tBuiietUaMd INDIE IN HET TEEKEN VAN HET REGEERINGSJUBILEUM. Spoet 40 jaar- 1898 1938 ALKMAARSCHE COURANT. Indrukken van Hitler's rede. Toestand nog steeds ernstig. Vliegverbod boven West- Duitschland. Mot ingang van 20 September. Volksstemming onmogelijk. Jan Maaaryk op het Foreign Office. Samenzweerders in Marokko. Om eon opstand uit te lokken. Album voor knipsels, Indische brieven In 40 jaren zijn Holland en Indië nader tot elkaar gekomen. DE JUBILEUMFILM. DERDE BLAD. ALKMAARSCHE COURANT VAN DINSDAG 13 SEPTEMBER 1938. In alle landen van Europa heeft men Hitler's redevoering aangehoord en be studeerd en over het algemeen is het oordeel, dat Hitier weliswaar gedreigd heeft, maar dat de kwestie der Sude ten-Duitschers daarmee niet is opge lost. In de meeste landen heeft men dan ook den indruk gekregen, dat men door deze rede heelemaal niet is opge schoten, en dat wellicht in zooverre de toestand veranderd is, dat de Sudeten Duitschers misschien iets brutaler worden. Omdat zij op Duitschland kunnen rekenen! In Praag is men van oordeel, dat hoewel de toestand nog altijd hoogst ernstig moet worden geacht, toch nog ruimte is voor een weinig hoop. De deur is niet gesloten ge worden voor de mogelijkheid van onder handelen. Hitier heeft weliswaar geen volksstemming verlangd, doch practisch heeft hij de Sudeten-Duitschers uitgenoo digd, er een te eischen. „Het ergste is niet gebenrd". „Het ergste is niet gebeurd, maar de toe komst blijft dreigend", aldus de eenstem mige reactie der Fransche bladen ten aan zien van Hitiers redevoering. „Petit Parisien": Hitier heeft de deur voor besprekingen niet gesloten. Het gaat erom, of hij de onderhandelingen normaal zal laten verloopen, en of de Gestapo in het Sudetenland geen nieuwe ernstige inci denten zal verwekken, waarin Duitschland een aanleiding vindt om zijn bedreigingen uit te voeren. „Journal": Hitier heeft niets gezegd, dat als een bedreiging, zich te willen meester maken van het Sudetengebied, kan worden opgevat. Op één voorwaarde evenwel, dat weldra tusschen de Tsjechen en de Sudeten een regeling tot stand komt". „Epoque": De deur blijft open voor on derhandelingen, maar als Duitschland niet bevredigd wordt, blijft de weg ook vrij van geweld. Er is een hechte Fransch— Engelsche solidariteit noodig. Alle Fran- schen moeten zich broederlijk vereenigen, want het land is in gevaar. Het is onze laat ste kans om den vrede te redden. „Niet veel verder gekomen". De redevoering van Hitier heeft de wereld in twijfel gelaten over zijn bedoelingen. Aldus is het algemeene gevoelen der Engelsche bladen, welke meerendeels een voortzetting voorzien van het tijdperk van onrust over den vrede in Europa. Zoo schrijft de „Times": Hoewel niet ge ruststellend, was de rede niet sterk veront rustend. Het doel van Hitiers woorden was blijkbaar den last der regeling op de Tsje- choslowaaksche regeering te leggen. Hitier zeide: „7 millioen Tsjechen kwellen 3% millioen Duitschers". Dit is een absurde verdraaiing van de waarheid, waardoor zijn eigen toegewijde gehoor zich nauwelijks zal kunnen laten beetnemen. Het is werkelijk betreurenswaardig, dat het hoofd van een grooten staat als Duitschland zulken onzin spreekt. De „Daily Telegraph" zegt: Het is een on aangename gedachte, dat Europa wellicht nog maanden lang in spanning zit, wachtend op het oogenblik, dat Hitier het resultaat der onderhandelingen goed- of afkeurt. De „Daily Herald" schrijft: Hoewel de geheele wereld verheugd is, dat geen nieu we eischen gesteld zijn, en een respijt is in getreden, zou het verkeerd zijn blind te zijn voor de gevaren, welke aan Hitiers woorden kleven. De „News Chronicle" is van meening, dat de rede, verre van de crisis op te hel deren, de ongerustheid aanwakkert. Enge land, Frankrijk en Rusland moeten allen voorzorgsmaatregelen treffen en ten nauw ste samenwerken, wil de vrede bewaard blijven. Reactie in de Duitsche pers. De redevoering van den Führer wordt in de Duitsche bladen groot opgemaakt weer gegeven. Over het algemeen verheerlijken de bla den langdurig de „ondubbelzinnige, maar vredelievende taal van Hitier". In enkele zinnen, aldus de „Völkische Beobachter", heeft de Führer zijn besluit kenbaar gemaakt de onderdrukking der Sudeten niet langer te dulden. Het is de taak van Benesj en zijn regeering met de zen eisch rekening te houden en met de Sudeten tot een regeling te komen, welke Hitiers eischen bevredigt. De leugens en kuiperijen, als van 21 Mei zullen een tweede maal niet ongestraft Ibij- ven. De wereld moet ervan overtuigd zijn, dat een gewapend volk zich bezig is achter een front van staal en beton te verheffen. Onder het opschrift „een zuiverend on weer" schrijft de „Lokal Anzeiger", dat de rede van Hitier in oprechtheid die van Bismarck overtreft in 1888, toen deze ver klaarde: „Wij Duitschers vreezen God en niets anders ter wereld". Thans treedt de waarheid in Europa aan het licht. Het blad doet voorts een aanval op Enge land door indrect te zinspelen op het com muniqué van eergisteren inzake de houding van Engeland, wanneer een oorlog zou uit breken. Deze Engelsche houding, die op het laatste oogenblik druk op den Führer wilde uitoefenen, getuigt van dien geest van dub belzinnigheid, welke oorzaak is, dat het .Perfide Albion" sinds lang in het politieke woordenboek staat. Tenslotte richt de „Lokal Anzeiger" zich tegen Benesj. Het is goed, aldus dit blad, dat de Führer het kind bij zijn naam ge noemd heeft en Benesj dus betiteld heeft met leugenaar. Stemmen uit Amerika. De „New York Times" schrijft: Hitier heeft niet den oorlog verklaard, maar nie mand, die geluisterd heeft naar dien dui- delijken, scherpen, uitbarstenden «tem, kreeg de verzekering, dat hij den vrede be doelde. Met betrekking tot Hitiers belofte de Sudeten-Duitschers te steunen, schrijft de 'i^>er8eIÜke hevige, onverantwoor delijke eischen en bedreigingen hebben de sympathie der vrije volkeren achter Tsje- choslowakije gebracht. Tegen deze uitbrei ding der wetten van geweld, onder den schyn van orde, verzet de wereld zich. Onder het opschrift „het geweer nog aan den voetschrijft de „Herald Tribune": Hitier heeft geen oorlog verklaard en geen vrede afgekondigd. Hij deed geen poging een woord van kalmte of verzoening te la ten vallen in de kokende hitte van den Tsjechoslowaakschen staat. Bij politieverordening van den Duitschen rijksminister van luchtvaart, welke op 20 Sept. 1938 van kracht wordt, zal allen vlieg tuigen tot nader order verboden zijn te vlie gen boven de volgende aan de westgrens van het Duitsche rijk gelegen gebieden: Aken, Trier, de Palts en Baden. In deze gebieden zullen politievliegtuigen surveilleeren. Wordt geen gevolg gegeven aan bevelen tot dalen dan zal het vliegtuig in kwestie onder vuur worden genomen. De ook verder geldende beperkingen op grond van de verordening inzake het ver bod voor actief by een buitenlandsche weer macht dienende personen van 30 Juli j.L val len onder dit verbod. Naar het „Prager Tageblatt" uit Londen meldt, heeft de Tsjechische gezant te Lon den, Jan Masaryk, op het Foreign Office een nota overhandigd, waarin de Tsjechische re geering verklaart, dat zij een oplossing van de huidige crisis door een volksstemming voor uitgesloten houdt, aangezien de grond wet van Tsjechoslowakije niet in het houden van een volksstemming voorziet. De Spaansche hooge commissaris van Ma rokko deelt officieel mede, dat in den nacht op 11 September verscheidene gewapende personen door de internationale politie te Tanger zijn gearresteerd, toen zy poogden de Spaansche zone te bereiken. Zij bleken tot een bende samenzweerders te behooren, die een conflict om Marokko wilden verwekken. W ARMENHUIZEN (Augustus). Geboren: Anna Catharina, d. v. Jo- hannes Berkhout en Cornelia Ooyevaar. Pieter, z. v. Dirk Vos en Dieuwertje Bier steker. Getrouwd: Mattheus Pronk en Ca tharina Groot. Overleden: Klasina Hartog, oud 44 jaar, echtgenoote van Cornelis Mylhoff. Dirk Paarlberg, oud 68 jaar, echtgenoote van Maria Wilhelmina Geertruida Mars man. In alle steden en dorpen is het regeeringsjubileum op grootsche wijze gevierd. De dagbladen heb ben kolommenlange verslagen van de feestelijkheden opge nomen. Straks zal het feest nog slechts in de herinnering voortleven en later zal men de oude kranten, nog eens weer te voorschijn halen,' om nog eens dat te lezen, wat vooral in teressant was. Kranten bewaren? Hoe veel gemakkelijker kunt gij het U maken met ons dat juist in deze dagen weer zoo veel gebruikt is! Bij ons bureau verkrijgbaar a 1.20. De nationale jubileumfilm „Veertig jaren" is hier voor pers en enkele andere genoodigden vertoond. Tevoren waren er overvloedige bijzonderheden over gepubliceerd en verschillende afbeeldin gen van scènes uit de film. Tamelijk voor barig zijn toen reeds enkele bladen met critek gekomen, want aan Indië zou niet voldoende plaats in de film zijn inge ruimd. De bekende grief, dat Indië door Holland wordt achtergesteld en wat dan ook uit deze film weer zou blijken. We zullen thans op deze kwestie hier niet ingaan, maar toch wil ik de opmerking niet achterhouden, dat wat er ook in Hol land aan de werkelijke belangstelling voor en kennis van Indië ontbreekt en dat is niet gering men zich in Indië er voor hoeden moet om, gelijk sommigen doen en ook enkele bladen, steeds maar eenzijdig daarop te wijzen. Voor de film is die cri- tiek m. i. ongemotiveerd, men moet toch niet vergeten, dat deze film een overzicht geeft van een periode van 40 jaren, waar in Indië eerst langzaam aan en steeds ge leidelijk nader tot Holland is gekomen en omgekeerd Holland nader tot Indië. Daarbij heeft vooral de vooruitgang der techniek op verkeersgebied een belang rijke rol gespeeld, er behoeft slechts her innerd te worden aan de luchtvaart en de radio, welke beiden de verbinding tus schen Nederland en Indië vice versa in afstand en tijd zoo aanzienlijk hebben verkort, voor het personenvervoer, voor post, telegrafie en telefoon en wat de radio betreft bovendien door het directe contact via den omroep, de belangrijke taak, welke de Phohi hierbij vervult mag zeker niet worden vergeten. Terwijl sedert kort Nederland ook radio-uitzendingen uit Indië te hooren krijgt. Maar dat alles is eerst van de laatste jaren en werd toch ook in de film niet heelemaal voorbij gezien. Kenmerkend voor het karakter van deze jubileumfilm is, dat zij het leven in beeld brengt van twee Hollandsche gezin nen, die door individueele banden met Indië worden verbonden en daardoor van Holland uit Indië eenigszins nader komen. Het is naar die tendenz, dat men o. i. de film beschouwen moet en dan is zij zeer zeker geslaagd, omdat aldus immers voor talloos vele gezinnen, die familie- of vriendenrelaties in Indië hebben, het con tact met Indië is, opwekkend tot belang stelling voor dat verre land. Zoo hebben we deze film beschouwd en zoo laat 't zich ook verklaren, dat de film vooral voor hen, die zelf deze veertig jaren mee hebben doorleefd, in Holland en hier, in menig gedeelte van een ontroerend effect is. Meer zal ik er niet van zeggen; de meeste lezers zullen de jubileumfilm wel reeds hebben gezien. Een tweede gebeurtenis, welke met be trekking tot het regeeringsjubileum hier vermeld moet worden, is de opening van de Pasir Gambir te Batavia, omdat onze ;aarmarkt rekening heeft gehouden met het feest onzer Koningin. Het terrein werd uitgebreid, met het oog op grooter bezoek en als bijzondere attractie is er een Oud- Batavia, dat straks ongetwijfeld een der centra voor de feestgangers wordt. Ten derde is er de Koningin Wilhel mina Jubileum-tentoonstelling in den Bataviaschen Kunstkring, waarvan de opening door den Gouverneur-Generaal werd bijgewoond. Deze tentoonstelling, ontworpen met het doel H. M. de Ko- nipgin te eeren als kunstenares en om haar groote belangstelling voor de kunst in het algemeen, omvat schilderyen en teekenin- gen van Nederlandsche en Indische schil ders. H. M. de Koningin zelf was zoo wel willend een aantal werken van Hare hand af te staan, welke, met een portret der Koningin, door W. G. Hofker, het centrum der expositie vormen. Heeft deze daad onzer Koningin op zich zelf hier reeds groote erkentelijkheid en waardeering ge vonden, de beschouwing van haar werk, een twaalftal schilderijen en teekeningen, wekt, in 't bijzonder bij den Hollander in Indië een wondere emotie. Men moet eigenlijk zelf als Hollander hier leven om dit ten volle te kunnen begrijpen. Dus moet deze inzending der Koningin het nationaal besef verlevendigen; maar bo vendien ervaart men, hoe in dit werk de Koningin iets van eigen gevoelsleven heeft tot uiting gebracht, dank zy haar artistie ke begaafdheid. Getuigenis hiervan geeft hetgeen H. M. schreef in den door Haar geredigeerden catalogus van de collectie werken van Hare hand, welke in de crisisjaren, door Nederland en Indië is rondgegaan, ten bate van het Steunfonds voor Kunstenaars. Onze Koningin heeft 'tin dien catalo gus openlijk uitgesproken: „Mijn kunst staat geheel in het teeken van myn liefde voor de natuur en mijn innerlijken drgng haar weer te geven, geheel zooals ik haar aanvoel". En in een volgende passage schreef H. M., dat Zij, in den vreemde ge komen, niet aanstonds het penseel kan opnemen: „Eerst moet ik dat wat achter lijn en kleur en stemming verscholen is, de ziel van dat stukje natuur, rustig tot mij laten spreken, opdat mijn werk, behalve van de kenmerkende trekken, getuige van het diepere, het onzienlijke, dat er in is opgesloten." Maar is dat niet het stand punt van elk waar kunstenaar, voor zijn visie op het object dat hy, of zij zich koos! Met die woorden der Koningin in de her innering zijn we Haar werk op deze tentoonstelling tegemoet getreden en toen vonden wy er die diepere, zuivere gevoe ligheid in, welke nooit bedriegt, als men zich heeft af te vragen, of men met wer kelijke kunst te doen heeft. Er is werk van verschillende jaren, meest uit 1932, 1935 en 1937, uit Zwitserland en Noorwe gen, van het Loo en van den Ruigenhoek; alles er van getuigend, hoe 't uit liefde tot de natuur werd gemaakt, grootsch van effect als dat doek van Igls bij avond (Tirol); met fijne toewijding als de op merkelijke teekening van den Ruigenhoek, met den watertoren; fleurig als de Lente avond (met bloeiende planten) in het Park het Loo; kleurig als het stukje uit den bollenstreek. Er zijn op de tentoon stelling een 60-tal Nederlandsche schil ders en schilderessen vertegenwoordigd, waarbij van de allerbesten, zoodat de col lectie, ondanks de onvermijdelijke onvol ledigheid, toch een goed beeld geeft van de Ned. schilderkunst gedurende de regee- ringsperiode onzer Koningin. Het werk van moderne Hollandsche schilders in de collectie-Regnault, welke op de bovenzaal van het Kunstkringgebouw te zien is, geeft dan nog een welkome aanvulling. Bij de samenstelling der jubileum-tentoonstel ling heeft men zich niet strikt gehouden aan de begrenzing door de jaren 1898 en 1938, teruggaande tot de generatie van voor 1880, die al spoedig van twee centra uit, de Nederlandsche Kunst tot nieuw leven bracht, n.1. van de groep land schapsschilders uit, die zich inspireerden op de fijne, grijze en blonde tonaliteit van weide, water, duin en strand om den Haag heen, de „Haagsche school", en tegen over deze lyrische landelijkheid van de groep uit der sonore naturalisten van Am sterdam, met hun actieve realiteit in figuurstukken en portretten, hun zwaar romantische coloriet, ook echter hun ver fijnde picturale effecten. Het moet voor velen hier, minder vertrouwd met het werk der Haagsche school en dat der Am sterdammers, een openbaring zijn geweest, dit impressionisme bijeen te zien, de zui vere natuurweergave, door eigen senti ment heen, nog niet gestoord door al wat de wereld sedert 1914 verontrust en ge schokt heeft. Het aanschouwen van die Nederlandsche schilderkunst uit het einde der 19e eeuw, waartoe zoo vele bekende namen behooren, is van een weldadige verademing we bekennen 't onomwon den tegenover de felle bewogenheid der moderne kunst in haar verschillende richtingen en ismen. Zelfs waar de mo derne inzichten zich in het begin der 20ste eeuw reeds begonnen te manifesteeren, blijven deze toch nog van een gematigd effect, tot allengs persoonlijker reacties zich laten gelden. Wie na een bezoek aan deze tentoonstelling nog even naar boven gaat, naar de collectie Regnault, staat er te midden van een sterke branding van innerlijke bewogenheid, tot onevenwich tigheid toe, zich uitend in kleuren en vor men. De Indische schilders zijn op de jubileum-tentoonstelling met een veertig tal werken, meest nog van impressionis- tischen aard, dus naar stijlopvatting van 't zelfde genre als het werk der Ned. schil ders uit het einde der 19e eeuw. Een ver gelijking zou overigens onbillijk zijn, om dat zij in die vermaarde Hollanders uiter aard hun meerderen hebben te erkennen. Wel mag gezegd worden, dat eenige Indi sche schilders hun werk een sterk per soonlijk karakter weten te geven, vaak onder modernistische invloeden; en zij behooren tot de besten. Ik weet niet, of men in Holland met het werk onzer Indi sche schilders vertrouwd is. Het zou wel de moeite loonen, indien hiervan in Ne derland een representatieve tentoonstel ling kon worden gehouden; onder deze schilders dan te verstaan, zij, die in Indië werken of er hun onderwerpen zoeken, daarbij zijn niet alleen Nederlanders en Indische Nederlanders, maar ook enkele buitenlanders. De herdenking van het regeeringsjubileum onzer Koningin is voor Indië dus reeds ingegaan; de officieele feestweek begint ook hier natuurlijk pas op 6 September. Van het programma daarvoor valt nog niet veel te vermelden. Of 't moest zy'n in negatieven zin, dat n.1. Batavia de voorgenomen vlootrevue voor Priok moet missen, vanwege het malaria gevaar, dat momenteel onze haven en om geving oplevert. Daarom werd de vloot- schouw naar Soerabaia verplaatst. Het geval lijkt min of meer beschamend voor Batavia, maar zoo hoog moet men 't nu weer niet opvatten. De maatregel is voor al van preventieven aard, men wilde niet de minste risico loopen. Dat de malaria explosie op Priok een ernstig karakter draagt, valt echter niet te ontkennen; directe oorzaak ervan is de ongewone weersgesteldheid, van een drogen Oost moesson is nauwelijks sprake geweest en al die regen en vochtigheid waren zeer bevorderlijk voor de verspreiding van de malaria door de muskieten (Anopheles Ludlovic). Daarbij komt dat de Inheem- sche bevolking weinig medewerking toont bij de maatregelen ter voorkoming van malaria, de klamboes om de bedden wor den niet gesloten, de muskietenvangers van den Gezondheidsdienst worden ge woonlijk met tegenzin ontvangen. Door nauwkeurige voorzorgsmaatregelen zou de kans op malaria aanzienlijk kunnen worden beperkt. Afdoende is echter alleen de saneering van de vischvijvers en het droogleggen der moerassen bij Priok, waar de malaria-muskiet zijn broedplaatsen heeft. Maar dat kost tonnen. Toch zal het eens zoover komen, te eer, waar men thans is gaan inzien, dat haven en handel schade lijden, doordat de scheepvaart Priok gaat vermijden. Tenslotte ben ik wel erg ver afgedwaald van mijn eigen-' lijke onderwerp, maar er komt een vol gende keer natuurlijk nog gelegenheid om den lezers te vertellen, hoe hier het regee ringsjubileum onzer Koningin is gevierd. BATAVUS. V o t b a 1. DE WEDSTRIJDEN VOOR ZONDAG A.S. Afdeeling I. le klasse. KFCCVV Blauw-WitXerxes SpartaDWS ADO—HBS StormvogelsHermes-DVS 2e klasse A. Alkmaarsche BoysHRC RCHAlcmaria EDO—OSV HFCDe Kennemers West-Frisia—WFC 2e klasse B. HilversumWatergraafsmeer VriendenschaarZeeburgia De SpartaanHercules HVCAFC 3e klasse A. ZWPurmersteyn Helder—QSC BeverwijkHollandia AssendelftSucces KinheimZaandijk 3e klasse B. BloemendaalWA SchotenZandvoort RipperdaAalsmeer APGSTIW De ZeemeeuwenDe Germaan 4e klasse A, SchagenTexel AtlasStrandvogels BKCWieringerwaard DTS—Watervogels MFCNieuwe Niedorp 4e klasse B. Alkmaar—Andijk KWUitgeest SportersMonnikendam CSV—EVC IWBergen Reserve Se klasse A. WFC 3Alkmaarsche Boys 2 J. Hakhof Alcmaria 2Helder 2 J. P. Wieringa HRC 3West Frisia 2 QSC 2—KW 2 Reserve 3e klasse B. ZFC 4Alcmaria 3 C. v. d. Hoff WFC 4—OSV 3 Purmersteijn 2KFC 3 ZW 2Meervogels 2 Afdeeling II. le klasse. FeijenoordHaarlem DOS—VSV DHC—RFC Ajax't Gooi Afdeeling III. le klasse. AGOVV—Quick NECEnschede WageningenHengelo TubantiaHeracles ZACGo Ahead Afdeeling IV. le klasse. JulianaBW LongaBleijerheide NAC—NOAD Willem IIEindhoven RoermondPSV Afdeeling V. le klasse. LeeuwardenVeendam Be QuickHSC AchillesHeerenveen VelocitasFVC Sneek—GVAV Wielrennen. A. S. V. VICTRIX. Zondag 11 September heeft de A. S. V. Victrix het kampioenschap langen afstand verreden voor alle klassen over 120 K.M. Aan den start verschenen 23 renners, al len vol goeden moed en strijdlustig. In de eerste ronden was D. Veld al slachtoffer met een lekken band. Inplaats van een andere band om te leggen, gaf hij den moed op en ging uit den strijd. Daarna ging het eenige ronden goed. Na 5 ronden begon de ploeg echter snel te dunnen; de meesten gaven op wegens lek ke banden. Toen er nog vyf ronden gereden moesten worden waren er nog maar vijf renners in den strijd! Uitloop-pogingen werden on dernomen, maar deze mislukten, zoodat de sprint de beslissing moest brengen. Het was een zeer fraaie sprint, die door Jan Otten- bros werd gewonnen. De uitslag was: 1 Jan Ottenbros, kam pioen, 2 Willem Visser, 3 H. de Rooy, 4 Ravenstein, 5 A. Veld. Juniorenklasse: (27 K.M.) 1 Jan Hen- nink, 2 N. Groot, 3 A. Stroombergen. Aptomobilisme. EYSTON'S ABSOLUTE SNELHEIDS RECORD IN GEVAAR. John Cobb reed 551,2 K.M. per uur. Nadat eenige vorige pogingen van den Engelschen coureur John Cobb wegens weersomstandigheden of den slechten toe stand van de zoutvlakten by Bonneville geen doorgang konden vinden, heeft hij gisteren nogmaals getracht het absolute snelheidsrecord op het land, dat zijn land genoot capt. Eyston op 27 Augustus j.L met zijn Thunderbolt op dezelfde zoutvlakten op zijn naam had gebracht met een gemid delde uursnelheid van 556,010 K.M., te ver beteren. Het is hem niet gelukt, voorname lijk doordat het terrein tqch niet geheel en al in den vereischten toestand bleek te zijn, maar Cobb heeft met zijn 2500 P.K. Napier- Railton, welke bijna de helft lichter weegt dan de Thunderbolt, getoond, dat hij in staat is het absolute snelheidsrecord van Eyston wel degelijk in gevaar te brengen, hoe wei nig dat ook mogelijk leek, toen de enorme prestatie van capt. Eyston bekend werd. Cobb reed n.1. met een gemiddelde snel-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 9