FLITSEN VAM DE GEVANGENE VAN ZENDA. WITTE D Een Duitsche film met Fransche charme T De inhoud. Van boek tot film. NAAR DEN BEROEMDEN ROMAN VAN ANTHONY HOPE Hoe filmsterren wonen. HET MEISJE VAN GISTERNACHT",! Miniatuur-filmpjes, ONZE BIOSCOPEN. TWEEDE BLAD. Hollywood schijnt meer en meer af te stappen van het één- of twee sterren-systeem. Telkens opnieuw ziet men films, waarin een aantal sterren gelijk optreden. Dit heeft niet alleen het voordeel, dat zoo'n film een grootere attractie heeft voor het publiek, maar ook, dat zoo'n film vaak evenwichtiger wordt. Viel vroeger het accent op de twee hoofdvertolkers en werden de klei nere rollen min of meer op den ach tergrond geschoven, thans ziet men vaak vier of vijf beroemde namen in één film. Ook David O. Selznick heeft dit ge daan in zijn nieuwste product: „De gevangene van Zenda", een verfil ming van den beroemden roman van Anthony Hope. Donald Colman en Madeleine Carrolt als Rassendyll en Flavia. dit verhaal vol De korte inhoud van romantiek is als volgt: Koning Rudolf V is zeer ingenomen met zijn geestigen neef Rudolf Rassendyll een oud-Engelsch officier en noodigt hem uit om den nacht door te brengen op zijn jachtslot met zijn vrienden, kolonel Zapt en kapitein Fritz von Tarlenheim. Koning Rudolf V zal den volgenden dag gekroond worden. Maar de laatste flesch wijn, die hij dronk, was vergiftigd. Op den dag der kroning ligt de koning in een diepe bewus teloosheid. Ko'onel Zapt is ervan over tuigd, dat dit het werk is van hertog Michael, een ouderen ncifbroer van den koning, die niet voor den troon in aanmer king komt en wiens haat tegen Rudolf al gemeen bekend is. Als Rudolf V niet op zijn kroningsdag aanwezig kan zijn, zal Michael van dit oogenblik gebruik maken om zichzelf tot regent uit te roepen. Zapt haalt niet zonder moeite Rassendyll over, om gebruik te maken van zijn gelijkenis en de rol van koning te spelen, tot deze weer zelf zijn plaats kan innemen. Rassendyll ontmoet bij de kroningsplech tigheid prinses Flavia, die voorbestemd is om zijn vrouw te worden en hij verliest dadelijk zijn hart aan de schoone prinses en omgekeerd! Na één dag koning te zijn geweest, zal Rasendyll zijn plaats weer aan zijn neef afstaan, maar dan blijkt het, dat hand langer.' van Michael den koning hebben ontvoerd en Rassendyll moet de maskerade volhouden. Na veel moeite gelukt het Rassendyll den koning te bevrijden. Flavia is diep bedoefd, als zij hoort, dat de man, dien zij heeft lief gekregen, niet de echte koning is, maar toch weigert zij met hem mee te gaan. Zij is van koninklij ken bloede en deze rang legt haar ver plichtingen op. Zij zal blijven en met Rudolf V trouwen, maar haar hart zal altijd Rassendyll blijven toebehooren, die na dit groote romantische avontuur van zijn leven naar Engeland terugkeert, als geheime redder van een dynastie In 1893 won een jong Engelsch rechtsge leerde, Anthony Hope Hawkins, een be langrijk proces en hij wandelde zeer met zichzelf ingenomen, van het paleis van justitie naar huis. Hawkins voelde zich de koning te rijk en al fantaseerend kan men zich voorstellen, dat zijn gedachten zich associeerden om de vraag, hoe een eenvou dige Engelschman zich zou voelen, als hij eens een tijdlang koning mocht zijn. Maar in 1893 was er geen koning in Engeland koningin Victoria regeerde en boven dien was de zachtmoedige advocaat Haw kins geen Cromwell. Dus werd de advo caat schrijver en hij verwerkte in zijn roman „The prisoner of Zenda" zijn fan tasie tot een reëel feit in de litteraire ge schiedenis. Zoo'n succes had dit boek, dat Anthony Hope Hawkins de toga aan den kapstok hing om, tout court, Anthony Hope, auteur te worden. Hope schreef zijn eerste boek in een maand tijd. Het verscheen in Mei 1894, in Juni waren er al 7000 exemplaren ver kocht ongehoord veel voor dien tijd en veertig jaar lang heeft het boek een goeden verkoop gehad. In 1934 was de oplage alleen in Engeland en Amerika ongeveer een millioen exemplaren. In December 1896, na twee jaar schrijvers-arbeid, had Hope al een kapitaaltje van ruim 30.000 gulden verdiend. Het grootste deel daar van kwam van den boekverkoop van „The prisoner of Zenda" en de auteursrechten van het, door Edward Rose bewerkte too- neelstuk. Een merkwaardig detail is nog, dat een stadje in Canada, naar het boek, Zenda werd genoemd. Door de nieuwe film, die dezer dagen in ons land zal worden uitgebracht, wordt de aandacht weer opnieuw op „De gevangene van Zenda" gevestigd. Reeds vele jaren geleden, in den tijd van de zwijgende film, werden zoowel „De ge vangene van Zenda" als „Rupert von Hentzau" met zeer veel succes vertoond ook in ons land. Het is ongetwijfeld een goede zet van Selznick geweest om „De gevangene van Zenda" nog eens voor de film te laten bewerken en opnemen. Hoewel de moderne bioscoop-bezoeker veel gewend is en zich niet snel laat épatee- ren, zal hij toch verbaasd zijn over de décors van de film, bestaande uit een zestigtal ..sets", waaronder het interieur van een kathedraal, een reusachtige bal zaal en de kerkers en hallen van i een middeleeuw kasteel, welke ontworpen werden door Lyle Wheeler. Een van de indrukwekkendste en plech- tigste scènes van de film is wel de kroning van den koning in den kathedraal, een grootsche en iidrukwekkende serie op namen. Deze United Artists film wordt door Loet C Barnstijn's Filmdistributie N. V. in Nederland uitgebracht. Enkele cijfers. Harold Fenton, directeur der Selznick International Studio's houdt er een mo derne, overzichtelijke boekhouding op na en daaruit is gebleken, dat voor de film „De gevangene van Zenda" alleen bij het bouwen der décors 1.900 uren werkloon werd uitbetaald, verdeeld als volgt: tim merlieden 19.300 uur; losse arbeiders 6000 uur; schilders 6700 uur; stucadoors 5500 uur en „manusjes van alles" 4400 uur. Aan materiaal werd gebruikt 22000 vier kante meter hout, 6000 kg. spijkers, draad nagels, etc. en 2000 zakken cement. De grootste „set", de balzaal in het slot te Strelsaus, met een statietrap van 36 treden en een dansvloer van,1000 vierkante meter, was 23 meter breed en 80 meter lang. Dit décor besloeg de oppervlakte van de twee grootste studio's. De vier hoofdrolspelers, v.i.n.r. Fairbanks Jr., Raymond, Ronald Colman, Massey, Madeleine Carroll. De meeste filmsterren leven op afgelegen plaatsen. Vele menschen, die Hollywood bezochten en belangstelling aan den dag legden voor de prachtige huizen, die de filmsterren be wonen, kregen tot hun groote teleurstelling slechts zeer weinig daarvan te zien. Carole Lombard en Ethel Merman ver toeven vaak op hun verblijfplaatsen in Brentwood Heights, vanwaar zij een schit terend uitzicht hebben op de Stille Zuidzee. Het is een groot huis, geheel van steen op getrokken en omringd door uitgestrekte tuinen. Het is een rechthoekig gebouw en bestaat uit een benedenhuis met een étage. De zitkamer bevindt zich in de beneden verdieping en ziet uit op een grooten vijver, waarin waterlelies groeien. In den tuin be vindt zich bovendien een groot zwembassin, terwijl het tuinhuis voor dienstbodenverblijf is ingericht. Paul Muni woont in een geriefelijk huis, dat eveneens één verdieping hoog is. Door dat het van rood baksteen is opgetrokken, geeft het een vriendelijken aanblik. Het bevat vier slaapkamers, een zitkamer, die tevens als eetkamer dienst doet en een loggia, welke door glas van de zitkamer ge scheiden is. De tuin bevat een groot zwem bassin. Paul Muni's huis is door bosschen omringd en ligt tien mijl ten N.W. van Hol lywood. Voor niet ingewijden is het moeilijk te vinden. Kay Francis' woning bestaat uit zeven kamers en ligt aan een stille straat te Holly wood. De won; ig is eenvoudig met ouder- wetsche meubels ingericht, doch doet stijlvol aan. Gelegen tusschen eenige groote flats valt de eenvoudige woning, die van buiten donkerrood geverfd is, bijna niet op. Bette Davis woont in de Santa Monica- vallei, waar zij één der meest luxueuse hui zen bezit, welke Hollywood kent. Een oom Dc kroningsplechtigheid. van haar ontwierp de plannen voor deze villa, waarop elke filmster jaloersch kan zijn. Het huis ziet vriendelijk uit, het is comfortabel en chic ingericht. Eén der wanden is geheel van glas, waardoor men een uitzicht heeft over de geheele vallei. Joan Blondell en haar echtgenoot, Dick Powell, hadden het huis, waar zij thans wonen, aanvankelijk voor een jaar gehuurd; gedurende dien tijd leerden zij het gerief van deze woning kennen, zoodat Powell be sloot het te laten restaureeren en het te koopen. Edward G. Robinson woont in een huis, dat van baksteen vervaardigd is. Het is gelegen in een stille straat te Beverley Hills en volgens Engelschen stijl gebouwd. Het is ruim en heeft een groote zaal, waar partijen gegeven kunnen worden. James Cagney woont in het heuvelachtige gedeelte van Hollywood. Zijn huis is in Ieder volk heeft zijn eigen typische landaard en de rol prenten, die de verschillende filmcentra afleveren dragen daar meestal het stempel van. De Amerikaansche film is op haar best, wanneer zij bezig is den spot te drijven met misstanden in eigen land, wanneer zij menschen en in stanties op onnavolgbare wijze parodiëert met een kostelijken humor. De Duit sche film is sinds jaar en dag bekend, om de meesterlijke wijze, waarop zij „Kriminal- Geschichte" weet te ver filmen en zij weet daarin op origineele wijze een be klemmende spanning te leg gen. Ook de Fransche film heeft een voor haar typische mentaliteit. Onderwerpen, wier verfilming overal elders zonder twijfel banaal zou uitvallen, weet de Fransch- man met een élegance en een charme op te disschen, die bekoort en in alle opzichten aantrekkelijk is. Nu is het niet algemeen bekend, dat de Ufa behalve haar Duitsche productie ook Fransche films, origineele en Fransche versies, vervaardigt. Daarvoor is een geheel aparte staf noodig, een staf, die de Fransche mentaliteit door en door kent, die de eigenschappen heeft, die den Fransch- man sieren en die bijgevolg films kunnen maken, zooals Frankrijk zelf die voort brengt en zooals de Franschman die weet te waardeeren. Aan het hoofd van die reeds sedert jaren bestaande productie-afdeeling staat Peter Paul Brauer. In zijn brein is ten slotte het stoute plan opgekomen, zoo'n film te maken als hij ze sinds jaren maakt, met dit essentieele verschil dat er Duitsch in ge sproken wordt en dat er Duitsche acteurs in meespelen. Zoo heeft hij het aangedurfd een pikant, maar tenslotte dood-onschuldig ge geven te verfilmen, met een lichtheid, een charme, een zorgeloosheid, een vaart, waar van totnutoe bij uitstek de Franschen het geheim hebben gekend. „Het Meisje van gisternacht" is de titel van deze nieuwe Ufafilm, een Duitsche film ditmaal met een Fransche charme, een Fransche geest, een Fransche esprit. Het is een film geworden, waarbij 't gevaar voor banaliteit en grofheid wellicht dreigde, in andere handen mis schien banaal en grof zou zijn geworden, doch Peter Paul Brauer heeft gesteund door zijn jarenlange ervaring aan de Fransche productie-afdeeling deze klippen weten te omzeilen, en er een volkomen onschuldig, maar waarschijnlijk daardoor allerge noeglijkst blijspel van weten te maken. De mannelijke hoofdrollen zijn in de vertrouw de handen van Willy Fritsch, Georg Alexan- der, Ernst Waldow en Rudolf Platte, terwijl Gusti Huber, Ingeborg von Kusserow en Hilde Hildebrand voor de vrouwelijke charme zorgen. Willy Fritsch. Spaanschen stijl gebouwd. In den tuin is een groot zwembassin. Pat O' Brien woont met zijn familie in een huis, te midden van uitgestrekte landerijen. Het huis is comfortabel ingericht. Een kamer is geheel behangen met foto's van Pat's vrienden. Wayne Morris heeft onlangs, op vijftien mijl afstand van Hollywood, een klein, maar geriefelijk huisje nabij Encino gekocht. Het is ver van den straatweg verwijderd en door zware boomen omringd. Wayne Morris heeft het laten verbouwen, het kan onder de mooiste huisjes van Hollywood worden ge rangschikt. Dit zijn de huizen in het verborgene, die daardoor geen last hebben van sightseeing- Spencer Tracy naar Europa. Spencer Tracy, de vermaarde acteur, heeft onlangs een operatie ondergaan, welke hem tevens verhinderde, aanwezig te zijn bij de jaarlijksche prijsuitreiking van de Academy of Motion Pictures, waar in hij voor zijn rol in Stormduivels tot de „beste acteur van 1937" werd uitgeroepen. Spencer Tracy is thans, nagenoeg her steld, in New York aangekomen en zal met de eerstvolgende reis van het Itali— aansche s.s. „Rex" naar Europa vertrekken voor een vacantiereis door verschillende landen. DE GENTLEMAN-VAGEBOND. Bioscoop Theater Harmonie. De naam van Heinz Rühmann op het programma is tegenwoordig steeds een attractie, want Rühmann heeft zich ont wikkeld tot een uitstekend artist in het komische genre en men amuseert zich bij zijn films altijd bijzonder. Ofschoon het in deze film eigenlijk gaat over drie z.g. vagebonden, heeft men Heinz in de rol van Garen, den kleermakersgezel, de eereplaats gegeven en ook de film naar hem genoemd. Hij toch wil zich na het win nen van den hoofdprijs voor Fransch edelman uitgeven: hij koopt zelfs een titel en een oud kasteel, maar raakt meteen vlug van zijn geld af en dan moet de signorina, die in Garen een gewillig slachtoffer had gevon den, niets meer van hem hebben. Het is in deze film een strijd tusschen de feeën van het geluk en de liefde en de booze geest der lichtzinnigheid en de drie proef konijnen zijn een kleermaker, een meubel maker en een schoenmaker. Slechts de laatste valt ten slotte na vele avonturen van de drie gelukzoekers als slachtoffer van den boozen geest, maar de meubelmaker met zijn geliefde Pepi en de kleermaker Garen met het kamermeisje Paula kiezen het goede deel: een gezellig huiselijk echtelijk leven. Kostelijk zijn de avonturen van de drie vagebonden, die zoo toevallig het juiste nummer van de loterij koopen. Heinz Rühmann is ook nu weer voor treffelijk. Telkens ziet men fijne komische trekjes, die het zoo uitstekend doen. Paul Hörbiger is niet minder op dreef en Hans Holt sluit zich goed bij dat tweetal aan en Hrlda Krahl als Pepi vormt met de andere meisjes een aantrekkelijk trio. Een film, waarbij men zich best zal amu seeren. In het voorprogramma treft men ditmaal aan een interessant Paramount-Nieuws en een tweetal Vitaphone éénacters: de eerste van Leon Navarre en zijn band, die Satan met zijn hot-jazz moet verwarmen en de tweede met eenige variéténummers, waarbij een zeer gedistingeerde en handige gooche laar. DE VERDWIJNING VAN MRS. CHEYNEY. City-theater. Een vlot gespeelde moderne comedie, met „moderne" menschen en „moderne" gevoelens, waarin Joan Crawford, die in deze soort films reeds eerder lauweren oogstte, een hoofdrol vervult met William Powell, Robert Montgomery en Frank Morgan, allen sterren als zij. Een Amerikaansch winkelmeisje (Joan) wil genieten en omdat er haar geen andere keus overbleef dan rijk te trouwen of te stelen, besloot ze tot het laatste. Zij komt in aanraking met een viertal mannen en vrouwen, die anderer bezit wenschen te deelen, en zoo zien we haar op een Oceaan- stoomer, op weg naar Engeland, op een vrij bijzondere wijze in kennis komen met een rijken, bejaarden Engelschman. De kennismaking breidt zich uit tot andere leden van het rijke gezelschap en in En geland wordt het aangevangen leventje voortgezet. Als mrs. Jay Cheyney, rijke weduwe, is zij bekend geworden en doet zij haar intrede in de „groote" wereld, logeert op een buitengoed enz. en de medeleden der bende wachten op een sein om de door haar te stelen parels in ont vangst te nemen. De diefstal gelukt echter niet, want juist als zij den buit naar bui ten zal werpen, komt een harer rijke aan bidders binnen Wat iedereen verwacht, n.1. dat de ter stond verwittigde inspecteur van politie haar zal arresteeren, gebeurt niet, inte gendeel, de lords en ladys van den huize strijden voor haar en het slot is toch nog een huwelijk met den jongen man, die haar diefstal verijdelde. Zoo verdween mrs. Cheyney en trad een nieuwe lady op. Als geheel een film, die alle bezoekers stellig zal voldoen, omdat zij vlot gespeeld wordt en ieder der spelers over een be paalde charme beschikt, zelfs het als but ler optredende bendelid is een gentleman. Ook om de mooie interieurs is deze film te roemen. Behalve een goedverzorgd Polygoon- nieuws wordt nog vertoond de dressuur van een veulen als renpaard, alsmede een aardige gekleurde teekenfilm. HET MYSTERIE VAN DE JU 52. Victoria-Theater. Willy Fritsch heeft in tallooze films al een hoofdrol gespeeld en hij is ditmaal een man, die het in hooger sferen zoekt, na melijk een piloot van de Lufthansa. Dat geeft den regisseur natuurlijk gelegenheid om de luchtvaart op het doek te brengen en we leven in deze spannende rolprent dan ook in het wereldje van de vliegers, van vliegterreinen en vliegrestaurants. Niet alleen het vliegveld van Berlijn komt op het doek, ook dat van Croydon en last not least dat van ons eigen landje, name lijk Schiphol. Dit zijn de stations als men van Berlijn via Amsterdam over het Ka naal naar Londen vliegt en dat deze reis niet zonder gevaren is, wordt op een prachtig opgenomen tocht tijdens storm weer wel duidelijk. Huizenhooge golven bespringen de schepen, die zich op het woelige water van het Kanaal hebben ge waagd en daarboven vliegt tusschen de wolkengevaarten door de onversaagde pi loot Droste (Willy Fritsch) met zijn mak kers en brengt zijn passagiers ongedeerd op het vliegveld van Engeland's hoofd stad. Deze vliegfilm wordt doorvlochten met een spannende geschiedenis, waarin devie- zensmokkelarij, spionnage, moord en po ging tot ontvoering een groote rol spelen. De piloot van de Luthansa, Droste, is een der voornaamste figuren in dit detectief- verhaal en hem staat de kranige Jutta Freybe trouw ter zijde. Gezamenlijk ont maskert men een schurk, die op zijn vlucht wordt overweldigd. Het geld, dat hij heeft gestolen wordt nog juist bijtijds gered, een meisje vindt haar verloren moeder weer en twee gelukkige jonge menschen beslui ten een verbond voor het leven aan te gaan. Het is al spanning en sensatie, maar van de goede soort en artisten als Olga Tschechowa, Maria Koppenhöfer, Karl Schönböck, Hans Leibelt en Jacob Tiedtke werken er toe mee om van het geheel een schitterend filmwerk te maken. Vooraf gaat een interessante film over het mysterie der geboorte bij eencellige en meer ontwikkelde dieren, veel interessant nieuws, nogmaals de doopplechtigheid en een alleraardigste eenacter.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 8