Als Uw kind hoest
ABDIJSIROOP
E WIND
BLAAST.
^Binnenland
Jxuilteton
Steekpartij te Groningen.
Arbeider ernstig gewond.
De zelfmoordpogingen van
Duitsche vluchtelingen.
Schriftelijk beantwoorde vragen.
AKKER's verslèrkle
het rijden van fietsers op voor
hen gesloten wegen.
Onvoldoend zichtbare borden.
keuring van automobielen.
k.n.w.b. en k.n.a.c. tegen
algemeene keuring.
GELUKWENSCHEN BIJ HET
REGEERINGS-JUBILEUM.
Verkeer» ongelukken
Aan verwondingen overleden.
2
TWEEDE BLAD.
Gistermiddag ontstond tusschen twee
mannen, die stonden te praten aan het Zui-
derdiep te Groningen, om nog onbekende
redenen een woordenwisseling, welke op
een gegeven oogenblik zoo hevig werd, dat
de mannen tot handgemeen overgingen.
De 57-jarige arbeider A. E. trok plot
seling een mes en stak daarmede zijn
tegenstander, den 54-jarigen arbeider
G. S. in d linkerzijde. Hevig bloedend
wist de gewonde nog een naburigen
politiepost te bereiken, waar bij voor-
loopig werd verbonden. Men liet hem
naar het Academisch Ziekenhuis over
brengen. Zijn toestand is ernstig.
De dader, die onder den invloed van ster
ken drank zou hebben verkeerd, is door de
recherche in zijn woning aangehouden en
zal ter beschikking van den officier van jus
titie worden gesteld.
Op de vragen van den heer Donker
(s.d.a.p.) betreffende het plegen van
zelfmoord of het aanwenden van pogin
gen daartoe van eenige zich hier te
lande in arrest bevindende Duitsche
vluchtelingen, luidt het antwoord van
den heer Goseling, minister van justitie:
„Sinds 1 Juli 1937 hebben twee Duitsche
vluchtelingen, die in afwachting van de te
hunnen aanzien te nemen maatregelen als
passant in het Huis van Bewaring waren1^
gesloten, zelfmoord gepleegd. Op het een®
geval hadden betrekking de vragen van het
lid der Kamer den heer de Visser, in het ant-
woord waarop (aanhangsel handelinge
Tweede Kamer, zitting 1937/1938, blz. 131)
omtrent de omstandigheden enkele inlich
tingen worden verstrekt. In het andere ge
val heeft de vreemdeling zich met een van
zijn ondergoed afgescheurde strook gewoed.
Oók ten aanzien van laatstgenoemden
die zich in het Hul, v.n Be-
waring zeer goed gedroeg en altijd rustig
was, bestond geen enkele aanwijzing, dat hij
plannen tot zelfmoord koesterde.
Sinds bovengenoemden datum zijn door
nog acht z.g. Duitsche vluchtelingen na
aanhouding min of meer ernstige pogin
gen tot zelfmoord gepleegd; die pogin
gen hadden plaats deels onmiddellijk bij
of na de arrestatie, anderdeels geduren
de de detentie in afwachting van de ten
aanzien van de betrokkenen te nemen
beslissing, of wel gedurende het trans
port tót uitleiding.
Opmerking verdient, dat in één der laa*st:
bedoelde gevallen de vreemdeling zelf nai
verklaard geen politiek of crimineel vluch
teling te zijn en geen bezwaar te hebben
gen zijn uitleiding.
Vrees voor terugleWing.
Er zal wel moeten worden aangenomen,
dat veelal bij deze daden de vrees voor
moeilijkheden na eventueele terugleidim,
naar het land van herkomst een rol speelt.
Anderzijds zullen dergelijke wanhoopsdaden
ongetwijfeld ten deele op rekening moeten
wórden gesteld van den gedeprimeerden
toestand in het algemeen, waarin vluchte
lingen zich bevinden.
De minister is, méde op grónd van rappor
ten, ingewonnen naar aanleiding van de
vragen, van oordéfcl, dat alles wat redelijker-
wijze mogelijk is, wordt gedaan ter voorko
ming van zelfmoord óf poging daartoe. Zoo
worden de vreemdelingen vóór hun inslui
ting nauwkeurig gefouilleerd. Zij staan zoo
wel bij dag als bij nacht onder bewaking.
Bijzondere maatregelen worden genomen,
wanneer er aanwijzingen zijn, welke op
zelfmoordplannen wijzen. Bij verblijf in een
Huls van Bewaring pleegt de directie van
het gesticht zooveel mogelijk regelmatig
persoonlijk contact met de vreemdelingen te
houden.
Er mag echter niet uit het oog verloren
worden, dat ook de meest zorgvuldige voor
zorgsmaatregelen te dezen geen absoluten
waarborg kunnen geven.
geeft het dan dadelijk het béste. Laat Uw
kind niet langer hoesten dan noodlg is,
maar grjjp krachtig in en help Uw kind
direct van zijn hoest af met de vanouds
bekende en beproefde Akker's Abdijsiroop.
Akker's Abdijsiroop, helpt nu nog veel sneller
dan vroeger. Vanouds Is Abdijsiroop een natuurlijk
kruiden-middel, dat lacht doch go d en grondig
aandoeningen der ademhalings-organen v irdruft.
Thans heeft Apotheker Dumont de werking van
Abdijsiroop op verrassende wUse verhoogd door
toevoeging van de hoest-bedwlngende stof codeïne,
die snel en afdoend de hoest en de sltlni verdrijft.
Oe lult verbaasd staan en binnen weinige dagen
«Uit GD. evenals «oovelen voor V, uit eigen onder
vinding zeggen: ,,'s Werelds béste Hoest-elroop"l*
Flac. 90 ct„ f 1.50, f 3,40, f 4.30. Overal verkrijgbaar.
Hoe grooter flacon, hoe voordeel Iger het gebruik.
Nauwkeurig onderzoek.
Wanneer ook maar eenige mogelijkheid
van levensgevaar aanwezig kan worden ge
acht, pleegt een nauwkeurig onderzoek te
worden ingesteld. In de eerste plaats vindt
een nauwgezette ondervraging van den
vreemdeling plaats en worden zijn verkla
ringen zooveel mogelijk getoetst. In daar
voor in aanmerking komende gevallen wor
den inlichtingen in het land van herkomst
ingewonnen. Groote moeilijkheid levert op
het feit, dat zeer veel vreemdelingen, onder
wie er ook zijn, die als misdadigers moeten
worden beschouwd, aan een uitleiding trach
ten te ontkomen door een volkomen onge
grond beroep op levensgevaar wegens po
litiek vluchtelingschap. Blijft de geringste
twijfel bestaan, of bij terugleiding levensge
vaar dreigt, dan wordt tot dien maatregel
niet overgegaan. Uit het bovenstaande moge
blijken, dat de voorgekomen, ook door den
minister betreurde, wanhoopsdaden zeker
niet in verband mogen worden gebracht met
een minder nauwgezette behandeling van
vluchtelingengevalien.
De vraag, of de minister van meening
is, dat de methode van onderzoek en de
tot dusver gevolgde wijze van beoordee-
ling van de vraag, of tot uitleiding moet
worden overgegaan, voldoende waarbor
gen bieden voor het leven van vluchte
lingen, die naar Duitschland worden uit
geleid, kan bevestigend worden beant
woord.
VERLAGING MONOPOLIEHEFFING
VERSCH BUITENLANDSCH FRUIT.
B. en W. van Amsterdam hebben eenigen
tijd geleden, na ingewonnen advies van de
commissie voor aardappelen, groenten en
fruit, verbonden aan den levensmiddelen-
raad, de aandacht van de regeering geves
tigd op de te verwachten schaarschte van in-
landsche peren en pruimen, waardoor de be
volking, wat deze soorten fruit betreft, zou
zijn aangewezen op den invoer uit het bui
tenland. B. en W. hebben de aandacht der
regeering er op gevestigd, dat deze invoer
in sterke mate belemmerd werd door do
hoogê rechten, welke op dit fruit worden
geheven.
Daar naar hun meening een voldoende
aanvoer van genoemde frultsoorten in het
belang moest worden geacht van de volks
gezondheid, zoowel als van den handel en
van de arbeiders, dié bij het transport van
het fruit betrokken waren, verzochten zij de
regeering, dé crisisheffing op dit fruit te
willen opheffen, zoolang de inlandsche oogst
in onvoldoende mate in de behoefte zou
voorzien.
Ten aanzien van de buitenlandsche prul-
men heeft de regeering thans in zooverre
aan dit verzoek voldaan, dat de monopolie
heffing met ingang van 15 Aug. j.1, is ver
laagd van 7U, tot 3 3/4 cent per K.G,
Wat de heffing op peren aangaat, is een
beslissing nog niet genomen.
GESCHENKEN AAN HET PRINSELIJK
PAAR.
Van de Indische zelfbestuurders.
Gisterochtend werden door de Indische
zelfbestuurders aan het prinselijk paar ver
schillende geschenken overhandigd.
Door den sultan van Deli werd aan de
prinses en den prins aangeboden een cas
sette, inhoudende een waaier van goud op
fluweel, een gouden vaas met zilveren slrih-
bladen en een gouden bloemtak (zijnde
volgens landsgebruik ceremonieele huwe
lijksattributen). *In de cassette is de vol
gende inscriptie in zilver aangebracht:
„Kehadapan jang teramat moelia H.K.H.
prinses Juliana dan jang teramat moelia
Z.K.H. prins Bernhard tanda peringatan
temasa 6-1-37 daripada srlpadoeka Toeankoe
Amaioedin Sanl Perkasa Alamsjah sultan
negri Deli".
(Eerbiedig aangeboden aan H. K. H. prin
ses Juliana en Z. K. H. prins Bernhard als
souvenir ter gelegenheid van den 6en
Januari 137 door Z.H. Amaloedin Sani Per
kasa Alamsjah, sultan van het landschap
Deli).
Voorts bood de sultan een geschenk aan
voor H. K. H. prinses Beatrix, n.L een ge
heel in handwerk vervaardigde goud bestikte
draagdoek (slendang), alsmede een cas
sette, inhoudende een gouden rammelaar in
den vorm van het driedubbele ceremonieele
statie-zonnescherm (pajong van den zelf
bestuurder), gedekt door een kroontje van
briljanten en de gebruikelijke franje ver
vangen door schelletjes, in welke cassette in
zilver een toepasselijke inscriptie is aange
bracht.
Tevens werden door den sultan van Lang-
kat verschillende geschenken aangeboden,
n.1. aan prinses Juliana een bijouteriekistje,
geheel vervaardigd van ivoor, versierd met
fraaie ornamenten in goud. Het kistje heeft
een bekleeding van fluweel en wit satijn.
Een bijzonder vak is aangebracht voor den
kostbaren juweelen armband, die ter ge
legenheid van haar huwelijk door de inge
zetenen van Nederlandsch-Indië aan H.K.H.
werd aangeboden.
De prins ontving een filmcassette, waarin
een zestal films. Eén daarvan geeft het
huwelijk weer van de dochter van den sul
tan, terwijl de vijf andere folkloristische op
namen uit Langkat toonen. De cassette is
vervaardigd van Indisch ebbenhout en ge
voerd met goudkleurig fluweel.
Voorts werden nog aangeboden een gouden
bord en een gouden lepel voor prinses
Beatrix, eveneens in een cassette van In
disch ebbenhout, versierd met het wapen
van Langkat.
De cassettes vallen op door de bijzondere
strakheid van lijn, overeenkomstig den
wensch van den sultan, dat het een kostbaar,
doch eenvoudig geschenk zou zijn.
De sultan van Pontianak bood de vol
gende geschenken aan: voor de prinses een
antieke smaragd, welke steen vroeger ge
bruikt is als kroonjuweel en enkele geweven
sarongs, doorstikt met goud- en zilverdraad
voor prins Bernhard een gouden kris en voor
prinses Beatrix een gouden poederdoos.
De sultan van Boeloengan bood aan prin
ses Juliana een kralen mandje aan van
Dajaksch werk, aan prins Bernhard een
Dajaksch zwaard en voor prinses Beatrix
een gouden schotel.
PAARDEN SLOEGEN OP HOL.
Doodelljk ongeluk te Benthuizen.
Vanochtend reed de veertienjarige Klaas
Verwey uit Benthuizen als bestuurder op een
met twee paarden bespannen wagen.
Toen hy het land op wilde ryden, sloegen
de paarden op hol én renden den weg op. De
wagen botste tegen een paal, waardoor de
jongen tusschen den wagen en den paal be
kneld geraakte.
In bewusteloozen toestand is de knaap een
noby gelegen woning binnengedragen, waar
hy korten tyd later overleed.
OOK KINDERVERLAMMING TE
WOERDEN.
Overgebracht vanuit Waddinxveen.
Te Woerden is by het 11-jarig zoontje van
de familie de W. aan den Singel een geval
van kinderverlamming geconstateerd. Het
jongetje had kort geleden gelogeerd te Wad
dinxveen, waar deze ziekte in vry hevige
mate heerscht. De toestand van het kind is
naar omstandigheden redeiyk wel.
Weer een geval te Rotterdam.
Gistermorgen is bij den directeur van den
G.G.D. te Rotterdam een nieuw geval van
kinderverlamming aldaar aangegeven, Het
betrof een kindje van 7 jaar.
In de gemeente Pijnacker hebben zich
twee gevallen van kinderverlamming voor
gedaan.
Dokter J. Bos, die de gevreesde ziekte con
stateerde, heeft beide patiëntjes naar hot
ziekenhuis doen vervoeren.
Nog vele wielryders aldus schryft ons
de A.N.W.B. maken gebruik van het voor
het ry verkeer bestemde gedeelte van don
weg, ook al is dit voor hen gesloten ver
klaard, hetgeen zeer groot gevaar oplevert,
zoowel voor de wielryders zeiven, als voor
het overige verkeer op den ryweg.
Deze fout kan gedeelteiyk het gevolg zUn
van de omstandigheid, dat alle wielrijders
nog niet voldoende de beteekenis kennen
van het ronde, blauwe bord met het
witte fietsje, waarmede dit verbod is aange
duid, maar is, naar de meening van den
A.N.W.B., voornameiyk hieraan te wyten,
dat op vele plaatsen deze borden lsngs de
wegen zoodanig zyn aangebracht, dat de
wielryders zc niet goed kunnen zien.
Speciaal voor deze borden is bepaald, dat
ze moeten worden aangebracht aan die zyde
van het rijwielpad of van de rijwielpaden,
welke is afgekeerd van het voor het alge
meen rij verkeer bestemde weggedeelte.
Deze plaatsing zal in het algemeen geen
bezwaren opleveren, indien de rijwielpaden
zyn gelegen dicht langs de verharding van
de rybaan, maar Indien de terrelnstrook
tusschen rijbaan en rywielpad met struik
gewas of boorren is beplant, of wanneer het
rqwielpad op grooteren afstand van de ry
baan is gelegen, zal het niet mogeiyk zyn de
borden aan de buitenzijde van het rijwiel
pad zóó te paatsen, dat deze van de rybaan
af duidelijk zichtbaar zyn. Dit bezwaar
doet zich nog veel sterker gevoelen by één
zijdige, ten opzicht" van de verkeersrichtlng
llrks van de rybaan gelegen, vryiiggende
rijwielpaden, omdat het bord dan links van
het links gelegen rywlelpad moet worden
geplaatst.
De A.N.W.B. heeft daarom den minister
van waterstaat verzocht, te willen bepalen,
dat ook voor de hiert-edoelde borden het
zelfde voorschrift zal gelden als voor alle
andere, nl. dat ze zoodanig moeten worden
geplaatst, „dat de zichtbaarheid op de meest
practische wyze is verzekerd".
Ingevolge de wegenverkeerswet van 13
September 1935, die binnenkort in wer
king zal treden, dient een motorrijtuig in
de naaste toekomst voorzien te zijn van een
„rytuigbewijs". Afgifte van een dergelijk
bewijs kan worden voorafgegaan door de
keuring van het motorrytuig.
Blijkens de by de behandeling van de
wet gewisselde stukken, ligt het niet in de
bedoeling by de afgifte van het bewijs
voor elk voertuig een bepaalde keuring .e
eischen, omdat dit zeker veel moeite, kos
ten en oponthoud zou veroorzaken. Echter
diende de mogeiykheid van een zoodanige
keuring in de wet te worden opengehouden,
opdat bg eenigen twyfel ten aanzien van
de geschiktheid van een motorrytuig een
onderzoek zou kunnen worden gelast, ter-
wyi zoonoodig onderzoeken op den weg
door opsporingsambtenaren voldoende
preventief zullen werken t.a.v. motorrytui-
gen welke in minder goeden staat ver-
keeren.
Ondanks deze positieve medcdeelingen
schynt onder de weggebruikers groote on
gerustheid te hetrschen omdat biykbaar
toch beoogd wordt een anderen vorm van
keuring, n.1. een algemeene, reep. perio
dieke keuring voor alle motorrytuigen in
het leven te roepen.
De A.N.W.B. en de K.N.A.C. hebben zich
gezameniyk in een adres tot den minister
van waterstaat gewend, waarin zy betoo-
gen, dat een algemeene keuring van hoogst
ir.grypenden aard is voor de belangen van
de motorweggebruikers; aan een zoodani-
gen maatregel 2ullen verstrekkende con
sequenties voor dt betrokkenen verbonden
zijn. De gevolgen zullen niet alleen van
financiëelen aard zijn, doch tevens zal veel
verlies van tijd en een aanmerkelijke over-
last bij de voortdurende controle onder
vonden worden. Bij periodieke keuring zul
len ook de kosten bij herhaling weder-
lc6€rcn>
De A.N.W.B. en de K.N.A.C. zqn tot dus
verre geenszins overtuigd, dat de be
staande materiaal-toestanden een dergelqk
ingrijpen noodzakeiyk maken, te minder,
daar hun inziens reeds aan de hand van
bestaande voorschriften voldoende voor
excessen kan worden gewaakt.
Tenslotte vei zoeken genoemde vereeni-
alngen met eventueele ontwerpen tot rege
ling dezer materie in kennli te mogen
worden gesteld en daarop, als erkende ver
tegenwoordigers van het motorwegver-
keer, van advies te mogen dienen.
Van den ParU»chen gemeenteraad.
Da voorzitter van den gemeenteraad van
Parys, Le Provoost de Launay, heeft een
telegram van gelukwensch gezonden aan
koningin Wilheln.ina ter gelegenheid van
haar regeerlngsjubileum.
Het telegram luidt: „Parijs, dat de eer
had Uwe Majesteit op het stadhuis te
mogen ontvangen, gevoelt zich dezen ver
jaardag vereerd in vreugde met het ge-
heelc volk, dat de voritln huldigt, die in
40 Jaar zUn hart heeft gewonnen. Uit naam
van de gekozenen en de bevolking geef ik
uitdrukking aan de vurige wensehen, dat
Uwer Majesteits regeering, welke zooveel
luister heeft geworpen op het Huis van
Oranje, en voor de Nederlandsche natie
een bron was van welvaart en groothaid,
nog lang moge voortduren.
Ik verzoek Uwe Majesteit mijn zeer eer
biedige hulde te willen aanvaarden."
Een Duitsche gelukwensch.
De Fllhrer en rykskanaeller, Adolf
Hitier. heeft H. M. de koningin telegrafisch
gelukgewenscht met haar verjaardag.
DOODELIJK ONGELUK OP DEN
VERKEERSWEG DEN HAAG-
AMSTERDAM.
Wielrljdster het slachtoffer.
Op de kruising van den nieuwen ver
keersweg naar Den Haag en den Sloterweg
heeft zich gisteren ln den namiddag een
ongeluk voorgedaan, waarby eei. omstreeks
38-jarlge wielrijdster om het leven is
gekomen.
Deze dame reed aan den rechterkant van
den Sloterweg en wilde den voorrangsweg
oprijden. Naast haar rted in dezelfde rich
ting een autobus. Het gevolg was, dat de
wielrljdster niet kon zien, dat van links een
personenauto naderde. Een botsing was
niet meer te vermijden. De wielrijdster
werd door de auto gegrepen en tegen den
grond geworpen. Zy liep een schedelbreuk
op en was bUna op slag dood.
MOTORRIJDER IN BOTSING
MET AUTO.
Op den viersprong van den Zevenho-
venschen en Nieuwkoopschenweg te Ze
venhoven (Z.-Holl.), is gisteravond dc
motorryder Hendriks uit Ter Aar door «en
auto aangereden. Hy vloog door de voor
ruit van den wagen en liep daarby zoo
danige Inwendige kneuzingen op. dat hij
korten tyd na het ongeluk ls bezweken.
De autobestuurder kwam met dan
schrik vry.
JONGETJE AANGEREDEN EN
ZWAAR GEWOND.
Gistermiddag is het 7-Jarlge zoontje van
de familie De W., dat een ontsnapten
luchtballon op den rUweg van da Prins
Hendrikkade te Sneek achterna liep, door
een auto aangereden. Het jongetje werd
door den kruk van één der portieren ge
raakt en liep daarbij zeer zware verwon
dingen aan het hoofd op. Door een politie
auto ls het kind in zorgwekkenden toestand
naar het St. Antonluszlekenhuls te Sneek
overgebracht.
Door DONN BYRNE.
Uit hot Bngelach door J. van F
24)
Zy hield zyn belde handen nog omklemd;
ware het niet door haar ferme warme han
den geweest, dan zou hy hebben kunnen
meenen, dat hy sprak tot een schoone on-
lichameiyke geest, zooals Pontlus Pllatus
een arme door paniek aangegrepen geest
was, of tot Iets, dat hy uit zyn gedachten
te voorschyn getooverd had.
„Liefste, beloften zyn zoo gemakkeiyk te
geven. Ik heb beloften gedaan, o, zoo veel
beloften!En het leven, of het noodlot
En als je ze niet kunt houden, breekt je
hart. Je weet niets van my, Shane,"
„Ik wensch niets te weten, ik wensch
slechts jezelf, Claire-Annei"
„Je moet iets weten; ik was een gewoon
jong meisje, goed opgevoed en goed onder
legd ik droomde ervan een groote ac
trice te worden. Ik werd actrice, maar ik
wasmanquéeslaagde niet, had
geen succes. En toen trouwde lk en mijn
man stierf En zoo ben ikEn er zijn an
dere dingen, die je niet moet weten. Niet,
dat zy my lief zijn, o neen!maar je
moet ze nimmer hooren. O, Shane, als zeven
jaar geledenMaar het noodlot, of het
leven, gunde het ons niet. En nu kunnen
wy het alleen verschalken en slechts voor
een poosOmdat het noodlot alziende
en afgunstig en wreed iaSlechts voor
een poos, een heeriyke poos
„Maar, Clalre-Anne, 'ik begryp het niet."
„Niet begrqpen, neen, niet begrqpen,
myn lief. Doe nietslaat my slechts al
les geven, wat ik heb, wat ik jc kan geven
én laat my nemen, wat je in ruil wenscht te
geven, alleen datO, Shane, wy zyn
twee menschen ln een donker woud en het
is er eenzaam en verschrlkkeiyk En wU
hebben elkander ontmoet en onze handen
se cont serréesgegrepen en vastgehou
den En wy zyn niet langer eenzaam
of bang. En jy hebt ln je hart een beeld van
my, een schoon warm beeldMaar als
de nacht voorby is en wy op de wellanden
zouden komenO, Shane, laat ona niet
ln het licht treden niet ln het onbescha
duwde, niet in het licht.... O, neen! neen!"
„Maar, Claire-Anne
„Kom nader, Shane. De nacht is ledig,
slechts wy beiden zyn in de wereld
kom dichterby, dichter, nog dichter...."
VII.
Op een avond bU zonsondergang zat hy
in haar tuin, onder den moerbeiboom en
zij was een oogenblik het huis binnen ge
gaan, zich bewegende met haar vasten, be-
valligen tred, die was als het krachtige
zwemmen van zwanen. In de stemmigheid
van de schemering en in haar afwezigheid
kwam een plotselinge overtuiging tot hem.
Voor een korte spanne tyds, hoe lang wist
hy niet, was hy ln een studeerkamer in An-
trlmBuiten was de zon ondergegaan
en was het purperen water van de scheme
ring en het zachte roepen van een krekel
En binnen was een grys hoofd, dat op een
boek was neergezegen, neergedaald, zooals
de zon neerdaalt.
„O, oom Robin!" riep hy uit.
Toen rees een hevige opwelling van tra
nen ln zijn hart en ln ?.yn oogen
Toen zy naar buiten kwam, werd hy zich
weer bewust van den tuin ih de Midi, In-
plaats van de Antrimsche vallei, van de
Middellandsche Zee inplaats van de wate
ren van Moyle, Zy kwam het schemerige
pad af; op eenigen afstand zag zy zyn ge
laat, stond stil, haar gezicht bleek
„Shane! Shane! wat is er? Ben Je ver
drietig? Of ziek?"
„Myn oom Robin ls dood, Claire-Anne."
Zy keek hem een oogenblik aan niet goed
begrypend; evenals een zwaluw kwam zU
naar hem toe, zette zich dicht naast hem,
stak haar arm door den zynen; haar handen
omklemden zyn handen.
„Waarom heb Je 't my niet verteld,
schat?" fluisterde zy.
„Ik weet het nu eerst, ik voelde, zag
Wy waren zulke goede vrienden.... myn
oom Roblnl Bearmacht, De ar a anam! God
zegene zyn ziel!"
Zy zeide niets, zq bewoog zich niet, zq
ademde nauweUjks. Slechts haar tegen
woordigheid, haar handen, stevig en sterk
op de zqne, zoo wenschte hij haar.
„Was het.... een moeilijke dood, Shane?"
„Neen, lk scheen hem te zien, slapende
tusschen zyn boeken."
„Zyn boeken waren zyn vrienden
zoo had Je my verteld."
„Ja, lieve, zyn leven behoorde hen."
„En hy was geen Jonge man meer, je
oom Robin?"
„Acht en zestig jaar oud."
„ls het zoo hard. lieve, om snel. kalm
heen te gaan met je vrienden om Je heen
op een herfstavond?"
„Neen, schat, niet hard, heel juist zelfs
denk ik, maar er is iets, iets uit de wereld
verdwenen, ala een mooie boom uit een
tuin. En hy was my heel dierbaar, myn oom
Robin. Het zal zwaar zyn om thuis te ko
men, waar hy my nu niet meer tegemoet
zal komen en vragen; „Gaat het goed,
Jochie? Je ben», toch niet ziek?" Clalre-
Anne, lk zal hem lang gedenken
Zy zat met hem zwijgend ln den tuin en
na een poosje stond zij op en ging zonder
een woord weg. En hij bleef ln den tuin
zitten, peinzend by zichzelf, of hy op eenl-
gerlel wyze onachtzaam was geweest tegen
over oom Robin. Hy had wel vaker kunnen
schryven, het was niet aardig geweest om
den ouden man In ongerustheid te laten,
terwyi hy leerling was op zee. Ja, hy had
kunnen schryven, had vaker kunnen schry
ven. En ook meer aan hem kunnen denken;
en er waren boeken, die hy voor den ouden
man had kunnen meebrengen boeken uit
Frisco en New-York en Napels. De boek
winkels waren zoo ver van de kaden en hq
had het steeds uitgesteld. En hq had het zoo
gemakkeiyk kunnen doen.. Als iemand
jong is, is hq zoo achteloos, Van ergens
drong de boodschap tot zijn bewustzijn
door als een wapperen van seinvlaggen:
„Het hindert niet, lieve Jongen, trek h*t
je niet aan. Geef jezelf geen schuld, Je bent
een goede Jongen geweest en lk ben geluk
kig." Ach Ja. maar een groote boom was
uit den tuin verdwenen, een werkeiykheld
was geworden tot gedachte en gevoel, en
gedachte en gevoel mogen allea zyn wet
overbiyft en een werkeiykheld onwerke-
ïykheld zyn, maar een werkeiykheld ie zoo
warm zoo geruststellend
Hy stond op en ging naar het huls en on
derweg ontmoette hy haar
„Clalre-Anne. zou Je het erg vinden, els
ik naar myn schip terug ging? Ik voel mÜ
een beetje eenzaam
„Er staat een rytulg voor Je gereed aan
de deur."
Voor het eerat viel het hem op, dat ty
ln deze occulte gebeurtenis geen enkelen
schrynenden klank had geuit; zy had geen
vragen gesteld noch had zy getracht met
hem te redeneeren, zooals andere vrouwen
zouden gedaan hebben en hem zouden heb
ben gezegd, dat hy zich dat allea slechts
verbeeld had. Noch had zy nem lastig ge
vallen met hol, onwelkom medegevoel, Zij
wastot hulp gereed gebleven, als op
zee. En hoe snel had zy zyn behoefte een
afzondering, aan zyn eigen schip, geraden!
..Er is niemand ln de wereld zooals JU.
Claire-Anne", zeide hy tot haar.
„Ik ben wat jy van my maakt, Shane,
wat jy van my verlangt."
Haar hand* zoch de zqne in de kalme
schemering.
„Kom niet terug voor Je er behoefte aan
hebt, lieve; ik ben hier, altqd hier."
(Wordt vervolgd).