpro
ducten, omdat de loonen in de industrie
dan zouden moeten worden verhoogd, het
geen weer de productiekosten zou doen
stijgen en het concurrentievermogen onzer
nijverheid verminderen. Maar, zoo vroeg
deze afgevaardigde, is dat standpunt wel
in overeenstemming met de door de re
geering voorgestane „verdeelende recht
vaardigheid?"
Mr. Kolff, die de toestanden in de
Betuwe op z'n duimpje kent, betwijfelde
of de regeering bij onderhandelingen met
het buitenland wel stevig genoeg op de
bres stond voor de tuinbouw-exportbelan
gen; in het bijzonder dacht hij aan de
appels en peren. Maar in het algemeen
moet de minister z. i. alle aandacht aan
vergrooting van den export van land- en
tuinbouwproducten wijden.
De rede van den heer de la Bella (s.d.)
bewoog zich, gelijk we reeds zeiden, op
sociaal-economisch gebied. Hij meende dat
te dien aanzien een andere politiek van
dezen minister had mogen worden ver
wacht, gelet op het program van de R. K.
Staatspartij en de uitlatingen van voor
aanstaande katholieken. Maar na acht
maanden beleid blijkt, dat deze bewinds
man voor 90 pet. den „ouden liberalen
koers" voortzet. De sociaal-democratische
afgevaardigde zeide niet te twijfelen aan
den goeden wil van minister Steenberghe,
maar veronderstelde, dat hij te zeer ge
bonden was door de marschroute van de
heeren Colijn en de Wilde.
Bij de bestrijding van de werkloosheid
mist men een bepaald systeem, met het
gevolg dat er veel te weinig gebeurt. Het
N.V.V. had eens gespeurd naar den voor
raad van mogelijk uit te voeren groote
openbare werken, een onderzoek, dat zij
provinciegewijs heeft ingesteld, en daarbij
was het tot de slotsom gekomen, dat voor
een bedrag van een milliard gulden aan
groote openbare werken kan worden uit
gevoerd!
Zijn pleidooi was derhalve werkverrui
ming en nog eens werkverruiming om het
nog altijd zeer groote aantal werkloozen
te verminderen. Hij waarschuwde tegen
verlaging van de arbeidsloonen, omdat
daardoor de koopkracht van de bevolking
nog meer zou afnemen; bovendien zijn
vele loonen al zoo laag, dat er niets meer
af kan. Wil men dus de productiekosten
verlagen, dan kan dit alleen nog maar door
ordening- in het bedrijfsleven, waarvan
standariseering een element moet uitma
ken. De arbeiders hebben te weinig in
vloed op den gang van zaken in het be
drijfsleven; ook daarin moet verandering
komen. Ten slotte wees de heer de la Bella
er op, dat er nog geen enkel ander serieus
plan ter bestrijding van de werkloosheid is
aangeboden dan het Plan van den Arbeid;
met nadruk betwistte hij, dat dit plan en
het ordeningsstreven (waarmede dat in
katholieken kring evenwijdig loopt,)
staatssocialisme zou inhouden. Tenslotte
wees hij op het gevaar dat aan het voort
duren der werkloosheid van extremistische
zijde dreigt.
Vandaag werd het debat^voortgezet.
Teekenkamerpersoneel in verzet.
In een gisteravond onder leiding der
vier samenwerkende organisaties ge
houden vergadering heeft het perso
neel van de teekenkamers der N.V.
Nederlandsche Vliegtuigenfabriek Fok
ker te Amsterdam, besloten met ingang
van Vrijdag 1 April a.s. het werk neer
te leggen, aangezien de directie niet
bereid is met de organisaties overleg te
plegen over een salarisregeling en de
bestaande salarissen als ver beneden
eiken redelijken eisch worden be
schouwd.
Van het teekenkamerpersoneel bij de
Fokkerfabrieken is circa 95 pCt. georgani
seerd. Er zijn 73 teekenaren lid van den
Nederlandschen Bond van Technici, denAl-
gemeenen Bond van Technisch- en Opzicht
houdend personeel, de Nederlandsche Ver.
van Christelijke Technici en den R.K. Bond
van Technici St. Bernulphus.
Nadat de besturen van deze organisaties
reeds in het afgeloopen jaar pogingen had
den aangewend om verbetering te verkrij
gen in de salarissen der technici, hebben
zÜ zich op 17 Februari j.L met een schrijven
tot de directie der Fokkerfabrieken gewend,
waarin verzocht werd om een bespreking,
teneinde een salarisregeling voor de teeke
naars vast te stellen en waarin werd mede
gedeeld, dat tot staking zou worden beslo
ten, indien voor 28 Febr. geen bevredi
gend antwoord zou zijn ontvangen.
De rijksbemiddelaar, mr. S. de Vries Czn.,
bood zijn bemiddeling aan en had op 21
Maart j.1. een bespreking met de Fokker
directie, waarbij tevens aanwezig was het
hoofdbestuur van den Metaalbond. De di
rectie der Fokkerfabrieken beriep zich op
het standpunt van den Metaalbond, welke
weigert de organisaties van het technische
personeel te erkennen. De directie ver
klaarde tot overleg bereid te zijn met ver
tegenwoordigers van het personeel zelf over
persoonlijke grieven, doch niet over een
algemeene salarisregeling. Het door de bon
den van technici gevraagde onderhoud
werd dan ook afgewezen.
In de gisteravond gehouden vergadering,
die bezocht was door ruim 80 pCt. der be
trokken leden, terwijl van verscheidene
afwezigen bericht van verhindering en
sympathiebetuigingen waren ontvangen,
werd hiervan mededeeling gedaan. Met
groote bitterheid werd geconstateerd, dat
zoowel de Metaalbond als de directie der
Fokkerfabrieken de organisaties der land
arbeiders niet alleen erkenden en voort
durend met deze bonden overleg pleegden,
maar bovendien in de afgeloopen weken
alle eischen, door de organisaties der hand
arbeiders gesteld, hadden moeten inwilli
gen, terwijl men ten aanzien van de hoofd
arbeiders zelfs overleg met hun organisaties
botweg afwees, daarbij nog een beroep
doende op de „intellectueele standing" der
hoofdarbeiders.
Van de zijde van het bestuur werd o.m.
verklaard, dat blijkens publicaties in de
pers het bedrijf in het afgeloopen jaar
ruim een millioen winst had gemaakt
en dat op de te houden aandeelhoudersver
gadering zal worden voorgesteld een divi
dend van vijf-en-twintig procent uit te kee-
ren. In ditzelfde bedrijf zijn teekenaars te
werk gesteld in het bezit van het eind
diploma M.T.S., die op 22- tot 24-jarigen
leeftijd salarissen Van 6065 per maand
verdienen en werken personen met 12 of 15
dienstjaren op salarissen van 45 per week.
Overeenkomstig het op een vorige verga
dering in principe genomen besluit, werd
ditmaal met vrijwel algemeene stemmen
besloten met ingang van Vrijdag a.s. het
werk op de teekenkamers neer te leggen.
ERNSTIGE AANRIJDING TE HELMOND.
Onvoorzichtig den weg over
gestoken.
Op den Kanaaldijk te Helmond is gister
middag om drie uur het dertienjarig zoontje
van de familie P. Bruyer aldaar bij het on
voorzichtig oversteken van den weg door
een auto uit Gemert aangereden. De jongen
kreeg een hevigen slag van den bumper en
bleef bewusteloos liggen. Met een zware
hersenschudding, inwendige kneuzingen en
verschillende schaafwonden is het slachtof
fer naar het St. Antoniusgasthuis te Hel
mond overgebracht.
Zijn toestand is levensgevaarlijk.
KINDJE IN EEN TEIL WATER
VERDRONKEN.
Gistermiddag is het 2-jarig dochtertje van
de familie Jansen aan den Binnenweg te
Twelloo bij Deventer in een teil met wasch-
water, die achter het huis stond, geraakt en
verdronken.
Vrijdag 1 April.
HILVERSUM, 301,5 M. (8.—12.—
4.—7.30 en 9—12.— VARA, de
VPRO van 7.309.en de AVRO
van 12.—4.— uur). 8.— Gr.pl. 10.—
VPRO-morgenwijding. 10.20 Deel.
10.40 Zang met pianobegeleiding.
In de pauze gr.pL 11.10 Verv. deel.
11.30 Gr.pl. 12.30 J. Cantor's en
semble. In de pauze gr.pl. 2.
Pianovoordr. 2.30 Variété-progr.
4.— Gr.pl. 5.— Voor de kinderen.
5.30 Cor Steyn's accordeonorkest.
6.05 Qrgelspel. 6.30 Politiek radio
journaal. 6.45 Gr.pl. 6.50 NW-uitz.
7.20 ANP-ber. 7.30 Ber. 7.35 Lezen
in den Bijbel, causerie. 8.Ensem
ble Stotijn. 8.30 De Oecumenische
beweging, causerie. 9.Opera-
progr. (solistenconcert). 10.Fan
tasia en solisten. 10.30 ANP-ber.
10.40 VPRO-avondwijding. 11.
Viool en piano. 11.30 Jazz-progr.
(gr.pl.) 11.5512.Gr.pl.
HILVERSUM, 1875 en 415,5 M.
(Alg. progr. KRO). 8.9.15 en 10.
Gr.pl. 11.30 Causerie over Bijbel
geschiedenis. 12.Ber. 12.15 Mo
dern Klein-orkest. (1.1.30 Gr.pl.)
2.Orgelconcert. 3.Gr.pl. 3.45
KRO-orkest. 4.30 Gr.pl. 4.45 KRO-
orkest (Vervolg). 5.30 Gr.pL 6.05
De KRO-melodisten en solist. 7.
Ber. 7.15 De intelligentie der kin
deren en hun schoolresultaten,
causerie. 7.35 Bedrijfsrep. 8.ANP-
ber. 10.4012.Gr.pl.
DROITWICH. 1500 M. 11.4011.50
PianosolL 12.10 Orgelconcert. 12.40
Tommy Kinsman's dansorkest. 1.15
Volksliederen. 1.352.20 Het Bir-
minghamsch Dameskwartet. 4.20
Jazzmuziek (gr.pl.) 4.50 Rep. 5.20
Contrabas-voordr. 5.40 John Russell
en zijn orkest. 6.20 Ber. 6.45 Zang
en piano. 7.20 Gr.pL 7.50 Rep. 8.20
BBC-zangers. 8.35 Revue-progr.
9.20 Ber. 9.40 The Trial of Dreyfus,
causerie. 10.BBC-orkest en -koor
mmv. solist. 10.55 Leslie Bridge-
water's kwintet. 11.35 Jack Jackson
en zijn Band. 11.5012.20 Dansmu
ziek (gr.pl.)
RADIO PARIS. 1648 M. 7.55—8.05,
9.10 én 10.20 Gr.pl. 11.35 J. Evrard's
damesorkest. (12.50 Zang). 2.05 en
3.35 Zang. 4.20 Kamermuziek. 7.35
Zang. 7.50 Radiotooneel. 9.50 Gr.pL
10.20—11.50 Orkestconcert.
KEULEN, 456 M. 5.30 en 6.30 Gr.pL
7.50 Omroepschrammelensemble en
Balalaika-kwintet „Bajan". 11.20
Brandweer-orkest. 12.35 Omroep
orkest. 1.30 Schrammelensemble.
2.20 Gev. progr. 3.20 Omroeporkest,
solisten en vocaal trio. 5.20 Maand-
revue. 6.30 Vroolyk progr. 8.20 Gev.
progr. 9.35 Gr.pl. 10.2011.20 Jack
Alban's dansorkest.
BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.:
11.20 Gr.pL 11.50 en 12.30 Omroep-
kleinorkest. 12.501.20 Gr.pl. 4.20
Omroepkleinorkest. 5.50, 6.20 en
7.20 Gr.pL 7.50 Omroepsymph.»
orkest en solisten. 9.3010.20 Gr.pL
484 M.: 11.20 Gr.pL 11.50 en 12.30
L. Langlois' orkest. 12.501.20 Gr.
pi. 4.20 Omroeporkest. 5.35 Gr.pL
5.50 Pianovoordr. 6.10 Gr.pL. 6.3J
Harmonicasoli. 7.20 Omroeporkest.
7.35 Radiotooneel. 8.05 Vervolg con
cert. 9.30 Gr.pL 9.4510.20 Dans
muziek (gr.pl.)
DEUTSCHLANDSENDER, 157J
7.20 Gev. progr. 8.20 1 April-progr.
9.20 Ber. 10.20—11.20 Eugen Jahn's
orkest.
GEMEENTELIJKE RADIO-
DISTRIBUTIE.
Lijn 1: Hilversum.
Lijn 2: Hilversum.
Lijn 3: Keulen 8.9.20, Parijs R.
9.2011.05, Radio PTT Nord 11.05
11.20, Keulen 11.20—12.20, Brus
sel VL 12.2012.30, Brussel Fr.
12.3013.20, Keulen 13.2014.20,
Danm. Radio 14.2015.20, Keulen
15.2016.20, Droitwich 16.2016.50
Keulen 16.50—17.20, Brussel Fr.
17.20—18.20, Keulen 18.20—20.20,
Brussel VL 20.2020.35, Brussel
Fr. 20.35—21.20, Brussel VL 21.20—
21.35, Keulen 21.35—22.20, Parijs R.
22.20—24.—.
Lijn 4: Brussel VL 88.20, Nor-
mandië 8.2010.35, Lond. Reg.
10.35—17.20, Droitwich 17.20—19.50
Lond. Reg. 19.5020.20, Droitwich
20.2022.55, Lond. Reg. 22J5
23.35, Droitwich 23.35—24.—.
Lijn 5: Diversen.
VILLA'S GEPLUNDERD IN DE
OMGEVING VAN ARNHEM.
Daders door de politie gepakt.
Niettegenstaande enkele weken geleden te
Arnhem een drietal personen was aange
houden terzake van diefstal met braak in
onbewoonde villa's en kippendiefstallen in
hoofdzaak in Schaarsbergen, kwam enkele
dagen geleden uit dezelfde omgeving weder
een bericht in bij de politie, dat onbevoeg
den een bezoek hadden gebracht aan een on
bewoond zomerhuisje, thans aan den Dee-
lenschenweg.
Bij onderzoek bleek, dat een belangrijke
hoeveelheid lakens, dekens, gordijnen enz.
was gestolen tot een gezamenlijke waarde
van ongeveer 300.
Tegelijkertijd werd aangegeven, dat uit
een andere villa, bij afwezigheid van de be
woners, op onverklaarbare wijze eenige goe
deren waren verdwenen.
Hoewel het oogenblikkelijk aangevangen
onderzoek aanvankelijk geen resultaat had,
kon na enkele dagen op verschillende plaat
sen in Arnhem een gedeelte van het gesto-
lene worden opgespoord.
Tenslotte kon op grond van de verkregen
aanwijzingen tot aanhouding van de daders,
twee oude bekenden van de politie, worden
overgegaan.
LANDBOUWER GEDOOD DOOR TREIN.
Ongeluk op onbewaakten overweg.
Op den onbewaakten spoorwegovergang te
Emmikhuizen (gem. Renswoude) heeft zich
gistermiddag omstreeks half vijf een ernstig
ongeluk voorgedVn, waarbij de 53-jarige
landbouwer A. v. d. Brandhof uit Renswoude
het leven heeft gelaten.
Deze fietste nabij den overgang, toen en
kele arbeiders, die in de nabijheid werkten,
hem attent maakten op een naderenden
trein.
De man scheen de gebaren en de waar
schuwende woorden van de arbeider» niet
te hebben begrepen, met het gevolg, dat de
trein, welke uit Arnhem kwam en in de
richting Utrecht reed, den landbouwer
greep. De ongelukkige was op slag dood. Het
stoffelijk overschot is naar het lijkenhuteje
té RensWoude overgebracht.
De trein heeft na tien minuten vertraging
zjjn reis voortgezet.
HET EERSTE SLACHTOFFER.
In de nieuwe garnizoenen.
Dinsdagavond na afloop van de door de
in garnizoen te Roermond gekomen militai
ren gehouden taptoe, wilde de milicien H. v,
d. Westen, uit Raamsdonk, voor een naderen
de vrachtauto den Minderbroederaingel
oversteken. Hij werd door de auto gegrepen
en eenige meters meegesleurd. Met een ge
compliceerde beenbreuk en een lichte her
senschudding werd hij, nadat ter plaatse
door een ontboden geneesheer het eerste
verband was gelegd, naar het St. Laurentius*
ziekenhuis overgebracht f
DOOD DOOR SPIRITUS DRINKEN.
In de heide, onder de gemeente
Schijndel (N.Br.), ter hoogte van den
Couveringschendijk, het lijk gevonden
van den 55-jarigen zwerver L. S.
De doodsoorzaak moet worden toege
schreven aan het drinken van spiritus.
KIND VERDRONKEN TE ZWOLLE.
Het 5-jarig zoontje van den arbeider J.
Woutstra te Zwolle, dat gisteren zijn vader
op het land eten had gebracht, is in een
sloot geraakt en verdronken.
Door
MARK CHANNING
Ned. bewerking
door MARIE
DEBELMONTE
16)
„De overwinning is ons, Oh Khoon", zei
Gray omkijkend, terwijl hij, gevolgd door
den dwerg, terug klauterde naar den top.
Khoon gromde iets onverstaanbaars. Vanaf
het begin der vijandelijkheden had hij
Gray gevolgd als zijn schaduw en hij kende
klaarblijkelijk geen vrees.
Gray begreep, dat de vijand ieder oogen
blik een poging doen kon, om hem tot te
rugtrekken te dwingen door den bergkam
te bezetten. De instructies, zoo juist door
hem aan Sher Singh gezonden, behelsden
dan ook hem alle beschikbare mannen te
sturen. Bij zijn snellen opmarsch had hy
de heuvels niet kunnen verkennen, daar dit
zijn tempo zou hebben vertraagd. En t was
hem er juist om te doen tijd te winnen. Weer
inspecteerde hij door zijn verrekijker het
operatieterrein.
„Ik ga ter verkenning naar boven", riep
hij" zich tot een onderofficier wendend.
„Achba Sahib".
Toen Gray zijn doel bereikte, was van
den vijand niets meer te bespeuren.
Het geweervuur was verminderd, tot te
hooi en 1® gras een toevallig schot. Even
wel, het gevaar bleef bestaan tot de man
nen van Gray zich van den bergkam zou
den hebben meester gemaakt. Hij ging zit
ten om een punt aan zijn potlood te slijpen.
De steile klim had hem een razenden dorst
bezorgd. Ergens water vandaan te halen,
was onmogelijk, dat wist hij. Zijn hand uit
strekkende, plukte hij een paar grassprie
ten, met het doel er al schrijvende op te
kauwen, maar ze waren zoo bitter, dat hij
ze weer uitspuwde.
„Hier is wat om uw dorst te lesschen".
Gray keerde zich om en ontmoette een blik
uit een paar zwarte, boosaardige oogen.
Khoon, de Mongoolsche gids, reikte hem
den leeren wijnzak der bergbewoners. Te
dorstig om te spreken bepaalde Gray er
zich toe met een hoofdknik te bedanken en
hy dronk gulzig den lauwen inhoud. Hemel
Wat overkwam hem? Waarom werd 't
opeens zoo donker?
Daarop scheen het hem of de zijkant van
den berg zich ophief en hem een slag in 't
gezicht gaf.
Geknield voor den bewusteloozen En-
gelschman stak Khoon twee vingers in zijn
mond en liet een schel gefluit hooren.
HOOFDSTUK IX.
Het Paleis van den Spiegel.
De beschrijving door Chirine, die het Pa
leis van den Spiegel vergeleek met een
druivenpit in een schaal, was nog zoo
kwaad niet. Feitelijk bestond deze vesting
van den Cobra uit een versterkte stad in
miniatuur, verscholen diep in een dal, dat
ingesloten werd door een keten van ontoe
gankelijke bergen vol kloven. Met hun
immense elkaar rakende schouders leken ze
op een troep Titanen, die naar een mier
aan hun voeten keken.
Een groote steile rots stak boven het pa
leis uit en vormde een geweldig grauw
steenen baldakijn; het ongeveer twaalf
honderd meter hooge gevaarte liep aan de
achterzijde uit in een spitsen top van zeven
duizend meter, in welks flanken eeuwige
sneeuw fonkelende litteekens had gegrifd.
Van duizelingwekkenden hoogten in de om
geving vielen watervallen donderend neer;
beneden in het dal vervloeide hun water
in den nevel, die gewoonlijk boven de val
lei hing.
Dit paleis was klaarblijkelijk gebouwd in
den krater van een uitgebranden vulkaan,
in den loop der tijden door weer en wind
herschapen in een gedurende lente- en zo
mermaanden vruchtbaar, lachend dal vol
bloemen en vruchten, doch dat in den win
ter onbeschrijfelijk dor en doodsch was.
De aloude vesting besloeg drie zijden van
een vierhoek, die omringd werd door de
overblijfselen van twee hooge grijssteenen
bastions met afgebrokkelde kanteelen op
de buitenste omwalling. Bressen, welke zich
in het metselwerk vertoonden, waren zorg
vuldig gestopt met verweerde rotsblokken;
in het midden van den buitensten ring
muur bevond zich de hoofdingang, een
dubbele deur van ebbenhout, wel een voet
dik en die de eeuwen had getrotseerd. Ze
werd bevestigd door massief ijzeren stangen
en door zware cylinders van gedreven ko
per in den vorm van opgerolde palmblaren.
Deze poort gaf toegang tót een ringvor
mige straat, waarin, behalve een kleine ba
zaar ook het kwartier van het garnizoen
gevestigd was; een bijna loodrechte trap
voerde naar de binnenste omwalling, die
het iets lager gelegen paleis en tuinen om
gaf.
Langgerekt, beverig hoorngeschal ver
stoorde plotseling de rust van het eenzame
dal.
Toen de laatste der duizenden echo's
weggestorven was, scheurde in de verte
een rasperig gebrul door de lucht: Shiv, de
tijgerin, begroette haar meester. Op de
even te voren nog verlaten wallen krioelde
nu het in blauw en wit gekleede krijgsvolk:
een loop van een geweer, een bloote sabel
kling glinsterden in de zon. In de binnen
straat verzamelde zich een norsch uitzien
de menigte: vrouwen met harde gezichten
en scherpe oogen verlieten haastig hun
aarden krotwoningen; met groote mannen
stappen kwamen ze aanloopen, druk pra
tend, doch met gesmoorde stem. Onbe
schrijflijk vuile kwajongens, brutaal en
wantrouwend, haveloos en aanmatigend,
lachten of schreeuwden niet als andere
straatjongens, maar ze kropen stiekum in
een hoekje, om elkaar deelgenoot van hun
schunnige geheim te maken.
Angst bezielde de bevolking, want de
wachters hadden den ruiterstoet vanAlam
Khan, die eenige mijlen verder uit een
nieuwen pas was opgedoken, aangekondigd.
Zoodra een der ruiters uit de duisternis
te voorschijn kwam, teekende zijn silhouet-
te zich een oogenblik duidelijk af tegen
den horizon en verdween dan weer om
plaats te maken voor een ander, bijna ge-
lijk
Weer dreunde liet gebrul van Shiv dooi
de lucht. De schildwachten luisterden er
naar en zwegen een oogenblik. Daarop:
„Men beweert, dat Allah aan dieren geen
hart heeft gegeven", bromde de kleinste
der soldaten, „maar die beesten van hem
houden meer' van Alam Khan dan de
meesten van zijn vrouwen..."
De man bedwong zijn lachlust, 't Was
niet heilzaam te lachen, indien het betrek
king had op den Cobra.
„Wat je daar zei, is waar", kwam de
lange, magere tusschenbeide, een stofje
wegblazend, dat het uiteinde van zijn vuur
steen ontsierde. „Mijn broer is een van de
vier oppassers van het beest. Ze is ja-
loersch, zelfs op een man".
„Is het waar, dat hij eiken morgen een
bloemkrans om haar hals hangt, en dat ze
met kostbare oliën gezalfd wordt?" infor
meerde een der mannen.
„Dat alles is waar.. Bovendien eet ze
uit een gouden schaal, ingelegd met sma
ragden (de man zuchtte diep). De goud
smid, die er iets aan repareeren moest,
heeft me verteld, dat die bak wel een
lakl (honderdduizend roupies) waard is".
„Wah!"riepen drie verschrikte stem
men.
Al hun soldijen tezamen van een heele
maand zouden nog geen duizendste deel
van deze som vertegenwoordigen.
„Ja", vervolgde de man voldaan", en ze
slaapt vóór zijn bed op zijden kussens".
Onwetend van de thuiskomst van den
Cobra leefden zijn vrouwen tevreden met
hun sleurbestaan, waarin slechts door ziek
te van een hunner een kleine variatie
kwam en dat pas met hun dood eindigde.
(Wordt vervolgd).
A
