Herdenkingsvergadering Bart de Ligt Agenda üBucqectilke Stand Onze kaasexport naar België bedreigd. „Onwrikbaar geloof in de wedergeboorte der wereld." Gé Nabrink en ds. Mispelblom Beyer spreken over Bart de Ligt. EERSTE BLAD Alkmaar, Maandag. AFSCHEID VAN DEN HEER J. HOOGERVORST. Zaterdagmorgen werd op het kantoor in de remise van de Spoorwegen van het depót Alkmaar door het personeel afscheid igenomen van den heer J. Hoogervorst, bureelambtenaar, die met ingang van 26 September wegens overplaatsing naar Utrecht vertrekt. De heer H. G. Vos heeft namens het depót Alkmaar den scheidenden ambte naar toegesproken. Hij heeft laten uit komen, dat de vertrekkende na een diensttijd van 19 jaar in Alkmaar vele vrienden had verworven door zijn vrien delijk optreden. Steeds was hij bereid te helpen en men is daarvoor grooten dank schuldig. De heer Vos wilde dit tevens mededeelen aan de vrouw en de moeder van den heer Hoogervorst die bij dit af scheid aanwezig waren. Hy dankte har telijk voor alles wat den heer Hoogervorst gedaan had en bood1 vervolgens een pols horloge aan waarnaar de vertrekkende ambtenaar in zijn nieuwe standplaats zijn tijd en levensloop zal kunnen regelen. Spr. besloot met het uitspreken van de hoop dat het den heer Hoogervorst goed mag blijven gaan en hij een nog hoogeren rang bij de spoorwegen zal mogen be- kleeden. De heer Vos was er van overtuigd, dat de heer Hoogervorst ook in Utrecht vele vrienden zal verwerven. Ten slotte bood spreker nog een zilveren lepel, gesierd met de kaasdragertjes, aan. Zeer onder den indruk sprak de heer Hoogervorst eenige dankwoorden, belo vende het personeel uit Alkmaar niet te zullen vergeten waarna hij van ieder persoonlijk afscheid nam. MEISJE VERDRONKEN. Zondagmiddag om een uur is het 1'A- jarig dochtertje van den heer C. Meijer te Warmenhuizen in een sloot achter de ouderlijke woning verdronken. WIE MIST ER EEN GROENE PAPEGAAI? In een tuin in de Hekelstraat zit sedert eenige dagen een groene papegaai in een pereboom. Het beest laat zich niet vangen, het ver dwijnt zoo nu en dan en komt dan weer bij de peren terug. Volgens omwonenden maakt de vogel een afschuwelijk geluid en is door zyn gekrijsch lastig voor de buurtbewoners. Aangezien het dier niet spreekt en ook niet den naam van zijn eigenaar uit schreeuwt, weet men niet waar deze vogel vandaan komt en wie hem is kwy't geraakt. Wie een groenen papegaai mist, weet nu althans waar het dier is gebleven en waar men het misschien weer zal kunnen op vangen. DE 8 OCTOBER-FEESTEN. Naar men ons mededeelt, is de jeugd van den Koningsweg alreeds druk in de ^weei om de versiering klaar te maken voor 8 Ocl. Dit jaar zal men voor de eerste maal de straat electrisch verlichten en dit brengt heel wat kosten met zich mede. Het busje van de Nutsspaarbank, waar de jeugd de Konings wegbewoners het afgeloopen jaar steeds mee heeft bezocht, moet nog Wel wat gespek worden, maar men vertrouwt, dat dit de laatste weken nog wel in orde komt. ROODE KRUIS-OEFENING. Zaterdagmiddag heeft de transportcolonne van de afd. Alkmaar van het Ned. Roode Kruis in samenwerking met de helpsters dier afdeeling, eën oefening gehouden in hulp verleening en vervoer van gewonden in de duihen by Bergen aan Zee. Aan deze oefening nam ook een ploeg Roode Kruismannen uit Bergen deel, terwijl een groep padvinders en padvindsters uit Alkmaar bij deze oefening waren ingescha keld. Onder degenen die belangstelling toonden voor deze oefening was ook een groep ver pleegsters van het Centraal Ziekenhuis uit Alkmaar, evenals het bestuur van de afd. Bergen. Zeer teleurstellend voor de menschen uit Alkmaar was het feit dat geen der be stuursleden van de afd. Alkmaar van hun belangstelling in het werk der transport colonne heeft doen blijken. Deze leerzame oefening stond onder lei ding van de heeren dr. Steensma en Stout- jesdijk en had een vlot verloop. BRAND IN HET HARGERGAT. Terwijl de heer A. S. Zaterdagmiddag te Camperduin aan het garnalenvisschen was, ontstond er door onbekende oorzaak brand in zijn woning bij het Hargergat. In een minimum van tijd stond het geheel van hout opgetrokken gebouwtje in lichte laaie. De brandweer stond voor een verloren zaak. Gered werd er zoo goed als niets; alleen werd er later uit de asch een ijzeren kistje met waardevolle papieren opgediept. Of schoon huis en inboedel verzekerd waren, dekt de verzekering lang niet de schade, en bovendien mist Schoorl weer één van zyn mooie plekjes, tenzij het mogelijk is, alles in den ouden trant te herbouwen. Van dit huisje, dat door kunstenaars tal- looze malen op het doek is gebracht, kan nog als bijzonderheid worden vermeld, dat het 40 jaar geleden met financeele hulp van de ingezetenen en van de koningin-moeder is opgetrokken. Toen toch eischte de hut van zoden en riet, waarin de familie S. ver bleef, dringend vernieuwing. Om de noodi- ge middelen daarvoor te krijgen, werd er gecollecteerd bij de ingezetenen en wendde moeder Tr. de J. zich niet tevergeefs met 'n bede om hulp tot H. M. de koningin-moeder. Het nationaal comité van den internatio nalen zuivelbond schrijft ons het volgende: De vorige week is in België een Kon. besluit verschenen, waarbij de invoer van harde en half-harde kaas aan de overleg ging van een invoervergunning wordt onderworpen. Dit bericht heeft in de Ne- derlandsche veehouders- en zuivelkringen groote ongerustheid en ontstemming ver wekt, daar men hierin een nieuwe belem mering van den handel op België ziet en vreest, dat dit het begin van een zelfde contingenteeringsmaatregel is als die, waar van de Nederlandsche zuivelexport reeds op verschillend gebied de zeer nadeelige gevolgen ondervindt. In hoe sterke mate de Nederlandsche zui- velbelangen betrokken zijn bij den kaas export naar België, moge blijken uit het feit, dat in 1937 bijna 20 mill. K.G. kaas naar dit land werd uitgevoerd, hetgeen ge lijk staat met 34 pCt. van onzen geheelen kaasexport. Ook in het Nederl.-Belgische handelsverkeer vormt de kaas een zeer be langrijken post, daar van de 68 mill. gld., waarvoor in de eerste 8 maanden van 1938 naar België geëxporteerd werd, alleen voor 5.8 millioen of 8 pCt. aan kaas werd uitgevoerd. Van een sterke toename van den export van dit artikel naar België kan intusschen niet worden gesproken. Sinds 1930 nam deze, na een daling in de jaren 19311933 tot rond 17 mill. K.G., slechts van 19 tot 20 mill. K.G. toe. De van Belgische zijde genomen maatregel schijnt echter verband te houden met het bezwaar, dat men heeft tegen de wijze, waarop deze export zich den laatsten tijd heeft ontwikkeld, doordat men tengevolge van het betere autoverkeer wel kaas met vrachtauto's naar België ver voert en daar aan kleine handelaren en winkeliers verkoopt tegen zoodanige prij zen, dat de grootere importeurs zich daar door in hun winstmarge beknot zien. Ove rigens schijnt men van die zijde bezwaar te hebben tegen een bij de uitvoering der Duitsche contingenteering getroffen maat regel, waarbij aan kaasexporteurs nieuw exportrecht wordt verleend op grond van in een bepaalde periode verrichten export naar andere landen Men meent nu in België, dat op deze wijze de export naar België geforceerd wordt om zoodoende ex portrecht naar Duitschland machtig te wor den. Hoewel wij ernstig betwijfelen, of dit in eenigszins belangrijke mate het geval is - de exportcijfers wijzen dit althans geens zins uit zou er van Nederlandsche zijde zonder veel bezwaar aan deze grief der Belgen kunnen worden tegemoet gekomen en dit is vanaf het begin van dit jaar trou wens reeds in zekeren zin gedaan door de exporteurs te waarschuwen, dat zij er niet op moesten rekenen, dat ook de export van 1938 tot het verkrijgen van nieuw export- recht zou bijdragen. Ook aan het bezwaar van het z.g. „leu ren" met kaas zou van Nederlandsche zijde in belangrijke mate kunnen worden tege moetgekomen, door aan deze zyde van de grens op grond van de landbouwcrisiswet maatregelen te treffen, die dit in sterke mate belemmeren. Indien het dus van Belgische zijde alléén de bedoeling is om de beide genoemde euvelen te keeren, dan gelooven wy, dat men dat veel beter en meer afdoende van Nederlandsche zijde kan doen dan op de wijze, welke men thans in België wil toe passen. Zijn wij wel ingelicht, dan zou het in de bedoeling liggen om na dezen administra tieven maatregel, waaruit een registreering van den kaasimport volgt, alléén die han delaren tot den import toe te laten, die per jaar in de laatste drie jaren ten minste 20.000 K.G. kaas hebben geïmporteerd. Doet men dit, dan brengt men een groot deel van den van oudsher tusschen Nederland en België bestaanden bona-fide kaashandel om hals en komt de macht in handen van een klein aantal groote importeurs. Wij kunnen niet inzien, dat hiermede een alge meen Belgisch belang gediend wordt, voor al waar juist onder de kleine importeurs velen zijn, die steeds de beste soorten kaas uit. Nederland importeeren. Hoewel de door België genomen maatre gel natuurlijk voor alle ingevoerde harde en half-harde kaas geldt, mag niet worden voorbijgezien, dat deze juist in sterke mate het Nederlandsche belang treft, omdat van de 22.2 mill. KG. door België in 1937 inge voerde kaas van deze soort, 19.2 mill. K.G. of 87 pCt. uit Nederland kwam. Gezien het groote belang, dat een onge hinderde kaasexport naar België voor onze geheele Nederlandsche veehouderij en zui velbereiding beteekent, en het feit, dat de van Belgische zijde vernomen grieven, die de aanleiding tot den genomen maatregel zouden zijn, door onderling overleg uit den weg zijn te ruimen, wordt van de zijde der Nederlandsche belanghebbenden sterk op dit overleg aangedrongen. Zou dit overleg niet tot het gewenschte resultaat leiden en zou onverhoopt de be- 1 doeling van Belgische zijde voorzitten om met deze z.g. saneering van den kaas- importhandel tevens een contingenteering en/of belasting van den kaasimport in te voeren, dan schrome men van Nederland sche zijde niet, krasse maatregelen daar tegenover te stellen. Hierop wordt uit zui velkringen thans reeds bij de Nederland sche regeering aangedrongen, daar deze b.v. aan de hand der crisisinvoerwet over de middelen beschikt om maatregelen als deze met wederkeerigheid te beantwoorden. Wij hopen echter, dat het niet zoover zal behoeven te komen, daar dit noch in het Nederlandsche, noch in het Belgische belang zou zijn. Zoo werd in het kroningsjaar het huisje op getrokken, om in het jubileumjaar weer e verdwijnen, naar te hopen is slechts tyde- Ujk. POSTDUIF VERSCHEURD. Op het erf van den heer Boldewijn in de Schermeer is een door kraaien verscheurde postduif gevonden. Deze duif, een jonge van dit jaar, was tweemaal geringd met de num mers 4340 en 7585 en bovendien voorzien van een gummi-wedstrydring. De eigenaar kan de ringetjes aan ons bureau bekomen. VEREENIGING VOOR LUCHTBESCHERMING Op initiatief van den burgemeester heeft zich te Alkmaar een comité gevormd om te geraken tot oprichting van een plaat selijke afdeeling van de Nederlandsche Vereeniging voor Luchtbescherming In dit comité, waarvan het dagelijksch bestuur wordt gevormd door de heeren mr. C. A. de Groot, voorzitter; mr. R. Veen- dorp, secretaris en M. F. Spruyt, penning meester, hebben overigens zitting genomen de dames Moolhuyzen, Peet en Voorthuy- sen en de heeren S. W. Arntz, P. Dekker, jhr. C. H. C. Flugi van Aspermont, G. H. Hoytink, dr. B. J. Leeuwenberg, H. C. Lind, mr. H. Th. A. van der Loos, dr. J. Lourens, dr. C. C. P. Pacilly, mr. P. van Sonsbeek en ir. D. A. Wittop Koning. DE WINTERDIENSTREGELING DER NEDERLANDSCHE SPOORWEGEN. Vanmorgen heeft de hoofdinspec teur en chef van de dienstregeling der Nederlandsche Spoorwegen, de heer G. F. H. Giesberger, in een pers conferentie eenige mededeelingen ge daan over de nieuwe dienstregeling der Nederlandsche Spoorwegen voor den aanstaanden winter. In deze persconferentie heeft de heer 'Giesberger medegedeeld, dat de dienstregeling, zooals deze op 15 Mei j.1. is ingevoerd, en waarbij zeer be langrijke wijzigingen werden aange bracht, uitstekend heeft voldaan. Dit is oorzaak, dat voor de dienstregeling in den aanstaanden winter geen prin- cipieele wijzigingen behoeven te wor den ingevoerd. De nieuwe dienstregeling. De gewijzigde dienstregeling van 15 Mei brengt voor zoover de bin- nenlandsche treinen betreft een aantal aanvullingen en wijzigingen, waarmede zooveel mogelijk aan de tot uiting ge brachte wenschen en bezwaren wordt teinv?rbmid°met'den terugkeer tot den normalen Amsterdamschen tyd moesten de internationale treinen, welke van, naar en over Duitschland loopen, alsmede en kele treinen over België naar en van Zwitserland worden gewijzigd en dlont®"" gevolge eenige daarmede samenhangende binnenlandsche treinen. Van wijzigingen in deze omgeving ver melden wij de volgende: Voortaan zullen o. a. stoppen: te Castricum: trein 2411 Amsterdam C S v 8 04, Castricum a. 8.33; trein 241/, Amsterdam C. S. v. 9.04. Castricum a. 9.33; trein 2439 Amsterdam C. S. v. 13.04, Cas tricum a. 13.32. Te Heiloo: trein 2411» Amsterdam C. v. 8.04, Heiloo a. 8.39; trein 2417, Amster dam C. S. v. 9.04, Heiloo a. 9.39; trein 2439, Amsterdam C. S. v. 13.04, Heiloo a. 13.38; trein 2465, Amsterdam C. S. v. 17.04, Heiloo a. 17.39. Te Velsen hoogovens de treinen 2211, 2239 en 2283, van Haarlem vertrekkende resp. 8.04, 13.04 en 21.04 en de treinen 2236 en 2282 van Uitgeest vertrekkende resp. 12.06 en 20.06. Te Koog Bloemwijk: trein 2497 Amster dam C. S. v. 23.40. Op Zon- en Feestdagen worden inge legd trein 2530 den Helder (v. 9.53)Alk maar (a. 10.38; in aansluiting aan trein 2430 naar Amsterdam (a. 11.25) en trein 2591 Alkmaar (v. 23.23—den Helder (a. 0.05), in aansluiting aan trein 2491 van Amsterdam C. S. (v. 22.37). Gestaakte verbindingen. Op de baanvakken WinsumZoutkamp en EmmenGasselternijveen wordt het reizigersvervoer gestaakt. In de buitenlandsche verbindingen komen de gewone wijzigingen als gevolg van den terugkeer tot den normalen Am sterdamschen tijd. De treinen naar Duitschland vertrekken 1 uur vroeger en die van Duitschland komen 1 uur vroeger aan, behoudens geringe afwijkingen. Nieuw worden ingelegd twee paar snel treinen EindhovenBrussel en terug over Valkenswaard. De ingaande 15 Mei 1938 ingelegde dieseltreinen MaastrichtParijs en terug komen te vervallen en worden vervangen door stoomsneltreinen. In het boekje „Voornaamste buitenland sche verbindingen", is op den binnenom- slag een kaart opgenomen, met vermel ding van de betreffende tabelnummers, terwijl een nieuwe tabel is opgenomen, Bioscopen. Bioscoop Harmonie, 8 uur, hoofdnummer Olympiade (sport). Toegang voor eiken leeftijd. Woensdagmiddag, half drie, matinee. Victoria-theater, 8 uur, hoofdnummer De vrouw in 't rood (rom.-dram.); hoofdrollen joan Crawford, Franchot Tone, Robert Young e.a. Toegang boven 18 jaar. Woehsdagmiddag, half drie, matinee. City-theater, 8 uur, hoofdnummer De gevangene van Zenda (rom.); hoofdrollen Ronald Colman, Madeleine Carrol, Douglas Fairbanks Jr. e.a. Toegang boven 18 jaar. Woensdagmiddag, half drie, matinee. Woensdag 28 September. 7.30 uur, de Unie, ledenvergadering Pro Juventute. waarin vermeld worden de verbindingen Eindhoven over Valkenswaard naar Brus sel-Noord en terug. De nieuwe winterdienstregeling treedt 2 October a.s. in werking. MAANDELIJKSCHE RONDGANG VAN DE POSTFANFARE. Hedenavond tusschen 8 en 9 uur zal, in dien het weer goed is, de Postfanfare haar eersten muzikalen maandelijkschen rond gang maken. De route is vastgesteld als volgt: Gast huisstraat, Bergerbrug, Geestersingel, Tuin straat, Snaarmanslaan, Stuartstraat, Gees tersingel, Spoorstraat, Snaarmanslaan, Sta tionstraat, Gashouderstraat, Snaarmanslaan tot Helderscheweg, Stationsweg, Scharloo, Geesterweg, Zevenhuizen, Gasthuisstraat. ALKMAAR. GEBOREN: Pieternella Jacoba, d. van Jan Govertden Hollander en Geertruida Gijsbertha Appel man. Robert, z. van Frederik Rentenaar en Albertina Maria Afra van Amersfoord. Bernard Anton, z. van Wilhelm Zimmer en Anna Theodora Pels. OVERLEDEN: Wilhelmina Afina Elisabeth Hendrikse, gehuwd met Adriaan Jacobus van Beugen, 52 jaar. Elisabeth van Poelgeest, gehuwd met Reinier Hendrik Gerardus van der Liet, 80 jaar. Annetje van Wolven, wed. van Jan Willem Schut, 81 jaar. Gistermiddag werd in de Unie een vergadering, uitgaande van het prov. comité tot samenwerking op anti-mili taristisch gebied, gehouden ter herden king van den korten tyd geleden te Parijs op 55-jarigen leeftijd overleden militanten strijder voor den vrede Bart de Ligt. De voorzitter van het provinciaal comité, de heer G. Zwart, gaf, na een kort openings woord, waarbij De Ligt een oogenblik door de aanwezigen staande werd herdacht, direct het woord aan den eersten spreker, den heer Gé Nabrink. De Ligt: vernieuwer en hervormer. 't Nederlandsche volk aldus de heer Nabrink heeft met het verscheiden van Bart de Ligt een groot verlies geleden. Wij kunnen het ons nog moeilijk realiseeren, zijn plaats nog niet zuiver bepalen. Want hiervoor is afstand noodig, welke thans, zoo kort na het overlijden van De Ligt, een groot en goed kameraad, die ons nieuwe wegen gewezen heeft, nog niet bestaat. Juist in dezen tijd is een herdenking van Bart de Ligt noodig. Juist nu, dat de atmos feer weer zoo geladen is, nu er elk oogenblik opnieuw een uitbarsting kan komen is be zinning noodig, moeten wij De Ligt als den sociaal-anarchist, den vernieuwer en hervor mer, den anti-militarist herdenken. De Ligt heeft de anti-militaristische be ginselen uitgewerkt tot een levens- en wereldbeschouwing. Op geniale wijze heeft hij een groot geheel opgebouwd, geen enkel gebied van het menschelijk denken waaruit hij zyn materiaal niet verzamelde, de groote lijnen aangevend, die het anti-militarisme tot wetenschap maakten. Vervolgens ging spreker den ontwikke lingsgang, dien De Ligt in zijn leven door maakte, na' en wees daarby op de groote parallellen, die te trekken zyn tusschen Fer- dinand Domela Nieuwenhuis als den wek keren Bart de Ligt als den verdieper van de anarchistische idealen: de stryd tegen de sociale onrechtvaardigheid, den staat, het militarisme, het imperialisme, den gods dienst en alle autoriteit. Beide figuren kwamen uit een orthodox, naar christelijke principes en tradities levend predikantenmilieu. Tegen deze vaste waar den van het christelijk geloof kwam De Ligt in verzet. Een verzet, dat in de eerste twintig jaren van zyn leven langzaam groeide en dat tegelijk een verzet tegen den vader beteekende. Op 15-jarigen leeftijd leert De Ligt door een rede van Abraham Kuyper „Sociale vraagstukken en christelijke religie" de mogelijkheid en noodzakelijkheid van de bestrijding van de bestaande klassentegen stellingen kennen. Hierop volgt de kennis making met het socialisme, dat in zijn demo- cratischen verschijningsvorm echter weinig bekoring voor den nog meest uit gevoelens levenden jongen heeft. In De Ligts studen tentijd volgt in 1904 dan de verdedi ging van den dienstweigeraar Jan Terwey, een van de eerste uitingen van De Ligts anti-militarisme, dat hij nadien nooit meer losgelaten heeft, en waaruit ook dan al zijn eerbied voor de bewuste persoonlijkheid blijkt. In 1908 werkt hij met Kruit en A. R. de Jong samen aan het weekblad „Wereldvrede", van welke periode even eens het nauwe contact dateert met den Bond van Christensocialisten. In de jaren na 1910, in welk jaar hij beroepen werd als dominee van het Brabantsche dorp Nunen, werkt hy mede aan het orgaan van deze be weging „Opwaarts". Deze jaren brengen een bezinning en verdieping, die hem duidelijk de steeds inniger wordende relatie staat- godsdienst leeren inzien, waardoor de kloof tusschen de waarden en de practijk van het christendom steeds grooter wordt. In 1913 volgt dan zijn „Profeet en volks feest", een scherpe afbakening van de ter reinen van den staat en den godsdienst en een scherpe aanval op de practijk van de kerk, op 3 Augustus 1914 het beroemde manifest „De schuld der kerken". Gedurende den geheelen wereldoorlog maakt hij anti militaristische propaganda, o.a. getuigt hij op Pinksteren van het jaar 1915 in een kerk, gevuld met militairen, tegen het immoreele van het militarisme. Dit vormt de aanleiding tot de ontzetting uit zijn ambtsgebied: hem wordt verboden te preeken in Brabant. Limburg en Zeeland, in 1917 volgen Over- ijsel en Gelderland. Het dienstweigerings manifest verschijnt hierop. Langzamerhand keert De Ligt zich nu af van het oude mi lieu, een diepe kloof tot het christendom ontstaat: De Ligts anarchistische periode be gint, die zich kenmerkt door een grooten in vloed van Bakounin. In dezen tyd leert De Ligt thans ook de wijsbegeerte van het Oos ten kennen, die eveneens haar invloed doet gelden. 1917 en 1918, jaren van revolutie brengen nieuwe hoop, gaan voorbij, geven nieuwen twijfel en teleurstelling. Groote problemen over doel en middelen worden aan de orde gesteld. De Ligt neemt hierbij positief stel ling tegen het idee, dat het doel de middelen zou heiligen. Na den oorlog is Bart de Ligt een 5-tal jaren redacteur van „De wapens neder", in welke periode alle mogelijke kwesties be sproken worden, o.m. wat de beste verdedi ging is tegen een aanvallenden imperialisti- schen, of tegenwoordig: fascistischen staat. Het scherp ontledend verstand van De Ligt komt dan tot de conclusie, dat naast de ge bruikelijke militaire ook een pacifistische volksverdediging mogelijk is. De Ligt heeft ondanks alles zijn ver trouwen in de idealen, die hij zich stelde, behouden, door den anarchist Elisée Reclus had hij de overtuiging, dat de evolu tie van de wereld zich, zij het ook met schokken, in opwaartsche lijn bewoog Daérdoor was het ook, dat De Ligt in het jaar 1928 foy een enquete getuigen kon van zijn optimistisch geloof in de toekomst der cultuur,^ welke toekomst o.m. Marsman zoo donker inzag. „Het is een wet der slavernij, dat zij niet eeuwig voort kan duren", schreef De Ligt. Het is uit deze zekerheid, dat hij heeft geleefd. Een zekerheid, die wij in dezen tijd juist zoo noodig hebben. Deze zekerheid, dit blijde geloof in de ontwikke ling der wereld is 't allerbelangrijkste bij hem. Wy kunnen, aldus spr., De Ligt alleen her denken door zyn werken tot zich te nemen, zyn ideeën te propageeren, hem te eeren als den grooten voorganger, die nieuwe wegen gewezen heeft, en te zorgen, dat het beste van De Ligt deel gaat uit maken van onze eigen persoonlijkheid. Ds. Mispelblom Beyer spreekt Na een korte pauze volgde hierop een rede van den tweeden spreker, ds. Mispelblom Beyer. Bart de Ligt zoo zeide spr. is zyn geheele leven geweest de verdediger van de menschelyke persoonlijkheid. Als een rooden draad is deze geestelijke Instelling in zijn leven te volgen. Spr. ging na, hoe dit in verschillende perioden van zijn leven tot uiting kwam. In het in 1917 opnieuw uitge geven geschrift van Van der Hoeven, ver schenen in 1854, vond Bart de Ligt datgene wat er in hem omging terug: een pleidooi voor de zelfstandige, zich in vryheid ont wikkelende msnschelijke persoonlijkheid. De Ligt was niet alleen anti-militarist, had niet alleen een vrije maatschappijbeschou wing, maar wilde verder: een revolutie over alle. fronten van het leven, op alle gebieden van het menschelijk denken De Ligt streed tegen zyn eigen afkomst en het ortho doxe milieu, waarin hij opgegroeid was. Fichte en Hegel hadden grooten invloed op De Ligt. Hierdoor ook verwijdde zich langzaam zijn standpunt tot het universeele. Bart de Ligt maakte in zijn leven waar, dat de mensch een actieve factor is in het wereldgebeuren 'een principe, dat hij bij Van der Hoeven teruggevonden had. Steeds heeft hij zich verzet tegen de wereldbe schouwing, die den mensch ziet als een wil loos raadje in de machine der wereld. Hij heeft zijn „Vrede als daad" geschreven om een nieuwe traditie te scheppen voor het anti-militarisme, van overal, uit alle tijden verzamelde hy hiervoor zijn mate riaal. Bart de Ligt heeft als verdediger der men schelyke persoonlijkheid, zich tegelijk be wust van de beperktheid van den mensch. actief deelgenomen en zijn intellect dienst baar gemaakt aan de beweging. Hij heeft de menschheid alles willen geven vóór zijn dood, die hij in verband met zijn zwakke ge zondheid vroeg verwachtte. Telkens heeft De Ligt naast het feit, dat hij overtuigd is van de vergankelijkheid van wat bereikt wordt (wellicht door den ouden orthodoxen invloed) vertrouwen in de mo gelijkheid van den mensch om door een eeuwige hervorming op een telkens hooger niveau te komen door zich innerlijk zoo vrij mogelijk te maken. Vandaar De Ligts uit spraak „Voedt U op tot datgene, wat ge werkelijk zijt", vandaar, dat deze sprak van „opvoeden tot het meer-dan-menschelyke", hetgeen hy in zyn studie uit de ontwikke lingsgang der geschiedenis heeft pogen te bewijzen. Verder wees spreker op de overeenkomst, die De Ligt met Erasmus vertoont. Meer dan deze heeft de Ligt echter aandacht go- schonken aan sociale en economische kwes ties. Voorts heeft De Ligt de plaats bepaald van het kapitalisme en haar uitingen si* element in de ontwikkeling der cultuur. Laten we aldus spreker er blijk van geven, dat we van De Ligt geleerd hebben, door te strijden tegen militarisme en reactie. ^'en hechte aaneensluiting voor deze ver dediging van de vrijheid der menschelijk6 peTsoonlykheid is noodig. De Ligt wekt ook nu nog allen op verder te strijden, te blijven gelooven in de wedergeboorte van de wereld, die naar zyn onwrikbare overtuiging n.oet komen. Wij weten ons mede door De Ligt met elkaar verbonden, laat ons dit ons zelf voorhouden in den strijd tegen mili tarisme en reactie. rtrwui J I r.sv.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 14