8 8 f 8 I i i i VOOR ONZE KINDEREN. Verhaaltjes van kinderen voor kinderen. Zondag 27 November. HILVERSUM, 301,5 M. (8.55— 12.— en 5.30—6.30 VARA, de VPRO van 5.5.30 en 6.308.en de AVRO van 12.5.en 8.12. 8.55 Gr.pL 9.01 Sportnieuws. 9.05 Tuinbouwpr. 9.30 Trioconcert. 9.45 Van Staat en Maatschappij, cause- rie. 10.Res.-orkest en solisten. 10.40 DecL en gr.pl. 11.— Esme- ralda, VARA-kinderkoor „De Me rels" en VARA-orkest. 12.Cause rie „Geestelijke en moreele herbe wapening". 12.15 Avro-Aeolian- orkest. 1.Avro-Musette-Ensemble en soliste. 1.30 Causerie over kolo nisatie. 1.50 Gr.pL 2.— Boekenhalf uur. 2.30 Concertgebouw-orkest en solist. 4.10 Voor schakers. 4.25 Vo caal concert (opn.) 4.55 ANP-sport- nieuws. 5.Gespr. met luisteraars. 5.30 Voor de kinderen. 6.Sport- praatje. 6.15 ANP-sportnieuws en gr.pL 6.30 Gr.pl. 6.40 Wijdings woord. 7.Nederd. Herv. kerk dienst. 8.ANP-ber., Radiojour naal, mededeelingen. 8.20 Avro- Am.-orkest, gemengd koor en solisten. In de pauze toespraak: De gemaaide aar. 9.15 Radiotooneel. 9.35 Omroeporkest en solist. 10.05 Engelsche causerie „Moral Rear- mament". Hierna Nederlandsche vertaling. 10.15 Luchtvaartpr. 10.30 Chansons. 11.— ANP-ber. Hierna zang en orgel. 11.3012.Gr.pl. HILVERSUM, 1875 en 415,5 M. (8.309.30 en 5.7.45 NCRV, de KRO van 9.30—5.— en 7.45—11.—). 8.30 Morgenwijding. 9.30 Gr.pl. 10.Hoogmis. 11.30 Gr.pl. 12.15 De Staatsbemoeiing op het gebied van het blindenwezen, causerie. 12.35 KRO-melodisten en solist. 1. Boekbespr. 1.20 KRO-orkest. 2— Godsdienstonderricht voor ouderen. 2.303.05 Hoe de kerk zingt in de Kersttijd, causerie (met gr.pl.) 3.10 Pianovoordr. en gr.pl. 3.55 Gr.pL 4.10 Radiotooneel met vocale illus traties. 4.55 Sportnieuws. 5.Ger. kerkdienst.Hierna gewijde muziek (gr.pl.) 7.45 Sportnieuws. 7.50 Gr. pL 8.ANP-ber., mededeelingen. 8.15 KRO-orkest. 8.45 Selectie uit de operette „Viktoria und ihr Husar". 9.05 Saxofoonvooror. met pianobe geleiding. 9.20 Gr.pL 9.50 Vervolg concert. 10.05 KRO-Kamerorkest. 10.30 ANP-ber. 10.4011.Epiloog. DROITWICH, 1500 M. 12.35 Harry Engleman's kwintet en solist. 1.20 Reg. King en zijn orkest. 1.50 Or- gelspeL 2.20 Tuinbouwpr. 2.40 Troise en zijn Mandoline-orkest. 3.20 BBC- orkest. 4.20 The validity of religious experience, causerie. 4.40 Falkman en zijn Apache-orkest. 5.20 The pa- radoxes of the GospeL causerie. 5.40 Zang. 6.Intelligentietest. 6.30 BBC-Theater-Mannenkoor, BBC- Theaterorkest en solisten. 7.20 DecL 7.408.15 BBC-Televisie-orkest. 8.20 Kerkdienst. 9.05 Liefdadig- heidsoproep. 9.10 Ber. 9.25 Radio tooneel. 9.55 W. Hyden's orkest en solisten. 10.50 Epiloog. RADIO PARIS, 1648 M. 9.— Gr.pL 10.Giardino-orkest. 10.25 en 11.20 Gr.pL 12.35 Koorconcert. 1.50 L. Goldy's orkest. 3.20 Rose Cornaz' gitaarensemble. 3.50 Duetten. 5.20 Zang. 5.50 Chansons. 7.20 Pascal- orkest. 8.35 Zang. 8.50 Symph.- concert mrav. solist. 10.50 Gr.pL 11.2012.50 Jo Bouillon's dans- orkest. KEULEN, 456 M. 5.20 Havencon cert. 7.50 Gewijd concert. 8.35 Po pulair progr. 9.20 Gr.pL 11.20 Om roeporkest. 12.30 Militair orkest. 1.20 Populair concert. 3.20 Omroep orkest, solisten en piano duo. 5.50 Folkwang-strijkkwartet. 6.50 Gr.pL 7.30 SS-orkest en -koor. 9.Gr.pL 9.5011.20 Omroepkleinorkest, Omroepmar.nenkwartet, solisten en pianoduo. BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.: 9.— en 9.40 Gr.pL 10.20 Jan Steurs' Musette-ensemble en solist. 11.20 Gr.pL 11.35 Omroepsalonorkest. 12.05 Gr.pL 12.20 en 1.30 A. Felle- man's orkest. 2.35 en 3.50 Gr.pL 4.20 Conservatorium-orkest Brugge. 7.20 Omroepsalonorkest 8.20 Gev. progr. 10.30 Populair concert. 11.2012.20 Gr.pL 484 M.: 9.— en 9.20 Gr.pL 10.20 Harmoine-orkest, koor, orgel spel en rep. 12.20 Gr.pL 12.35 Ludo Langlois-orkest. 1.Gr.pL 1.05 en I.30 Verv. concert. 2.20, 2.50 en 3.10 Gr.pL 3.20 Symph.-concert m. m. v. solist en gr.pl. 5.30 Lucien Hirsch' orkest. 7.35 Gr.pL 8.20 Omroep orkest en solisten. 10.30 J. Omer's orkest en solist. 11.2012.20 Gr.pL DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 7.30 Solistenconcert. 8.20 Warschaus- Omroeporkest, -koor en solisten. 9.20 Ber., pianovoordr. 10.05 Ber. 10.20—11.35 Omroeporkest (opn.) GEMEENTELIJKE RADIODISTRIBUTIE. Lijn 1: Hilversum. Lijn 2: Hilversum. Lijn 3: Brussel VI. 8.30—9.20, Keu len 9.209.40, Brussel VL 9.40 II.20, Keulen 11.20—12.20, Brussel VI. 12.20—14.05, Luxemburg 14.05 14.35, Brussel VI. 14.35—15.10, Fr. 15.10—17.20, Radio PTT Nord 17.20 17.35, Straatsburg 17.3519.20, Keulen 19.2019.30, Weenen 19.30 —21.20, Brussel VI. 21.20—22.30, Keulen 22.30—23.20, Brussel Fr. 23.20—24.—. Lijn 4: Normandië 8.35—9.20 Brussel Fr. 9.20-11.50, Droitwich 11.50—14.20, Parijs Radio 14.20 14.40, Droitwich 14.40—17.20, Lond. Reg. 17.2017.50, Droitwich 17.50 18—, Lond. Reg. 18—18.20, Stutt- gart' 18.2018.50, Lond. Reg. 18.50 20.10, Straatsburg 20.1020.20 Droitwich 20.20—23—, Boedapest 23—23.20, Parijs Radio 23.2024. Lijn 5: Diversen. Maandag 28 November. HILVERSUM, 301,5 M. (Alg. progr. AVRO). 8— Gr.pL (8.15 Ber.) 10— Morgenwijding. 10.15 Gr.pL 10.30 Voor de vrouw. 10.35 Avro-Aeolian- orkest (opn.) 11.25 DecL (opn.) 11.45 Lyra-trio. (12.15 Ber.) 12.30 Ensemble Ferrazzano en soliste. In de pauze orgelspel (opn.) 2— Het Omroeporkest. 2.45 DecL 3.15 Het Omroeporkest en soliste. 4— Gr.pL 4.30 Muz. causerie (met gr.pl.) 5.30 Avro-Am.-orkest (opn.) 6.15 Gr.pL 6.40 Eerste hulp by ongelukken, causerie. 7— Orgel en harp. 7.30 Geschiedkundige causerie. 8. ANP-ber., gr.pL 8.15 Het Concert gebouworkest en soliste. 9.15 Radio tooneel. 9.40 Gr.pL met toelichting. 10.20 Avro-Vaudeville-orkest en solisten. 11.05 ANP-ber., Dansmu ziek (gr.pl.) 11.30—12—The Brigh- ton Syncopators. HILVERSUM, 1875 en 415,5 M. (NCRV-uitz.) 8.Schriftlezing en meditatie. 8.15 Ber., gr.pl. (9.30— 9.45 Gelukwenschen). 10.30 Mor gendienst. 11— Christ. lectuur. 11.30 Gr.pL 12— Ber. 12.15 Gr.pL 12.30 Het Stichtsch Salonorkest. 2. Voor de scholen. 2.35—2.55 Gr.pL 3.Wenken voor de keuken. 3.30 Gr.pL 3.45 Bijbellezing. 4.45 Gr.pL 5.15 Kinderuurtje. 6.15 Gr.pL 6.30 Vragenuurtje. 7— Ber. 7.15 Verv. vragenuurtje. 7.45 Gr.pL 8— ANP- en herh. SOS-ber. 8.15 Christ. Har moniecorps „Prinses Juliana" en gr.pl. 9.Hoe komt een radio-uitz. tot stand?, causerie. 9.30 De Arnh. Orkestver. 9.55 Gr.pL 10— ANP- ber., act. progr. 10.30 Het Apollo- kwintet. 10.45 Gymnastiekles. 11. Verv. concert^ 11.25 Gr.pL 11.50— 12.Schriftlezing. DROITWICH, 1500 M. 11.20—11.50 Zang. 12.10 Gr.pL 12.20 Causerie over kerkgeschiedenis. 12.45 Orgel spel. 1.20 Militair orkest. 2.2.20 Deel. 3.203.50 Arthur Salisbury en zyn orkest. 4.20 Orgelspel. 4.50 Gr.pl. 5.20 Balalaika en gitaar. 5.35 I Schwiller en zijn stryksextet m. m. v. solist. 6.20 Ber. 6.40 Muz. cau serie met illustratie. 7.Gr.pL 7.20 Het BBC-Variété-orkest en solisten. 8.10 Men talking, causerie. 8.30 Carroll Levis and his Discoveries. 9.20 Ber. 9.45 Politiek overzicht. 10.Het BBC-Orkest, mmv. so liste. 11.05 Het New Georgian Trio. 11.35 Oscar Rabin and his Romany Dance Band. 11.5012.20 Jazzmu ziek (gr.pl.) RADIO PARIS, 1648 M. 9— en 10.Gr.pL 11.20 Derveaux-orkest. 12.30 Zang. 1.05 Visciano-orkest. 2.35 Zang. 2.50 en 3.30 Gr.pL 3.35 Zang. 3.50 en 4.40 Gr.pL 4.50 Piano voordr. 5.05 Grpl. 5.25 Vioolvoordr. 5.40 Gr.pL 7.20 Bailly-orkest. 8.35 Cello-voordr. 8.50 Le pont des sou- pirs, opera. 10.50 en 11.2011.35 Gramofoonplaten. KEULEN, 456 M. 5.50 Gr.pL 6.30 SA-orkest. 7.50 Boerenkapel, kin derkoor en solisten. 11.20 Orkest concert. 12.35 Grazer Sted. Orkest. 1.30 Populair concert. 2.50 Gr.pL 3.20 NS-Frankenorkest en solisten. 5.30 Cello en piano. 6.20 Verzoek- concert. 7.30 NS-Volkskoor. 8. Westduitsch weekoverzicht. 8.20 Omroeporkest en -kleinorkest mmv. solist en het Dresdensch harpkwin- tet. 9.35 Gr.pL 9.5011.20 L. Eysoldt met zijn orkest, solist, pianoduo en instrumentaal kwartet. BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.: 12.20 Gr.pL 12.50 en 1.30 Het Om roeporkest en gr.pl. 7.20 Het Om roepsalonorkest en gr.pl. 8.20 en 9.20 Het Omroeporkest, -gemengd koor en soliste. 10.3011.20 Gr.pL 484 M.: 12.20 Het Omroepdans- orkest. 1.Gr.pL 1.30 Verv. dans-, muziek. 1.502.20 Gr.pL 6.35 Zang. 7.05 Pianovoordr. 7.35 Gr.pL 8.20 Hans le joueur de flüte, opera. 10.30 11.20 Het Omroepdansorkest. DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 7.30 Berlijnsch Philh. orkest mmv. solist. (In de pauze ber.) 9.20 Ber. 9.50 Het Dresdensch orkest en so listen (opn.) 11.0511.20 Gr.pL GEMEENTELIJKE RADIODISTRIBUTIE. Lijn 2: Hilversum. Lijn 1: Hilversum. Lijn 3: Keulen 8.9.20, D.sender 9.2010.Parijs Radio 10.10.20, Radio PTT Nord 10.20—11.20, Parijs Radio 11.2012.10, Droitwich 12.10 —12.20, Brussel VI. 12.20—14.20, Danmarks Radio 14.2014.40, Radio PTT Nord 14.4015.20, Keulen 15.20—17.20, Brussel Fr. 17.20— 18.20, Keulen 18.2019.20, Brussel VL 19.20—19.55, Motala 19.55—21.05, Beromünster 21.0521.50, Keulen 21.5023.20, Danmarks Radio 23.20 —24— Lijn 4: Brussel VI. 8.9.20, Lu xemburg 9.2010.35, Lond. Reg. 10.3513.20, Droitwich 13.2014. Lond. Reg. 14—16.20, Droitwich 16.20—20.10, Lond. Reg. 20.10—20.30 Droitwich 20.30—23.05, Lond. Reg. 23.0523.35, Droitwich 23.3524. Lijn 5: Diversen: ©OO© OO DE STAKING IN HET KIPPENHOK door TRIJNIE DE RUYTER. Jantje woonde met zijn vader en moeder in een klein dorpje, dat omringd was met heerlijke en mooie bossen. En vaak ging Jantje met zijn vrienden in dat bos spelen en Jantjes vader hield er kippen op na. Jantje moest altijd de kippen voeren. Maar dikwijls vergat Jantje de kippen, omdat hij haast altijd in het bos was met zyn vrienden. Juffrouw kokkel, zo heette een kip, zei op het laatst: „We moesten maar geen eieren meer leggen, het kan zo niet langer". „Nee", zei mijnheer kukel: „We moesten de eieren maar begraven". Ja, dat waren ze met hem eens. En zo gebeurde het ook, dat ieder ei werd begraven. En Jantje dacht bij zich zelf: „Er komen geen eieren meer, hoe zou dat toch komen, dat de kippen geen eieren meer leggen". De kippen hoorden, dat en zeiden: „Dat is nu de straf". Toen dacht Jantje plotseling bij zich zelf: „Ach, wat jammer, dat ik de kippen altijd vergeet". Maar toen hij dit gezegd had, ver gat hij ze nooit meer. De kippen zochten de eieren weer op en waren blij, dat ze niet meer vergeten werden. „KOPWERK, GOUVERNEUR!" In het jaar 1840 woonden er al bijna geen Indianen meer in de oude woonplaatsen. Ze waren toen allemaal bij elkaar gebracht in grote, daar apart voor afgezette gebieden, waar ze niet uit mochten komen. Er was toen niet veel meer over van de oude jagers, die overal rondzworven, waar ze wilden. Nu waren ze eigenlijk opgesloten. En er was niets, wat ze tegen de blanken konden doen, want die waren veel verder in de techniek en zoveel andere dingen, waar ze altijd gebruik van maakten. Het enige waar de Indianen zich mee konden verdedigen, was hun sluwheid en hun aan geboren handigheid. Het is verschillende malen gebeurd, dat de Indianen met hun slimheid de blanken toch nog de baas waren. Op een keer maakte de gouverneur van Massachusetts, Joseph Dudley, een inspectie tocht langs al zijn arbeiders. Dat waren de Indianen, die gedwongen werden voor de blanke mensen te werken. Hij zag één Indiaan staan, die niets uitvoerde en ging naar hem toe. „Waarom werk je niet, zodat je kunt leven?" Toen antwoordde de Indiaan zonder te aarzelen: „Waarom werkt niet, gouverneur?" De gouverneur wees op zijn voorhoofd en zei: „Ik werk met mijn hoofd, dan hoef ik niet met mijn handen te werken!" Hierop zweeg de Indiaan en zei na een poosje: „Zegt u maar welk werk ik moet doen." De gouverneur dacht na en zei toen: „Ik heb thuis een kalf, dat geslacht moet worden. Slacht dat maar, dan krijg je een shilling". De Indiaan deed wat hem gezegd was en slachtte het kalf. Hij kreeg er een shilling voor en ging weer weg. Een tydje later kwam de gouverneur weer bij hem en zei: „Waarom heb je het kalf niet helemaal schoongemaakt, toen je het geslacht had?" „Dat had u niet gezegd, gouverneur, dus dat hoorde er niet bij!" antwoordde de Indiaan. „Ga dan nu naar mijn huis en maak het kalf schoon, dan krijg je weer een shilling." De Indiaan deed het en kreeg zyn shilling Maar een tijdje later kwam hij terug bij den gouverneur en zei: „U hebt me een valse shilling gegeven!" De gouverneur keek naar het geldstuk en zag, dat het werkelijk vals was. Hij gaf den Indiaan een andere shilling. Twee dagen later kwam de Indiaan terug en zei, dat hij weer een valse shilling had gekregen. Nu begreep de gouverneur, dat de Indiaan hem bedroog. Hy gaf hem nog een shilling en besloot hem te straffen. Een week later liet hij hem by zich komen en gaf hem een brief, terwijl hy zei: „Breng deze brief eens vlug naar Boston naar dit adres!" De Indiaan nam de brief aan en ging weg. Maar toen bedacht hij zich, dat er vast iets over hemzelf in die brief zou staan, dat wel niet al te mooi zou zijn. Hij kwam een van de bedienden van den gouverneur tegen en zei: „Je moet deze brief naar Boston brengen. Zo vlug je maar kan, de gouverneur heeft gezegd, dat ik hem aan jou moest geven". De bediende nam nu de brief en bracht hem weg. Er stond in, dat de directeur van het tuchthuis den brenger van de brief 50 slagen moest geven. De arme dienaar nam nu de slagen die voor den Indiaan bestemd waren, in ontvangst en ging woedend naar huis terug. Toen de gouverneur dat hoorde werd hij erg boos, dat hij tweemaal door een gewonen Indiaan voor de gek was gehouden. Hy zei eerst niets, maar toen hij hem een paar weken later weer tegenkwam, vroeg hy: „Hoe heb je me zo gemeen kunnen be driegen?" De Indiaan keek hem kalm aan, toen tikte hij met zijn vinger tegen zijn voor hoofd en zei: „Kopwerk, gouverneur, kop- werk!" OM ZELF TE MAKEN. Een zeeslag op tafel. Nu zullen we eens een vloot maken met elkaar. Een echte grote vloot, die we net zo groot kunnen maken, als je maar wilt! Daar kunnen we leuk mee spelen. Let maar eens op: papier de zeilen. Aan de onderkant knippen we twee kleine randjes, die we in de gleuven van het dek kunnen steken, dan blijven de zeilen beter vast zitten. We steken als mast een dun stokje door de zeilen en steken die stokjes in de mastgaten, die we in het dek gemaakt hadden. Aan de onderkant ver- We maken eerst de romp van een stevig stuk karton. Hier zien jullie afgebeeld in welke vorm je die moet knippen. De kartel rand moet later omgebogen worden en daar kan dan weer karton tegenaan geplakt worden. Op gelijke afstanden maken we drie ronde gaten in het „dek" en daarnaast twee smalle gleufjes. Die dienen voor de masten en voor de zeilen. Nu buigen we de kartelrand naar beneden en plakken er een reep karton tegenaan, dat is de zijwand. Door deze zijwand steken we nu twee stukjes ijzerdraad en aan ieder ijzerdraadje steken we twee gelijke klosjes garen en daartussen een stukje kurk. Op het plaatje zien jullie er een afbeelding van en daar is de romp ook ondersteboven gelegd, zodat je kunt zien, hoe het er van onderen uitziet. We moeten er goed op letten, dat de klosjes een beetje onder de rand uitsteken, want jullie hebben zeker allemaal wel begrepen, dat die klosjes dienen om de schepen straks te laten rollen. De stukjes kurk hebben we aan het ijzerdraad gedaan, opdat de klosjes niet teveel heen en weer kunnen rollen. Nu maken we van karton of van stevig binden we de drie masten met elkaar door een stevige draad en maken die draad ook goed aan de ijzerdraadjes vast, waar de klosjes en de kurken aan zitten. Nu is ons schip klaar. We zetten het op tafel en blazen hard in de zeilen. Als je de klosjes mooi gelijk hebt vastgemaakt, zal je eens zien, hoe hard het schip vooruit rolt. We kunnen natuurlijk nog veel meer schepen maken en daarna gaan we ermee spelen. We verdelen ons in twee partijen en de schepen van de ene partij worden anders geverfd, dan die van de andere. Nu moet iedere partij proberen om de schepen van de andere partij zo vlug mogelijk van de tafel af te blazen. Ieder moet daarbij proberen zijn eigen schepen op tafel te houden, door ze weer terug te blazen en te gelijk de schepen van de ander weg te blazen. Het is een leuk spel en je kunt het met zijn vieren of zessen spelen, maar na tuurlijk moet je dan vrij veel schepen hebben. Ook met zijn tweeën gaat het heel goed. Dan gebruik je maar een paar schepen, anders kan je het niet bijhouden! Veel plezier ermee! DOOR EEN MUIS GERED. We lezen telkens weer van ongelukken, die in de mijnen gebeuren. Soms is er een ontploffing, een andere keer een instorting, maar by'na altijd komen er mensen by om het leven. De kranten maken niet eens elk ongeluk bekend. Over het algemeen horen wij alleen van de grote ongelukken. Een van de wonderlijkste reddingen was wel die van Charles Treadwell, die zijn leven te danken had aan een muis. Een gedeelte van de mijn was met dyna miet opgeblazen, maar door een ongelukje was het dynamiet te vroeg aangestoken, zodat de grote ontploffing kwam, vóórdat alle mannen zich in veiligheid hadden kunnen stellen. Charles Treadwell werd daardoor alleen in een schacht opgesloten. Boven hem was alles ingestort en het was onmogelijk om eruit te komen. Hij had al 36 uur in de schacht gezeten en had zijn hoop op redding opgegeven. Toen kreeg een van de mannen buiten de mijn een goed idee. Ze hadden alle mogelijke middelen bedacht, om Charles te be reiken, maar ze wisten, dat ze niet vóór over twee dagen bij hem konden zijn. En natuurlijk waren ze bang, dat hij tegen die tijd al van honger en ellende zou zyn omge komen. Maar opzij vande schacht liep een nauwe luchtbuis. Die buis was heel erg lang en het was onmogelijk om op die ma nier een verbinding te maken. Toen vingen ze boven de grond een muis, bonden een heel lang touw aan zijn staart vast en joegen hem toen in de luchtbuis. Aan de andere kant nam Treadwell de muis op en stuurde hem weer terug, nadat hij het touw ergens goed vast had gemaakt. Op die manier konden levensmiddelen langs het touw naar beneden gelaten worden en Treadwell wist ook, dat ze hem nog niet in de steek hadden gelaten. Eindelijk, 5 dagen later, bereikten de mannen van de reddingsploeg hun ouden makker. Hij was nog heel sterk, maar in al de tijd, dat hij alleen in de schacht op gesloten gezeten had, had hy besloten om nooit meer een muizenval in zijn huis te zetten! WEER MEE TERUG. Een grote troep zwaluwen trok naar het Zuiden. In de buurt van de Golf van Bis- kaye kwamen ze een groote stoomboot te gen, die uit het verre Oosten kwam en nu op weg was naar Engeland. Toen zonder den 2 zwaluwen zich van de troep af en bouwden vlak bij de warme schoorsteen een nest. Zo gingen ze weer mee terug naar Engeland. Waarschijnlijk zullen ze in Engeland, toen ze hun vergissing be merkten, weer zijn omgekeerd en opnieuw naar het Zuiden zijn gevlogen. RAADSELS. 1. Grijp naar een poel-fasant, klein leep kindje. Deze letters vormen tesamen de namen van vijf groote staten in Europa en van een klein plaatsje in Gelderland. Welke zijn dat? 2. X X X X De eerste ry, zoowel X X X X horizontaal als verti- X X X X caal, is iets dat men X X X X van vruchten kan maken. De twede rij, horizon taal en verticaal, is een jongensnaam. De derde rij, horizon taal en verticaal, is een meisjesnaam. De vierde rij geeft ho rizontaal en verticaal iets, dat bij het diner vooraf gaat. 3. De naam van iemand, die in tijd van nood hulp brengt, blijft dezelfde, of men de naam van voren naar achteren of van achteren naar voren leest. Wat is dat voor een man? OPLOSSINGEN. De oplossingen van de raadsels uit het vorige nummer zijn als volgt: 1. boom, toom, trom, tram, trap. 2. Het briefje luidde: „je mag de sommen straks wel van me overnemen". De jongens hadden inplaats van de a een c gebruikt en zo telkens 2 letters van het alphabet verder dan de letter welke zij noodig hadden. 3. Eén ei, want na dit eerste ei was hy niet nuchter meer. Jantje, die appels gestolen had, deed of hij kiespijn had

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 11