Verhooging van de welvaart voorde bewoners| Een drama in de duinen van Oostende. JUchtszakm I van den Eilandspolder. derde blad. Door werkverschaffing, peilverlaging herverkaveling. Was Wijffels de moordenaar? en Men twijfelt. 'I JM 111 Het waterschap „De Eilandspolder" is 830 H.A. groot. De bewoners hebben daar een sober bestaan en de dienst van den Prov. Waterstaat maakte in samenwer king met het Bodemkundig Instituut te i Groningen en den Rijksvoorlichtings dienst plannen om in dit gebied door peilverlaging en herverkaveling daarin verbetering te brengen. Gistermiddag werd in het hotel „Blokdijk" te De RÜP een vergadering gehouden van belanghebbenden, waarin een toelichting op die plannen werd gegeven. De druk bezochte vergadering stond onder leiding van burgemeester van Staveren uit De RÜP. die een hartelijk woord van welkom sprak en speciaal welkom heette den hoofd ingenieur van den Provincialen Waterstaat, den Rijksinspecteur van de werkverschaf fing, den Rijkstuinbouwconsulent en ir. Swart. Spr. deelde mede, dat de deskundigen zoo doordrongen zijn van de zekerheid, dat een betere exploitatie mogelijk is, dat zij het wenschelijk achten daarvan aan belangheb benden mededeeling te doen. Uitvoering van dit plan zal alleen moge lijk zijn door het als centraal werkobject ter hand te nemen. Niet deze streek heeft bet werk aangevraagd of aangemoedigd. Het ij uitgegaan van de hoogere overheid, in jtennisname van het terugloopen der bevol king in de vier betrokken gemeenten en na verband met het terugloopen der bevol- bestaansmogelijkheid. Het ligt in de bedoe ling in de vier gemeenten de lezingen te her halen in gratis toegankelijke vergaderingen. Spr. hoopte, dat het plan de belangstelling «zal krijgen, die het verdient en verleende hierna het woord aan den hoofdingenieur van den Prov. Waterstaat, ir. Thomeesen, om mededeeling te doen van het verrichte on derzoek. Het onderzoek in den Eilandspolder. Ir. Thomeesen deelde mede, dat de dienst van den Prov. Waterstaat van Noordholland in de afgeloopen maanden een veelzijdig on derzoek heeft ingesteld in den Eilands polder. De eigenaardige gesteldheid van dit tus- schen de Beemster en de Schermer gelegen gebied, alsook het feit, dat het aantal in woners van de gemeenten De Rijp, Graft en Zuid- en Noordschermer geleidelijk afneemt, deden de aandacht op deze streek vestigen. Ook bleek, dat de welvaart in deze gemeen ten in het algemeen sterker is afgenomen dan in vele andere streken. Naast den algemeenen toestand bleken ook omstandigheden van plaatselijken aard op dezen ongunstigen toestand van invloed te zijn. In de Rijp en Graft is het verdwij nen van enkele industrieën mede een oor zaak van het afnemen van de bevolking en de welvaart. Men is hier thans vrijwel op den land- en tuinbouw, als bronnen van bestaan, aange wezen. Van het grootste belang is het derhalve, dat de exploitatie van de land- en tuinbouw bedrijven onder de meest gunstige voor waarden kan plaats vinden. Het onderzoek. (Van onzen correspondent.) Brussel, 27 October. Het is de gewoonte dat in België de pers zich met crimineele zaken bezig houdt. Ook van grond kunnen krijgen, terwijl door een betere indeeling en bereikbaarheid van de perceelen en de herontginning het produc tieve vermogen van den reeds bestaanden cultuurgrond in belangrijke mate zal kun- in Nederland is dit het geval, ongetwijfeld, nen worden verhoogd. Ook de mogelijkheid doch het feit dat het vooronderzoek in Ne derland op tegenspraak berust geeft aan deze bekommernis een ander uitzicht. In België is het onderzoek geheim. De pers vindt er een aanleiding in om zich met al lerlei zaken in te laten, ten einde er het fijne van te weten. Soms om vergissingen of tekortkomingen op het spoor te komen. Nu weer houden de bladen zich bezig met een oud geval, het drama van de duinen te Oostende, dat het leven kostte aan een naai ster, Margeriet Cheyns en waarvoor de be schuldigde tot tien jaar opsluiting werd veroordeeld, op 28 Maart 1935, door het As sisenhof van West-Vlaanderen. De beschul digde was een 45-jarige marconist van de mailbooten OostendeDover, Octaaf Wijf fels, die de vriend was geweest van de ver moorde, Het geval heeft een waarlijk buitenge wone sensatie gemaakt. Na de veroordee ling is de sensatie ongetwijfeld verminderd. Doch Wijffels heeft tot op het laatste oogen- blik blijven volhouden dat hij onschuldig was, en dat de kraaien het wel zouden uit brengen. In de gevangenis heeft hij die stelling nog steeds verdedigd. Hij heeft sommigen weten warm te maken voor zijn geval, onder meer Antwerpsche oud-strij ders en zoodoende werd hij, als gevangene met een voorbeeldig gedrag, na het derde van zijn straf te hebben uitgezeten, in vrij heid gesteld. Wijffels moet zich aan bepaal de voorwaarden houden, maar het spreken is hem niet ontzegd en hij mag opkomen voor de herziening van zijn proces. Zoodat het geval weer is gesteld. Toen op 1 Augustus 1933 het lichaam van Margeriet Cheyns in de duinen te Oosten de door spelende kinderen werd blootge legd was dit juist een oogenblik dat sen satie zeldzaam was. Het was komkommer tijd. En dadelijk bleek, dat de geschiede nis een eigenaardig licht wierp op zooge naamde artistenkringen van de „Koningin der badsteden", gemengd met enkele intel leetueelen. Men was er op verslingerd iets te vernemen. De speciale verslaggevers kwamen bij dozijnen te Oostende aan. Het bleek toen dat op den avond van 8 Juli een zonderling feestje moest plaats hebben in een hotel, of liever een café, de „California", op slechts een honderdtal meters van de plaats waar het lichaam werd gevonden. Een achttal dames en een acht tal heeren hadden daar afspraak. De hee- ren waren 'n dokter, een substituut van den procureur des konings, schilders, schrijvers, een journalist. De dames waren jonge da mes, waarvan niet iedereen elkander ken de. Ook een Fransch lid van het Hof van Verbreking moest komen. Maar deze ver scheen niet. Men verveelde zich kostelijk op het feest. Wijffels was er ook, met een vriend. De cafébaas waarschuwde hem dat Het onderzoek betrof de vragen: Zijn de omstandigheden in dit gebied van dien aard, dat de land- en tuinbouwproduc ten op de meest economische wijze kunnen worden geëxploiteerd en zoo neen, op welke wijze kan hierin verbetering worden aange bracht en voorts: kan het aantal bedrijven, dat een bestaansmogelijkheid biedt, worden vergroot? In het 830 H.A. groote gedeelte van den Eilandspolder, dat ten noorden van De Rijp en Graft, ten oosten van Grootschermer, ten zuiden van Schermerhorn en ten westen van de Beemster is gelegen, zijn tal van opmetin- gen verricht. Met medewerking van het Bodemkundig Instituut te Groningen en den Rijksland- bouwvoorlichtingsdienst is voorts een on derzoek naar de bodemgesteldheid en naar de toestanden op land en tuinbouwkundig gebied ingesteld, naar de eigendomsverhou dingen, de verkaveling, de verhouding van de oppervlakte van land en water, de be drijfsvormen, de bedrijfsgrootten, de wijze van exploitatie der bedrijven, enz. De bodemgesteldheid. In het onderzochte gebied maakte de bodem een vrij homogenen indruk. In het al gemeen bestaat de bovenste 25 tot 40 c.M. dikke laag uit teelaarde. Hieronder ligt een laag van 60 a 70 c.M. stevig zwart veen, daaronder een laag roodbruin veen, welke nist op vette blauwachtige klei. Deze klei ligt 1.50 a 2 M. beneden het maaiveld. De bagger van de slooten bevat veel kali, kalk en oplosbaar fosforzuur en gemiddeld uitvoerig gaf spr. aan hoe de ruilverkave- tot invoering van technische verbeteringen zal dan grooter zijn geworden. Bij de herverkaveling zal er op gerekend moeten worden, dat er eenige eenvoudig verharde wegen worden aangelegd. Hier naast kan worden gedacht aan het maken van eenige vaarslooten. De nieuwe polder zal omgeven moeten worden door een waterkeerenden ring. Als zoodanig zullen de kaden langs de Beemsterringvaart, de Schermerringvaart en ook de provinciale weg grootendeels in hun tegenwoordigen toestand dienst kunnen doen. Achter de bebouwde kommen van De Rijp, Graft, Noordeinde en Grootschermer zullen nieuwe kaden gemaakt moeten worden, om in deze kommen het oude peil te kunnen behouden. Indien men de breedte der kavels in den nieuwen polder op 50 M. bepaalt, dan zullen de nieuwe kavelslooten tezamen een lengte van ongeveer 100 K.M. moeten hebben. Een nieuw gemaal zal het bestaande moeten vervangen. Het heele gebied zal niet gelijktijdig worden aangepakt. Het ligt niet in de bedoeling om het ge- heele gebied tegelijkertijd aan te pakken. Jaarlijks zal een zeker blok moeten wor den herverkaveld en herontgonnen tót een zoodanige grootte, dat de grond het vol gend jaar weer in bedrijf kan worden ge nomen. Aan hen die daarvoor in aanmer king komen, moet gedurende de uitvoe ring van het werk anderen cultuurgrond in. gebruik gegeven worden, zoodat hun be dryf in stand kan blijven. De uitvoering van het werk. Het uitvoeren van al dit werk zal veel arbeid vorderen en veel geld kosten. De uitvoering is dan ook alleen mogelijk, wan neer de regeering bereid zal worden gevon den, het werk in werkverschaffing te laten uitvoeren en daarbij de loonen voor haar rekening te nemen. Meestal draagt dan de provincie in de bijkomende kosten bij. De overheid zal wellicht tot uitvoering in werkverschaffing willen besluiten, omdat het hier een onderneming betreft, die in economisch opzicht nuttig is en aan vele handen werk zal kunnen geven. Bovendien zal de streek na de herverkaveling een grootere, blijvende werkgelegenheid bieden dan thans. Bij het ingestelde onderzoek is ook thans gebleken, dat de bedrijven en bedrijfjes veelal 'n ongunstigen vorm hebben en groo tendeels bestaan uit verspreid liggende per ceeltjes. De Eilandspolder behoort tot de oudste streek van N.H. De dorpen zijn typisch oud- Hollandsch. Verschillende planten en dieren in het bijzonder vogels, zullen in het betrok ken gebied verdwijnen, doch hier staat te genover, dat de menschen betere bestaans mogelijkheden zullen krijgen en dat is toch zeker veel waard. De gunstige vooruitzich ten maakten het, naar spr. oordeel, alles zins wenschelijk, dat er in nauw overleg met de plaatselijke en andere autoriteiten en de belanghebbenden ernstig naar zal worden gestreefd om tot uitvoering te ge raken van de werken, die noodig zijn om tot verbetering te komen. De ruilverkaveling en de toepassing van de ruilverkavelingswet 1938. Ir. G. A. Swart, adjunct-secretaris van de Cultuur-Technische Advies-Commissie te Utrecht, hield hierna een uitvoerig en gloed vol betoog, waarin hij de heilzame werking van de ruilverkaveling in het licht stelde De ruilverkaveling is van verstrekkende be- teekenis voor de landbouwende bevolking. Men verstaat er onder het samenbrengen van verspreid liggende perceelen en het opnieuw indeelen daarvan al of niet met aanleg van wegen en vaarslooten. Vooral in het Oosten van ons land tref fen wij een groote versnippering van per ceelen aan en met die in den Eilandspolder is dit eveneens het geval. De moeilijkheden voor een juiste bedrijfsvoering, tengevolge van het verspreid liggen van de verschillen de perceelen, stelde spr. duidelijk in het licht. Spr. wees er op hoe men in het bui tenland ons land met de ruilverkaveling reeds tientallen van jaren vooruit is. Een af geronde ligging van de terreinen bij het bedrijf geeft groot economisch voordeel. In Nederland is men pas in 1924 met dc wettelijke ruilverkaveling begonnen. Zeer er een geheimzinnige vrouw rondom het ge bouw zwierf. Hij vreesde incidenten omdat Wijffels in gezelschap was niet alleen van een vriend maar v^n een dame die naast het café woonde en die later bleek te zijn van een zeer lichtzinnig gedrag. De aanwezigheid van de geheimzinnige vrouw werd voor het zich vervelende gezel schap een attractie. Men vroeg zich af wie zij was, wat zy in het schild voerde, enz. Dien nacht is het drama gebeurd. De vrouw, die Margeriet Cheyns was, werd op yselijke wijze gedood. Zy werd versmoord in het duinzand. In de maag werd zand aangetrof fen. Een long was gebarsten. Zy werd be graven vlak bij de plaats waar zij had rond gezworven. De ontdekking gebeurde slechts drie weken later. Onmiddellijk werd Wijf fels verdacht, omdat de recherche wist dat hy met haar in relatie stond. Hij heeft zich hardnekkig verdedigd, maar zy die het pro ces voor het Assisenhof te Brugge hebben gevolgd, hebben zich niet kunnen overtui gen van zijn onschuld. Wijffels was brutaal, zelfs wreed. In liefdeszaken zag hy niet nauw. Trouw was een ijdel woord. Hij had een ruw hart. Niet zoodra was Margeriet Cheyns vermist of haar zuster sprak Wijf fels aan. Hij wist van niets, verklaarde hij. Nochtans wist de zuster dat Margariet Cheyns met Wijffels den Zaterdagavond uur een afspraak had gehad met het slacht offer. Iemand had een briefje van Wijffels onder de deur gestopt en Margeriet Cheyns had het aan haar zuster verteld. Wijffels loochende eerst de afspraak, maar toen de zuster namen noemde van getuigen die hem met het slachtoffer hadden gezien, ver anderde hij van stelsel. Hij gaf toe Marge riet Cheyns te hebben ontmoet, maar haar te hebben verboden mee naar het feest te gaan, en onmiddellijk afscheid te hebben genomen. Zy zou gezegd hebben dat zij in kennis was met een charmanten Engelsch-, man. Zij zouden afgesproken hebben om 's anderdaags samen naar Blankenberge te gaan, waar het slachtoffer een betrekking wou hebben. Voor de ontdekking van het lijk was Wijffels reeds bij de recherche ge roepen. Hy gaf een geschreven, vooraf nauwkeurig gereed gemaakt alibi op. Hy be weerde Margeriet Cheyns na 7 uur 's avonds niet meer te hebben gezien. Doch dat was verdacht. Hy werd met zijn vriend, die de ontmoeting van 7 uur had bijgewoond, ge arresteerd en toen bekende de vriend na enkele dagen dat Wijffels hem had gevraagd te liegen,door te zeggen dat hij hem, dat is Wijffels, omstreeks half twaalf 's nachts naar huis had vergezeld en dan naar zijn eigen woning was gegaan. In werkelijkheid was het Wijffels die den vriend naar huis had gebracht en daarna alleen opnieuw was vertrokken. Wijffels had het dus noodig geoordeeld, vooraleer er een verdenking was gerezen tegen hem, een welwillend getuigenis te zijnen gunste voor te berei den. Het staat vast dat verscheidene per sonen op den tragischen avond aan Wijf fels hebben doen opmerken dat een vrouw hem scheen te bespieden. Nochtans be weert hij dat hij haar niet heeft gezien, dat hy van niets wist. Hij zegt om 11 uur te zijn weggegaan, terwijl het vaststaat dat hij er om half twaalf 's nachts nog zat. Hy be roept zich op het getuigenis van zijn hospi ta en haar zuster, die bevestigen dat zij Wijffels om half twaalf hebben hooren thuiskomen, alhoewel het uitgemaakt is dat deze dames, althans een hunner, zeer ver- trouwelijken omgang heeft met Wijffels. Overigens werd in het geschreven alibi, een waar memorie, geen gewag gemaakt van het getuigenis der hospita, alhoewel dat van kapitaal belang is te achten, want indien Wijffels om half twaalf is thuis gekomen, dan kon hij de misdaad niet hebben ge pleegd. Hij is de eenige geweest die eerst heeft willen doen gelooven dat het gevon den lichaam niet dat was van Margariet Cheyns. Doch de kleeren die bij de vermis sing opgegeven waren stemden overeen. De ring, de handtasch en alle voorwerpen die de identiteit konden uitbrengen, waren ver dwenen. Er werden getuigenissen verzameld volgens dewelke de man van de vriendin die bij Wijffels zat op het terras van het café, met name B., zich na de vermissing en voor de ontdekking van het lichaam, had uitgelaten over de zaak, alsof hy wist dat zij begraven was, maar dat hij een vriend die aan een vrouw een kwaden slag gaf, niet zou verraden. Dat en nog veel andere zaken hebben de atmosfeer in het proces gemaakt tegen Wijffels, die het voordeel voor zich had, dat, onmiddellijk na het getuigenis van de hospita, het parket zijn invrijheidstelling had gelast. Men beschouwde dit getuigenis toen als vrijwel beslissend. Slechts nadien werden nieuwe inlichtingen verzameld, wel ke geheel dit getuigenis ontzenuwden. Doch dit belette niet dat tot aan den vooravond van zijn verschijning voor het Assisenhof Wijffels in vrijheid was. Dat werd door de verdediging handig geëxploiteerd, doch het mocht niet baten. De thesis van de beschul diging was, dat Wijffels zich van een lastige vrouw had willen ontdoen, mede onder den indruk van het feit, dat zij hem geheel den avond in opsraak had gebracht en be lachelijk had gemaakt. Men nam aan, aan de zijde der burgerlijke partij, dat Wijffels niet met opzet had gehandeld, alhoewel de openbare aanklager er anders over oordeel de. De jury zelf heeft geen voorbedachtheid aanvaard. De opvatting is geweest, dat Wijffels in woede een slag had toegebracht, met noodlottige gevolgen. Omdat hij een goed gedrag had gehad tijdens den oorlog werd de straf tot tien jaar beperkt. Het is hiertegen dat Wijffels nu wil in gaan. De Belgische wet laat echter geen re visie toe, dan wanneer volstrekt nieuwe fei ten worden aangebracht. Voorloopig ziet het er niet naar uit alsof Wijffels er in ge slaagd is nieuwe feiten aan te brengen die essentieel hadden kunnen zyn om de opinie van de jury die hem veroordeelde, te wij zigen. In elk geval heeft hy reeds 3 advo caten gekozen om zijn belangen met het oog op revisie te verdedigen. De invrijheidstelling van Oktaaf V/ij ff els is handig gebeurd. Zy werd begroet, door degenen die voor zijn vrijheid hebben ge ijverd, als de terugkeer van een onschuldig veroordeelde, alhoewel daaromtrent niets is gebleken. Het is dus ook nog mogelijk dat geheel de opzet van de herziening slechts moet passen in dit raam, en dat er niets van zal terecht komen. Doch hiermee wordt de zaak toch eens te meer opgerakeld. Er zijn steeds personen te vinden die niet kunnen begrijpen dat zy slechts hebben te winnen bij één zaak: zich te doen vergeten. 45 humus. Van de 830 H.A. bestaat een oppervlakte van 610 H.A. uit cultuurland en 220 H.A. uit water. Van het cultuurland is 90 als gras- kud en 10 voor groven tuinbouw in ge ling in werking kan worden gesteld. Spr was overtuigd, dat men daardoor en door het verlagen van het peil en het winnen van grond door het dempen van slooten in den Eilandspolder voor de bewoners een bruik. Br is dus veel meer watergebied dan betere bestaansmogelijkheid kan scheppen, voor een goede ontwatering noodig is. De mogelijkheid om aan het bedrijf meer Een groot aantal bedrijven is slechts en- grond toe te voegen, of bestaanden eigendom kele hectaren groot. 163 Bedrijfjes zijn ge- te verhoogen, bestaat, doch duidelijk wees middeld 2 a 3 H.A. groot. spr. er op, dat ieder eigenaar het recht heeft Uit de onderzoekingen is komen vast te grond terug te vorderen. staan, dat het mogelijk is de oppervlakte Spr. wees er op, dat de economische mo- water aanmerkelijk te verkleinen, door de gelijkheid van de bedrijven door de slooten met veen te dempen en vervolgens voorgestelde maatregelen er zeer op vooruit met teelaarde en bagger af te dekken. Wordt zal gaan. bodem overigens omgespit en bagger door Wie de verkaveling in de nabij polders de bouwvoor gemengd, dan wordt een zeer De Schermeer en de Beemster ziet, begrijpt goede bouwvoor verkregen, die voor vele niet dat de oneconomische indeeling in den Perceelen beter zal zijn dan de bestaande. Eilandspolder nog voortbestaat. Het land zal tevens verkaveld moeten wor- Spr. eindigde met het uitspreken van den öen- wensch, dat de plannen spoedig werkelijk- Als gevolg van het dempen van de slooten heid zullen worden, tot verhooging van de l*\ het maaiveld ongeveer 0.50 M. zakken; welvaart van de bevolking. (Applaus."» j! P°lderpeil zal dus verlaagd moeten wor- De voorzitter bracht de beide inleiders en' Men zal dan een aanzienlijke aanwinst hartelijk dank en ook hy hoopte op de me dewerking van allen, opdat het mooie plan tot uitvoering komt. Gedachtenwisseling. In eer.ste instantie gaven een viertal aan wezigen zich voor de gedachtenwisseling op. De eerste die 't woord bekwam was mevr. S1 o o t e n - S m i t, uit Grootschermer, die vroeg of de menschen met de kleine huisjes, die achter den dijk komen te liggen, scha deloosstelling krijgen. Bij verkaveling gaat een bloeiende schuitenmakerij verloren Voor het historische geheel vond zij het een ramp als het plan tot stand kwam en zij oordeelde, dat andere gebieden in N.H. hier voor eerder in aanmerking komen. De ach teruitgang in het zielental in haar gemeente was geen gevolg van de verminderde wel vaart. In Grootschermer, men kan er trotsch op zijn, heerscht geen armoede. Ir. Thomeese, spreekster beantwoor dende, betoogde, dat het niet nood.akelyk is de oude bedrijven door nieuwe te vervan gen. Men zal per as of per fiets moeten gaan. Vanuit de bestaande boerderijen zal men het bedrijf ook beter kunnen voeren. Inderdaad kunnen er menschen komen die schade zullen lijden. Wij mogen hopen, dat zy schadeloos gesteld zullen worden. Persoonlijk zou ook spr. betreuren, dat er natuurschoon verloren gaat, maar de betere bestaansvoorwaarden voor de bewoners moe ten zwaarder wegen. Spr. nam aan, dat er in Grootschermer geen menschen wonen, die tot den bedelstaf zijn gebracht, maar de inkomstenbelasting wijst uit, dat er daar ve len zijn, die een kommervol bestaan lijden en door het werk er beter aan toe zullen geraken. Men zal bovendien aan de randen van de dorpen het natuurschoon kunnen be houden. Ds. Keuning vroeg hoe men zich voorstelt met de huur te handelen van het land, dat tijdelijk aan het bedrijf wordt onttrokken en hoe men zich denkt die eige naren of pachters gedurende dien tijd aan anderen grond te helpen. Ir. Thomeesen stelde voorop, dat men de zijnen niet als buiten de practijk staanden moest beschouwen. De door ds. Keuning bedoelde menschen worden geholpen, de wijze waarop zal nader worden bezien. Het eerste jaar zal het moei lijkste zijn. Na 'n jaar heeft men al nieuwen grond. Men dient eenig vertrouwen in de overheid te hebben. Den verhuurders zal men ook tegemoet moeten komen. De voorzitter had in de commissie ook deze vraag gesteld, doch was overtuigd geworden, dat het mogelijke zal gedaan wor den om de menschen tevreden te stellen. De heer P. Bruin Hzn, Graft, had dezelfde vraag willen stellen als ds. Keu ning, doch was door het antwoord bevre digd. Als landgebruiker kon hij zich niet voor stellen, dat men het land reeds het volgend jaar kon gebruiken. Voorts vroeg hy aan wien het aan te winnen land behoort en hoe de daarvoor te ontvangen gelden worden besteed. Deze vragen werden door Ir. Swart be antwoord. Spr. gaf toe, dat voor sommige gedeelten twee jaar gerekend zal moeten worden. Een regeling moet echter getroffen worden hoe de bedrijven in den overgangs tijd in contact te houden. Ook elders heeft men daarvoor een regeling getroffen. De aangewonnen grond zal in mindering komen van de kosten van het werk; maar zeker niet aangewend worden voor de bij dragen van het rijk in de loonen. De heer L. Bruin Hzn. vroeg of de nieuwe dijk in het dorp alle bouwgronden zal afsluiten. Op welke manier denkt men de boomgaarden te vergoeden? Het duurt 20 jaar voor ze productief zijn. Ir. Thomeesen zeide, dat de plannen voor de plaats van den nieuwen dijk nog globaal zijn. Daarvoor zal overleg met de eigenaren gepleegd worden. Boomgaarden zullen moeten worden getaxeerd. Ook dit zal wel opgelost kunnen worden. Beplantin gen worden afzonderlijk geschat. De heer Uitenthuis vroeg of de ver goeding en voor den beteren grond die iemand krijgt, ook in 30 jaar betaald kan worden. Hoe wordt het, als door verslech tering van den economischen toestand de betrokkenen niet kan betalen? De grond zal niet direct volwaardig zijn en voor welslagen van het plan is het wen schelijk, dat de menschen weten waar ze aan toe zijn. Er is ook 't gevaar, dat later de gewonnen grond dermate inslinkt, dat hij onder water komt. Zal dan de overheid den grond uit het water halen? Voor de verla ging van het maaiveld met 0.50 M. is spr. bezorgd. Ir. Swart deelde mede, dat men in het land van Vollenhoven met 1 M. peilverla ging en geheele omzetting van den grond buitengewoon goede resultaten verkreeg. Het bodemonderzoek is nauwkeurig verricht en met het inklinken van den grond wordt terdege rekening gehouden door een tonron de afwerking. Met de sukkeljaren zal het naar spr. over tuiging hier, gezien de hoedanigheid van den grond, zeker meevallen. Den meerderen grond, die iemand krijgt, mag hij in 30 jaar betalen. Wettelijk moet iemand met 5 pCt. minder of meer grond genoegen nemen. Dit wordt verrekend met de ruilverkavelingsverordening. Wil i°mand meer grond, dan kan hij dit in 30 iaar be talen. Na verdere bespreking volgde sluiting. REVISIEZAAK VOOR HET HOF. Straf van drie jaar uitgezeten, thans vrijspraak geëischt! De Amsterdamsche politie arresteerde in den zomer van 1934 een berucht lid van de Amsterdamsche onderwereld, die vele jaren in de gevangenissen heeft doorgebracht. Hij werd in het bezit gevonden van een pakket effecten, gestolen uit de woning van een leerares te Apeldoorn, waar inbrekers op 9 Mei 1934 een bezoek hadden gebracht. De gearresteerde, de recidivist H. G. K., werd door de rechtbank te Zutfen wegens diefstal met braak veroordeeld tot drie jaar gevangenisstraf, het hof te Arnhem beves tigde het vonnis en verdachte zat zijn straf uit. Nauwelijks in vrijheid beging hij op nieuw strafbare feiten, twee zware straffen, van twee jaar en vier jaar werden over hem uitgesproken. Voor een derde feit stond hij gistermorgen terecht en weer hoorde hij een jaar tegen zich eischen. De man, die thans de straf van twee jaar uitzit, stond gisteren voor het Am sterdamsche hof terecht, welk college de inbraakzaak te Apeldoorn opnieuw behandelde. Er zijn kort geleden n.L nieuwe feiten aan het licht gekomen, waaruit bleek, dat verdachte de inbraak te Apeldoorn niet had gepleegd. De werkelijke daders, Amsterdamsche zware jongens, die een straf voor een ander misdrijf uitzaten, maakten „schoon schip" en kwamen met de bekentenis voor den dag, dat zij de inbraak te Apeldoorn hadden gepleegd. Deze bekentenis leidde tot een revisieverzoek, ofschoon K. zijn straf al had uitgezeten. De Hooge Raad verwees de be handeling naar het Hof te Amsterdam. De procureur-generaal mr. dr. D. Reilingh zeide in zijn requisitoir, dat verd. moreel verre van onschuldig is, hy toch werd in het bezit gevonden van de gestolen effecten. Aan heling heeft hij zich zeer zeker schul dig gemaakt, doch dat is niet tenlaste ge legd. Het aanvankelijk bewijs voor recht bank en Hof mag zwak worden genoemd, daar ook de herkenning door de dienstbode niet pertinent was. Verdachte heeft zijn straf reeds uitgezeten, doch eventueele com pensatie zal niet moeilijk zijn, daar verd. nog vele jaren tegoed heeft. Spr. vorderde vernietiging van het vonnis en vrijspraak van verd. i M MODERNE DRUKWERK! MACHINES BIJ COSTER. VOOR UW

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 9