DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Bij Hankau buldert het kanon.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het geheele Rijk 2,50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 'f 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven trance aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telet. 3320, redactie 3330.
No. 251 Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK.
Dinsdag 25 October 1938
Hooidredacteur: Tj. N. ADEMA.
140e Jaargang
De stad zal niet verdedigd worden door China.
Tsjang Kai Sjek vertrokken.
De algemeene toestand.
HANKAU VEROVERD.
Snelle Japansche opmarsch.
Verdwijningen in de
Sovjet-Unie.
Blücher in ongenade.
COURANT.
Voor het eerst is in Hankau duidelijk
het gebulder der kanonnen te hooren.
De burgerbevolking gaat intusschen
voort, de stad te ontruimen, welke thans
reeds half is verlaten.
Niettegenstaande het regenachtige
weer, hebben Japansche vliegtuigen
opnieuw Hankau en Woe Sjang hevig
gebombardeerd.
Officieel wordt aangekondigd, dat de
scheepvaart op de Jang Tse stroom
opwaarts van Hankau van hedenavond
acht uur af gestremd zal zijn.
Voor Hankau en de omliggende steden is
thans de staat van beleg afgekondigd.
De commissaris voor de verdediging, ge
neraal Kwo Sjan, heeft gesproken over de
mogelijkheid, dat gebouwen worden opge
blazen. De belangen van de buitenlanders
zullen echter worden geëerbiedigd, ver
klaarde de generaal.
Een ieder, die het leven van buitenlan
ders in gevaar mocht brengen, zal worden
doodgeschoten.
8000 Chineezen verdronken.
Het Chineesche persbureau bericht, dat
achtduizend Chineesche vluchtelingen uit
Hankau, Woe Tsjang en Han Jang in de
Jang Tse zijn verdronken, doordat de Ja
panners de passagiersschepen, waarop deze
mensehen een toevlucht hadden gezocht,
tot zinken hebben gebracht.
Een der schepen werd bij Sian Jang, 35
kilometer stroomopwaarts van Hankau, in
den grond geboord. De beide andere bij
Tsjang Lin Tsji, op de grens van Hoenan en
Hoepe.
Uit Tokio meldt een Reuter-bericht, dat,
blijkens de laatste daar ontvangen berich
ten, de voorhoede der Japanners Hwang Pi,
gelegen op 123/« mijl ten Noorden van Han
kau, heeft bereikt, terwijl vlooteenheden bij
Jang Lo, 12 mijlen stroomafwaarts van Han
kau, zijn aangekomen.
Tenslotte doet de linkervleugel der Ja
pansche troepen hevige aanvallen op Ko
Tien Tsjen, 22 mijlen ten Oosten van Woe
Hang, welke plaats tien mijlen van Hankau
ligt.
De Japansche strijdkrachten, die stellingen
rond Tehan, een stad tusschen Kioe Kieng
en Nan Tsjang, hadden betrokken, hebben,
blijkens een legerbericht, Maandagavond
een algemeenen aanval op Tehan ingezet.
Chineesche vrijscharen strijden
intusschen voort.
Het Chineesche persbureau bericht, dat de
Chineesche vrijscharen in de provincie
Sjansi er in zijn geslaagd, twee steden aan
den spoorweg Ta ToengPoe Tsjau te her
overen, namelijk Kau Tsoen en Ta Meng,
veertig en vijftig kilometer benoorden de
hoofdstad der provincie Taijoean.
Uit Taijoean wordt gemeld, dat, hoewel de
Japansche troepen de stad een jaar geleden
hebben bezet, zij geen meester zijn buiten
de stadsmuren. Rond de stad houden zich
sterke Chineesche benden op, welke telkens
weer aanvallen doen.
Hankau niet verdedigd.
Officieel is medegedeeld, dat Hankau
niet verdedigd zal worden. Zekere dis
tricten zijn overgedragen aan het
comité voor de vluchtelingenzóne.
Vanochtend werd bevestigd, dat maar
schalk Tsjang Kai Sjek en zijn echtge-
noote met onbekende bestemming uit
Hankau vertrokken zijn.
In de geheele stad worden ontploffingen
gehoord.
Uit Sjanghai meldt Domei, dat een Japan
sche gemotoriseerde afdeeling uit Hwangpei
i* genaderd tot op 7 kilometer van de
noordelijke büitenwijken van Hankau. Te
Sjanghai bleef de Chineesche dollar stijgen
in verband met hardnekkige geruchten over
een aftreden van Tsjang Kai Sjek en een
spoedigen vrede.
Uit Sjanghai wordt verder gemeld, dat de
Japanneezen gevorderd zijn tot een punt 5
kilometer ten noorden van den Tsjangkoeng-
dijk.
HET FRONT LANGS DE JANGTSE.
Een correspondent van de Times te
Sjanghai heeft per vliegtuig een kijkje ge
nomen langs het front van de Jangtse
Donderdag vertrokken wij, zoo meldt hij, in
een groote Douglas en vlogen 500 mijl over
•He plaats:en, welke in onze telegrammen
over den strijd in dat deel zoo vaak worden
genoemd. Wij vlogen tot aan Hwangsjikang,
dat nauwelijks zichtbaar was door den
rook en dat eenige uren later den Japan
ners in handen zou vallen. Wij brachten
den nacht door aan boord van een Japansch
hospitaalschip te Kioekiang. Den volgenden
dag namen wij een kijkje in de goed georga
niseerde Japansche hospitalen, waar twee
duizend gewonden worden verpleegd en
zagen ook hoe op georganiseerde wijze
voedsel werd verstrekt aan de Chineesche
bevolking. Er waren nog maar eenige dui
zenden Chineezen in Kioekiang, dat in nor
male tijden 30.000 inwoners telt. Tenslotte
vlogen wij naar Nanking.
Onze hoofdindruk was, dat de Ja
pansche weermacht een uitstekende
organisatie handhaaft bij de operaties
in dit enorm groote gebied, dat vol ber
gen en heuvels, meren en rivieren is.
In Nanking werden wij voorgesteld aan
de nieuwe regeering en wij keerden per
trein naar Sjanghai terug.
Over een afstand van 40 mijl was het
land tusschen Nanking en Sjinkiang over
stroomd, maar verder was elke duimbreed
beplant, en de bevolking was druk bezig
den oogst binnen te halen. De duizenden
Chineesche boeren stoorden zich in het ge
heel niet aan de Japansche schildwachten,
die op langen afstand van elkaar langs de
spoorlijn stonden opgesteld. Wij konden uit
den trein aan beic'e zijden niet veel verder
dan een mijl zien wegens boomen en bosch-
jes aan den gezichtseinder zoodat wij niet
jonden zien of het land daarachter even
intensief werd bebouwd. Maar er is reden te
gelooven, dat een groot gedeelte van het
gebied tusschen Sjanghai, Nanking en
Hangstjou behoorlijk wordt bebouwd, on
danks de bedrijvigheid van de talrijke
guerrilla-benden.
Het Japansche bericht, dat de comman
dant van het leger van Kwantoeng zich zou
hebben overgegeven, is niet juist. Uit be
trouwbare Chineesche bron wordt verno
men, dat de generaal van het hoofdkwar
tier de order kreeg terug te trekken, omdat
het in verband met den slechten toestand
van de spoorwegen en de wegen onmogelijk
was om op tijd versterkingen te zenden
voor de verdediging van Kanton. De Chi
neezen zijn echte- zeer teleurgesteld over
het gebrek aan tegenstand en er zal een
enquête worden ingesteld.
CHINA'S VREDESKANSEN.
Edwin Haward, laatstelijk redacteur van
de North China Daily News, houdt zich in
een artikel in de Daily Telegraph bezig met
de vraag, in hoeverre de jongste Japansche
successen de Chineesche bereidheid tot het
sluiten van den vrede kunnen doen toene
men. Hij meent, dat de vooruitzichten van
een vrede niet ongunstig zijn De Japanners,
zoo zegt hij, zijn rtu in staat om op duide
lijke en overtuigende successen te wijzen
en het is de vraag, of hun legers, nadat
Hankou gevallen zal zijn, lust hebben een
lange guerrilla-campagne onder de oogen te
zien. De voorwaarden van de Japanners zul
len krachtig zijn, doch gezien het feit van
de inspanning om ongeveer een millioen
troepen in het veld te houden, zullen zij
toch mogelijk niet zoo zijn, dat ze geheel en
al onaanvaardbaar zijn voor China. Het is
zelfs mogelijk, dat Japan op dit oogenblik
meer te winnen heeft bij eeh vrede dan
China bij voortgezet verzet. Tokio heeft
niet opgehouden te verklaren, dat Japan
niet de bedoeling heeft China blijvend te
bezetten, hoewel meer extreme elemen
ten onder de militaire leiders zeer strijden
voor een algeheele verovering. Dat Japan
volledige erkenning van zijn domineerende
positie in het Verre Oosten zou eischen,
staat voorop. Doch het zal mogelijk erken
nen, dat het meer heeft te winnen bij een
algemeene kalmeering van den toestand na
deze groote successen, dan bij een lang
gerekte campagne in het ontoegankelijke
Westelijke berg- en heuvelgebied van China.
De betrekkingen met de Westersche mo
gendheden moe vtor Japan ook een punt
van overweging zijn. Het afsnijden van
China van de zee heeft de positie van Hong
kong ten zeerste aangetast. Practisch is de
Britsche kolonie thans geïsoleerd. Haward
vraagt zich ook aff, of het Tsjiang Kai-sjek
zal gelukken onder de nieuwe omstandighe
den de eenheid, die hij tot dusverre op zoo
gelukkige wijze in het land had weten te
bewaren, in stand te houden, en hij wijst
op de verklaring van Wang, den voorzitter
van den politieken raad van de Kwomin-
tang, die niet geaarzeld heeft toespelingen
op vrede te maken.
VREUGDE TE TOKIO.
Tokio heeft den val van Kanton met lam
pionoptochten, vlaggen, eerepoorten en
diensten in de tempels gevierd De autori
teiten hebben het enthousiasme eenigszins
geremd om het effect van de viering van
den val van Hankou, welke begin Novem
ber verwacht wordt, niet te bederven. Van
alle kanten wordt de aandacht gevestigd
op de grootte van dit succes in militairen
zin. Het publiek is echter gewaarschuwd,
dat zelfs de val van Hankou nog niet een
spoedig einde van de campagne in China
behoeft te beteekenen, men kan dus wel de
conclusie trekken, dat de snelle opmarsch
naar Kanton slechts gedeeltelijk bedoeld
was als een tentoonstelling van militaire
macht.
De bedoeling zal ook wel zijn geweest,
aldus meldt de Times uit Tokio, het Japan
sche publiek een hart onder den riem te
steken, dat somber gestemd werd door het
langzame tempo van den opmarsch naar
Hankou. Bovendien :s er de politieke be
doeling, om in de kaart te spelen van de
radicalen in de regeeringskringen, die van
geen compromissen inzake het Chineesche
vraagstuk willen weten.
In politieke en militaire kringen te Tokio
wordt in verband met de afsnijding van
Kanton van Hankou erop gewezen, dat de
militaire operaties wellicht niet meer tot
stilstand komen en dat de tijd voor onder
handelingen nog niet is gekomen. De inner
lijke zwakte van het zgn. Chineesche een
heidsfront is, zoo wordt verklaard, duidelijk
geworden, en het is noodig, Zuid-China door
het aanleggen van nieuwe steunpunten vol
ledig af te snijden. In binnenlandsch-poli-
tiek opzicht moet het eenheidsfront tegen
Tsjang Kai-sjek door de hechtere aaneen
sluiting van de natie versterkt worden, het
geen het beste kan geschieden door de ont
binding der partijen en de vorming van een
uniforme .Jceizerpartij" onder leiding van
prins Konoye.
Waarnemers te Honkong vragen zich vol
gens den correspondent van de Times al
daar af, of China zal trachten vredesonder
handelingen te beginnen zoodra Hankou is
gevallen.
Geruchten doen de ronde dat Chineesche
waarnemers te Honkong zijn aangekomen,
om de meening van den Britschen ambas
sadeur Kerr (die op doorreis is naar den
zetel van de Chineesche regeering Tsjoeng-
king) te vragen. Het is de vraag in hoeverre
de Chineesche autoriteiten, die er voor zijn.
ALKMAAR, 25 October.
Nog altijd wonen er een 30 Joodsche
vluchtelingen op een strook niemandsland
in de buurt van Brno. De Duitschers, noch
de Tsjechen willen hun water en voedsel
geven. De ongelukkigen leven van gaven
van voorbijgangers. De Joodsche gemeente
te Brno heeft hun zendingen levensmid
delen willen doen toekomen, maar dat is
verboden.
Het is een groepje ongelukkigen, dat
daar rond zwerft en dat niet weet, waar
het heen moet. Twee meisjes liggen er met
hooge koorts in een geimproviseerde tent
op den barren grond. Andere Joden heb
ben nog slechts een stel kleeren en bezit
ten verder niets meer. Zij zijn uit Tsjecho-
Slowakije gezet en Duitschland wil hen
niet binnen laten.
Uiterst moeilijk is het lot der Joden in
de z.g. vijfde zóne, Zuid-Mahren en Sile-
zie, die door de bezetting van hun woon
steden door de Duitsche troepen geheel
werden verrast, en zich niet meer door de
vlucht konden redden. Oorspronkelijk had
men n.1. gedacht, dat in dit gebied een
volksstemming zou worden gehouden, en
den Joden en den Tsjechen werd verzocht,
niet te vertrekken, teneinde aan het ple
bisciet te kunnen deelnemen.
Uit de voormalige grensplaats Lunden-
burg, waar een groote Joodsche gemeente
van 624 zielen woont, verneemt het Jood
sche Telegraaf Agentschap, dat reeds
sedert een week naar het voorbeeld van
Weenen na de inlijving de Joodsche inwo
ners in de z.g. „poetscolonnes" worden
samengebracht en aldus worden gedwon
gen, straten te schrobben en auto's af te
wasschen. In het bijzonder dwingt men
hen tot het afkrabben van de verschillen
de Tsjechische opschriften van winkel
ruiten en reclameborden.
In Teplitz-Schönau werden zeventig
personen gearresteerd, onder wie zich zeer
vele Joden bevonden. Te Saaz heeft men
uit Joden, Tsjechen en socialisten een op
tocht samengesteld, die met belachelijk
ceremonieel, door de stad moest marchee-
ren ;men had reeds zorg gedragen, dat zij
overal werden bespuwd en bespot.
De raad der federatie van Tsjecho-
Slowaaksche sokols, die Zondag in ver
gadering bijeen is geweest, heeft den tekst
van een proclamatie aangenomen, waarin
een uiteenzetting wordt gegeven van de
beginselen, die bij de vernieuwing van
den staat de leiding zullen moeten geven.
De sokols verklaren, dat zij trouw blijven
aan de idealen, die van de Tsjecho-
Slowaaksche natie een van zichzelf bewus
te natie hebben gemaakt, en vooral aan
het ideaal der democratie. Zij hechten
goedkeuring aan het streven naar vereen
voudiging van het politieke leven en aan
eenheid der partijen, doch vragen, dat de
partijen „uitsluitend haar eigen zending
zullen dienen en zullen afzien van een
verbeten en ondraaglijk streven naar de
macht en de exploitatie van den staat." Zij
vragen, dat de nieuwe grondwet plaats zal
inruimen voor dc vertegenwoordigers van
het geestelijke leven en de instellingen, die
het volk opvoeden, in het bijzonder voor
den sokol. Ten slotte vragen zij dat bij de
definitieve vaststelling der grenzen het
beginsel van het zelfbeschikkingsrecht
der volkeren billijk zal worden toegepast.
Het manifest der sokols bepaalt in de
volgende bewoordingen een standpunt ten
opzichte van de Joden:
De Joodsche kwestie moet worden opge
lost op nationalitaire en sociale basis. De
sedert 1914 in he tland gevestigde Joden
moeten terugkeeren naar hun landen van
oorsprong. Van de anderen moeten zij, die
in 1930 de Tsjecho-Slowaaksche nationa
liteit aanvaardden geleidelijk in de ver
schillende sociale klassen van ons volk een
plaats innemen in verhouding tot hun
aantal. Wat de overigen betreft, die moe
ten gaan naar de naties, waarvoor zij in
1930 vrijelijk hun keuze hebben bepaald.
(Havas herinnert er in dit verband aan
dat de Joden zich in 1930 konden uitspre
ken voor de Tsjechische of Joodsche of
voor een andere „nationaliteit' van den
Tsjecho-Slowaakschen staat. Op 357.000
Joden hebben zich er toen 87.000 voor
Tsjecho-Slowaaksche nationaliteit ver
klaard, 204.500 voor de Joodsche nationali
teit, 46.000 vopr de Duitsche en 17.000
voor de Hongaarsche nationaliteit.)
Dat in den toestand in Jeruzalem een
algemeene verbetering is ingetreden, blijkt
wel hieruit, dat de Coldstream Guards uit
de oude stad zijn teruggetrokken. De
andere troepen zijn reeds gisteren vertrok
ken en het plaatsen van wachtposten en
het verrichten van patrouillediensten is
thans overgelaten aan de Britsche politie.
Nu en aan wordt nor een schot gehoord,
doch vandaag zijn geen berichten binnen
gekomen over ernstige incidenten. Ondanks
de verbetering in den toestand worden
echter de leger- en machinegeweerposten
op de meeste strategische punten op de
muren gehandhaafd.
Na de bezetting van de oude stadswijken
van Jeruzalem hebben de Britsche autori
teiten de organisatie van het burgerlijk
bestuur ter hand genomen, door het uit
reiken van identiteitskaarten. Detache
menten militairen hebben de hoogten,
welke de stad beheerschen, bezet.
Ook andere steden zullen een garnizoen
krijgen om mogelijk te maken, dat de
militaire autoriteiten toezicht uitoefenen
op het landsbestuur. De bezetting van de
oude stad Jeruzalem is volgens den gene-
ralen staf een voorspel voor een algemeene
zuivering van het land.
Men vestigt er verder de aandacht op,
dat de Joodsche gewapende formaties geen
deel hebben genomen aan de zuivering
van Jeruzalem. Deze formaties hebben
alleen ten doel te zorgen voor de veilig
heid van de Joodsche nederzettingen.
In hun commentaren over de rede van
Halifax te Edinburg zijn de Engelsche
bladen het erover eens, dat Engeland
sterk gemaakt moet worden.
De Times zegt, dat, afgezien van enkele
kleine rectificaties, die nog moeten wor
den aangebracht, de politieke grenzen in
midden-Europa thans meer dan ooit in
overeenstemming zijn met de ethnografi-
sche grenzen. Daarop kan de verwach
ting gebouwd worden, dat de landen zich
thans zullen wijden aan de consolidatie
van hun binnenlandschen toestand, op
economisch, financieel en politiek gebied.
De Daily Telegraph schrijft, dat Halifax
de gave heeft de politiek te verheffen bo
ven het niveau van partijgeschillen, zoo
dat een breedere blik en een grooter
staatsmanschap noodig zijn. Halifax heeft
de politiek, die gevolgd moet worden,
duidelijk aangegeven: het volk heeft er
naar te streven die politiek vruchtdra
gend te maken.
De Daily Herald zegt, dat de regeering-
Chamberlain geen scheppende vredespo
litiek heeft. Het blad betwist niet de nood
zakelijkheid van een sterk Engeland, maar
zegt, dat kracht voor een land betrekke
lijk minder belangrijk is dan een wereld,
waaruit gerechtvaardigde grieven verwij
derd zijn, en waarin de collectieve veilig
heid georganiseerd is.
Hedenmorgen om 9.35 uur zijn
Japansche gemotoriseerde afdeelingen
Hankau aan den Noordkant binnen
gerukt.
De Japansche opmarsch vorderde
zóó snel, dat een groot deel der Chi
neesche troepen, die de Noord-Ooste
lijke toegangen tot Hankau verdedigd
hebben, afgesneden werd, zoodat de
terugtocht onmogelijk werd. Het Ja
pansche leger heeft reeds een cordon
om de vlakte van Tsjingtsjau getrok
ken, waarin dertig Chineesche divisies
gevangen zijn.
DE INSLUITING VAN GROOT1 HANKAU
vredesonderhandelingen te beginnen, de al
gemeene meening i">. China vertegenwoor
digen.
Aan den anderen kant komen berichten
binnen, dat de Chineezen alweer bezig zijn
zich te herstellen van den schok, veroor
zaakt door den val van Kanton. De regee
ring van Kanton heeft van een geheim ge
houden plaats uit 'n manifest gepubliceerd,
waarin de bevolking wojdt aangespoord
zich tegen de Japanners te blijven verzet
ten. De Chineesche kranten in Hongkong
dringen er ook op aan, dat, zelfs indien Han
kou is gevallen, doorgevochten behoort te
worden.
De Chineesche nieuwsbureaux hebben hun
berichtgeving hervat. Zij melden dat Kan
ton werd geëvacueerd volgens een tevoren
vastgesteld plan. De Chineesche verdedigers
hadden zich ten noordoosten van Tseng-
sjing opgesteld, maar konden zich niet
handhaven onder het ontzettende bombar
dement, dat de Japanners op hen openden.
Bovendien hadden de Japaners troepen
aan wal gezet op den westelijken oever van
de rivier, tegenover de forten van Bocca
Tigris, die bestookt werden door een groote
luchtmacht.
Kanton is Zaterdag volledig bezet, maar
de Japansche troepen zijn slechts een paar
honderd man sterk en zij hebben de handen
vol met blusschen van branden. De Japan
ners melden officiëel, dat prins Tsjisjiboe
lid van den generalen staf der troepen is.
De aanwezigheid van den prins op dit front
verklaart eenigszins waarom de Japanners
zoo krachtig zijn opgetreden.
Het lijkt waarschijnlijk, dat maarschalk
Blücher, die geheel verdwenen is, in onge
nade is gevallen. Voorbarig echter schijnen
de in het buitenland verspreide geruchten,
volgens welke Wyckingski, de procureur-
generaal, zou werken aan de voorbereiding
van een proces tegen Blücher, den chef van
het protocol Barkof, den chef van de weste
lijke afdeeling op het departement van bui-
tenlandsche zaken Veinberg en den procu
reur van Leningrad Pozern. Het is ook niet
duidelijk, welke relatie er zou moeten be
staan tusschen Blücher en de andere ge
noemde personen, die een geheel anderen
werkkring hadden.
Pozern is zonder verklaring vervangen en
Veinberg schijnt inderdaad verdwenen te
zijn. Aan de buitenlandsche diplomatieke
vertegenwoordigers is officieel medegedeeld,
dat Barkof „met verlof vertrokken" was: dit
is geen voldoende bewijs voor de bewering,
dat hij in ongenade gevallen zou zijn. In
verband met de geruchten, volgens welke
Otto Schmidt, directeur van den Noordelij
ken Zeeweg, in ongenade zou zijn gevallen,
wordt opgemerkt, dat hij eergisteren bij de
opening van het operaseizoen in den grooten
schouwburg gezien Is.
Zie verder Buitenland pag. 1, 3e blad.