E WIND BLAAST. Waar wereldpolitiek gemaakt wordt. gppOEI>ER ONS INDISCH HOEKJE. 2eui£2etm derde blad. DOWNINGSTREET IN LONDEN. De staatssecretaris van Buiteniandsche Zaken heeft een zware en verantwoordelijke taak. VROEGER EN NU. Bataksche weefsels en aardappels. De wereld, Europa in het bijzonder, is in de laatste jaren aan heftige spanningen op het gebied der internationale politiek ge wend geraakt. Wie beweert, dat er in de wereld niets is veranderd na den grooten oorlog, verzuimt naar den afloop van zulke crises te kijken. In vroegere periodes zou den gebeurtenissen, als zich in de laatste jaren, in het bijzonder in de achter ons lig gende weken hebben voorgedaan, en ten deele nog voordoen, onmogelijk zijn ge weest zonder direct tot een gewapend con flict te leiden. Ten deele zijn het de moderne middelen van verkeer, ten deele echter ook de volstrekt persoonlijke verstandhouding, waarin de vooraanstaande staatslieden ver- keeren, die tot op het laatste oogenblik on verwachte oplossingen mogelijk maken. Men onderschatte echter niet de inspanning, die èn van deze staatslieden èn van de ministe ries in de groote landen, die zij leiden, wordt gevergd. Wie het leven aan een dergelijk ministerie van een eeuw geleden met dat van thans vergelijkt, vindt het spiegelbeeld nauwelijks terug. De plaatsen, waar deze ministeries gevestigd zijn, zijn begrippen geworden in de couranten van geheel de wereld. Begrippen met eigen tradities. War.t de gemiddelde kenner van buiteniandsche politiek weet, dat Downingstreet anders reageert dan de Quai d'Orsay; dat de Wil- helmstrasse andere gewoonten heeft dan het Palazzo Chigi in Rome; dat ministeries als te Warschau, te Praag, te Boekarest, te Bel grado, zich nog ten deele vormen; dat op hel Witte Huis te Washington de president der Vereenigde Staten in laatste instantie leiding geeft aan de buiteniandsche positie van zijn land. De vroegere toestand. Van een werkelijk ministerie van buiten iandsche zaken in Engeland kan men niet veel langer dan een groote eeuw spreken. Weliswaar was reeds ten tijde van Koningin Elisabeth de afdoening der buiteniandsche aangelegenheden gescheiden van andere be langen, maar de beide staatssecretarissen, die den koning terzijde stonden, de een voor het Noorden van Europa, dat Duitschland en Nederland omvatte; de ander voor het Zuiden, dat Frankrijk, de Middellandsche Zee en het Oosten betrof, waren min of meer persoonlijke koninklijke dienaren. Wanneer een der staatssecretarissen een fi guur was van de beteekenis van den ouden Pitt, beheerschte hij vanzelf zijn collega. Maar eerst in 1782 kon Fox aan de ver tegenwoordigers der vreemde mogendheden mededeeling doen, dat de koning een nieuwe 'regeling der buiteniandsche aangelegen heden had gelast; dat zoodoende koloniale zaken aan zijn collega Lord Shelburne wa ren opgedragen, en dat hij alleen aan sprakelijk was voor de buiteniandsche poli tiek. Zoo werd de grondslag gelegd voor dit machtige ministerie, dat, naarmate het En- gelsche rijk zich uitbreidde, belangen kreeg over geheel de wereld. Het werd eerst ge vestigd in Whitehall, later naar Downing street overgebracht. Deze straat, een rustige zijstraat van het zooveel levendiger White hall, dankt zijn naam aan den Engelschen 17de eeuwschen diplomaat Downing, hier te lande niet onbekend, omdat hij eerst Crom- well, en later koning Karei II vertegenwoor digde; hij stond in zoo'n slechte reuk van be trouwbaarheid, dat het Haagsche gepeupel zich niet ontzag hem uit te jouwen. In En geland teruggekeerd, viel hij ten deele in ongenade, doch leefde, dank zij het door hem vergaarde fortuin, rustig in het mooie huis, dat hij zich in Whitehall had laten bouwen. Daar staan nu de woningen van de voornaamste leden van het Engelsche Ka binet. Daar is op no. 10 de premier geves tigd, en zijn buurman is de staatssecretaris voor buiteniandsche zaken. Het is een ty pisch Engelsche gewoonte, dat de ministers samenkomen niet in het departement, maar in de ambtswoning, in den regel van den premier. Daar is in 1914 tot deelneming aan den oorlog besloten; daar vergaderden Chamberlain en de zijnen, en daar werd de gebruikelijke rust door honderden en dui zenden belangstellenden verstoord. Eerebaantjes. Het Foreign Office ontwikkelde zich, on danks de uitbreiding van Engeland's belan gen, slechts langzaam in den loop der 19de eeuw. Verbonden zijn aan dit departement, beteekende voor de jongelieden van meestal adellijken huize, dat zij den ganschen dag naar het atelier van dè modiste aan den overkant konden kijken of zich verdiepen in de nieuwste romans. Slechts diegenen onder hen, belast met den koeriersdienst, of die als nachtelijke clark moest fungeeren, waren gebonden. Maar het is den fameuzen Beaconsfield overkomen dat hij, in den laten avond een stuk noodig hebbende, vergeefs naar den nachtelijken official zocht. Hij richtte een scherp vertoog aan den staats secretaris voor buiteniandsche zaken, dien Jiij erop wees, dat onder Palmerston het Foreign Office heel wat beter werd beheerd. Inderdaad, Palmerston verstond als Bis- marck de kunst om werkers te kweeken. Hü snauwde zijn ondergeschikten niet min der af dan deze, hij liet ze overwerken zon der zelfs een blijk van goedkeuring, maar hij schiep een organisatie, die er zijn mocht. Hij heeft den grondslag gelegd voor het Foreign Office, gelijk men het nu kent, een groot, modern ingericht gebouw, waar ook in dagen, dat naarbuiten geen spanning merkbaar is, leven en beweging heerscht. Tienduizenden stukken komen er jaarlijks in en gaan er weg. Nog niet zoo lang geleden moesten deze met de hand worden geschre ven; Palmerston eischte van alle ambtena ren een mooie hand en wilde niet meer dan 10 regels op een pagina. Maar Crewe, die voor den oorlog zulk een belangrijke rol aan het Foreign Office speelde, heeft in 1905 een reorganisatie bewerkstelligd, dia vervolledigd werd in het begin van 1914, toen buiteniandsche zaken en de diploma tieke dienst ineensmolten. Vanaf dat oogen blik geen ambtenaren meer, die hun geheele leven in Whitehall slijten; vermenging van departement's en diplomatieken dienst, dia praktijk en theorie samenbindt. SLECHTS Sct.PERPAK Groote veranderingen. Het spreekt vanzelf, dat de inrichting van dit departement in den loop der tyden groote veranderingen heeft ondergaan. De staatssecretaris is van parlementairen huize, in den regel is hü lid van het Lagerhuis, maar ook al behoort hij tot de lords, dan moet hü, om deze zoo belangryke positie te verwerven, eenigszins op den voorgrond zijn getreden. Onder zich heeft hij twee adjunc ten; de een is politicus gelyk hü, komt en gaat in den regel met hem; de andere, die men als een technicus kan beschouwen, is ambtenaar en blijft in functie, welke veran deringen zich in de politieke kleur van het kabinet ook voordoen. Dat hieruit voort spruit, dat zulk een ambtehjk onderstaats secretaris, vooral indien hü een persoonlük- heid van beteekenis is, een belangrüke rol kan spelen, grooten invloed kan hebben op de üjn der Britsche politiek en op de af doening der dagelüksche aangelegenheden, behoeft geen betoog. Dit is te duidehjker, omdat terwille van de continuïteit, zoodanige adjuncten langen tüd bhjven. Hammond werkte van 1854 tot 1873, en al hebben de reeds genoemde Crewe, zün opvolger Ni- cholson en laatstelük sir Robert Vansittard Neale niet zoo langen tüd achter den rug, ook zü hebben hun stempel op het wezen van het departement gedrukt. De politieke afdeeling is de grootste. De werkzaamheden worden in afdeelin- gen verdeeld, en de belangrükste is uiter aard de politieke. Gezien de vele en velerlei belangen, die Engeland over de geheele we reld heeft, is deze in 7 deelen gesplitst, die achtereenvolgens Amerika, 't uiterste Oosten, het Oosten, Egypte en verder Afrika, het Noorden van Europa, het Zuiden van Euro pa, Centraal Europa en West-Europa inclu sief den Volkenbond betreffen. Terzüde van den ambtelüken onderstaatssecretaris zün het de hoofden van deze secties, op wie de staatssecretaris, eventueel rechtstreeks de premier steunen, gelük blijkt uit de bege leiders van Chamberlain op zün tocht naar Berchtesgaden. Er zün voorts büzondere afdeelingen, natuurlük een voor het perso neel, waaronder ook de code en de koeriers dienst vallen; voor de tractaten; voor de bibliotheek; voor juridische aangelegen heden en voor consulaire zaken, terwijl van den laatsten tüd dagteekenen die, welke persafdeeling en inlichtingendienst voor de Dominions zün. De splitsing van belangrijke aangelegenheden naar politieken of economi- schen oorsprong is komen te vervallen op hetzelfde oogenblik, dat een niet onbelang- rük gedeelte van deze zaken aan het nieuw gevormde handelsministerie werd overge dragen. Al is bureaucratische omslag ook hier niet geheel vreemd, toch teekent het de Engelsche opvattingen, dat deze tot een mi nimum zün beperkt. De persoonlijkheid van den staats secretaris. .De persoonlijkheid van den staatssecre taris speelt bü het beheer van het departe ment een groote rol. NaaTbinnen en naar buiten. Naarbinnen of hü al dan niet zich laat beheerschen door zün ambtenaren, de beide onderstaatssecretarissen in de eerste plaats. Naarbinnen ook of hü tegenover den premier, die in het Engelsche kabinet voor alle ministers een chef is, volkomen vrüheid van handelen behoudt dan wel met, ja zelfs ten deele onder dezen werkt. Naarbuiten hoe zün verhouding is met het parlement en ook met den souverein. Er zün in den loop der 19de eeuw figuren van groote beteeke nis aan het hoofd van het Foreign Office geweest. Men heeft maar te denken aan Canning, Palmerston, Beaconsfield, Glad- stone, Salisbury en anderen. Velen van hen hebben, zij het ook over verschillende par lementaire perioden verdeeld, een ambts- duur gehad, die in andere landen zelden voorkomt; Grey, minister van buiteniandsche zaken bü het uitbreken van den grooten oorlog, heeft meer dan 10 jaren deze porte feuille beheerd. Koningin Victoria kon het slecht vinden met Palmerston, en het is aan haar persoonlijken invloed, gesteund door haar gemaal, te danken, dat een telegram aan Amerika, hetwelk een ultimatum ge leek, niet werd verzonden. Van historische beteekenis is het memorandum, dat de konin gin aan Palmerston in 1848 toezond, ten einde hem te herinneren aan haar wensch en haar recht om geen verandering gebracht te zien in de beslissingen, door haar geno men, zonder haar toestemming en op de hoogte te worden gehouden van wat Pal- D Door DONN BYRNE. Uit het Engelscb door J. van P 45) „Is er iets, dat ik voor je doen kan, Si- mon Fraser?" „Er is een kleinigheid, Shane Campbell, alleen maar een kleinigheid". „Wat is dat dan, Simon?" „Misschien zul je denken, dat ik gek ben". „Natuurlijk niet, Simon". „Nu dan, als je thuis bent en om je heen ziet naar de brem en de paarse hei en de kleine grauwe stadjes, dan wil je misschien wel zeggen; Valleien van Antrim, ik ken een man van Antrim, die je nooit meer zal zien, maar hü zal je nooit vergeten. Wil je dat doen?" „Dat zal ik doen". „Misschien zul je dan naar Ballycastle kyken, de stad waar ik geboren ben". „Ja, Simon". „Je behoeft het niet luid te zeggen, je kunt stilstaan en het zacht in jezelf zeg gen, zoodat niemand je hoort, behalve de grauwe steenen van de stad. Onthoud al leen maar: Ballycastle, Simon Fraser denkt aan je..." VII. Een koude zuidenwind blies noordwaarts van de pool en zweepte de modderige gol ven van de rivier op. Rondom de drijvende camelots, biezeneilanden, warrelden kleine draaikolken; de populieren en wilgen aan de oevers verwijderden zich, terwül de stad Maid of the Isles onder vol zeil oostwaarts stevende. Terwijl hü over het dek heen en weer liep, zakte Buenos Aires, zakte, zakte achter den spiegel, zakte, werd een waas De Maid of the Isles zeilde huis waarts, zooals zy honderdmaal daarvoor thuisgevaren was van verschillende havens, zooals, ze een dozün malen uit deze haven thuisgevaren was. Maar nooit was het Shane zoo beteekenisvol voorgekomen. Achterwaarts, achterwaarts verdoezelde de stad. Als de wind aanhield, en Shane meen de, dat hij zou aanhouden, zouden zü mor gen de la Plata verlaten hebben en in volle zee zijn. Achterwaarts en omlaag viel de stadzy kon niet snel genoeg verdwünen, zü was als een gevangenis, waaruit hü ontsnapte, vluchtte Een groot verlangen kwam over hem, om haar uit het oog te hebben, afdoende, voor altüd. Eenmaal verdwenen, zou hy zeker weten, dat hü vrij was, vrij van de Vallei van het Zwarte Varken. Hij was verwonderd vrij te zyn, even ver wonderd als een byna overwonnen worste laar is, wanneer de schaar van zy'n tegen stander onverwacht verzwakt en hü ver suft begrijpt, dat hü weer kan opstaan en opnieuw beginnen. Een mist was plotseling opgetrokken, als op zee en hy had gedacht, dat de mist van de Vallei van het Zwarte Varken nooit zou optrekken, zou blijven, nat en koud en hol, alle dingen bedekkend als met een ly'kwade, alle bindend zooals kettingen binden en dat hü moest blüven bü de weenende bevolking, totdat het Zwün zonder Borstels zou komenvoor eeuwig en altüd. Maar de naaste en beste was fier gestor ven en toch was de mist opgetrokken. En toen was hü versuft en zwak, maar vry. Waar ging hü heen? Wat ging hü doen? Hü wist het niet, maar de hoop, het leven zelf, was weergekomen als een maan, waarop men lang gewacht heeft. Buenos Aires vervloeide., vervloeide ook de Vallei van het Zwarte Varken Buenos Aires, het symboolBuenos Aires met zün kille pleinen, zün hutten, zün geschil derde boomen timbo en tipa en palo barracho. Hij stond achter den roerganger en plot seling hief hy' het hoofd op. Mo mhallacht go deo leat, a bhaile nan gcrann! S mo shlan do gach baile raibh mi riamh ann. „Mün vloeg voor eeuwig op u, o stad van de boomen" een oud lied schoot hem te binnen „en mün vaarwel aan elke stad, waar ik ooit toefde Een groot heimweer naar Ulster, naar de brem en de heide, deed hem stokken: „S imadh bealcha fliuch salach agas boithrin cam „Er is menige natte, modderige weg en slingerend pad, eader mise, tusschen mü, eader mise, eader misehy was de rest vergeten. „Tusschen mü en de stad waarnaar mü'n verlangen is", zeide de roerganger uit Ten zuiden van Atjeh liggen de Batak- landen. Daar wonen verschillende stam men, die geregeld met elkaar over hoop lagen, tot het Nederlandsch Bestuur er een eind aan heeft gemaakt. Die stammen heb ben daar niet altijd gewoond. Vermoedelük zün ze uit Achter-Indië gekomen. Zekerheid bestaat hierover niet en evenmin weet men wanneer het is geschied. Ook omtrent den naam verkeert men in het onzekere. Wel licht beteekent de naam Batak eenvoudig: mer.sch. De eerste aanraking met ze dateert van pl.m. 1800. Maar het heeft nog langen tüd geduurd eer men iets van ze af wist. Dit komt, omdat ze zich hardnekkig tegen het binnendringen van vreemdelingen verzetten. Ze vormen een merkwaardig volk, dat op den weg der beschaving al een heel eind was gevorderd. Zü beoefenen, zy het dan ook niet als hoofdbedrüf, verschillende am bachten en kunsten, waarin ze gaven op het gebied van techniek en kunstgevoel ten toon spreiden, die niet gering zün. Hun geweven doeken verraden zoowel een vrü ver gevorderde techniek, als een goeden kunstaanleg. Maar deze kunst is erg in de knel geraakt door de aanraking met het westen. Zoo worden b.v. büna geen ka toenen garens uit eigen verbouwd katoen meer gemaakt. Het weven zelf handhaaft zich nog op enkele plaatsen vrü goed tegen den invoer van gedrukte en gebloemde stof- fen. Hier en daar toont het zelfs eenigen vooruitgang, die te danken is aan belangstel» ling van Europeesche zyde. Voor de Bataks is de zending van buiten gewoon groote waarde! Onder veel meer heeft ze een weefschooltje opgericht, waar de Bataksche meisjes onder leiding van Zendelingenzusters onderricht ontvangen, om de kunst weer op peil te brengen. Als merkwaardigheid vermeld ik, dat de Batak zyn eigen kruit weet te maken! Hy bereidt het uit houtskool, zwavel en eigen- gewonnen salpeter (uit vergane dierlyke en menschelüke met aarde vermengde faeca- liën). De Bataks vertoonen een merkwaardigen economischen aanleg. Ze grüpen alles aan, waarmee ze een goed stuk geld kunnen ver dienen. Onder leiding èn van het „Bataksch Instituut" èn een door dit instituut aange steld Europeesch landbouwkundige, hebben ze de op rationeele wijze uitgeoefende cul tuur van aardappelen geleerd. En nu eet niet alleen elk Deliaan Bataksche aardappe len, maar ook de bewoners van een groot deel van Malakka! Op die manier komen jaarlyks honderdduizenden guldens in het land! H. F. TILLEMA. merston met de buiteniandsche gezanten be sprak. Beaconsfield kon het best met de koningin werken, beter alweer dan Glad- stone, voor wien zü achting, maar slechts geringe sympathie had. Salisbury behoort tot de ministers, die persoonlijk den groot sten arbeid verzetten; hü kwam zelden of nooit vóór het diner op zün landhuis buiten Londen en bracht dan dikwerf werk mede. Hü ontving met groot geduld alle gezanten, die hem wenschten te spreken, ook diege nen, die hem niets belangrüks te vertellen hadden. Het verhaal is bekend dat Salis bury, om zich te vrüwaren tegen slaperig heid in zulke gevallen, een pennemesje in de lade van zün schrüftafel had liggen, waarmede hü zich zoo nu en dan een prik toediende om wakker te blüven. Men denke, zelfs in tüden, die voor de buitenwereld niet spannend zün, niet licht over de taak van den Engelschen staatssecre taris van buiteniandsche zaken. Steeds meer, de tegenwoordige tüd toont het, grüpt Engeland's aandeel in de buiteniand sche politiek om zich heen; een staatssecre taris moet op de hoogte zün van de ver houdingen in bükans alle staten van be lang in de wereld. Hü moet zün collega's regelmatig inlichten en een vruchtbare samenwerking tusschen hem en den premier is, gezien de Engelsche tradities, voor alles noodig; het geval-Eden levert het bewy's ervan. Hü moet regelmatig in corresponden tie staan met de Engelsche gezanten in het buitenland; dit geschiedt, gelijk ook door de onderstaatssecretarissen, in ten deele per soonlijke briefwisseling; Grey is de eerste geweest, die bü zün aftreden deze persoon lijke stukken in de archieven van buiten iandsche zaken deponeerde. Bezoeken, die door gezanten te Londen worden aange- Oran. „Eader mise agas an baile bhfuil mo dhuil ann!" „Let op je verd. stuurrad", vermaan de Shane. „Dit is een schip, geen rederü- kerskamer! Kük eens hoe je haar laat op loeven, jou mispunt uit de Hooglanden. Laat haar afvallen... en geef haar op d'r donder!" „Ai ai, kapitein, op d'r donder", grinnik te de roerganger. HOOFDSTUK VI. I. Het ergste was, dacht Campbell glim lachend, dat het leven nu zoo ontzaglük gezond was, ontzaglük vredig, ontzaglük verstandig. Hier was hü in het huis van zyn vaderen, gebouwd om den hoek van een toren uit den tüd van koning Jan Hier ^aS,hÜ^,de paarse heuvels. de paarse Moyle. Vyfmaal was het voorjaar gekomen sedert hy de zee had opgegeven, vyfmaa! had hy de kleine bergstroomen zien zwel len van den toevloed van het jaargetüde. als adelaars van den top snellend, water aanvoerend voor het werk der natuur. Vijf maal waren de primula's en de koekoek ge komen. Het zachte delicate blauw van het jonge gras veranderde in groen, het hit te- waas van den zomer lag over de zwügende valleien en de Moyle zat vol visch. Daarna de herfst, een ernstige vrouw met vollen boezem, gaande door de bruinende wouden de turfstekers met hun spaden, de pila ren blauwe rook van de landhuisjes in den stillen September-hemel en de drie groote S2E-B ZllV6rJ als een sixpence. Vyfmaal het verwyderde trompetten van vraagd of door hem noodig worden geacht, worden in een korte aanteekening neerge legd, en deze aanteekening bereikt, zoo mo- gelük nog denzelfden dag, den Engelschen gezant in het betreffende land. Ter beschikking van het parlement. Hü staat ter beschikking van het parlement; hü moet inlichtingen geven op de vragen, die eens per week gesteld wor den; hü moet van tüd tot tyd in redevoerin gen het standpunt der Engelsche regeering neerleggen; hy moet, gelyk vooral in de laatste jaren het gebruik wil, voeling hou den met de officieele en officieuse oppositie. Zün redevoeringen zün vooral bedoeld om het Engelsche publiek tot het begrypen der internationale politiek op te voeden, maar ook om het regelmatig in te lichten. Het is de Engelsche regeering geweest, die een aanvang heeft gemaakt, reeds tientallen jaren geleden, met het in het openbaar uit geven van diplomatieke stukken. Zy werden aanvankelük in een blauwen omslag gebon den en heetten daarnaar blauwboeken; zy dragen dien naam nog altyd, schoon tegen woordig de omslag in den regel wit is! Dat in dagen van spanning, gelyk wij thans medemaken, de taak van den Engel schen staatssecretaris van buiteniandsche zaken, al wordt hy door zyn premier ge steund of zelfs overschaduwd, zwaar is, be hoeft geen betoog. En dat zelfs de sterkste persoon de verantwoordelükheid moet ge voelen, die op hem rust, spreekt wel van zelf! ONS DRUKWERK ziet er ALTIJD goed uit! DRUKKERIJ COSTER. ALKMAARSCHE COURANT. TEL. 3320 de wilde zwanen en dan kwam de winter met groote aanstuivende winden en gieren de gordijnen zilte regen. En de Moyle woel de als een reus, verstoord in zün slaap. En op de berghellingen stond de lijsterbes als een trotsche vijand rechtop en de esch boog nederig en de dwergeik kromp ineen onder het geweld. De wind floot door het bevro ren riet en met de sneeuw kwam het wild zonder vrees naar buiten: de roode vos en de das met zyn verborgen leven en de ren nende haas. Buiten mocht de wind als kanonvuur bulderen en de zee in groote overweldigen de golven oprijzen, binnen in het oude huis met zün hoek uit den tüd van koning Jan zoo lang geleden was gezelligheid. Hier was de boekerij, waar Robin More 0 gave zijn ziel rust had gepeinsd over de ronde torens van Ierland en zün monografie geschreven had over de Phoe- nicisc ie kolonie in 't graafschap Down en zie i moeite gegeven had over vreemde, eigenaardige oude dingen, het Keltische kruis vergeleken had met het sistrum van gypte en zich had afgevraagd, of de ronde torens van Ierland iets te maken hadden met zonsververeering en waar hy aan Bul- wer Lytton geschreven had over het Gae- isc e occultisme en waar hü in de scheme- Go^tl^öm^merd ^ad over zün jeugdvriend (Wordt vervolgd)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 10