DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. John Buil verguldt de bittere pil. ZOMERTIJD één uur vooruit Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTTEN Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. TeleL 3320, redactie 3330. No. 113 Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK. Zaterdag 14 Mei 1938 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 140e Jaargang De moreele rechtvaardiging van de erkenning van Abessinië. Zelf-begoocheling! Nieuws in 't kort. Hongaarsche regeering afgetreden. Reeds een nieuwe gevormd. De algemeene toestand. Dankbetuiging van het prinselijk paar. Het lot van Ds. Niemöller. Een Engelsch oordeel over de confessioneele beweging ALKMAARSCHE COURANT. (Van onzen Londenschen correspondent). Londen, 13 Mei. Nadat hij meer dan een jaar lang tegen zijn medicijn heeft aangezien, zal John Buil nu eindelijk de bittere pil van een erkenning van de Italiaansche sou- vereiniteit over Abessinië gaan slik ken. Niet voor al zijn kinderen zal die pil even bitter zijn. Sommigen van hen, die zich als realisten plegen te betitelen, hebben al lang niets liever gewild. An deren zijn beetje bij beetje gaan inzien dat het vroeger of later onvermijdelijk zou worden. Nog anderen blijven vol houden dat de medicijn onverteerbaar is. Maar allen zullen zij, wanneer het eenmaal tot slikken komt, in meerdere of mindere graad eventjes kokhalzen. Bij allen zal de pil 'n wrange nasmaak achterlaten. Dat weet Dokter Chamber- lain, en dat weten zijn pleegzusters in de pers, en daarom doen zij reeds eenige weken alle moeite om de pil te vergul den. Het is voor uw eigen bestwil, fluis teren zij den tegenstribbelenden patiënt toe, het moet nu eenmaal, en het is ook niet zoo erg. Immers, het beteekent geenszins dat gij de begane misdaad goedpraat, of dat gij uw principes op geeft. Het beteekent eigenlijk heelemaal niets, het is maar een formule. Meer dan dat, het is uw plicht, want gij dient er den vrede mee. Weest dus niet koppig, eventjes flink zijn maar en het is ge beurd. Dat men het noodig acht zoo voorzichtig te werk te gaan bewijst wel, dat de tegen zin van den patiënt nog immer zeer sterk is. Het zou een vergissing zijn dien tegenzin geheel toe te schrijven aan nationalen trots. De overweging, dat erkenning van de Ita liaansche souvereiniteit den stempel drukt op Mussolini's overwinning in het diplomatieke conflict tusschen Italië en de sanctionisten, speelt ongetwijfeld een roL Maar de hoofd oorzaak van het instinctieve verzet tegen erkenning is niet van politieken, maar van moreelen aard. 't Gaat tegen de moreele ge voelens van den Engelschman in een om op- portuniteitsredenen begaan onrecht maar door de vingers te zien. Hij voelt, dat hem in zekeren zin gevraagd wordt verraad te plegen aan een moreel principe, en ook al erkent hij dat het noodzakelijk en onvermij delijk is, hij blijft het als verraad voelen en het maakt hem ongemakkelijk. Op zichzelf is dat natuurlijk niets bijzonders. Engeland bezit geen monopolie van het moreel gewe ten, en ook in andere landen zal de erken ning van Abessinië de moreele gevoelens on getwijfeld in opspraak hebben gebracht. Maar de Engelschman heeft meer last met die ge voelens dan andere groote volken. Hij is niet in staat de onaangename feiten onder oogen te zien en zich er met een „het moet nu een maal" bij neer te leggen. Hij kan de nood zaak van de immoreele daad niet zonder meer als onvermijdelijk aanvaarden, en hij zal alles doen de daad, waartoe zijn eigen belang hem dwingt, met zijn geweten u het reine te brengen. Deze instinctieve drang, zich van het moreele karakter van zijn poli tiek handelen te overtuigen, spruit voort uit twee diepliggende eigenschappen, die in den vreemde vaak misverstaan worden, en zoo doende tot wijdverspreide misvattingen aan leiding hebben gegeven. De eigenschappen in kwestie zijn idealisme en optimisme. De gemiddelde Engelschman is in hart en nie ren idealist en humanist. In geen land wor den zooveel verloren zaken bevochten, m geen land loopen de menschen zoo gemak kelijk warm voor een ideaal. Zij, die de En- gelschen als een „nation of shopkeepers be schouwen; hard, gesloten, berekenend, niet in staat tot warmhartige onbaatzuchtigheid, begaan een kardinale fout. Zoo was de groo te meerderheid van het Engelsche volk in de eerste jfhasen van het Volkenbondsexperi ment van 1935 gedreven door een volkomen oprecht idealisme, wat men daar ook in het buitenland van mag hebben gedacht. De Engelsche psychologie. Dit vurig verlangen naar een betere we reld, dat de kern van zijn politiek idealisme uitmaakt, gaat gepaard met een onwankel baar optimisme, dat hem belet te gelooven, dat zijn goede bedoelingen en zijn idealisme machteloos zijn tegenover de harde nood zaak van den strijd om het bestaan in de in ternationale jungle. „All is for the best in the best of worlds" is een typisch Engelsche zegswijze. Het idealisme van den Engelsch man doet hem oprecht het goede zoeken, en zijn optimisme doet hem gelooven, niet zoo zeer dat hij dit goede ook zal verwezenlij ken, maar dat al zijn politiek streven ook werkelijk beheerscht wordt door zijn idea listische motieven. Hij is er zoo van over tuigd dat in deze wereld het goede moet kunnen zegevieren, dat hij weigert te ge looven dat in den strijd om 't bestaan eigen belang altijd voor onbaatzuchtig idealisme moet komen. Hij kan dat niet aanvaarden, het zou de ineenstorting van zijn heele we reldbeschouwing beteekenen, en om dat te voorkomen zal hij, ook in die gevallen waar zijn handelen duidelijk door eigenbelang wordt bepaald, instinctief al het mogelijke doen om zich wijs te maken, dat hij slechts zijn moreelen plicht doet. Alleen door deze grootendeels onbewuste zelfbegoocheling kan hij de twee fundamenten van zijn levenshouding, idealisme en optimisme, in stand houden. Dit nu wordt in den vreemde telkens weer misverstaan, en het is dit misverstaan van de Engelsche psychologie dat geleid heeft tot de wijdverspreide theorieën van Enge- land's hypocrisie en Perfldious Albion. Keer op keer in de geschiedenis ziet men Enge land, gedreven door zijn sterken machtswil, dingen doen die kennelijk door zijn ëigen- belang zijn ingegeven, maar waarvan het voorgeeft dat zij geheel onzelfzuchtig zijn. Wat de buitenlanders daarbij zoo hindert is niet de pretentie naar buiten; zich bij een politieke daad tegenover de buitenwereld op het gebod van den Heer beroepen is niets bijzonders. Dat doet elke staat. Maar de En gelschman pretendeert niet alleen tegen over de buitenwereld, maar ook tegen zich zelf, en dat heeft hem den naam van een hypocriet gegeven. Andere volken, die niet met het optimisme van den Engelschman behept zijn, en dit optimisme en de zelfbe goocheling waartoe het hem dwingt der halve niet begrijpen, kunnen niet aannemen dat de Engelschman werkelijk aan zijn eigen moreele sprookjes gelooft. Zij meenen, dat hij die sprookjes evengoed doorziet als zij zelf, maar te schijnheilig is om het te er kennen. Zij begrijpen niet, dat de Engelsch man door zijn vertrouwen dat „all's well in the best of worlds" gedwongen is zichzelf wijs te maken dat zijn oprecht idealisme immer het hoofdmotief van zijn politieke handelingen is. Neen, waarlijk, Perfidious Albion is een fictie, een herschenschim. Een begrijpelijke herschenschim is het zeker, want ook de buitenlander zooals ikzelf, die de gelegen heid heeft gehad de verwarde psychologie van dit volk te leeren begrijpen, komt tel kens weer in de verleiding zijn gastheeren voor hypocrieten uit te maken. Zij zijn zoo onvermoeibaar in hun betuigingen, dat zij nooit anders dan door de hoogste motieven worden gedreven, zij slepen immer in elk debat over de internationale politiek de moraal met de haren erbij, ook de hoogsten in den lande zijn altijd zoo geneigd aan God toe te schrijven wat aan Caesar behoort, dat men telkens weer twijfelen gaat of zij dit alles nu werkelijk kunnen gelooven. Zoo ook nu weer met de erkenning van Abes sinië. Geen Engelsch staatsman durft het besluit te rechtvaardigen door botweg te verklaren, dat Engeland's veiligheid ver- eischt dat het Zuidelijk eind van de spil RomeBerlijn onschadelijk wordt gemaakt. Dat is niet genoeg. De moraal moet en zal er bij, en daarom wordt er eindeloos op ge hamerd dat „erkenning moreel gerechtvaar digd is, omdat er de vrede mee wordt ge diend." Zoo wil de Engelschman het nu eenmaal. De Anglo-Australian verloren geacht. - Men heeft thans alle hoop opgegeven om het stoomschip „Anglo-Australian", dat sedert 8 Maart vermist wordt, terug te vin den. Het schip, dat 5400 ton mat, was op weg van Cardiff naar Vancouver. De bemanning bestond uit 38 koppen. Vier boeren door rotsblok gedood. - In de nabijheid van Swilajnaz aan de Morava zijn vier boeren, die graafwerk verrichtten onder een rotsblok, doordat dit rotsblok plotseling neerstortte, verpletterd. Geheime drukkerij ontdekt. - De politie te Lissabon heeft gisteren een geheime drukkerij ontdekt, waar het illegale commu nistische blad O Avante werd gedrukt. Het geheele drukkerij personeel werd gear resteerd. Vliegtuig in de lucht in brand geraakt. - In de nabijheid van Bristol is een toestel van de Royal Air Force tijdens den vlucht in brand geraakt. De bestuurders wist met zijn valscherm veilig den grond te bereiken, de tweede inzittende stortte met het toestel neer en verbrandde. Het vliegtuig was voor zien van speciale installaties. Het was op een oefenvlucht. Het kabinet-Daranyi is afgetreden. Rijksbestuurder Horty heeft Im redy, den minister van nationale eco nomie in het demissionnaire kabinet, opdracht gegeven, een nieuwe regee ring te vormen, en deze is daar in zeer korten tijd in geslaagd. De nieuwe regeering beteekent een duidelijke verschuiving naar rechts. De ministers van justitie, nijverheid en land bouw en de minister zonder portefeuille, Homan, behooren tot de uiterst-rechtsche zijde der regeeringspartij. Homan zal be last worden met de propaganda voor het vijfjarige plan. De ministers van binnen- landsche zaken, eeredienst en onderwijs en buitenlandsche zaken zijn conservatief. De premier en de minister van financiën zijn in de eerste plaats economische des kundigen. Imredy is echter ook een belij dend roomsch-katholiek. Men meent uit de samenstelling der nieuwe regeering te moeten opmaken, dat de regeering een krachtigen en doelmati- gen strijd tegen de nationaal-socialisten wil voeren, hetgeen zou blijken uit de benoeming van Fischer aan binnenland- sche zaken. Men verwacht, dat de politiek ten aanzien van de joden geen wijziging zal ondergaan. Het is mogelijk, dat Imredy zich niet zal tevreden stellen met de onderdrukking van de extremistische agitatie door administratieve maatregelen en dat hij hervormingen zal voorstellen om den toestand van werkloozen en land arbeiders te verbeteren. Ook in de bui tenlandsche politiek verwacht men geen verandering van beteekenis. Wel gelooft men op het ministerie van handel, dat Imredy belang zal hechten aan de betrek kingen met de westelijke landen. Men is, aldus verklaart men, tot regeeringswijzi- ging overgegaan, omdat Daranyi de taak, die hij zich gesteld had, volbracht had en de macht wilde overdragen aan een eco nomisch deskundige, die zich met de ten uitvoerlegging van het vijfjarig plan zal belasten. Duitsche pers niet zeer voldaan. Te Berlijn is men niet zeer voldaan over de oplossing der Hongaarsche regeerings- crisis. De „National Zeitung" ziet daarin het resultaat van „een tegenoffensief van het Joodsche kapitaal na de aankondiging der jodenwetten". Volgens de „Germania" is het nieuwe kabinet de vrucht van een coalitie „tusschen de conservatieve mag naten en het liberaal-getinte jodendom", bestemd om de nationaal-socialistische partij van majoor Szalassy te bestrijden. Het blad gelooft niettemin, dat de buiten landsche politie bepaald zal worden „door de historische vriendschap voor Rome en Berlijn". De aanslagen in Palestina. - Nog steeds worden nieuwe aanslagen gemeld. Reizigers in een autobus van een Arabische onder neming zijn geplunderd: een hunner werd gewond. Men is weer binnengedrongen in joodsche nederzettingen en heeft telefoon verbindingen vernield. Bij een twist tus schen Bedoeienen in de buurt van Beersje- ba zijn drie menschen gedood en verschei dene gewond. Alkmaar, 14 Mei. Henlein, de leider der Sudeten-Duitschers, heeft Donderdag verteld, dat tegenwoordig elk week-end belangrijk is, omdat tijdens de week-ends de belangrijkste politieke vraag stukken van Europa besproken worden. Zooals men weet, zit Henlein op het oogenblik in Londen, waar hy met eenige vrienden een aantal brandende vraagstuk ken zal bespreken. Henlein's opinie over de week-ends staat niet op zich zelf. Andere, grootere staats lieden zyn voor hem een wegwijzer ge weest: Hitier, die steeds de voorkeur aan Zaterdagen gaf en geeft, en Mussolini, die precies hetzelfde deed en doet. Want om de waarheid van bovenstaan de direct aan de praktijk te toetsen! Mus- soloni zal hedenavond in Genua een groote rede houden, welke door middel van de radio wereldkundig zal worden gemaakt. Algemeen verwacht men, dat Mussolini een aantal zeer belangwekkende mededee- lingen zal doen en men mag gerust aan nemen, dat èn het bezoek van Hitier èn de Britsch-Italiaansche besprekingen een deel van deze rede zullen uitmaken. Waarom toch steeds dergelijke redevoe ringen op een Zaterdagavond gehouden moeten worden? Is het, omdat men gelooft, dat de Zaterdag de geluksdag is, zooals de Vrijdag als een ongeluksdag beschouwd wordt? Och, de heeren zullen waarschijnlijk nimmer aan deze ideeën gedacht hebben. Maar ons lijkt het waarschijnlijker, dat de Zaterdag gekozen wordt, omdat de meeste kranten pas den Maandag daarop uitkomen en dus artikelen en beschouwingen leveren, die meer doordacht zijn, dan de commen taren, welke „heet van de naald" komen en daardoor misschien scherper en onvoorzich tiger gesteld zijn Intusschen mag men zeer beniewd zijn naar de rede van Mussolini, omdat een groot deel van de Europeesche politiek onder de loupe zal worden genomen. Reeds noemden we het bezoek van Hitier aan Italië, reeds noemden we ook de Britsch-Italiaansche be sprekingen; daarnaast zouden we kunnen noemen de gebeurtenissen in Spanje en de verhouding tusschen Italië en Frankrijk, die nog steeds niet zoo is, als ze zijn moet. Zal de taal van Mussolini een geruststel lende zijn, of zal zy onrust verwekken? De Belgische regeering is afgetreden. Het was geen werkelijke verrassing, want reeds de heele week hing het ontslag in de lucht. De oorzaak van de regeeringscrisis is be kend: de katholieken, althans een belangrijk deel er van, wilden niet langer samenwer ken met de socialisten. Dinsdag stelde het kabinet de motie van vertrouwen en be haalde daarbij de overwinning, maar het bleek, dat alle conservatieve katholieken tegen deze motie gestemd hadden. Het ge volg daarvan was, dat de positie der Room- sche ministers zeer verzwakt was en Don derdag wilden deze ministers aftreden. De premier Janson wist het echter te be wegen, dit besluit in te trekken en de drie ministers stemden er in toe, dat Janson nog één poging zou doen by de katholieken, om hun standpunt te herzien. Deze poging mis lukte Vrijdag en in de daarna gehouden kabinetsraad besloot de regeering in haar geheel af te treden. De Belgische koning heeft onmiddellijk de besprekingen met politieke leiders geopend en aan Spaak opdracht gegeven, een nieuwe regeering samen te stellen. Spaak aan vaardde deze opdiacht en verstrekte gister avond laat aan de pers de volgende ver klaring: „De koning heeft mij de eer bewezen mij te belasten met de vorming van de nieuwe regeering. Ik heb die opdracht aanvaard. Ik heb gemeend niet met de traditioneele "">rmule te moeten antwoorden: „Ik zal mijn v.ienden raadplegen". De huidige toestand eischt, dat men zuinig is met langdurige besprekingen. Ik ben be reid zware verantwoordelijkheden op mij te nemen. Ieder moet in dit opzicht hetzelf de doen. Ik kan mij niet in verbinding stel len met de fracties. Ik zal trachten een regeering te vormen, die alle richtingen van de vroegere meerderheid omvat, maar die toch uit minder ministers zal bestaan dan de vorige kabinetten. Ik heb een program, ik zal het voorleggen aan de persoonlijkheden, wier medewerking ik onontbeerlijk acht. Ik zal geenerlei hou ding van exclusiviteit aanvaarden, van welken kant ook. Ik moet heel vlug hande len, want, wanneer ik slaag, moet de nieu we regeering zich Dinsdag voorstellen aan de Kamer". De kabinetsformateur zou gisteravond telefonisch van gedachten wisselen met een reeks persoonlijkheden, o.m. zal hy zich in verbinding stellen met Janson. Spaak heeft den journalisten medege deeld, da,, hy hen hedenmiddag om 12 uur zou ontvangen, ten einde hen op de hoogte te brengen van den loop zyner besprekin gen. Nog geheel onder den indruk van de vele bewijzen van medeleven en van hartelijke belangstelling bij de geboorte en den Doop van onze dochter ondervonden, betuigen wij langs dezen weg daarover onzen diepgevoelden dank. Voor de talrijke gelukwenschen, welke ons langs schriftelijken en telegrafischen weg bereikten, is het ons helaas niet mogelijk ieder afzonderlijk onze erkentelijkheid te betuigen. Het is ons echter'n behoef te, hier uit te spreken, hoezeer ook deze door ons op prijs werden gesteld. Juliana en Bernhard. In de Manchester Guardian staat een in gezonden stuk van een inzender, die een reis naar Duitschland gemaakt heeft en daar in contact is gekomen met de meeste leiders van de confessioneele kerk en die meent, dat eenige mededeelingen over „de katakombe van de kerk" van belang zijn voor de lezers. De twee dingen, die de kerkelijke kringen op het oogenblik het meest interesseeren, zijn de eed en Martin Niemöller. Ook een andere kwestie hield de kerkelijke kringen bezig en dat is het verwijderen van het kruis van den hoogsten toren van den Wartburg en de vervanging daarvan door het hakenkruis. Men gevoelt allerwege de grootste ongerustheid over het lot van ds. Niemöller en aan alle kanten wordt erop aangedrongen, dat men hem in de gebeden zal blijven gedenken, en ook werd verzocht, of de Engelschen voor hem wilden bidden. In kerkelijke kringen is men van meening, dat men alles gedaan heeft, wat mogelijk is om zijn invrijheidstelling te bewerkstelligen. Tusschen de 20 en de 30 deputaties uit ver schillende deelen van het land zijn naar Berlijn gereisd om voor hem te interveni- eeren. Een heel groote deputatie is onlangs door de mijnwerkers van het Ruhrgebied gezonden. Nog een andere werd geleid door een vooraanstaand nazL Deze zou gezegd hebben: „Ik was de eerste nazi in mijn land. Door mijn aanbevelingen zijn duizenden toe getreden tot de N.S.D.A.P. Ik beloofde hun, dat de partij nooit in religieuse aangelegen heden zou ingrijpen. Wat moet ik hun thans zeggen, nu een man, die door de rechtbank onschuldig en vrij is verklaard, in eenzame afzondering wordt gehouden in een concen tratiekamp?" De berichten, die omtrent Niemöller bin nenkomen, zijn ernstig. Hij is zeer droef geestig gestemd. Hij was gewend met veel menschen om te gaan en zit thans den ge- heelen dag alleen in een cel, behalve een kwartier iederen dag, dat bestemd is voor oefeningen. Naar men mij vertelde, heeft hij een bijbel en een gezangenboek en, naar men meent, nog een paar andere boeken. Hy mag iedere veertien dagen een brief ontvangen en er een schrijven, maar de stilte heeft een zeer slechten invloed op hem. Mijn aJgemeene indruk van de reis was, dat de kerk bereid was de regeering op iedere wijze te steunen, doch dat zij in ge wetenskwesties eveneens bereid is zich tot het uiterste te verzetten. Het is waar, dat ik op myn reis voornamelijk leiders van de confessioneele kerk zag, doch van de 400 Berlynsche predikanten behooren er onge veer 280 tot die kerk. Een merkwaardig resultaat van den toestand is de toenadering tusschen de katholieke en de protestantsche kerk. In de katholieke kerken bidt men herhaaldelijk voor Martin Niemöller. Er worden nog veel predikanten gearresteerd en tijdens mijrt verblijf in Westfalen maakte ik drie arrestaties mee. Mij is een geval bekend, dat een geestelijke, die reeds in October gearresteerd is, nog steeds gevangen zit. inds 13 Maart wordt zyn cel niet verwarmd. Een vriend, die hem opzocht, bevond, dat hij in hooge mate kou leed. Eenige dagen ge leden had ik de eer een groot aantal predi kanten toe te spreken „in de katakombe". Het was duidelijk, dat men in tegenwoor digheid van menschen was, die nieuwe kracht in het Evangelie gevonden hadden. Zjj bespraken onder elkander de praktijk van de gevangenis en de techniek van het gevangen zitten, alsof het dagelyksch werk was. Een oude predikant van een dorpskerk zeide tegen me: „Ik heb nog nooit in myn predikantschap zulke gelukkige dagen mee gemaakt. Tegenwoordig is een geestelijke een werkelijk vader over zijn parochianeA. Het vorige jaar heb ik meer dan 1600 be zoekers op mijn pastorie gehad Zulke tijden zijn werkelijk gezegende tijden".

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 1