KANTON GEREED ZICH TE VERDEDIGEN. Spoel derde blad. HULP VAN DE TROEPEN DER CENTRALE REGEERING ONNOODIG? EVACUATIE VAN HANKAU. De Berlijnsche bouw plannen. Er is gebrek aan beton, staal en ijzer. Het Sudetenland is arm. Pe algemeene toestand. De spionnagezaak voor het Gerechtshof. Johanna Hoffmanc.s. staan terecht Nieuws in 't kort. De Alkmaarsche Courant [stad niet isoleert, zijn invloed zeker missen. niet De autoriteiten te Kanton hebben reeds alle voorbereidingen getroffen voor de verdediging van de stad, indien de in de Bias-baai aan land gezette Japansche troepen zouden trachten, verder 't land binnen te dringen. Van betrouwbare zijde wordt ver nomen,. dat de Kantonneesche troepen zeer zeker in staat zullen zijn, hun eigen provincie te verdedigen, zonder dat het noodig zal zijn, dat de centrale regeering te Hankau troepen naar Kwantoeng zendt. Mocht het niettemin noodig zijn, dan staan troepen uit de provincies Kwangsi, Joennan, Kweitsjan en Hoenan gereed, om onmiddel lijk naar Kwantoeng te worden gediri geerd. Hoewel het Chineesche publiek groote belangstelling heeft voor de ontwikkeling van den toestand in Zuid-China, wordt zoo wel te Hankau als te Kanton weinig mede gedeeld over de militaire plannen. pat de Kantonneezen vastbesloten zijn, tot het uiterste tegenstand te bieden, blijkt jntusschen wel uit de verklaring van een vooraanstaanden bewoner van Kanton, Woe Teh Tsjen, die glimlachend tot een corres pondent van de „United Press" zeide: „Het schijnt er op los te gaan. Wel, we zijn vastbesloten, hen duur te laten betalen voor iederen duim gronds, dien ze veroveren". Een half millioen reservisten bereidt de Chineesche verdedigingslinie voor, welke buiten het bereik van de kanonnen der Japansche oorlogsschepen ligt. De Chineezen verklaren, dat zij het laatste jaar voldoende oorlogsmateriaal hebben ingevoerd en ook in Noordwestelijke en Zuidwestelijke richting verbindingen heb ben, zoodat het afsnijden van den spoorweg KantonKauloen 't verzet niet kan schaden. Toch zal het afsnijden van een der be langrijkste toevoerwegen, zelfs indien dit de Hevige gevechten Uit Hongkong verneemt de „United Press" dat van verscheidene punten ten Westen van Ha Tsjoeng, waar de Japanners aan land gezet zijn, hevige gevechten gemeld worden. Reeds zijn de Japanners daar onge veer 15 kilometer diep het land binnen gedrongen. De Chineezen geven dit toe, doch zij motiveeren het terugtrekken hunner troepen daarmee, dat zij zich buiten het bereik van de vuurmonden der Japansche schepen willen begeven. In van beide partij afkomstige berichten wordt gemeld, dat de Japanners thans zoo ver zijn gevorderd, dat zij zijn aangekomen bij de eerste verdedigingswerken der Chi neezen. Met steun van ruim honderd vlieg tuigen vallen zij deze stellingen heftig aan. Men verlate de stad! Uit Hankau wordt voorts nog aan Reuter gemeld, dat de vereeniging van buitenlan ders een dringend beroep heeft gedaan op alle buitenlanders en dengenen, die niet om dwingende redenen in de stad moeten blijven, te vertrekken, nu de middelen daar toe nog aanwezig zijn. In den oproep wordt gewezen op het ernstige gevaar, dat alle verbindingen vaij Hankau met de buitenwereld in de naaste toekomst zullen worden afgesneden. Er worden schikkingen getroffen, om een laatsten specialen trein met buitenlanders naar Hongkong te zenden. Openbare voertuigen en auto's van parti culieren moeten op grond van een besluit van den gemeenteraad van Hankau, tenzij zij gebruikt worden voor defensieve doel einden, vóór Zondag naar het binnenland worden gebracht, daar zij anders zullen worden in beslag genomen en ter beschik king worden gesteld van het leger voor het vervoer van troepen en voorraden. Japanners op vier fronten. De operaties van het Japansche leger tegen Hankau hebben, naar het Duitsche nieuwsbureau van Japansche zijde te en Sjanghai verneemt, op alle vier de fronten een normaal verloop. Door de inneming van Hsin Jang is de spoorwegverbinding tusschen Hankau Peiping definitief verbroken. De Noorderlijke uitgangen van het Ta Tiehbergmassief zijn door de Japansche toepen definitief afgesloten. Tusschen de spoorlijn en het 110 kilometer Oostwaarts gelegen Sja Wo rukken de Japanners op langs de wegen, die in de richting van Hankau leiden. Zij hebben daarbij op eenige plaatsen reeds de grenzen van de provincie Hoepei overschreden. Op den Noordelijken oever van de Jang Tse bevinden zy zich ongeveer twintig ki lometer van Koe Tsjin. De omsingelingsbeweging, welke het Japansche leger uitvoerde rond de sleutel stelling der Chineezen te Tang Sin ten Zuiden van de Jang Tse, is aanzienlijk ge vorderd door de inneming van het dertig kilometer ten Zuid-Westen van Tang Sin gelegen plaatsje Sin Tan Poe. Sin Tan Poe is een belangrijk knooppunt van verschei dene land- en waterwegen. Aan de Kioe Kiang-spoorlijn zijn de operaties tot insluiting van Tehan in vol len gang. De „United Press" verneemt nog van Japansche zijde, dat de verpletterende slag, welke zal worden toegebracht aan het moreel der Chineesche verdediging, de gelijktijdige inneming van Kanton 'Hankau zal zijn. Aanvankelijk was de val van Hankau tegen het begin van November voorspeld, doch thans kondigt men aan, dat het wel half November zal worden. Voorloopig zijn er echter geen teekenen, die er op wijzen, dat de tegenstand der Chneezen deigt ineen te storten. en Parelrivier gesloten. Definitief wordt thans bevestigd, dat de Parel-rivier gisteravond werd afgesloten Als gevolg hiervan zullen behalve de vier Britsche, één Amerikaansche en één Fran- sche kanonneerboot, nog twaalf Britsche koopvaardijschepen, die in de ten Westen van Kanton loopende Westrivier liggen, opgesloten zijn. (Van onze eigen correspondent). Berlijn, 10 October. In de woelige dagen tusschen Hitler's eerste gesprek op den Obersalzberg met minister-president Chamberlain en zijn tweede conferentie te Godesberg ontving de leider van het Duitsche volk den En- gelschen journalist Ward Price van de „Daily Mail", en in den loop van dit on derhoud riep Hitier uit: „Lieve hemel! Hoeveel verder zou ik met mijn bouw plannen in Duitschland al niet zijn ge weest ,dls men mij niet had gedwongen, alle beschikbare krachten naar de west grens te zenden om versterkingen aan te leggen!" Inderdaad, ook wij in Berlijn hebben in den loop van dezen zomer bemerkt, dat het niet meer wilde opschieten met deze grootsche bouwplannen. Met stoom is al leen voortgewerkt aan de vergrooting van Hitler's kanselarij in een der zijstraten van de Wilhelmstrasse. Erg fraai is dat stuk architectuur helaas niet geworden. Het Derde Rijk houdt er een eigen bouw stijl op na, die hier en daar wel als ge lukt is te beschouwen, maar die twee cardinale fouten heeft: te weinig afwis seling te brengen en zich te streng aan de wetten der symmetrie te houden. Of men nu de nieuwe kanselarij in Berlijn ziet of het thans historisch geworden „Führer- haus" en de bijbehoorende complexen in München, het is alles lood1 om oud ijzer. Overal hetzelfde neo-hellenisme, overal dezelfde nuchtere, hooge zuilen, dezelfde symmetrie, dezelfde vensters. En daarom verwachten we, dat de vier universiteiten, die in het Berlijnsche Wes ten zullen verrijzen, alweer op het nabij Alkmaar, 14 October. De „vrede van München" heeft helaas geen vrede gebracht, heeft althans niet die oplossing gebracht, welke misschien velen hadden verwacht: gelukkige Sudeten-Duit- schers, die bij hun vaderland werden inge lijfd, gelukkige Polen en Hongaren, die nu weer onderdanen van hun eigen land zou den worden en een nieuw Tsjecho-Slowa- kije, weliswaar kleiner, weliswaar armer, maar zonder dat groote mengelmoes van rassen, die nauwelijks naast elkaar konden leven. Duitschland heeft het Sudetenland thans geheel bezet en het mag niet ontkend wor den, dat vrijwel overal de Duitsche troepen met gejuich zijn ontvangen. Niet overal ech ter, want wij hebben dezer dagen een foto gezien van de intocht der Duitsche soldaten m het stadje Policka. Geen vlaggen, geen hossende menigte, geen meisjes die bloemen aanbieden. Nee, op het marktplein groepjes burgers, die van de Duitschers kennelijk niets moe ten hebben. Geen wonder: het stadje telt 4000 Tsjechen en eenige honderden Duit- sche bewoners. Voor deze 4000 is de intocht geen heugelijke dag geweest. En dan zijn er nog die Sudeten-Duitschers, die geen nazi's zijn, doch behooren tot de vroegere sociaal-democratische partij. Zij hebben de Praagsche regeering in haar moeilijken strijd steeds gesteund, zij hebben zich steeds anti-Hitier getoond. En deze ze ker niet onbelangrijke groep Sudeten-Duit- schers heeft slechts te kiezen: of de kans op een concentratiekamp, of de vlucht naar het nieuwe Tsjecho-Slowakije. In beide gevallen hebben ze slechts hun leven gered, maar meer ook niet. Behalve de Sudeten-Duitsche kwesties zijn er de Hongaarsche en Poolsche bevol kingsgroepen. Meer dan duizend Tsjechen werden uit de door Polen bezette gebieden verdreven. Er werd hun 24 uur tijd gegeven om het land te verlaten. Alle Tsjechische scholen werden gesloten en de leearen en onderwijzers ver wijderd, terwijl Tsjechische arbeiders in de fabrieken en mijnen in de buurt op staan- den voet werden ontslagen. Belangwekkend is echter de Hongaarsch- Tsjechische kwestie. Hierboven zal men kunnen lezen, hoe de onderhandelingen tus schen Hongarije en Tsjecho-Slowakije mis lukt zijn. Het zijn de Fransche bladen, die over dat mislukken een zeer merkwaardige beschouwing geven en die niets minder me- dedeelen, dan dat Tsjecho-Slowakije ge steund wordt door.... Duitschland! Omdat Duitschland zich krachtig verzet tegen een Poolsch-Hongaarsche grens. Zoo zegt de „Jour": „Bevestigd wordt, dat Duitschland in het geheim het verzet van Tsjecho-Slowakije steunt en een conferentie van vier zou, als zij wordt gehouden, een verandering in de allianties kunnen vast stellen. De eischen van Hongarije worden door Mussolini gesteund en er zal een com promis tusschen de bestanddeelen van de spil tot stand moeten komen. Zonder dat men nieuwe offers van Tsjecho-Slowakije vraagt of wil trachten Duitschland te om singelen, moet men bedenken, dat het niet slecht zou zijn, als met een machtaanwas van het Duitsche rijk een versterking van Polen zou correspondeeren". We schreven hier, dat Duitschland zich krachtig verzet tegen een Poolsch-Hongaar sche grens. De Poolsche pers denkt daar echter geheel anders over. i De Gazeta Polska schrijft, dat een ge meenschappelijke PoolschHongaarsche grens niet alleen een staatsbelang van Polen en Hongarije is, maar ook in het welbegre pen belang van Roemenië, omdat daardoor voor de toekomst het gevaar weggenomen wordt, dat uit de Russisch-Tsjechische flir- tation ontstaat. Deze oplossing is ook in het belang van de Slowaken en Tsjechen, omdat zij inplaats daarvan een waarborg van hun ethnografische grenzen kunnen verkrijgen. Tenslotte is het in het belang van alle lan den in Europa, die in Centraal-Eurcpa de voorwaarden willen scheppen voor een duurzamen vrede, evenwicht en vriend schappelijke samenwerking van alle belang hebbende staten. Sommige onverantwoorde lijke uitlatingen van de Fransche pers zou den een anderen indruk kunnen wekken, maar er zijn andere feiten, welke erop wij zen, dat Frankrijk vrij snel tot zichzelf komt, na de ineenstorting van zijn op de ficties van Benesj gebaseerde politiek. Duitschland heeft Hongarije zijn steun toe gezegd en er is geen officieele Duitsche ver klaring die er op wijst, dat de Duitsche staatslieden zich aan hun verplichtingen willen onttrekken. De houding van Italië is bekend. De eenige factor, die een iverigens slecht begrepen belang zou kunnen hebben bij de handhaving van een haard van twee dracht aan de Poolsch-Roemeensch-Hon- gaarsche grens is dus Praag. Benesj is ver dwenen, maar zijn kwade geest bestaat voort in de mentaliteit van de Tsjechische diplomaten om de betrekkingen in Centraal- Europa te blijven vertroebelen. Zij zullen daar echter niet lang in slagen, daar de wereld vrede wenscht. Polen wil in vriend schap met het Tsjechische volk leven, maar Sub-Karpathisch Rusland heeft niets ge meen met de belangen van het Tsjechische volk. gelegen Stadion en op alle andere Derde- rijksche architectonische wonderen zullen gelijken. Maar het ziet er naar uit, alsof het tem po eenigszins verlangzaamd is. Het is ons nog niet gelukt, een blik te slaan in de enorme vestingwerken, die Hitier aan de Fransch-Duitsche grenzen heeft gebouwd en waarvan hij gisteren in Saarbrücken nog eens verzekerde, dat ze zoo geweldig zijn, dat geen macht ter wereld in staat zal zijn ze te doorbreken. Men weet, dat Hitier in diezelfde rede van gisteren heeft aan gekondigd, dat ze zullen worden doorge trokken door het Saargebied en het district van Aken. Erg duidelijk was die aankondiging niet; maar men slaat de plank zeker niet ver mis als men aan neemt, dat zich deze vestinggordel straks ook zal uitstrekken langs onze geheele Limburgsche grens om te verhinderen, dat deze voor Nederland nauwelijks verdedig' bare provincie nog langer opmarschge- bied vanuit het Westen zal blijven. Het behoort intusschen niet tot mijn competentie, daarover in bijzonderheden te treden! Ik maak er alleen melding van, om er de opmerking aan vast te knoopen, dat het nu wel voorjaar en zomer 1939 zal worden, voordat de honderdduizenden arbeiders uit geheel Duitschland, die voor deze militaire werken naar het Rijnland zijn gezonden, naar hifn haardsteden zul len terugkeeren, en dat het daarom ook wel herfst 1939 zal worden alvorens voor nor male bouwplannen weer voldoende ijzer, hout en cement ter beschikking zal staan. Gebrek aan werkkrachten en gebrek aan dit materiaal is het dan ook geweest, waarom Hitler's grootsche bouwplannen vooral ook in Berlijn, sedert vele maanden niet meer willen opschieten. Ik heb u indertijd over die plannen, die in het leven van tienduizenden Duitsche gezinnen ingrijpen, uitvoerig ingelicht, Berlijn, Hamburg, Neurenberg en Mün chen zy'n de hoofdcentra van deze bouw- koorts, en daarnaast mag natuurlijk het reusachtige werk van den aanleg der z.g. „Reichsautobahnen" niet vergeten worden. Wat deze prachtige auto-snelwegen be treft, welker lengte voorloopig met 13000 km. was aangegeven, waarvan per jaar 1000 km. moesten gereed komen, tas ten we nu natuurlijk weer eenigszins in het duister. Want dit voorjaar is Oosten rijk bij Duitschland gekomen, zooeven heeft het Derde Rijk nog belangrijke dee- len van Tsjecho-Slowakije opgeslokt, en heden is nog niet bij benadering te zeg' gen, hoe deze kleine republiek er tegen Kerstmis zal uitzien. Het is zeer goed denkbaar, dat nieuwe projecten voor ver lenging der auto-snelwegen daarvan af hankelijk zullen zy'n. Maar het is eveneens denkbaar, dat ten gevolge van de enorme militaire bouw plannen in het westen het tempo van den aanleg der wegen verlangzaamd zal worden. Wat in het bijzonder Berlijn aangaat, verkeert men in twijfel, of de doorbraken en afbraken, die verband houden met den aanleg van de oord-Zuid en Oost-West verkeerswegen in de rijkshoofdstad, die elkaar kruisen bij het punt, waar zestig jaren lang de „Zuil der Overwinning" op het plein van den Rijksdag heeft gestaan, wel zoo snel zullen worden doorgevoerd als oorspronkelijk bedoeld was. In Duitsch land heerschte reeds in 1937 een nijpend gebrek aan geschoolde arbeiders. Nu er honderdduizenden naar het Westen zijn gezonden om forten en andere versterkin gen aan te leggen, is dit gebrek natuurlijk nog veel storender geworden. Het is een feit, dat men in Berlijn vaak wekenlang moet wachten, voordat een electricien, een schilder, een timmerman voor huiselijke reparaties ter beschikking staat. Deze onzekerheid brengt wonderlijke toestanden met zich. Zoo wonen langs de bekende „Heer- strasse" in het Berlijnsche „Nieuwe Wes ten" in grootendeels splinternieuwe villa's (in totaal ongeveer 130) gezinnen, die dit voorjaar de aanzegging hadden gekregen, dat zij op 1 October 1939 hun huizen moe ten verlaten, omdat die bestemd zijn voor afbraak en om plaats te maken voor de vier universiteiten, die hier binnen drie of vier jaren gereed moeten komen. Natuur lijk krijgen deze 130 huiseigenaars alle schade vergoed en eenigszins gelijksoortl gen grond in een ander deel van Berlijn aangewezen om hun villa's opnieuw neer te zetten. Velen hebben ook reeds den nieuwen grond gekocht en wachten op den aanleg der straten om met den bouw te beginnen. Maar nu maakt de groote politiek eensklaps alles weer onzeker en bestaat de mogelijkheid, dat arbeiders en materiaal voor de nieuwe wijk niet tijdig ter beschikking zullen staan. Duitschland bouwt sedert 1933 kazernes zonder tal. Daarbij komen dan nog de nieuwe vestingwerken, die milliarden ver slinden. Het Rijk beschikt wel over beton fabrieken, en er worden ook alweer nieu we gebouwd, maar de productie is niet bij benadering voldoende voor de vraag. En natuurlijk gaan de rijksbestellingen vóór. Ook aan staal en ijzer is gebrek, zoozeer zelfs, dat de bewoners worden aange maand, de ijzeren hekken rondom de tuinen en voortuintjes af te breken en ter beschikking te stellen, om ze door na- tuurlijke heggen te vervangen. De annexatie van geheel Oostenrijk en van belangrijke deelen van Tsjecho-Slo wakije beteekent voor Duitschland na tuurlijk in vele opzichten een aanwinst, maar toch meer in een verre toekomst dan voor het heden; en daarnaast staan zware lasten, omdat noch Oostenrijk noch het Sudetenland „in prima-conditie" zijn over genomen. Overal moet opnieuw gebouwd, het economische leven met zware offers op gang worden gebracht. Dat eischt Duitsch kapitaal en Duitsche werkkrach ten, en dat beteekent ook uitstel van de vele groote werken in het „Oude Rijk." Na de van Duitsch standpunt gezien begrijpelijke vreugde over de groote poli tieke successen van 1938, is dus stellig een tegenslag te verwachten als straks de nuchtere gevolgen der annexatie zich in 't dagelyksch leven bemerkbaar zullen gaan maken. Vooral het Sudetenland is arm gebleken. De winterhulp 1938'39 zal enorme sommen juist voor deze nieuw- gewonnen bevolking verlangen. Maar ook het staatkundig beheer. Oostenrijk kwam als normale staat bij Duitschland. Het Sudetenland (om dezen eenigszins onjuis- ten naam nu maar voorloopig te handha ven) is geen geheel, maar een uit vroeger staatsverband losrukte strook. Hier zal nog langen tijd noodig zy'n om tot een reorganisatie te komen, die een normale verbinding met het Rijk mogelijk maakt. Dat zal geld, tijd, en vooral werkkrachten kosten. Ook al staat het nu reeds vast, dat de Sudeten-Duitschers betere werkkrach ten zijn dan de Duitsch-Oostenrykers. Het grootste spionnage-proces uit de geschiedenis der Vereenigde Staten zal morgen beginnen voor het Federale Hof te New-York, waarvan John Knox presi dent is. Vier beschuldigden zullen aanwe zig zijn, n.1. Johanna Hoffman, kapster aan boord van het Duitsche schip „Euro pa", die er van verdacht wordt, als tus- schenpersoon te hebben dienst gedaan bij de overbrenging van documenten betref fende de defensie der Vereenigde Staten,; Guenther Gustav Rumrich, oud-sergeant in het Amerikaansche leger en deserteur, die er van beschuldigd wordt een code der militaire luchtmacht te hebben gestolen; Erich Glasser, soldaat bij de luchtmacht, verdacht van het stelen van geheime do cumenten, en Otto Herman Voss, employé in de vliegtuigenfabriek „Seversky", verdacht van het stelen der plannen van een nieuw model jachtvliegtuig. Veertien veel gewichtiger verdachten zullen niet aanwezig zijn, daar zij zich in het buitenland bevinden. Tot hen behooren drie officieren van het Duitsche ministe rie van oorlog. Drie dooden bij treinongeval. - Drie mijl ten Westen van Elgin (Am.) is gisteren de stoomketel van de locomotief van een goederentrein gesprongen. Drie leden van het treinpersoneel kwamen hierbij om het leven. Twee terechtstellingen. - Heden werden de door den Duitschen rijkskrijgsraad ter dood veroordeelde „landverraders" Franz Backes uit Trier en Joseph Baranek uit Ratibor terechtgesteld. Backers was uit geldzucht tot een gevaarlijken spion gewor den. Baranek had zich uit gewetenloosheid en wintszucht aan den berichtendienst van een vreemde mogendheid verkocht. Beiden hebben hun misdrijven gedurende een lang durig tijdperk uitgeoefend. De huiszoekingen te Sofia. - Gister avond omstreeks zeven uur kon de bevolking van Sofia haar normaal leven hervatten na de huiszoekingen. De telefoon- en tele graafverbindingen werden hersteld. Omtrent de maatregelen van gisteren wer den geen nadere aanduidingen verstrekt. Het schijnt evenwel, dat deze in verband stonden met de moord van Maandag j.L Men weet evenwel niet of de maatregelen zijn ge nomen gegrond op zekere aanduidingen, dan wel, dat zij een gewone zuiveringsactie be- teekenden. Tien personen bij auto-ongeluk gedood. - Een vrachtauto, waarop 29 personen had den plaats genomen, is door het weigeren der remmen te Felsenberg (Oostenrijk) tegen een muur gereden en omgeslagen. Tien inzittenden kwamen om het leven, de an dere werden ernstig gewond. Oliebrand te Linden gebluscht. - Men is den grooten brand te Linden thans na 24 uur meester geworden. De geweldige olie tanks zijn vernield en de schade wordt op een millioen dollar geraamd. Weer een neger gelyncht. - Een uit enkele honderden blanken bestaande menig te te Ruston (Louisiana) heeft een negen tienjarigen neger gelyncht. Hij werd ver dacht van het dooden van een blanke en mishandeling van een vrouw. Wielrennen. DE KWESTIE WALS EN KaSER. De sport-commissie van de Nederl. Wielren-Unie heeft 'n onderzoek ingesteld naar de beweerde misdragingen van den wielrenner C. Wals en den gangmaker Alb. Kaser in de finale van het wereld kampioenschap 1938 op de Stadion-wieler baan te Amsterdam verreden. De beide genoemden zyn ter verant woording verschenen in de gister gehou den vergadering van deze commissie. Het onderzoek heeft echter niet het be wijs kunnen opleveren, dat Wals en Kaser hun kansen in dezen wedstrijd niet vol doende zouden hebben verdedigd. Voetbal. H. S. V.—JONG HOLLAND. Als de terreinomstandigheden aan de Zaan den wedstrijd niet onmogelijk maken moeten onze plaatsger.ooten naar H. S. V., de ploeg van de Hille's beschuitfabrieken. Van den uitslag valt weinig te voorspel len, al zal deze vermoedelijk niet ver van een gelijk spel afliggen. We hopen dat de Alkmaarders zich allen met élan in den strijd zullen werpen. Oranje-truien play up! is het EENiGE DAGBLAD met een EIGEN STADSKARAKTER. Dat is de GROOTSTE WAARDE voor den adverteerder! 3tel. 3320.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 9