VORS COBRA 0 RHEUMATISCHE PIJNEN KWELDEN KLOOSTERBALSEM Wij varen met de Brandaris naar de Karimata HeuUlelo*t Financieel Overzicht. Het zand op de woelige Westergronden werkt gestadig. ONGUNSTIGE WEERBERICHTEN. ZIJPE OUDEN HEER VAN 60 JAAR Dank zij dun KlOOSTERBflLStK Is hij nu «eer kras en monter AKKER'S ORteiNtll TE* INZJtaa DERDE RLAD. (Van onzen byzonderen verslaggever). WEST-TERSCHELLING, 9 Juni. „Hallo, reddingboot Brandaris, Brandaris, hier de kustwachtHier de kustwachtIk hoorde je zoo even wel, maar niet goed door de motoren! Je gaat naar de Karimata, hè. Als ze een paar staafjes goud te pakken hebben en je mocht zelf ruimte over hebbenneem er dan wat voor me mee. Ov jrrrrrr Radio-telefonisch heeft de vuurtoren Brandaris aan zijn varenden naamgenoot een welgemeenden wensch gegeven en voort gaat het naar de Karimata. In den grijzen stillen morgen is de Karimata weggevaren naar de Wester Gronden. Statig voer de sleep langs het havenhoofd over een spiegelgladde zee en vergleed in de nevelige verten. Het begin is verloopen op een wijze, die niet anders dan ideaal genoemi kan worden. Niets heeft een beletsel gevormd in deze vaart. Reeds twee uren na den aanvang van de reis lag de tinbaggermolen boven de Lutine. Des middags vaart de Brandaris, de motorreddingboot van Terschelling, uit om een bezoek te brengen aan de Kari mata. Aan boord bevindt zich de heer H. T. de Booy, secretaris van de Noord- en Zuid- Hollandsche Redding Mij. Kapitein Douwe Tot staat aan het roer en de machinist M. Zwart, tevens beheerder van het thans voor reddingbooten onontbeerlijke radio apparaat, verzorgt zijn motoren. De regen, die eenige uren grijs en naargeestig neerplensde heeft opge houden. De wind is weer gaai. liggen. Men behoeft niet bang te zijn voor zeeziekte. De zee ligt voor ons. Nevels aan den horizon belemmeren haar verte. Van de molen is nog niets te zien. De Volharding vaart aan stuurboord voor ons uit. De nieuwe ploeg bevindt zich aan boord, de arbeidstijd van acht uren gaat weer voor hen in. Hoe lang zal dit duren? Niemand zal het kunnen zeggen. Behalve misschien de menschen voor het eugenhuis. Maar voorhands zal de Volhar ding wel op en neer varen tusschen de Wester Gronden en de veilige Terschellin- ger haven. De Brandaris loopt harder, het bruisend schuim glijdt snel langs het schip, welks twee schroeven een machtige deining veroorzaken en even later ligt de Volharding achter. Schipper Tot tuurt scherp naar de plek waar de Karimata moet liggen: Het schip vervolgt ristig zijn weg langs de vaarboeien, die wijd van het eiland af liggen. Gevaarlijke gronden daar, die Wester Gronden. De vele wrakken, die er liggen, zijn de voor ons echter onzicht bare getuigen. Maar de verklaringen van schipper Tot zijn niet gelijk aan die van het Leugenhuis, daarvoor is de zee voor hem een te ernstig onderwerp van bespre king. Verloor hij niet zijn broer, die stuur man was op de eerste Brandaris, die in 1921 bewesten de Vlierond met man en muis verging? Noch van het schip, noch van de bemanning heeft men ooit iets weer gevonden. Op eens komt een grijze omtrek in de verte uit een lichtere omgeving te voorschijn, ook een paar donkere stippen naar rechts worden zichtbaar. De Kari mata met de sleep- en hulpbooten. Een kwartiertje varen en het Lutine-gebied is bereikt. Bij de Karimata. Een machtig schouwspel is het wat wij zien. De molen opgebouwd op ponton het lijkt een drijvend eiland waar een fabriek op gebouwd is. De steenen goot steekt ver uit van het achterschip. De ladder echter is ge deeltelijk reeds in het water. De be geleidende booten zijn deels voor anker gegaan, deels varen zij lang zaam af en aan om werkzaamheden te verrichten. Ankers, die de Karimata op haar plaats dienen te houden, zijn reeds uitgebracht. Enkele echter moe ten nog uitgebracht worden. Op zichzelf reed»- een reuzen werk. Vier ankers waren reeds geplaatst, vóórdat de Karimata arriveerde. Hun plaats was aan gegeven door rood. boeien. Thans is het de taak van de sleepbooten, deze ankerkabels weer op te visschen en te bevestigen aan de kabels, die van de Karimata uit gevierd zullen worden. Me.i stelle zich voor, staal kabels van duizend kilo gewicht en vele vadems lengte, die uitgebracht moeten worden. Het zand op de gronden werkt zoo, dat slechts met moeite de ankerkabels, die eenigen tijd geleden gezakt waren opge- vischt konden worden. Thans wordt met de motorflat de verbindingskabel uitge bracht, aan boord geheschen van de Texel en dan bevestigd aan de sluitringen, die aan de naar de oppervlakte gebrachte kabels bevestigd worden. Twee ankers moeten van de Karimata zelf worden ge presenteerd. De Texel vaart langszij om een der ge vaarten over te nemen. De Holland, die tot voor kort ten anker was gegaan, stoomt thans langzaam op om de Texel te assistee- ren. Immers niet alleen het anker moet in zee gebracht worden, achter het anker hangen duizenden kilo's staaldraad. Voor de Texel een te zware taak om alleen te volcvoeren. Wat men als leek als een reu zen arbeid beschouwt, vindt een matroos van de Holland heel gewoon. Wel zegt hij, dat het een langdurige arbeid is, maar lastig, nee. „Ach, je takelt het anker aan boord van de Texel, wij stoomen op om de Texel te helpen en het anker en de staalkabel moet uitgevierd worden. Nou, als je op de plek bent, waar het anker gepresenteerd moet worden, dan roepen ze aan boord: „Lekko en dan gaat-ie". Ideaal leek het weer voor den arbeid, dien de Karimata zal verrichten. Maar even later moet deze mtening veranderd wor den. De wind steekt op. De vlaggen, die tot dusver slap hingen, wapperen fier uit. De zee begint te werken, een zware nevel komt opzetten. De Karimata, die zich lut tele oogenblikken tevoren scherp aftee- kende in alle fijnheid, is thans wat het bovendeel betreft, gehuld in grijze dam pen! De arbeid, die aan boord verricht wordt, en buiten boord, wordt onzichtbaar voor het oog. De kabels, waarvan er reeds eenige strak gespannen stonden, zijn niet meer de zien. De Lutine-arbeid omhult zich weder in een waas. Eenige uren later is het weer opgeklaard. De grijze wolken zijn grootendeels verdwenen en zoo waar is een weer blauwe hemel te zien, waaraan de zon zich schpchter vertoont. De wind evenwel blijft uit het Noorden tot Noord westen komen. Duitsche weerberichten luiden nog steeds ongunstig. Naar men meende bestaat er groote kans dat heden de Karimata echter nog met baggeren zal beginnen. Zulks is Vrijdag inderdaad nog schied, zooals reeds gemeld is. ge werd aangegaan inzake het toelaten van leerlingen op O. L.-scholen aldaar. De heer Bommezij meende, dat het on derwijs op de O. L.-school overal gelijk is. De voorzitter dacht ook, dat elke O. L.- school in staat is om de leerlingen aan een middelbare school af te leveren. Van Ged. Staten was ontvangen een nota van opmerkingen om voor 1938 voor rijks- steun in aanmerking te komen. Deze zal worden verstrekt als fonds perdu. Het B. A. is geen instituut voor levenson derhoud. Als eerste voorwaarde dient het B. A. alsnog nagegaan of geen verhaal mogelijk is. Overleg met den armenraad is noodig en elk geval zal moeten worden onderzocht. Verder is de norm van 8 per gezin plus 0.50 per kind te hoog. Deze moet worden teruggebracht op 6.50 plus 0.50, gelijk met de steunregeling. De post „steun kleine tuinders" moet vervallen, de rijksregeling moet hierin voorzien. Op andere wijze mag niet meer worden gesteund. Het Wogmeerder rietbosch. De heer Bas vroeg wat de arbeiders moeten in het rietbosch, die met een loon van 10 of minder thuiskomen. Die kun nen toch niet rondkomen. Als er door het B. A. niet meer mag worden gesteund, moet de arbeider een behoorlijk loon ver dienen. De besten komen niet hooger dan 12. De voorzitter meende, dat dit ongeveer de norm is. Weth. Wit heeft met den opzichter na een bezoek aan het rietbosch de zaak besproken en de lijsten gecontroleerd. Over de ge- heele maand April is gemiddeld 12.80 uit betaald. Weth. Oudejans heeft de arbeiders uit de Wogmeer gevraagd en geen klachten ver nomen. Zij verdienden de vorige week 29 ct. I loozen, die als straks de werkverschaffing per uur. Het werkverschaffingsloon moet nu stop staat, geen f 12 kunnen halen in de eenmaal beneden dat in het vrije bedrijf blijven. De heer Bommezij zeide. dat men er van ruim 12 onmogelijk kan komen. De voorzitter zeide, dat wij daar niets aan kunnen doen, maar als men het werk neer legt, is alles verloren. Voor den goed willen den arbeider is spr. altijd te vinden, men wil blijkbaar zijn eigen rechter spelen. Als men bij ons komt, zal alles in het werk worden gesteld om waar noodig verbetering aan te brengen. Weth. Wit zeide, dat het rietbosch ook voor hem geen aangenaam werkobject is, daar wordt 10 pCt. bijgedragen en wij moeten hier 25 pCt. bijbetalen. Maar in den beginne gingen de arbeiders toen het vrij bedrijf was, gaarne naar de Wogmeer en kwamen met een flink loon thuis. Nu heeft men geen zin meer en wordt niet de volle arbeid gepresteerd. Ook over het baggeren, dat eerst goed ging, hoort men weer klachten. De arbeiders hier zullen als het zoo door gaat, hun eigen graf graven. De voorzitter deelde mede, dat voor de goedwillende arbeiders steeds alles zal worden gedaan. De gemeentebegrooting werd aangevuld en de loopende rekening verhoogd. Op voorstel van B. en W. werd besloten de rente van de tuinderscredieten voor 30 pCt. voor rekening der gemeente te nemen. Het voorstel van B. en W. om van de geconverteerde leening 9699 af te lossen wegens verkoop van het G. E. B., werd goedgevonden. De heer Bas vroeg of de tuinders bericht krijgen over de aanvrage van kleinen tuin- derssteun en of er nog beroep is. De voorzitter zeide, dat allen bericht ont vangen, doch beroep is niet mogeliik. Hetzelfde raadslid vroeg naar de werk- Wogmeer, kan daar dan iets voor worden gedaan? De voorzitter zeide, dat 13 Juni de werk verschaffing wordt stopgezet tot 27 Augus tus. Als er zijn, die klachten hebben en hier komen, zal alles worden gedaan om ieder aan passenden arbeid te helpen. Daarna sluiting. Donderdagmiddag vergaderde de raad dezer gemeente onder leiding van burge meester mr. D. Breebaart. Na de opening werd mededeeling gedaan van de goedkeuring van verschillende raads besluiten door Ged. Staten. Ingekomen waren jaarverslag over 1937 o.a. van de vrijwillige verkeersinspectie in Noordholland en de stichting Middenstands- borgstellingsfonds Hollands Noorderkwar tier. Voorts werden nog mededeelingen gedaan naar aanleiding van het gesprokene omtrent bepaalde zaken in de raadsvergadering van 25 Januari 1938, o.. inzake aanschaffing van motorijwielen voor de politie. Na eenige discussie werd besloten deze aangelegenheid nader onder oogen te zien bij de behande ling van de concept-gemeentebegTooting dienst 1939. Tenslotte werd mededeeling gedaan van een eventueele oprichting van een autobus dienst SchagerbrugPetten v.v., waarvoor bereids concessie is aangevraagd door den C.V. Autobusdienst „Noordholland". Goedgekeurd werd een voorstel van B. en W. tot invoering van vergoeding ad 3 voor de raadsleden voor het bijwonen van vergaderingen van raadscommissiën. Hierna kwam aan de orde een voorstel in zake het verstrekken van extra hulp aan Door MARK CHANNING Ntd. bewerking door MARlfc. [DEBELMONTE 75) Thans kon Gray zich de talrijke reizen verklaren voor „geheime enquêtes" van den officier van den Geheimen Dienst, waar over sir John hem gesproken had. Gray bemachtigde een dikke agenda, in rood leer gebonden, die hij in zijn zak stak, om ze op zijn gemak door te zien. Aan den binnenrand van de tafel trokken drie electrische stroomwisselaars zijn aan dacht, hij had ze wel willen probeeren, maar hij liet het na uit voorzichtigheid en hij had er wel reden voor. Vervolgens ging hij in het laboratorium van den Man-met-den-Sluier, waarvan de ingang door een Byzantijnsch weefsel, achter den grooten ebbenhouten zetel ge hangen, verborgen was. Hij had geen tijd voor een degelijk onderzoek. Overigens zou hij onmogelijk hebben kunnen vaststellen waarvoor al die glinsterende electrische toestellen van koper en van ivoor gebruikt moesten worden platen, stroomwisse laars, vreemdsoortige smeltkroezen en che mische producten. Gray herinnerde zich, dat sir John Lindsay hem verteld had, dat Mohammed Shah zoowel dokter in de we tenschappen te Cambrigde was, als gegra dueerd aan de universiteit te Calcutta. Achter in het laboratorium diende klaar blijkelijk een kleine dynamo om een radio zender in werking te brengen. Hij probeer de het tevergeefs. De tijd verliep snel. Een zware, metalen staaf opnemend, maakte hij zich er geen gewetenszaak van, alles kort en klein te slaan. „Colin! Ze komen", riep de stem van Diana. Hij liep hard naar haar toe. Een luid geschreeuw in de verte, dat scheen te ko men van achter den muur links van den ebbenhouten zetel, drong tot zijn ooren door. Weer hadden de vervolgers hen ont dekt. Met een hevigen ruk trok hij het weefsel weg en zag erachter een opening van on geveer een voet in 't vierkant: weer zoo'n koker om door te spionneeren en wonder baarlijk goed ingericht wat de acoustiek betrof. ,,'t Zal nog wel even duren, vóór ze hier zijn", riep hij. „Waar is Limbu?" „Present!" antwoordde de kleine Gurkha, die onder aan de trap stond. „En?" vroeg Gray kortaf. „De trap, sahib", leidt naar een ronde tafel, waarop de levende wereld staat af gebeeld", rapporteerde Limbu op verschrik ten toon. „Ze gaat tot boven in een toren, Colin", voegde Diana er aan toe. „Ik ben er ge weest. 't Is eigenaardig. Je kunt het heele landschap mijlen ver in 't rond afgebeeld zien op een ronde tafel, zooals Limbu zegt. Je krijgt den indruk min of meer of je door een telescoop kijkt". „Dan zou je zeggen, dat die spiegel vai» Priester Johannis eenvoudig de donkere kamer van een photografietoestel is", zei Gray. (Waarin hij gelijk had). „Laten we toch in 's hemels naam weg gaan!" riep Diana, met zenuwachtige vin gers in haar krullen woelend. „Indien het oude manuscript, dat ik ge lezen heb, waarheid bevat, loopt een onder- aardsche rivier onder den toren van den Spiegel, Di. Die moeten we zien te vinden. Dat is onze eenige kans. Rondom in de om geving moeten er bergen zijn Oh ja, zeg 's, wat voor weer was het, te oordeelen naar dat toestel van de donkere kamer?" „Onstuimig", antwoordde Diana. Strepen, zon op de bergen, 't Was zoo heerlijk de buitenwereld weer te zien, Colin!" „We zullen er spoedig genoeg zijn, in die heerlijke bergenhernam opgewekt Gray. „Kom, mijn lieve kind. Laten we gaan". Op het oogenblik, dat ze alle drie haastig het vertrek verlieten, gleed langzaam het weerkaatste beeld van een klein troepje ruiters in galop over de witte oppervlakte van de tafel in den toren van den Spiegel. Chirine en Firoz vluchtten. Toen Khoon de dwerg zich by de hulp- kolonne gevoegd had, bestormde kolonel werkloozen (B-steun) in 1938, welk voorste» werd aangenomen. De kosten hiervan zijn voor de gemeente f 346. Conform een voorstel van B. en W. werd besloten tot vaststelling van een nieuwe ge meenschappelijke regeling omtrent de toe lating van leerlingen uit Zijpe tot de o.!. scholen te Alkmaar. Aangenomen werd een voorstel van B. en W. tot vaststelling van een gemeenschappe lijke regeling tusschen Den Helder en 9 an dere gemeenten nopens het voor die ge meenten instellen van een geneeskundig schooltoezicht. Ook werd aangenomen een voorstel van B. en W. tot vaststelling van een nieuw straatverlichtingscontract met het P.E.N., hetwelk voor de gemeente een voordeel van ongeveer 100 per jaar zal beeekenen. Aan den heer P. Brouwer, landarbeider, wonende te Oudesluis, werd een bedrag van 2430 toegestaan, ingevolge de Landarbei- derswet, voor de verkrijging van een plaatsje groot 0.75.20 H.A. aan de Groote Sloot nabij Oudesluis. Ook werd aangenomen een voorstel van B. en W. om aan F. W. de Waard te Burger- vlotbrug 3600 te verstrekken ter verkrij ging van een plaatsje, zijnde 1 H.A. land, aan den Belkmerweg. Op voorstel van B. en W. werd vervol gens besloten tot demping van de sloot, ge legen tusschen het terrein van de o.L school te St. Maartensbrug en den openbaren weg. Aangenomen werd een voorstel van B. en W. tot uitbreiding der straatverlichting door bijplaatsing van 5 nieuwe lantaarns te 't Zand, St. Maartensbrug en Oudesluis. Overeenkomstig een voorstel van B. en W. werd besloten tot verbetering (stofvrij ma ken) van den weg, genaamd Oosteinde, te Petten, terwijl tevens het plein bij het raad huis in orde zal worden gemaakt en de toe stand in de Achterbuurt onder oogen zal worden gezien. Bij de rondvraag informeerde de heer Doedens naar de afrekeningen van den ver bouw van het raadhuis en den bouw van de ambtswoning voor den gemeente-secretaris, waarop de voorzitter antwoordde, dat hier omtrent inlichtingen zijn te verkrijgen bij de behandeling van de gemeenterekening, dienst 1937. De heer Veltman vroeg inlichtingen in zake tewerkstelling van arbeiders in de cen trale werkverschaffing, waarop de voorzit ter meedeelde, deze inlichtingen in de eerst volgende raadsvergadering te zullen ver strekken. Lichte kentering in de beursstem- ming. Gering prijsherstel op de goederenmarkt. De Amerikaansche regeering bespoedigt haar steun uit gaven. Het jaarverslag der Neder- landsche Bank. Tegen kunstmatige stimuleering van het bedrijfsleven. Pessimistische beoordeeling van den toestand der staatsfinanciën. De conversiebeweging stagneert. Duitschland betaalt geen Oostenrijk- sche leeningen. Gunstige jaarver slagen van H.V.A. en Koninklijke Petroleum. By de hervatting van zaken na de Pink sterdagen was er een lichte kentering in de stemming ter beurze te constateeren. Geheel geweken is de terughouding ten aanzien var, de ontwikkeling op politiek en economisch gebied v/eliswaar nog niet en het betrekke lijk kleine koersherstel heeft zich nog niet eens ten volle kunnen handhaven, maar toch schijnt er iets meer „grond in de markt" te zitten. In het tegenwoordige koerspeil, vooral van de Amerikaansche fondsen, is dan ook wel heel wat ongunstigs verdis conteerd en zelfs mag men aannemen, dat de beurs in sommige gevallen, zooals gewoon lijk in tijden van depressie, bij het verdis- conteeren der ongunstige factoren in over drijving is vervallen. Een correctie hierop kan niet uitblijven, zoodra er eenige licht punten zichtbaar worden, hetzij in de alge- meene economische situatie dan wel voor de afzonderlijke bedrijven. In de afgeloopen week heeft men die in de Ver. Staten nog wel niet duidelijk te zier» gekregen, maar enkele gunstige aanwijzin gen waren er toch wel. Zoo zijn de wagon- verladingen by de spoorwegen volgens de laatste opgave aanmerkelijk gestegen, en zelfs meer, dan alleen op grond van sei- zoens-invloeden had kunnen worden ver wacht. De verhouding tusschen de open baar-nutsbedrijven (gas- en electriciteits- ondernemingen e.d.) en de autoriteiten, die geruimen tijd zeer gespannen is geweest, is Haughton hem met vragen; op elk ant woordde hy terstond openhartig. Het had er allen schijn van of zijn aanbod om de Britsche expeditie als gids te dienen ten einde den Man-met-den-Sluier gevangen te nemen, oprecht was. „En wat denkt u van dien Russischen agent Petrinoff, wiens propaganda de grens tegen de sirkar opruit?" De knikkeroogen van Khoon schitterden. Venijnige haat rimpelde zyn geel gezicht. „Dat is een leugenbeest, die heer over mijn rasgenooten zou willen worden en dien ik op een goeden dag wel eens zal dooden". Hij spuwde. „Maar, hij jaagt hetzelfde doel na dat het uwe was", drong de kolonel aan, „de invasie van Indië en de omverwerping van den sirkar. Waarom haat u hem dan?" „Omdat hy met beschouwt zooals trou wens elke bergbewoner een Tartaar-Mon gool beschouwt, als een van zijn baanve gers!" mopperde de dwerg. En toch stam men de groote volksstammen uit de bergen, van Ozakzai en van Bungush aan van de krijgslieden van mijn Tartaarschen voor vader Timour Subaktajine! Werkelijk waar, kolonel sahib", vervolgde hy. „Als die Man-met-den-Sluier maar eenmaal ge dood is, dan zal ik dien Russischen hond 's leeren stof te likken. Ik heb u al het be vel overhandigd om mijn troepen naar huis te zenden. Ik verzoek thans, dat de sirkar, nu ik haar bondgenoot ben, me een totale amnestie zal verleenen". „Indien we dank zij u, miss Lindsay ,Tot mijn 50ste jaar mankeerde ik nooit iets, maar toen begonnen hevige rheu- matiek-aanvallen mijn leven te ver gallen. Reeds begon ik te wanhopen, toen een vriend van mijn leeftijd mij vertelde welke wonderbaarlijke onder vindingen hij had opgedaan met Kloos terbalsem. Nu ik zelf dit wonderlijke middel heb toegepast, kan ik verklaren, dat ik rnjj weer jeugdig en monter gevoel als een knaap van 30 jaar, al hoop ik eerstdaags 00 Jaar te worden J. Vr. te EL „Geen goud zoo goed" Onovertroffen b(| brand-en sn(j wonden Ook ongeëvenaard als wr(jfmiddel bij Rheumatiek, spit en pijnlijke spieren Schroefdoos 35 et. Potten: 62J4 ct en 1.06 verbeterd, zoodat men de toekomst van deze bedrijven weer tamelijk hoopvol inziet. Op c'e goederenmarkt trad een licht prijsherstel in, zich weerspiegelend in een stijging van het groothandels-indexcijfer van 130.1 op 1 Juni j.L tot 131.8 op 8 Juni. Tegenover nieuwe teleurstelling over het passeeren van het dividend door verschillende maat schappijen stond, dat de dividenddeclaratie van enkele andere meeviel, zoo b.v. het on veranderde dividend ad 0.50 dollar per aan deel der American Smelting Refining Co. De voornaamste oorzaak van de meer opti mistische opvattingen was echter de verwach ting, dat de regeering in den ongunstigen toestand van de belangrijke bedrijfstakken aanleiding zal vinden, haar uitgaven ter stimuleering van het zakenleven te be spoedigen. Inderdaad zyn er reeds plannen in voorbereiding, om door de onmiddellijke uitvoering van publieke werken, woning bouw enz. tot een totaal bedrag van 600 millioen dollar grooter vraag te scheppen naar ijzer, staal en ander bouwmateriaal, waardoor de desbetreffende ondernemingen meer arbeiders zouden kunnen te werk stellen. In totaal voorziet het ontwerp der steun- en herstelwet in credieten ten be drage van 3.723 millioen dollar, terwijl bovendien voor de uitvoering van openbare werken 1425 millioen dollar beschikbaar zal worden gesteld. Berekend wordt, dat met behulp van laatstgenoemd bedrag alleen al in de eerste zeven maanden aan 2.800.000 werkloozen arbeid verschaft zal kunnen worden, welk aantal in de wintermaanden tot 3 millioen zou kunnen stijgen. Over de economische politiek der Ameri kaansche regeering; inmenging in het parti culiere bedrijfsleven en beknotting van het particuliere initiatief eenerzij ds en daar tegenover stimuleering van het door deze maatregelen zelf verlamde zaken leven door middel van regeeringsuitgaven is reeds veel geschreven. Niettemin verdient de uiteenzetting, welke in het jaarverslag van De Nederlandsche Bank aan dit onder werp wordt'gewijd, bijzondere aandacht'. Ernstig waarschuwt de president van De Nederlandsche Bank tegen de uitvoering van ppenbare werken op groote schaal door het opnemen van staatsleeningen, wat een aanzienlijke verzwaring van de reeds thans boven de uiterste grens opgevoerde belas tingen met zich zou brengen, en tot een ont wrichting van de staatsbudgetten en de schuldenpositie moet leiden en in verschil lende gevallen (Amerika!) reeds geleid heeft. Mr. Trip ziet niet voorbij, dat de aandrang tot uitvoering van openbare wer ken by velen berust op den wensch, om het ernstige euvel der werkloosheid te bestrij den. Hy ontkent echter, dat hiermede het beoogde doel, dat toch bestaan moet in een duurzame toeneming van de werkge legenheid, bereikt zou worden. Wel zou een zeker aantal werkloozen gedurende eenigen tijd aan arbeid geholpen worden, doch de oorzaken van het euvel zouden niet worden aangetast en zelfs zouden de moeilijkheden er aanmerkelijk door toenemen, zooals trou wens de ervaring reeds heeft geleerd. In het wezen der zaak komt de aanbevolen ge weervinden en majoor Gray", zei de kolo nel, „zult u waarschijnlijk verhoord wor den. Maar ik kan niet instaan voor mijn gouvernement. Zoolang ik geen bevelen heb gekregen, moet u zich als mijn ge vangene beschouwen". U zult ze stellig weervinden, of ik zou geen Tartaar-Mongool, maar een vervl bergbewoner zijn", antwoordde Khoon. Waarop hy zyn misvormd lichaam een buiging deed maken, zich op zyn hakken omdraaide en wegging, gevolgd door een gewapende geleide. De officier, belast met zijn persoon, was een grijzende Sikh en heette Rissaldar Sher Singh. HOOFDSTUK XLII. De ondergrondfche rivier. Een korte glooiend afloopende gang, die uitkwam op een kleine arcade, opende zich voor de drie gevangenen. Een kring van wit licht uit de zaklan taarn, door Gray in het laboratorium van den Man-met-den-Sluier gevonden, danste zigzagsgewijze vanaf het lage plafond tot op den muur. Gray, die voorop li®P» slaakte plotseling een kreet van afgrijzen, welke door Diana en Limbu beëchood werd. Op een rij, rechts langs den muur, op zeven ijzeren staven, waarvan een onder den luguberen last bezweken was, staken zeven verdroogde, menschelyke hoofden. Eerst meende Gray, dat het hoofden van bergbewoners waren, doch datgene, dat op den grond gevallen was, had rossig haar. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 10