DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Weer een vier-mogendheden-conferentie
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN
Van 15 regels 1.25, elke regel meer f 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven irancc aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
No. 243 Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur! C. KRAK.
Zaterdag 15 October 1938
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
140e Jaargang
Hongaarsche stappen in deze richting.
Hongarije mobiliseert.
De Nazi-terreur te Weenen.
Een officieel verslag van de
„Osservatore Romano".
Bereidt Berlijn nieuwe
verrassing?
Opzegging van Duitsch-Britsch
vloot-accoord
De algemeene toestand.
Japansch ultimatum aan
Kanton
Overgave der stad vóór heden
morgen geëischt.
ALKMAARSCHE COURANT.
Er staan in Midden-Europa weer ern
stige dingen te gebeuren. De conferentie
tusschen de Hongaarsche en Tsjechische
delegatie werd Donderdagavond zooals
gemeld, plotseling afgebroken en Hon
garije liet toen reeds bekend maken, dat
het de hulp der vier mogendheden zou
inroepen.
Daartoe heeft Boedapest thans de
eerste stap gedaan. Maar het heeft nog
méér gedaan: het heeft vijf licntingen
onder de wapenen geroepen, zoodat de
vraag hier moet luiden: wil Hongarije
de bemiddeling van de vier mogendhe
den of wil het desnoods wapengeweld?
Voorloopig schijnt het een interventie
te prefereeren.
Tengevolge van het afbreken van de Tsje-
chisch-Hongaarsche onderhandelingen heeft
Hongarije een verzoek aan Mussolini ge
richt, opdat de vier groote mogendheden
spoedig worden bijeengeroepen, teneinde dit
geschil te regelen.
Hitier van zijn kant heeft, naar Havas
seint, gistermiddag om drie uur in het
Führerhaus den vroegeren minister-presi
dent van Hongarije, Daranyi, ontvangen,
die per vliegtuig te München was aangeko
men.
Daranyi was vergezeld van den Duitschen
gezant te Boedapest, baron von Erdmanns-
dorf.
Het onderhoud heeft ongeveer een uur
gaduurd. Aan de onderhandelingen namen
deel von Erdmannsdorf, von Ribbentrop en
de adjudant van Hitier, Brückner, De be
sprekingen hadden natuurlijk op het Hon-
gaarsch-Tsjechisch geschil betrekking.
Tegelijkertijd is, blijkens een Havns-tele-
gram te Rome de chef van het kabinet van
den Hongaarschen minister van buitenland-
sche zaken, graaf Csaky per vliegtuig aan
gekomen. Hij werd ontvangen door den
Hangaarschen gezant te Rome, baron
Villani.
Men brengt dit bezoek in verband met het
onderhoud, dat baron Villani gisteren heeft
gehad met den Italiaanschen minister van
buitenlandsche zaken, graaf Ciano, en het af
breken van de besprekingen te Komarom.
Reeds gistermiddag heeft de Italiaansche
minister van buitenlandsche zaken, graaf
Ciano, den Hongaarschen kabinetschef van
buitenlandsche zaken, ontvangen.
Welke beslissing Mussolini nemen zal is
nog niet bekend, maar wel zou er reeds tus
schen Rome, Berlijn, Londen en Parijs van
gedachten zijn gewisseld. Naar verluidt, zou
Csaky aan Ciano hebben medegedeeld, dat
de zaak dringt, daar de situatie met den dag
ernstiger zou worden.
De Hongaarsche demarches te Berchtes-
gaden en te Rome, zijn, naar het „Hong.
Tél.-agentschap" nader preciseert, het direc
te gevolg van de mislukking van de confe
rentie van Komarom. De Hongaarsche re
geering is n.L van oordeel, dat na dit echec
de „verklaring van München" van kracht
wordt, volgens welke de Hongaarsch-Tsje-
chische kwestie onderwerp zal worden van
een nieuwe bijeenkomst der vier groote
mogendheden.
Hongaarsche ministerraad.
De vergadering van den Hongaarschen
ministerraad, na het afbreken der onderhan
delingen te Komarom begonnen, heeft tot in
de ochtenduren geduurd. De minister van
buitenlandsche zaken Kanya, heeft verslag
uitgebracht van de met de Tsjecho-Slowa-
ken gevoerde onderhandelingen en de mi
nisterraad heeft daarop besloten maatrege-
fen te nemen tot versterking van de mili
taire beveiliging van het land.
„De besprekingen te Komarom zijn mis
lukt", aldus wordt van Hongaarsche zijde
nogmaals uiteengezet, „omdat de Tsjecho-
Slowaaksche delegatie weigerde zuiver Hon-
gaarsch gebied af te staan op grond van
economische en strategische overwegingen,
alsmede op grond van redenen van ver-
keerspolitiek. Zij wilde slechts het Donau-
eiland Schuett en een smalle strook langs de
grens afstaan, terwijl de belangrijke Hon
gaarsche steden in verband met de spoorlijn
m Tsjecho-Slowaaksche handen zouden blij
ven. Ook de zuiver Hongaarsche stad Koma-
r°m, de geboorteplaats van den roman
schrijver Jokai en van den componist Lehar,
*ou niet bij Hongarije komen, doch een
Donau-vrij haven worden.
Bovendien poogde de Tsjecho-Slowaak
sche regeering militairen druk uit te oefe
nen, door het achterwege laten van de aan
gekondigde demobilisatie, terwijl in radio
redevoeringen werd gewezen op de wapen
macht.
Ook volkenrechtelijk was de toestand niet
duidelijk, aangezien de Tsjechische regeering
werd vertegenwoordigd door den Slowaak-
schen minister-president en den Roetheen-
schen minister-president".
Hongarije eischt snel recht.
Uit betrouwbare bronnen wordt verno
men, dat de Hongaarsche regeering reeds
gisternacht de vier-mogendheden van Mün
chen en Polen medegedeeld heeft, dat Hon
garije de onderhandelingen met Praag heeft
afgebroken. Hongarije deelde gelijktijdig
mede, dat het zich alle rechten voorbehoudt,
om de door Hongarije noodig geoordeelde
maatregelen te treffen.
Bovendien werd meegedeeld, dat de Hon
gaarsche regeering „zeer spoedig" van de
vier genoemde mogendheden een beslissing
betreffende het Hongaarsch-Tsjechische
conflict verwacht.
In de commentaren van de regeeringspers
over het besluit van den ministerraad tot
militaire maatregelen komt tot uitdrukking,
dat deze maatregelen te sneller moeten wor
den uitgevoerd, daar het Tsjechische leger
reeds stellingen langs de grens heeft betrok
ken. Van welken aard de militaire maatre
gelen van Hongarije zijn, wordt niet ver
meld.
Hongarije beschuldigt.
Naar het Hongaarsche telegraaf-agent-
schap bericht, zijn gistermorgen in de Tsje
chische plaatsen Goemoer en Abauj sterke
afdeelingen infanterie en mitrailleur-afdee-
lingen van het Tsjechische leger aangeko
men, welke de vestingwerken aan de grens
en verder het land in hebben bezet.
Sedert Donderdag komen weer groote
scharen Hongaarsche vluchtelingen over de
giens. Zjj verklaarden, dat iedere Hongaar,
die tijdens de besprekingen te Komarom
blijk heeft gegeven van zijn Hongaarsche
gezindheid, thans door de Tsjechen wordt
vervolgd.
Vluchtelingen uit Kasa hebben bericht,
dat de Tsjechen in de laatste dagen 1300
politieke gevangenen, meest Hongaren, heb
ben vrijgelaten, doch thans worden ware
drijfjachten georganiseerd om de vrijgela
tenen weer te vangen.
Volgens de laatste berichten van de grens
zou de bevolking in sub-Karpathisch Rus
land door de Tsjechen worden onderdrukt,
omdat zij betoogingen houdt voor aanslui
ting bij Hongarije. Aanvankelijk verliepen
deze betoogingen kalm, doch nadat de be
volking was verbitterd door de Tsjechische
represailles, greep zij naar de wapenen, wel
ke aan de Tsjechische gendarmen en solda
ten werden ontrukt of uit geheime depots te
voorschijn gehaald.
De Tjsechische autoriteiten, zoo gaat het
Hongaarsche bureau verder, willen doen ge-
looven, dat er geen sprake is van bloedige
incidenten, doch alleen van onbeteekenen-
de incidenten. Dit is evenwel geenszins het
geval, overal is krachtig verzet gerezen.
Hongaarsche terroristen gearresteerd.
Uit Uzhorod wordt officieel gemeld, dat
een groep van drie tot vierhonderd Hon
gaarsche terroristen, welke gewapend uit
Hongarije was gekomen, door müitairen en
gendarmen is omsingeld in een woud in het
district Sevljus, in sub-Karpatisch Rusland
en gevangen genomen.
De meeste arrestanten zijn intelleetueelen,
allen leden van Hongaarsche irredentistische
organisaties. Onder hen bevindt zich de
zoon van dr. S. Zalassy, den leider van de
Hongaarsche nationaal-socialisten.
De mobilisatie in Hongarije.
Het Hongaarsche telegraafagentschap pu
bliceert in verband met de mobilisatie van
vijf Hongaarsche lichtingen een bericht van
den volgenden inhoud:
De tengevolge van de onderbreking der
Hongaarsch-Tsjechoslowaaksche onderhan
delingen ontstane toestand en de dreigemen
ten der nog tijdens de onderhandelingen
van Tsjecho-Slowakije genomen militaire
maatregelen hebben in het belang van de
opvoering der militaire veiligheid van Hon
garije nieuwe maatregelen noodzakelijk ge
maakt. Tot dit doel vaardigt de Hcnved-
minister Zaterdag een proclamatie uit, waar
in het oproepen van vijf lichtingen bevolen
wordt. De dienstplichtigen, die behooren tot
de lichtingen 1908 en 1911 moeten zich reeds
Maandag bjj hun troep melden.
De „Osservatore Romano" publi
ceerde gister het volgende verslag van
de aanvallen op den aartsbisschop
van Weenen, Z. H. Em. kard. Innitzer,
op 7 October j.1.
„Op een vergadering van de katho
lieke jeugd in de Sint Stefanus-kathe-
draal had kardinaal Innitzer de
jongelieden aangespoord, in het
geloof te volharden.
Toen deze jongelieden, ten getale
van ongeveer zesduizend, het kerkge
bouw hadden verlaten, juichten zij
den kardinaal toe.
Groepen van de Hitlerjeugd en
S.A.-afdeelingen hielden tegenbetoo-
gingen en riepen „Ons geloof is
Duitschland. Weg met Innitzer".
De katholieke jeugd antwoordde niet,
doch later verzamelde de S.A. zich voor
het paleis van den aartsbisschop, wierp,
onder het slaken van kreten, stèenen tegen
de deuren en eischte, dat de kardinaal
naar een concentratiekamp zou worden
gezonden.
De secretaris van den kardinaal waar
schuwde de politie en om elf uur in den
avond werden de betoogers verwijderd.
Den volgenden dag, 8 October, te kwart
over acht begonnen de vijandige betoogin
gen opnieuw.
Vensters werden ingeworpen en op
nieuw werd de politie gewaarschuwd. Zij
verzekerde, dat de noodzakelijke maat
regelen waren genomen, doch een kwar
tier later, vóórdat zij ingegrepen had,
hadden de betoogers de deur geforceerd
en waren zij het paleis binnengedrongen.
Om heiligschennis te voorkomen, nut
tigde een prelaat de aanwezige geconsa
creerde H. Hosties, vóór de betoogers, die
een secretaris van den kardinaal hadden
neergeslagen, de kapel konden binnen
dringen.
In de kapel vernielden zij een beeld en
een crucifix.
Het purper, het borstkruis en de kardi
naalsring van den aartsbisschop werden
gestolen, het meubilair, schilderijen en
kunstvoorwerpen werden vernield.
Een ceremoniarius werd met een kande
laar mishandeld, terwijl een secretaris
naar een balkon werd gesleept en omlaag
geworpen. Hij werd echter nog tijdig door
meer kalme demonstranten gered.
Toen de politie, veertig minuten nadat
zij was gewaarschuwd, ter plaatse kwam,
trokken de betoogers zich onder het zingen
van het Duitschlandlied terug, zonder dat
iemand werd lastig gevallen. Slechts één
persoon werd gearresteerd.
Tegelijkertijd speelden zich gelijke too-
neelen af in een huis nabij het paleis, waar
de kardinaal een toevlucht had gezocht.
De kardinaal werd ontdekt en beschimpt.
De kanunnik Kravarik werd uit een
venster geworpen en bleef ernstig gewond
liggen.
De betoogers verbrandden op het plein
voorwerpen van waarde, o. a. den mantel
van den kardinaal.
Italiaansche kringen te Berlijn
maken melding van de reactie in
Duitsche officieele kringen op de nei
ging van verantwoordelijke Engelsche
kringen, om het tempo der bewape
ning van Groot-Brittannië te ver
haasten.
De conclusie is, dat Duitschland er
zeer wel toe zou kunnen komen, de
Engelsch-Duitsche vlootovereenkomst
van Juni 1935 op te zeggen, indien
Engeland vasthoudt aan zijn plannen,
zijn herbewapening op te voeren.
'Volgens de „Popoio di Roma" „zou
Duitschland gedwongen kunnen worden,
het voorbeeld van Engeland en Frankrijk
te volgen en bijgevolg eventueel ook de
vlootoverenekomst met Londen op te zeg
gen".
Intusschen zijn nog andere geruchten in
omloop. Een ervan heeft betrekking op een
Britsch-Duitsch luchtvaartpact, dat Berlijn
aan Londen zou willen voorleggen en
ALKMAAR, 15 October.
Een in de nacht-edities der Poolsche
bladen verschenen artikel van officieus
uiterlijk behandelt de Hongaarsche eischen
jegens Tsjecho-Slowakije en de noodzake
lijkheid van een gemeenschappelijke grens
tusschen Polen en Hongarije. Het artikel
constateert het zeer groote gevaar van den
toestand, ontstaan door de verbreking der
onderhandelingen te Komaron.
De tegenwoordige staat van zaken aan
de zuidoostelijke grens van Tsjecho-
Slowakije, aldus het artikel, kan niet lang
duren, aangezien hij de bron is van zeer
ernstige internationale complicaties. Een
gewapend conflict lijkt niet uitgesloten.
De opstand in sub-Karpathisch Rusland
wint aan omvang, de eerste gefusilleerden
vallen. De Tsjecho-Slowaaksche regeering
wil in sub-Karpathisch Rusland de Hon
gaarsche bevrijdingsbweging liquideeren,
het opperbevel van het Tsjechische leger
concentreert troepen aan de Hongaarsche
grens. Het is een somber beeld, dat een
mislukking schijnt te voorspellen van de
bedoelingen der conferentie te München,
n.1. de definitieve stabilisatie in Zuid-
Oost-Europa langs den weg van interna
tionale waarborging der grenzen van het
nieuwe Tsjecho-Slowakije. Niemand kan
rekenen op zulk een waarborg, zoolang de
rechtstreeks betrokken staten niet zullen
erkennen, dat een billijke, logische en
vitale oplossing gevonden zal zijn. Deze
oplossing kan niet beperkt blijven tot vol
doening van de Duitsche en Poolsche
eischen, maar moet ook voldoening aan de
wettige Hongaarsche eischen brengen.
Het artikel besluit met er op te wijzen,
dat het Tsjecho-Slowakije, zooals het
vandaag nog bestaat, een agglomeratie
vormt van geographische, economische,
ethnographische en strategische dwaas
heden, aangezien het ontbloot is van de
mogelijkheden tot verbinding tusschen de
Tsjechische, Slowaaksche .,en Roetheensche
landen. Polen, noch Hongarije, en daar
door zelfs Duitschland, en Italië niet, kun
nen zoo absurde grenzen waarborgen
Niemand kan trouwens geïnteresseerd zijn
in een stabilisatie van dezen staat van
zaken.
De besprekingen tusschen Hongarije en
Tsjecho-Slowakije zijn afgebroken. Men
weet, dat Hongarije daarna heeft gemo
biliseerd en de bemiddeling van de vier
groote mogendheden heeft ingeroepen. De
Slowaaksche minister Durcansky daaren
tegen wil trachten, de kwestie nog onder
ling op te lossen. Tegenover een verslag
gever van Havas verklaarde hij n.1.:
„Voor wij de oplossing van het probleem
in handen stellen van de mogendheden
zullen wij nogmaals probeeren directe
onderhandelingen met Hongarije aan te
knoopen. Het is niet buitengesloten, dat wij
een derden staat verzoeken als bemidde
laar tusschen ons op te treden.
Afgevaardigde Sidor zal binnenkort
naar Warschau vertrekken, waar hij bis-
schien hierover onderhandelingen zal
aanknoopen.
In afwachting daarvan is de toestand
als volgt:
De Hongaarsche delegatie heeft een plan
voorgelegd volgens hetwelk Slowakije
11.268 vierk. K.M. van zijn gebied met
1.120.000 inwoners zou moeten afstaan.
Sub-Karpathisch Rusland zou volgens dit
plan Hongarije 1.982 vierk. K.M. met
218.000 inwoners moeten afstaan. Onder
deze omstandigheden zouden Slowakije en
sub-Karpathisch Rusland door aan Hon
garije 670.000 Hongaren terug te geven
meer dan 650.000 bewoners van het Sla
vische ras verliezen.
De Slowaaksche delegatie heeft harer
zijds voorgesteld aan Hongarije 5.784
vierk. K.M. met 395.000 inwoners af te
staan, waarvan 45.000 Slowaken. De
300.000 Hongaren, die in Slowakije zouden
moeten blijven zouden de 300.000 Slowa
ken van Hongarije compenseeren.
De Hongaarsche delegatie weigerde op
deze basis te onderhandelen, hoewel wij
zeiden, dat het slechts een plan was en wij
bereid waren over zekere concrete punten
te onderhandelen. Ik herhaal, aldus Dur
cansky: wij willen ons met de Hongaren
verstaan, doch wij aanvaarden geen
dictaat. Wij hebben niet in een oorlog den
nederlaag geleden en wij hebben hetzelfde
recht op rechtvaardigheid als de Hon
garen.
Daarom konden wij niet het ontwerp
der Hongaarsche delegatie aanvaarden.
Wij zijn steeds bereid met haar te onder
handelen op de basis der beide ontwerpen.
Wij zijn overtuigd dat een compromis
mogelijk is.
Toch ben ik van meening, aldus Du-
cansky, dat het onder de huidige omstan
digheden, waarin de Hongaasche delegatie
om duidelijke redenen niet kan toegeven,
wel wenschelijk zou zijn, dat de kwestie
met bijstand van een neutrale mogendheid
werd opgelost
Indien de Hongaren deze laatste poging
nog van de hand zouden wijzen, zou het
aan de vier mogendheden van München
zijn definitieve beslissingen te nemen."
Het onafhankelijk dagblad Lidove-Hovyni
Herinnert er aan, dat Durcansky eergiste
ren en gisteren te Berlijn heeft vertoefd
om zich op de hoogte te stellen van de
opvatting in Duitsche politieke kringen
over het Hongaarsch-Slowaaksche geschil.
Dat maakt zijn bovenstaande verklaring
natuurlijk belangrijker.
Hoe het echter ook zij, de toestand in
Midden-Europa eischt een spoedige ophel
dering, wil de vrede in Europa bestendigd
blyven.
waarin de verhouding der beide lucht
machten zou zijn drie tegen één ten gunste
van Duitschland!
In een door de „Yorkshire Evening
News" gepubliceerd artikel beweert
„Augur" inderdaad, dat von Ribbentrop
Hitier het schema van een luchtpact heeft
voorgelegd, dat beoogt tot basis te dienen
voor onderhandelingen met Londen.
„Er bestaan goede redenen te gelooven",
aldus het artikel, „dat von Ribbentrop
Hitier heeft voorgesteld, Groot-Brittannië
een verhouding van de luchtmachten aan
te bieden van drie tegen één ten gunste
van Duitschland."
Een luchtpact?
Enkele bladen hebben melding gemaakt
van Duitsche plannen tot het voorstellen
van een luchtpact, dat de Britsche mili
taire luchtvaart tegenover de Duitsche
luchtstrijdkrachten blijvend in de minder
heid zou plaatsen. In welingelichte krin
gen verklaart men omtrent zulk een plan
geen officieele gegevens te bezitten.
Indien een dergelijk voorstel mocht
worden gedaan, acht men het hoogst twij
felachtig, of het als basis voor onderhan
delingen zou kunnen dienen.
Onderhandelingen zouden daarentegen
groote kans op slagen bieden, indien deze
zouden worden gevoerd met het doel te
komen tot kwalitatieve beperking, het
geen ook de totstandkoming van de vloot-
verdragen heeft mogelijk gemaakt.
Volgens berichten uit Kanton,
waarvan echter nog geen officieele
bevestiging kan worden verkregen,
zouden de Japanners aan de stad
Kanton den eisch gesteld hebben, zich
vóór hedenmorgen vroeg onvoorwaar
delijk over te geven.
Japansche vliegtuigen zouden Vrij
dagmorgen strooibiljetten boven de
stad omlaag hebben geworpen, waar
op dit ultimatum van 24 uur werd
vermeld en waarin tevens werd ge
zegd, dat in het tegenovergestelde
geval de stad door bombardementen
zou worden vernield.
Het Japansche legercommuniqué, dat
geregeld te Shanghai wordt gepubliceerd,
meldt, dat de Japansche troepen, na de
bezetting van Tam Sjoei naar het Westen
zijn opgetrokken en dat de Chineesche
verdediging daardoor geheel is ontwricht.
De Japansche vliegtuigen, aldus gaat het
communiqué voort, gaan de Japansche
troepen vooraf, om de Chineesche troe
penconcentraties op te sporen, waarna zij
deze geheel decimeeren. Zoo zouden zij bij
Wai Jeoeng, 70 K.M. ten Noord-Westen
van Ha Tsjoeng, 37 Chineesche tanks óf
geheel vernield, óf onbruikbaar hebben
gemaakt.
Volgens hetzelfde communiqué zou de
landing der Japansche troepen zoo .goed
geslaagd zijn, omdat de tijd daarvoor zoo
goed gekozen was, namelijk toen de nieu
we Chineesche commandant van de Bias-
baai een uitgebreid banket aan zijn offi
cieren had aangeboden, die na afloop in
een toestand verkeerden, die hen niet in
staat stelde om voldoenden tegenstand te
bieden.
Ondertusschen zou de opmarsch naar
Hankau volgens Japansche berichten
versneld worden voortgezet, nadat de Ja
panners den Chineezen gedurende deze
week honderdduizenden verliezen aan
dooden en gewonden hebben toegebracht.
De Japansche troepen zouden onder het
spervuur van hun vloot, ongeacht de Chi
neesche artillerie en machinegeweren, ge
land zijn en de toegangen tot de heeren
Ta Jeh en Wei Joean, 80 kilometer ten
Oosten van Hankau gelegen, hebben bezet,
waar zjj de versperringen in de rivier
hebben verwijderd, zoodat de Japansche
marine verder naar Ta Jeh kan op-
stoomen.
De Chineesche troepen zouden ten Zui
den van Jang Sin tot een tegenoffensief
zijn overgegaan. Zij werden echter afge
slagen.
De „gezegende generaal".
Van betrouwbare zijde wordt gemeld,
dat een van China's meest vooraanstaande
militairen benoemd is tot opperbevelheb
ber van de Chineesche strijdkrachten in
Zuid-China. Zijn identiteit is nog niet
bekend gemaakt, doch in den loop van
zijn schitterende militaire carrière heeft
hij nog nooit de nederlaag geleden, waar
om hij bekend staat als de „Gezegende
Generaal". Van zeer veel belang is ook,
dat hij over een diepgaande kennis be
schikt van de toestanden in Oost-Kwan-
toeng.
Blijkens een mededeeling van het hoofd
kwartier van maarschalk Tjang Kai Sjek
leidt generaal Matsoei, de vroegere com
mandant van de Japansche strijdkrachten
in het gebied van Shanghai, de Japanscho
operaties in Zuid-China.