DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Uit den Alkmaarschen Raad. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. No. 84 Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN: Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0 25, groote contracten rabat Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. Zaterdag 9 April 1938 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 140e Jaargang Wie procedeert om een koe, geeft er een toe, zegt het epreekwoord, meer in Alkmaar verwacht men de koe en de melk te kunnen houden. In een nieuw gymnasium zullen alleen de oude talen nog aan het verleden herinneren. Kappers, die klanten na sluitingstijd helpen, zullen door de politie geknipt worden. Nieuws in 't kort. ALKMAARSCHE COURANT. Alea jacta est, de teerling is geworpen, wij gaan procedeeren. Wij zijn gekrenkt in onze heiligste ge voelens, beroofd van onze laatste bezittin gen, wij zijn als onmondigen en onvolwaar- digen in allerlei hoekjes gedrukt en het eenige, dat ons nog overblijft is een beroep op menschèlijke rechtvaardigheid. Wij gaan procedeeren. Er is ons destijds een koetje op stal ge bracht, een mager, miezerig beestje, waar van niemand wist of het den dag van mor gen wel zou halen. Dat beestje hebben wij verzorgd en ver troeteld, wij hebben het in den loop van ja ren glanzend, dik en welvarend gemaakt, wij hebben het van een stuk rundvee, dat water en melk gaf, opgefokt tot een ten toonstellingskoe, die alle dagen melk van een abnormaal hoog vetgehalte levert. Dat is ons eigen electrische koetje, dat in den stal van onze Lichtbedrijven staat. En nu komt de provincie, die al jarenlang een begeerig oog op het beestje heeft gesla gen en wil ons geen voer meer leveren. Geen voer meer beteekent geen koe meer en geen melk meer en de dag breekt aan, dat er ambtenaren van de provincie zullen komen, die het koetje, ons koetje, naar Haarlem zullen transporteeren vanwaar het nooit meer in Alkmaar zal terugkeeren. Wij hebben ons daarom tot de regeering gewend en van alle kanten onze belangen bepleit bij de heeren in Den Haag, die deze ramp, zoo zij dat wilden, zouden kunnen be letten. Maar de heeren in Den Haag hebben knipoogjes gewisseld met de heeren in Haarlem en zij hebben allemaal begrepen, dat een stadje als Alkmaar op het oogen- blik al heel weinig in de melk te brokkelen heeft. Want de provincie heeft de macht geen voer meer voor het koetje te leveren en daaraan kan de regeering niets veranderen. En wat de heeren in Den Haag betreft, die hebben van Alkmaar al last genoeg al zou het alleen maar zijn om de tekorten te dek ken, welke wij elk jaar op onze begrooting demonstreeren. Dus heeft Den Haag gezegd, dat men het daar met Haarlem eens was, zij het dan ook, dat men wel eenige schadeloosstelling zou bepleiten en aangezien het tijdstip met rassche schreden aanbreekt, dat er een de finitief besluit moet worden genomen, stond de gemeente dezer dagen voor de vraag: toegeven of procedeeren? Wij geven niet toe, dus wij gaan proce deeren en de omstandigheden waaronder wij dat doen zijn nu niet bepaald rooskleu rig- Wij gaan als een arme, onmondige jongen, die altijd last bezorgt en altijd geld tekort komt, procedeeren tegen onzen eigen voogd, die in Haarlem woont. En wij gaan dat doen tegen de uitdrukkelijke waarschuwing in van onzen toezienden voogd, die m Den Haag woont en zonder wiens hulp wy met kunnen leven. Maar heeft niet eens een eenvoudige mo lenaar den koning van Pruisen toegevoegd dat er nog rechters in Berlijn wonen. En al hebben wij op het oogenblik dan ook met zooveel vertrouwen in de rechtyaard gheid van de Berlynsche rechters, er zynook nog rechters in Nederland en zooals Multatuli zich in arren moede, omringd oor belagers, eens tot den koning om een recht vaardige uitspraak richtte, zoo oen w thans een beroep op den Nederlandschen rechter in de hoop, dat het ons gegeven za zijn, ons dierbaar electrisch koetje in onzen eigen stal te kunnen houden. Zullen wij succes hebben? Ja, zeggen diverse juristen, die ons in dit proces de helpende hand, of beter gezeg het helpende woord, zullen bieden. Neen, zeggen de.juristen van de provincie. De heeren zyn het niet eens, maar wan neer zyn heeren juristen het nu eigenüjk wel eens? Zy moeten het uit den aard van hun werk wel oneens zijn want als alle ju risten het eens waren zouden ook allen overbodig worden. Goede raad is duur, zegt het spreekwoord en het is te voorzien, dat dit proces de ge meente veel geld zal kosten. En wanneer wij het winnen zal het nog de groote vraag zijn of het Haarlemsche voer voor ons elec trisch melkkoetje niet zóó duur zal wor den, dat wij het beestje toch niet meer kunnen onderhouden. Het is zelfs mogelijk, dat de regeering, die het besluit tot proce deeren zal moeten goedkeuren, aan Alk maar een briefje stuurt, met het verzoek zich niet zoo belachelijk te maken. Dat alles is mogelijk, maar dat alles moe ten wy afwachten. Wij zyn nu nog de gemeente, die ten ein de raad besloten heeft tegen de provincie te gaan procedeeren, de stad, die de provin ciale kat de bel zal gaan aanbinden. En tal van gemeenten in den lande jui chen dat van ganscher harte toe en bewon deren onzen moed. Daar zijn dezer dagen op de gemeentesecretarie tal van adhasie- betuigingen van andere gedupeerde ge meenten binnen gekomen, Hilversum en Bussum willen meedoen, het supporterstal groeit met den dag en overal weerklinkt buiten de touwtjes van het procesterrein den welgemeenden roep: „hup Alcmaria". Wij zijn de held van den dag en er komt zelfs financiëele hulp, want de Vereeniging van stroomdistributiebedrijven heeft mede gedeeld onze actie ook financieel te willen steunen. Zoo gaan dan aller blikken en gedachten naar Alkmaar, de stad, die eens de victorie behaald heeft en die het voor den tweeden keer opnieuw wil probeeren. En wy, arme toekijkende belastingbeta lers, kunnen slechts mee langs de touwtjes staan en onze stemmen mee doen klinken in het koor van hen, die de spelers tot vol houden en overwinnen aanmoedigen. Wanneer wij het verliezen, zal ons elec trisch koetje ons verlaten. Geen koe en geen melk en het is ten slotte de melk, waar het ons om te doen is. In 1936 het laatste jaar waarvan de opbrengst op dit oogenblik nauwkeurig be kend is heeft het electriciteitsbedrijf hier een bedrag van meer dan driemaal hon derdduizend gulden opgebracht. Zooiets geeft een noodlijdende gemeente als Alkmaar niet zonder protest uit handen met de zekerheid, dat er misschien in den beginne wel eens iets voor terug gegeven zal worden, maar dat binnen afzienbaren tijd naar andere onvindbare inkomsten moet gezocht worden om dit voor ons onmisbare bedrag weer in de gemeentelijke schatkist te kunnen krijgen. Een dergelijk jaarlijks terugkeerend be drag loont inderdaad de moeite van het procedeeren. Er zijn nog rechters in Neder land en al kan niemand den afloop van dit avontuur voorspellen, onze beste wenschen gaan uit naar het dappere gemeentebestuur, dat liever strijdend ten onder gaat dan zich vrijwillig over te geven. Ondanks alle sombere toekomstvoorspel lingen gaan wy een gymnasium van 263.000 bouwen. „Hoe bestaat het?", zeggen de plattelan ders in onze omgeving gewoonlijk, maar het kan heel gemakkelijk bestaan want we be hoeven het niet zelf te betalen. Vadertje Staat, onze toeziende voogd, van wien wij volkomen financiëel afhankelijk zyn, heeft ons het geld toegezegd en dus kunnen we gaan bouwen. Natuurlijk wordt ons dat geld niet zoo maar in den gemeentelijken schoot gewor pen en wie alle bepalingen leest waaronder het verstrekt zal worden, moet de schrik om het hart slaan. We hebben al een politiebureau van een kleine honderdduizend gulden gebouwd, er waren in verloop van tijd nog al eens een paar werkjes, die het een en ander kostten en nu komt er een gymnasium by van 263.000. Veertig jaren rente en aflossing betalen, dat is nog al iets voor een ge meente, die niet eens geld heeft om de tekorten van een kleuterschooltje te kunnen bijpassen. Maar, zoo verschrikkelijk als het er uit ziet is het tegenwoordig niet meer, want het Rijk weet maar al te goed, dat er van een kikker geen veeren zijn te plukken. Het Rijk stelt de gemeente elk jaar dat ze niet betalen kan vrij en schrapt dat jaar uit de ry der annuïteiten en wanneer in een verre toekomst de gemeente weer op eigen beenen kan staan, zal het nog de groote vraag zijn of Vadertje Staat nog een overschotrekening van het gymnasium komt presenteeren. De burgemeester heeft dat ook in den Raad Donderdag uitvoerig uiteengezet en zyn erkentelijkheid voor de royale houding van het Werkfonds uitgesproken. Het is aan een kant jammer, dat het ge bouw in den Hout zal moeten komen, maar het zoozeer geroemde plantsoen bestaat daar alleen uit wat struikgewas, dat men weldra niet meer zal missen. Bovendien is het aanzien van den Bergerhout door de daar gestationneerde bussen en de daar gebouwde wachthuisjes van dien aard ge worden, dat van een Hout eigenlijk niet meer kan worden gesproken. Er is nog een groote grasvlakte waarop een of tweemaal per jaar de stieren gekeurd worden en voor de rest kunnen we slechts hopen, dat de gemeente niet in de verleiding zal komen hier nog meer terrein voor bouwgrond te bestemmen. Een nieuw gymnasium stond al jaren op het verlanglijstje van de gemeente want het oude was van dien aard, dat leerlingen, die op de gang gezet werden evengoed de les sen konden volgen, als ze door de gescheur de deuren naar binnen keken. Het was een antiquiteit zoo groot, dat alle voorbeelden over antiquiteiten van Romeinen en Grie ken bij de aanschouwing van het eigen ge bouw in het niet moesten vallen. In het jubelkoor der raadsleden werd slechts één dissonant gehoord. Er mag geen prijsvraag worden uitgeschreven. Ge schiedt dit wel dan krijgt de gemeente geen gymnasium. Er was dus de keuze tusschen de prijs vraag van een mooi gebouw op papier of 'n gebouw zy het dan wellicht wat minder fraai dat niet op papier maar in den Bergerhout zou staan. De keuze kon niet moeilijk zijn en met de bekende bloedende harten hebben de hee ren raadsleden de prijsvraag dan ook over boord geworpen, in de hoop, dat onze di recteur van Gemeentewerken in een artis tieke bui aan het teekenen zal gaan en zoo door de muzen begeesterd zal worden, dat zijn schepping door een dankbaar nage slacht als een der schoonste van dezen tijd zal worden geprezen. Unaniem heeft zoowel het college van B. en W. als de Raad zijn teleurstelling geuit over den gang van zaken by de exploitatie van het terrein der N.V. „Nooit Gedacht". Inderdaad, men had het nooit gedacht, dat men hier bij een zoo groot bouwplan maar zoo weinig Alkmaarsche werkloozen zou kunnen gebruiken. De directeur had den heeren van de gemeente koeien met gouden hoorns beloofd en het waren ten slotte nog niet eens koeien maar bokken geweest om van gouden hoorns maar niet eens te spreken. Toen men dacht, dat de arbeidsbeurs geen menschen genoeg zou hebben om naar het terrein aan de Van Houtenkade te stu ren, was er een machine verschenen, die het werk van vijf-en-twintig man kon over nemen met het gevolg, dat er ook vijf-en- twintig man minder noodig bleken te zijn. En nu kon men die machine wel laten ver dwijnen, maar dan moest de gemeente het daardoor ontstane tekort van 8000 bijbe talen en' het is vanzelfsprekend, dat daar de wethouder van Financiën niet veel voor gevoelde. Iedereen was even verontwaardigd, be halve de heer Appel, die als revolutionnair socialist nog al eens in de voorste rijen staat als aangetoond moet worden hoezeer de uitgezogen arbeiders door het kapitalis me gedupeerd worden, maar die thans een pleidooi voor de N.V. Nooit Gedacht hield, wat natuurlijk by alle raadsleden den in druk wekte, dat deze frontverandering al leen te danken is aan het feit, dat hijzelf bij deze onderneming als opzichter in dienst is getreden. Ten slotte mag het verwonderlijk heeten, dat noch B. en W„ noch de Raad, noch het bedrijf van Gemeentewerken zoo voorzich tig zijn geweest, het aantal Alkmaarsche werklieden bij het tot standkomen der overeenkomst te bespreken en vast te leg gen. Niemand had daaraan gedacht, ieder een had maar geloofd en vertrouwd, maar de historie der volkeren bewijst in dezen tijd meer dan ooit, dat geloof en vertrou wen allergoedkoopste begrippen zijn ge worden. Van de zijde der N.V. wordt o.a. be weerd, dat men daar meer menschen aan het werk zou kunnen zetten als men de be- noodigde trottoir-tegels vlugger zou kun nen krijgen door ze in Alkmaar te laten maken. Die Alkmaarsche tegels zouden door den directeur van Gemeentewerken echter worden afgekeurd, het zouden percé tegels van buiten moeten zyn en ziedaar weer eenige stagnatie, welke uitsluitend aan de gemeente en niet aan de N.V. zou zyn te wijten. Wij kunnen dergelijke factoren moeilijk beoordeelen. Uit wat thans gebeurd is zal men voor de toekomst de noodige lessen kunnen trekken en als men veel van die lessen trekt zal misschien nog eens blijken, dat men ze door deze geschiedenis niet te duur gekocht heeft. Er is een onderwerp, dat tegenwoordig de Alkmaarsche Raad in heftige beroering kan brengen, dat is thee. Niet dat wy geïnteresseerd zijn bij de een of andere thee-plantage of dat wij ons on gerust behoeven te maken als de aandee- len van de thee-ondernemingen bedenkelijk beginnen te vallen, want het gaat niet over de theebladeren maar over de thee zelf. Men herinnert zich nog wel hoe lang en hoe heftig de Raad kort geleden gediscus- seerd heeft toen de heeren in Den Haag een blauwe potloodstreep gezet hadden door 't bescheiden bedrag, dat jaarlijks op onze begrooting prijkt onder het opschrift: „thee voor de raadsleden". Men heeft zich krampachtig aan het oor van het theekopje vastgehouden, maar he laas het heeft niet mogen baten. En nu was er al weer een andere kwestie. De pachter van het Sportparkbuffet ver koopt thee en de voetbalvereeniging Alc maria, die daar de meeste en de grootste wedstrijden houdt, dronk thee via den pachter. Dus had de pachter een thee-onderne ming, die misschien meer opbracht dan ve le thee-ondernemingen in het verre Oos ten. Maar op een goeden, of, uit het oog punt van den pachter bezien, op een slechten dag, besloot het bestuur van Alc maria voor leden en introducé's zelf thee te gaan schenken. Het mocht daar natuur lijk geen geld voor vragen, maar het deed het gratis en dan scheen het nog een aan zienlijke besparing te geven op de theere kening, welke men tot dusver van den pachter had ontvangen. De pachter herinnerde zich het Holland- sche spreekwoord geen geld, geen Zwitsers en alhoewel hy met de Zwitsers niets te maken heeft zoolang ze althans niet op het Sportpark komen spelen met het geld had hij wel degelijk vandoen en hij vertelde in een adres aan den Raad, dat hij een schade van 480 aan niet-uitgeschonken kopjes thee had, dat hij dus bij het in schrijven van de pachtsom illusies had ge koesterd, die niet verwezenlijkt waren ge worden en dat hij dat bedrag, of iets minder, dus gaarne van zijn pachtsom zag afge schreven. Dat was een kostbare thee-geschiedenis en de Raad betwijfelde unaniem of er wel zoo veel niet-uitgeschonken kopjes thee zouden geweest zijn, dat deze negatieve schenkerij een dergelijk bedrag rechtvaardigde. Ten slotte bleek Alcmaria zelf de schuld, want in haar clubblad had de vereeniging zich er op beroemd, dat zy wel 40 per maand be zuinigde door zelf thee te schenken en de pachter van het buffet had dit natuurlijk een prachtige berekening gevonden om er zijn aanspraken op te baseeren. Unaniem werd door den Raad uitgemaakt, dat er voor 150 thee al heel wat niet uit geschonken kopjes gedronken, of beter gezegd niet gedronken kunnen worden, zoodat be sloten werd de pachtsom met dat bedrag te verminderen in de hoop, dat andere ver- eenigingen het slechte voorbeeld van Alc maria in de toekomst niet zullen volgen. Die 150 ontvangt de gemeente dus elk jaar minder en datzelfde bedrag zal het Rijk voortaan in ons tekort moeten bijpassen. Nog maar enkele maanden geleden heeft het Rijk laten weten, dat het voor de Alk maarsche thee geen cent meer wil uitkeeren. Het is een speling van het toeval, dat de Staat thans desondanks voor de in Alk maar niet geschonken thee zal moeten betalen. Thee en water behooren bij elkaar en het is dus gemakkelijk om na dit theepraatje nog even de aandacht te vestigen op het raadsdebat, waarbij de verversching van het water in onze stadsgrachten ter sprake is gekomen. Hoe dat op den duur zal moeten geschieden is den Raad nog allesbehalve dui delijk, want men stuit op tegenwerking van allerlei zijden, maar nu de waterwerken by het terrein van Nooit Gedacht ter sprake zijn gekomen, hebben zoowel de heer Appel als de heer Sietsma eenige waardevolle ad viezen gegeven, welke de wethouder van Publieke Werken rijpelijk overdenken zal, zoodat er in de toekomst wellicht het een of andere ei van Columbus gevonden zal wor den, dat zekerheid geeft, dat de bewoners van onze stadsgrachten voortaan op frisch en stroomend water kunnen uitkijken. De Economisch Technologische Dienst voor Noordholland had een rapportje over onze economische vooruitzichten uitge bracht, waarin krachtig op het gereedmaken van industrieterrein werd aangedrongen. Datzelfde geluid heeft even krachtig in onze verleden jaar gehouden enquêtte ge klonken, toen Alkmaarsche industrieelen zich erover uitgesproken hebben, maar toen zat er geen officieel vernisje overheen, zoo dat het natuurlijk veel minder indruk ge maakt heeft Wethouder Klaver heeft medegedeeld, dat wy natuurlijk wel industrieterreinen kant en klaar kunnen maken, maar dat dit een kostbare geschiedenis zal worden. Men schy'nt in Alkmaar de laatste daaraan be stede cent terug te willen hebben en be denkt nimmer, dat een winkelier wel eens een pond boter cadeau geeft om er een goeden klant voor in ruil te kunnen krijgen. Een handelaar, die een scheerapparaat weg geeft, kan er zeker van zijn, dat hij daarna zooveel scheermesjes kan verkoopen, dat hy het apparaat zelf er aan alle kanten weer uit haalt en een gemeente, die industrieterrein voor zeer billijken prijs, of desnoods gratis, aanbiedt, heeft kans op de vestiging van ondernemingen, welke voor de economische toekomst van veel grooter beteekenis zijn dan markten of plantsoenen. Intusschen zoekt de wethouder den voor uitgang meer in de plannen voor een havenbedrijf en hy denkt daarbij blijkbaar aan den gulden tijd toen onze stad een zee haven was en de verbouwde vischtrawler van Alkmaar op Londen tweemaal per week met kaas en vleesch van de Handels kade is vertrokken. Laten wij hopen, dat zijn schoone toekomstdroom nog eens ver wezenlijkt zal worden. Alkmaar heeft het rapport gezegd is voor de industrie zeer gunstig gelegen. Dat is de theorie en het is te hopen, dat wy er allen nog eens het bewijs van mogen aanschouwen. Van de rest van de agenda valt slechts te vermelden, dat de Raad besloot een slagerij te weren op een punt van het uitbreidings plan van den Bergerweg, niet uit vegetari sche overwegingen, maar alleen omdat deze slagerij hier den „welstand" van de buurt min of meer zou verstoren en omdat er achter het gebouw maar twee meter ruimte zou zijn voor Opslag van beenderen en afvaL De omwonenden zouden dus terecht kunnen klagen, dat zij, door de gemeente van den hier gepresenteerden bouwgrond af te helpen, stank voor dank zouden krijgen. De kappers hadden om een gemeentelijke verordening voor een vrijen Dinsdagmiddag gevraagd en hoewel B. en W. bij de afwijzing daarvan blijkbaar rekening met allerlei poli tieke stroomingen hadden gehouden, bleken de raadsleden van meening, dat zelfs ongeor ganiseerde kappers wel eens te veel van hun krachten kunnen eischen. Er werden gru welijke verhalen gedaan van kappers, die na sluitingstijd klanten in de keuken of in de slaapkamer van hun baarden bevrijdden of van watergolven voorzagen en de alge- meene opinie was, dat, wanneer de concur rentie door een verplichten vrijen middag werd uitgeschakeld, het gilde der zwoegende haarkunstenaars tegen zichzelf beschermd zal kunnen worden. Melden wij tenslotte, dat mej. Dr. Schoo tot schoolarts benoemd werd wat haar naam betreft was zij al aardig op weg naar dezen titel en dat de heer Wortel, klerk op het archief tot archivaris is gekozen. Wij hebben hem reeds jaren als een bekwaam en behulpzaam ambtenaar leeren kennen en altijd de verwachting gekoesterd, dat er uit dezen bescheiden archiefwortel nog eens een pracht van een archivaris zou groeien. Matusjka heeft gratie gekregen. - Rijks bestuurder Horthy van Hongarije heeft ge bruik gemaakt van zijn recht tot gratiever- leening en de doodstraf, welke uitgesproken was tegen Silvester Matusjka, die interna tionale treinen tot ontsporing heeft gebracht, veranderd in levenslange dwangarbeid. Relletjes in Tunis. - De winkeliers in de Arabische stad Tunis hebben gister hun deuren gesloten. Het kwam tot kleine inci denten, toen zy winkeliers, die hun zaak open hadden gehouden, tot sluiten dwongen. Voor het huis van den resident werd door Arabische betoogers geroepen: „Wy willen een parlement". De betoogers werden ver spreid. 7 personen overleden door gasverstik- king. - In een nabij de stad Pampa (Texas) gelegen huis heeft men zeven personen dood gevonden, die blijkbaar door gasverstik- king om het leven waren gekomen. Overstroomingen breiden zich uit. - Als gevolg van nieuwe wolkbreuken in de Ver. Staten hebben de overstroomingen in Alabama en Georgia zich nog verder uitge breid. Tot dusver zijn minstens dertig men schen verdronken. Het water van de sterk gezwollen Alabama-rivier bedreigt de 70.000 inwoners tellende hoofdstad Mont- gomery. Te Whitestone (Georgia) heeft een bergstroom een woonhuis weggevaagd, waar bij tien kinderen en drie volwassenen ver min de" staten van het Midden-Westen woe den hevige sneeuwstormen, waarin reeds veertien personen om het leven zyn ge komen. v

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 1