SLECHTS 5CI.PLH PAK
E WIND
BLAAST.
DONKER ALKMAAR.
PROBAAT VOOR WAS EN VAAT
ZEEPPOEDER
Historische figuren.
Seuilfotw
DE AUTORITEITEN ZIJN TEVREDEN.
een controle tocht.
f
PRESIDENT-BEVRIJDER.
DERDE BLAD.
ALKMAARSCHE COURANT VAN ZATERDAG 1 OCTOBER 1938.
Dit is geen beschrijving van een stads
deel waar de misdaad een hoofdbron van
bestaan is, geen rechtbankverslag van een
verduisteringszaak, maar eenvoudig een
beschrijving hoe onze gemeente er zou uit
zien als er geen straatlantarens bestonden.
Wij hebben in oude reisbeschrijvingen
wel eens gelezen, dat het een waagstuk
was des avonds van de eene straat naar de
andere te wandelen en hoe er dan altijd
iemand voorop liep, die een lantaren droeg
en luidkeels waarschuwde als er onver
wachte hindernissen op of kuilen in den
weg waren.
Wij, verwende stedelingen, kennen geen
kuilen meer in wegen en straten althans
geen kuilen waar men geheel of gedeelte
lijk in verdwijnen kan en wij schrijven
ingezonden stukken als er eens een avond
een lantaren niet gebrand heeft of een
straatdeel minder scherp verlicht is ge
worden.
En daarom was het wel eens interessant
zich in het verleden te verplaatsen en Alk
maar te bekijken zooals de Spanjaarden
het waarschijnlijk in 1573 gezien hebben, of
beter gezegd niet gezien hebben omdat het
volkomen onzichtbaar moet geweest zijn.
Men heeft zich vroeger het hoofd gebro
ken over de vraag hoe men de stad zou
kunnen verlichten en er is in dezen tijd
van luchtgevaar weer een ander probleem,
namelijk hoe men de stad zal kunnen ver
duisteren.
Er is in Alkmaar nog altijd geen af dee
ling van de Vereeniging voor luchtbescher
ming, al zijn we dan gelukkig al tot een
comité van voorbereiding gevorderd, maar
er is al sinds eenige jaren een goedgekeurd
plan voor den overheidsdienst, dat door den
commissaris van politie en zijn medewer
kers is ontworpen en dat sinds eenige
niaanden ter uitvoering in handen is gege
ven van onzen nieuwen commandant van
den gemeentelijken luchtbeschermingsdienst
den heer Goettsch.
Het plan.
Wy hebben in den loop van dit jaar dit
plan uitvoerig in deze courant besproken en
de verschillende onderdeelen daarvan naar
voren gebracht.
Daar was b.v. de afdeeling verduistering,
ln den goeden zin van het woord, daar was
de afdeeling brandweer, de afdeeling politie,
de opruimings- en ontsmettingsdienst,
de geneeskundige dienst voor het vervoeren
en verzorgen van door gas bedwelmden of
door bommen gewonden. En al die diensten
moesten met een kern van deskundig per
soneel de vrijwilligers opleiden en instru-
eeren, die in ty'd van nood ieder op hun post
moeten zijn en precies moeten weten wat
zij te doen en wat zij te laten hebben.
Dat alles is in voorbereiding, maar dat
eischt ty'd. En nu willen wij op het oogen-
blik niet beoordeelen of dit bij de
groeiende oorlogsdreiging niet volkomen
gereed had moeten zijn, wij weten wel, dat
de Hollander en de Alkmaarder maakt
daarop geen uitzondering niet aan gevaar
denkt voordat hij er vlak tegenover staat
en het gevolg daarvan is geweest, dat ver
scheidene bewoners eerst in de spannende
dagen, die nu achter ons liggen, tot het besef
zijn gekomen, dat het tijd was om zich voor
vrijwillige medewerking op te geven.
Alkmaar was een der eerste steden in den
lande, die een in Den Haag goedgekeurd plan
bezat, maar ook één der weinige waar eigen
lijk nog nóóit de proef op de som was ge
nomen.
Wat er elders gebeurde.
In tal» van gemeenten en zelfs in ge-
heele provincies zijn in verloop van tijd
luchtbeschermingsoefeningen gehouden,
waarbij denkbeeldige gewonden door nog
denkbeeldiger bommen waren getroffen en
naar niet-denkbeeldige hospitalen werden
vervoerd, waar men gelukkig meestal con
stateerde, dat de patiënt nog niet heelemaal
dood was. Er zijn overal mannen met gas
maskers en chloorwater aan het ontsmetten
van door mosterdgas onveilig gemaakte
straten gegaan en er zijn denkbeeldige slan
gen gericht op branden, die niet waren uit
gebroken, maar uitgebroken zouden kunnen
hebben wanneer het nu eens geen oefening
maar werkelijkheid was geweest.
Dat alles was heel leerzaam en mannen in
vliegmachines zijn overal boven verduisterde
steden verschenen en hebben naar beneden
gekeken om te constateeren, wat er te zien
was of beter gezegd, wat er niet te zien
was.
En nu is men eindelijk men zegt dat
vanuit Den Haag een wenk was gegeven
ook in Alkmaar met de practische luchtbe
scherming begonnen en al was er dan ook
nog geen vliegtuig, waaruit men iets zou
kunnen controleeren, al waren de medische
dienst, de ontsmetters en ander onmisbare
afdeelingen dan ook nog niet ingeschakeld,
er in in allen gevalle een begin gemaakt.
Het noodlot heeft gewild of laten we
liever zeggen, dat 't buitengewoon gelukkig
was dat deze demonstratie van oorlogs
dreiging plaats vond op den dag, waarop
alle couranten hebben geschreven, dat het
gevaar letterlijk en figuurlijk van de lucht
was omdat de klokken den wereldvrede
ingeluid hebben.
Men kent de mentaliteit der bevolking
en men had daarom verwacht, dat de noo-
dige medewerking niet algemeen verkre
gen zou worden, maar dank zij den ernst
van de oorlogsdreiging, aan welker invloed
wij ons nog niet geheel hebben kunnen
onttrekken, hebben zich dezer dagen een
honderdvijftig-tal stadgenooten als vrij
willigers bij den luchtbeschermingsdienst
opgegeven en waren er althans manschap
pen en ook vrouwschappen genoeg om de
allereerste en allereenvoudigste proef te
kunnen nemen.
Dat was de verduistering van Alkmaar.
Dat was eenvoudig de proef of de bevol
king van onze gemeente zooveel medewer
king zou willen betoonen, dat zy na een
ernstige waarschuwing van overheidszijde
alles in het werk zou stellen om dergelijke
nuttige oefeningen zoo krachtig mogelijk
te steunen.
Dus was er vrij plotseling in overeen
stemming met 't luchtgevaar, dat ook vrij
plotseling kan opduiken per huis aan
huis bezorgde circulaire en in de dagbla
den bekend gemaakt, dat Alkmaar gister
avond van negen tot tien uur verduisterd
zou worden.
Men vertrouwde er op, dat alle Alkmaar-
ders daaraan zouden medewerken, maar
aangezien de overheid wel weet, dat ver
trouwen hier en daar wel eens misplaatst is,
waren er nog allerlei strafbedreigingen uit
gevaardigd voor hen, die de oefening op de
een of andere wijze zouden willen sabotee-
ren.
Wat er was voorgeschreven.
Er was Donderdagavond al een voor
proefje genomen en men wist aan de Licht-
K
PRO 28*0419*
bedryven nu wel, dat men geheele stadsge
deelten in het donker kan zetten. Toen ble
ven de etalagelichten en de lichtbakken nog
branden, maar gisteravond zou het bittere
ernst worden. Om negen uur zouden stoom
fluiten en sirenes de komst van vijandelijke
vliegtuigen aankondigen en binnen vyf mi
nuten zou iedere wandelaar of fietsrijder
van de straat verdwenen moeten zijn. Voer
tuigen zouden met gedoofde lickten langs
den kant van den weg moeten staan en het
denkbeeldige vee, dat men 's avonds laat
nog in Alkmaar vervoert, zou aan die voer
tuigen vastgebonden moeten worden. Geen
licht mocht uit de huizen naar buiten schij
nen en in het algemeen zou in Alkmaar de
grootste verduistering moeten plaats vinden
waarover ooit in onze gemeente is gespro
ken. De brandweer had op een vier- of vijf
tal plaatsen in de stad spuiten, slangen en
ladders, waarmee men onmiddellijk naar de
door brandbommen geteisterde plaatsen zou
trekken, de politie had reeds honderd vrij
willigers met witte armbanden mannen
en vrouwen als hulppolitie over de geheele
stad verspreid met de opdracht overal te
waarschuwen waar huiskamerlicht hinder
lijk naar buiten zou kunnen dringen. Leden
van de Burgerwacht waren by de politie in
gedeeld en liepen met de agenten op alle
straten en wegen, rijksveldwachters uit om
liggende gemeenten werkten vrijwillig mee
ter regeling van het doorgaand verkeer en
brugpersoneel was in actie om alle scheep
vaart gedurende het verduisteringsuur te
beletten.
De deelnemers aan een contröle-tocht.
Zoo was de voorbereiding en tegen acht
uur verzamelden zich voor het stadhuis de
genen, die tijdens de verduistering een tocht
door de stad zouden maken teneinde te
constateeren om het nu maar eens met
Chamberlains woorden te zeggen dat het
alles this time allright was.
Daar waren de burgemeester, de brand
weercommandant, de commissaris van Poli
tie, de directeur van de Lichtbedrijven
waar bleef de directeur van Gemeentewer
ken? daar waren ook nog allerlei gewich
tige burger-autoriteiten als mr. de Groot als
toekomstig voorzitter van de nog op te rich
ten afdeeling van de Ned. Ver. voor Lucht
bescherming en de heer Goettsch als hoofd
van den gemeentelijken luchtbeschermings
dienst. Daar waren bovendien diverse auto
riteiten uit naburige gemeenten, die de
kunst kwamen afkijken of die zich voor onze
luchtbescherming interesseeren, de burge
meester en de secretaris van Waxmenhuizen,
die altijd al eer» zwak voor het Alkmaar -
sche lichtbedrijf hebben gehad, verder auto
riteiten uit Dirkshorn, Beverwijk, Heem
stede en SchoorL Waarom ze er niet van
Heiloo en Oudorp als aangrenzende ge
meente waren, zouden wij niet kunnen
vertellen, maar zij schynen zich na de mis
lukte annexatiepogingen weinig van onze
gemeente aan te trekken.
In de stad was alles voor het welslagen
van de demonstratie in voorbereiding ge
bracht en ook over den Rijksstraatweg wa
ren in het midden 'witte verfbanden geschil
derd, niet natuurlijk opdat men van uit
vijandelijke vliegtuigen daardoor den loop
van wegen en straten zou kunnen volgen,
maar omdat dit de eenige richtingslijnen
waren waarnaar het verkeer zich in donker
zou kunnen regelen.
Roode Kruis-patrouilles doorkruisten de
stad en bij het Centraal Ziekenhuis stond
de auto van den G.G.D. met aangeslagen
motor gereed om op het eerste onraadsein
uit te rukken.
Door de stad.
Toen zij er zeven auto's met geblindeerde
lichten door de verduisterde stad getrokken,
auto's met gemeentelijke autoriteiten, met
journalisten, met brandweerlieden en met
gasten.
Zoo hebben wij de stad doorkruist tot op
verre buitenwegen van Noord naar Zuid en
van Oost naar West en zoo is zelfs de stoet
nog even vastgeloopen op een nauwen
straathoek zoodat alles weer achteruit moest
om vrij te komen en den tocht te kunnen
vervolgen.
Zoo hebben we dan gereden door een stik
donkere stad, waar alleen het stationsem
placement blijkbaar niet „meedeed", langs
buitenwegen waar in de lantaarns alleen
maar de vlammetjes van de automa
tische aanstekers brandden, door straten
waar de bewoners ook het kamerlicht ge
doofd hadden en zelfs het maantje heeft
meegewerkt door zich zoo nu en dan achter
zwarte wolken te verschuilen.
En slechts sporadisch moest worden halt
gehouden om de bewoners met een al te
doorzichtige raambedekking tot nog groo-
tere verduistering te adviseeren en al zijn er
hier en daar door de politie eenige proces
sen-verbaal opgemaakt, over het algemeen
heeft de Alkmaarsche bevolking bij deze
verduisteringsproef meegewerkt op een
wyze waarover alle autoriteiten en deskun
digen ten hoogste voldaan zijn gebleken.
Schrijver dezer, wellicht de eenige van
het gezelschap, die wel eens onder een bom-
menwerpende machine in een kelder heeft
gezeten en de daarop volgende weken in
een kleine stad werkte waar de lantaarns
houten mutsen droegen en de ballons zelf
met zwart rouwvloers waren omwikkeld,
weet uit ondervinding hoe noodlottig het
kan zy'n als in tijden van oorlogsgevaar
zelfs het kleinste lichtstraaltje een uitweg
naar boven kan zoeken.
Niet geheel gerust.
Ook nu waren verscheidene tochtgenooten
niet geheel gerust over de automatische aan
stekers in diverse straatlantaarns, die naar
men vreesde altijd nog zichtbaar blijven,
maar de heer Hofman kon als directeur
van de Lichtbedryven alle bezwaren uit den
weg ruimen met de mededeeling, dat ia tij
den van werkelijk gevaar alle lantaarns uit
geschakeld worden en dus ook de kleine gas
vlammen der aanstekers niet meer zullen
branden.
In het stadhuis.
Nadat de klokken geluid hadden en om
tien uur de dooden stad plotseling weer vol
licht en leven was gekomen, hebben allen
die den inspectietocht hadden meegemaakt
zich nog enkele oogenblikken in het stad
huis verzameld waar de burgemeester den
autoriteiten dank bracht voor hun voorbe
reidende werkzaamheden en zijn groote
waardeering uitsprak voor de wyze waarop
de bevolking in het algemeen op den over-
heidsoproep gereageerd heeft.
Wij willen er op wijzen, dat allen die hier
bijeen waren den tocht per auto hebben ge
maakt, maar dat ons hedenmorgen ook be
richten van wandelaars en fietsers bereikt
hebben, die over de lichtafsluiting, over de
sterke koplichten van Alkmaar passeerende
auto's en over de nog talrijke buitenshui
vertoevende ingezetenen minder enthousiaf
zyn geweest.
Nadat op prettige wijze alle nog ge-
wenschte inlichtingen waren verstrekt en
ieder gelegenheid had gekregen iets in het
belang van deze oefeningen mede te deelen,
heeft de burgemeester uiteengezet, dat deze
eerste verduisteringsproef weldra door
meerdere gevolgd zal worden waarbij suc
cessievelijk ook de andere gemeentediensten
als de brandweer en de G.G.D. zullen wor
den ingeschakeld.
Door diverse gasten werd waardeering
voor Alkmaars invitatie uitgesproken met
de mededeeling, dat men weliswaar weinig
„gezien" had, maar juist daardoor tot de
conclusie was gekomen, dat de Alkmaarsche
verduisteringsproef uitstekend geslaagd was
en een navolgenswaardig voorbeeld voor
andere gemeenten zal kunnen blijken.
II.
Wie eene encyclopaedie opslaat, kan
daarin lezen:
Masaryk (dr. Thomas Garrigue),
p :sident van Tsjecho-Slowakije,
geboren te Goding (Moravië)
1850.
Daarna worden zijn vol, rijk en lang
leven verteld, zijn vele studiën, zijn vele
geschriften, zijn wetenschappelenken ar
beid, zijn welslagen in het voorbereiden
van een zelfstandigen Tsjecho-Slowaak-
schen Staat, zijn langdurig presidentschap.
Encyclopaedieën onthouden zich in den
regel van appreciatie. Anders hadden zij
kunnen vermelden zijn hooggewaardeerde
leiding als President der Jonge Republiek,
die hem tot aan zijn dood op 87-jarigen
leeftijd, den 14en September 1937, maakte
tot den meest geëerden man van zijn land.
Ik wil den encyclopaedischen schrijf
trant met zijn zakelijke nuchterheid niet
volgen, doch, puttend uit bronnen, die
elders te vinden zijn, iets reconstrueeren
van Marasyk's leven. De persoon van den
President-Bevrijder zal daardoor levend
voor ons worden. Eén der getuigen, die ik
raadpleeg, is zeer betrouwbaar. Het >s
Masaryk zelf, die in gesprekken, welke
gepubliceerd zijn geworden, toen hij op
zijn 80en verjaardag door heel zijn land
eerbiedig en dankbaar gehuldigd werd,
sprak over zijn vroegste herinneringen:
kleine, onbeteekenende voorvallen, die
echter het kind zeer troffen; zijn woning
in de buurt van Hodonin, waar zijn vader
koetsier was op de (Oostenrijksch) kei
zerlijke landgoederen, zijn liefde voor de
vlakten, waar de zon meer schijnt dan in
de bergdalen, zijn eerste schooljaren bui
ten zijn woonplaats, die hem echter in de
vacanties telkens weer „thuis" brengt. En
daar, in dat „thuis", ondergaat hij sterk
den invloed der moeder.
„Moeder, zoo zegt hij, had meer invloed
op mij dan vader; vader was een handige
man, maar eenvoudig. Het hoofd in huis
was moeder. Zij was Tsjechische van ge
boorte, maar te Hustopec onder Duitschers
opgegroeid: daarom had zij in den beginne
eenige moeite met de Tsjechische taal.
„Moeder was flink, verstandig, kende
een stuk van de „groote wereld"; zij had
langen tijd in „de beste gezelschappen"
verkeerd, zij het ook in dienstverband. Zij
was bij „Herrschaften" in Hodonin keu
kenmeid geweest; die hadden veel van
haar gehouden en kwamen later in moei
lijke oogenblikken tot Haar om raad en
hulp. Uit dezeen „herrschaftlichen" tijd
was haar het verlangen bijgebleven om
ons, kinderen, hooger op de maatschappe
lijke ladder te brengen. Bovendien kende
zij goed de ellende, waarin destijds het
dienende en arbeidende volk nog leefde.
Daarom wilde zij van ons, kinderen „Her
ren" maken. Haar dank ik het dat ik de
scholen bezocht".
„Moeder was vroom; zij ging gaarne
naar de kerk, doch had daarvooi weinig
tijd, want zij moest voor de familie sloven
en zwoegen. Van haar hoorde ik: „heeren-
dienst gaat vóór God's dienst. In plaats
van in de kerk placht zy haar gebeden uit
het gebedenboek thuis op te zeggene.
„Vader was een Slowak uit Kopcany,
geboren als lijfeigene en lijfeigene geble
ven. Hij was nooit op school geweest. Te
Kopcany had hij maar zoo'n beetje leeren
lezen bij een oude vrouw, de weduwe van
een soldaat, die de gemeente met het on
derwijs had belast, want een school was
er niet en voor het beetje lezen moesten
de kinderen aardappels uitgraven. Zoo
werd mijn vader een echte man van het
land, heelemaal geen stadsmensch. Hij
leefde steeds in de natuur, kende die, en
bekeek die goed; hy had een zeer groote
belangstelling voor allerlei kleine bijzon
derheden in de natuur en het leven.
„Zelf was hij zonder onderwijs; hy
vond het echter goed, dat ik leerde en hij
schaamde zich niet om mèt mij te leeren.
Maar hij beschouwde dat alles uit een
oogpunt van utiliteit: wat bracht het op?
Vroom was hij niet, maar hij was bang
voor de hel en ging nu en dan des Zondags
naar de kerk. In alle dingen had moeder
de beslissing: hij onderwierp zich steeds,
ook al pruttelde hij tegen. Wanneer hij
ons later in Praag bezocht, interesseerde
hij zich alleen voor paarden, hoe die in de
stad beslagen werden; voor wagens en hoe
de remmen, de assen en de raderen ge
bouwd waren, en binnen een paar dagen
kende hij alle bewoners van de huur
kazerne en babbelde met hen, maar al
heel spoedig had hij genoeg van de stad
en ging hij terug, naar huis, naar zijn dorp
en naar de vrije natuur.
„Aan vader bespeurde ik sterk den in
vloed van de „robot", het „knechtschap":
hij diende en werkte met tegenzin, uit
dwang. Wel nam hij den hoed af voor zijn
„heer", maar hij hield niet van zijn „hee-
ren". Op de keizerlijke landgoederen bleef
de lijfeigenschap in feite bestaan, zelfs na
D
Door DONN BYRNE.
Uit het EngeUch door J. van P
50)
,U hebt nooit veel gezien in de kleine
plaatsen van de Pale, of in het grauwe
Dublin, waar het Parlement, waar Grattan
sprak, nu een zakenpand is van een geld
wisselaar? En de massieve Trinity van
Goldsmith en Burke, of de groote breede
straten, waar vierspannen plachten te ry-
den? En Three Rock berg en Bray en de
schoonheid van de Boyne Vallei en de
kleine, veilige havens in het Zuiden? En
de bergen van Kerry en het geheele ko
ninkrijk Connacht en de geweldige winden
van Donegal?"
„Maar het is zulk een onbehaaglyk, ver
laten, dor land, alles gelijk Tusa hErin,
voordat u het in gebruik nam".
„Als iemand het allemaal eens kon be
zitten en behandelen, zooals ik Tusa
hErin heb behandeld! A propos", vroeg
zy plotseling, „spookt het in Tusa hErin?"
„Neen, ik heb er nooit van gehoord.
Hebt u iets gezien?"
„Ik meende eenige malen iets gehoord
te hebben; een doedelzakspeler maakte
muziek als er stormen opkomen. Een
eigenaardig wijsje zooals dat ding over
McCrimmon".
„Cha till, cha till, cha till McCrimmon".
„Zijn er wooden op?"
„Le cogadh mo sidhe cha till
McCrimmon.
Nooit, nooit, nooit zal McCrimmon
terugkeeren,
Oorlog of vrede, nooit zal McCrimmon
komen,
Voor geld of buit, nooit zal McCrimmon
komen.
Hij zal niet komen voor den dag
des oordeels".
„Een treurzang, zooiets als dit, was wat
ik hoorde".
„De lage tonen waren slechts het rui-
schen van de golven, de hooge de wind
door de iepen".
„Dat is mogelijk, maar is niet een spook-
doedelzakspeler ook mogelijk in een land
van geesten?"
VIII.
Een land van geesten de uitdrukking
bleef hem bij, en de brandende lamp en
het brandende turfvuur schenen geesten op
te roepen als een bezwerend ritueel.
Hoe vaak, toen hij een kleine jongen
was, hadden de namen door zijn wezen ge
trompet: Brian Boru te Clontarf en de ver
jaagde roode Denen. En met het verjagen
van de Denen had Ierland vredige dagen
beleefd en vriendelijke in het wit gekleede
heiligen waren opgestaan en kloosters met
kleppende klokken waren gekomen en
groote Keltische kruisen. En de Druïden
waren verdwenen met hun vloeksteenen
en hun Ogham schrift verdwenen wa
ren de oude Keltische heiligen, Angusvan
de Boyne en Manannan, zoon van Lir, god
van de zee en de vrede van Gallilea
kwam over het vroolijke jachtland. De
kleine bewoners van de heuvels met hun
dwergpaardjes, hun dwergdoedelzakken,
kropen weg, gingen in ballingschap onder
den donder van Rome en het land was
deemoedig, opdat het het koninkrijk der
Hemelen mocht beërven. En de Engel-
schen kwamen, de graven van Ulster
vluchtten naar Spanje en slechts hier en
daar was een herinnering aan helden van
oude tijden, aan Cuchulain van den Rooden
Tak, aan Maeve, koningin van Connacht,
in haar strijdwagen en haar grooten roo
den mantel, aan Dermot, die Grania uit het
kamp van den koning van Ierland schaak
te en op negen manieren de speer kon
werpen De O'Neils herinnerde Shane
zich ook, die koningin Elizabeth met liefde
en angst op de knieën brachten En
Owen Roe, de Roodeen de jongere Hugo
O'Neil met zijn bedreigde Ulstermannen
te Benburb,. Zij moesten den grootsten ge
neraal van Europa, Cromwell, den Lord
Protector, zenden om de Ulster clans ten
onder te brengen Onwillige vrede en
de Stuarts kwamen terug en weer werd
Ierland in slaap gewiegd door hun minza
me manieren en den geur van de witte
roosHet treffen aan de Boyne, koning
Jacobus vluchtend voor zijn leven En
het beleg van Limerick en het Verdrag
Patrick Sarsfield en de Witte Ganzen
vluchtend naar Frankrijk... Frankrijk
kende hen, Duitschland, Zweden, zelfs
RuslandRamillies en de Spanjaard
kenden de dragonders van lord Clare en
Patrick Sarsfield, Graaf van Lucan, gedood
op het einde van den dag zelfs heden
kende Europa hen: O'Donnel, Hertog van
Tetuan en Grande van Spanje en Patrick
McMahon, Hertog van Magenta, dien men
president van de Fransche republiek ge
maakt hadzij waren van het ras van
Lucan's Wilde Ganzen.
En weer een mokkende vrede en Ulster
weergalmde van de trompet van Ameri-
kaansche vrijheid en de Vereenigde Ieren
stonden op in Belfasten Napper Tan
dy aan Napoleon's hof en Hoche met zy'n
schepen in de baai van BantryWolfe
Tone's verminkte hals en Lord Edward
Firzgerald vermoord door wie hem ge
vangen namen
Wat had deze mannen, verstandige man
nen meest Ulstermannen er toe ge
bracht om hun leven te wagen en den dood
zoo dapper onder de oogen te zien? Wat
bracht de mannen van '48 en die van '67
op de been? Wat deed den kleinen Bigger
zoo verwoed in het parlement vechten en
de wetgeving van het rijk ophouden? Wat
was er in hun bloed gekropen? Stellig niet
voor een grauwe, half verlaten stad! Ze
ker niet ter wille van kleine baaien en
paarse bergen! Zeker niet voor een onge
letterde boerenbevolking, half gek van
angst voor de hel!
Hij trachtte Ierland te zien als een per
soonlijkheid, zooals men zich Engeland
voorstelt als een koperen penny, gehelmd
met diepe borst, met zware heupen, met
zwaard en schild een burgerlijke voor
stelling van majesteit, een zware, zelfbe
wuste persoonlijkheid:
Toen Brittannië als eerste, op 't
hemelsch bevel
Verrees uit de azuren zee
Zoo maar!
En Schotland kon hy zien als een jonge
vrouw in kilt en plaid en een Glengary-
muts op, een scherpzinnige jonge vrouw
toch, met een heel besliste persoonlijkheid,
een zaak afsluitend zooals de beste hande
laars kunnen, een beetje brutaal. Hij kon
zich haar indenken als het jonge meisje,
wier hand de Jonge Pretendent kuste en
die eerlijk tot hem zeide: „Ik had liever 'n
kus op my'n mond gehad". Schotland wist,
wat het wilde en kreeg het ook een
bij de hand, flink, aardig meisje.
Maar Ierland, het Ierland van de grijze
nevels, de grijze steden, hoe het te zien?
De ballade kwam hem in de gedachte, de
Shan Van Vocht, van de arme oude vrouw,
grijs, gesjaald, meelijwekkend, wier kin
deren trachtten haar in haar woning met
vele akkers te herstellen:
En waar zullen zij hun kamp hebben?
Zegt de Shan Van Vocht.
En waar zullen zy hun kamp hebben,
Zegt de Shan Van Vocht.
In de Curragh van Kildare,
De jongens zullen allen daar zijn.
Met hun pieken in gereedheid,
Zegt de Shan Van Vocht.
By de Curragh van Kildare
Zullen de jongens samenkomen
En Lord Eduard zal daar zy'n,
Zegt de Shan Van Vocht.
Neen! Niet genoeg, men zou kunnen wer
ken, geld opofferen, voor de Shan van Vocht,
maar het leven, neen! Hij dacht verder. Het
gedicht van den armen Mangan flitste door
zy'n gedachten en zijn hart...
(Wordt vervolgd).