Smokkelen van menschen. E MOEILIJKE KEUS. £aaiste Aedcfitm f 100 a f 150 per persoon. WELKE WINTERMANTEL IS DE JUISTE? De Nederlandsche grens trekt. Gemeenteraad van Alkmaar TWEEDE BLAD. D Wat is het moeilijk om een nieu wen wintermantel te koopen! Hoe verleidelijk is het wijnroode of olijfgroene manteltje, dat zoo modieus en zoo goedkoop is en ons bovenal zoo bijzonder flatteert. Wat is het moeilijk om dan verstan dig te blijven en te bedenken, dat ons budget het niet toelaat om iedere 3 maanden een nieuwen man tel uit te kiezen, dat we er mis schien meer dan één winter mee moeten doen en dat 2 of 3 seizoenen wijnrood of olijfgroen een nacht merrie zijn. Dan zullen we ons dus los moeten rukken van ons mondaine spiegel beeld in het coquette helkleurige jasje en met een zucht om de ver loren illusie worden we weer dege lijk en verstandig en passen man tels aan in gedekte, niet al te op vallende tinten. Moet een wintermantel geen schaap met vijf pooten zijn? Im mers, aan onmogelijke eischen moet hij voldoen. Niet te koud in den winter, niet te zwaar in den herfst, niet te warm in het voorjaar! Niet te saai, want alles is in den winter toch al zoo grauw, maar ook niet te gewaagd, want is er iets dat zoo gauw verveelt als een op zichtige mantel? Modieus van kleur en snit is een vereischte, maar dan weer zóó, dat we er gemakkelijk een volgend sei zoen wat aan kunnen veranderen. Ja, we mogen wel grondig na denken voor we ons aan den koop van een winterjas wagen, en dan ook standvastig blijven en ons houden aan het gemaakte plan. Want het is niet prettig om te be- hooren bij de dames, die met 't voornemen uitgaan om een sportief morgenjasje te icoopen en dan steevast met een gekleeden namid dagmantel, haar door de verkoopster aangepraat, thuis komen. Dat zijn de vrouwen, die een kast vol klee- ren hebben, veel geld aan haar garderobe besteden en toch nooit iets hebben om aan te trekken, want niets is practisch en niets past bij elkaar. Dus we maken een plan op, dat echter voor iedere vrouw hemels breed zal verschillen. De ecne zal in het gelukkig bezit zijn van een gekleede bontjas en wenscht zich dus een sportieven mantel voor 's ochtends om mee te kunnen wandelen en boodschappen doen. Een andere vrouw draagt juist 's ochtends graag haar mantelpak en zal dus een meer gekleeden man tel voor 's middags uitzoeken. Bij weer iemand anders zal de mantel voor alle doeleinden ge schikt moeten zijn en dan is een donkerbruine, zwarte of donker blauwe mantel met bont, dat we een volgend seizoen wat kunnen veranderen, wel het geschikste. Maar vóór alles dienen we op de hoogte te zijn wat modieus is, want daar wil toch iedere vrouw zooveel mogelijk rekening mee houden. Welnu, dat is voor dit seizoen niet zoo gecompliceerd. Al wordt er veel gesproken over een meer vrou welijke lijn, dik en rond moet men vooral niet worden, want de van ouds bekende wespentailles komen weer in de mode en de mantels loo- pen dan naar onderen meer of min der klokkend uit. Zoo zien we veel getailleerde jas sen, met een enkelen wijden mantel, die echter gewoonlijk niet zoo flat teus is. De bontgarneering is zeer ver schillend, naast hooge kragen, mou wen, zakken en ceintuurs van bont, ziet men ook een eenvoudiger toe passing met smalle reepen en stree- pen van glad bont, b.v. van astra kan, persianer, Indisch lam en alle namaak van dien. Groot is de verscheidenheid in kleuren: roodbruin en veel nuances donkerrood, olijfgroen, donker blauw en vooral zwart. Zwart blijft voor wie het staat de gemakkelijkste dracht. Immers men kan het telkens met andere kleuren combineeren. misschien draagt men het dit jaar met een rood of olijf groen hoedje, handschoenen en tasch, terwijl een volgend jaar met grijs of lila een nieuw geheel ge vormd kan worden. Voor den ochtend ziet men dan tenslotte veel ruige stoffen in visch- graat en ruitjes. Onze afbeelding laat u een paar mantels zien in zeer verschillend genre. Links: eenvoudige mantel voor 's ochtends, tweedstof met een goedkoope garneering van randen bont. Midden: mantel van donkerroode gewerkte stof. Het bont, Indisch lam, heeft het model van een vest, wat met de rij dikke bontknoopen •een heel vlot geheel vormt, dat met een gekleed hoedje ook uitstekende diensten kan doen voor 's middags. Rechts: meer gekleede mantel van zwart velours, de ceintuur heeft aan de uiteinden twee vossenstaar ten. Het bont, eveneens een vos, heeft een sluiting met een groote fluweelen strik, wat heel flatteus in het gezicht staat. Zonder ceintuur kan deze mant oo' voor avond mantel gebruikt worden. MADELEINE. Nadruk verboden. (Van onzen bijzonderen verslaggever.) Enschede, 15 December. De aantrekkingskracht welke de Ne derlandsche grens op de Duitsche Joden uitoefent moet wel heel sterk zijn. Niet alleen weten zij, ondanks de moeilijkhe den welke daaraan van Duitsche zijde verbonden zijn, haar te bereiken, maar ze weten er ook overheen te komen, hoewel de bewaking aan onzen kant heel scherp is. Het feit, dat thans per etmaal 7 tot 8 Duitsche Joden in het be wakingsgebied van de inspectie Ensche de worden aangetroffen, spreekt in dit opzicht boekdeelen. Ook de Duitschers helpen. Nu is het voor een ter plaatse kundige werkelijk niet zoo moeilijk ongezien de grens te passeeren. Maar de Duitsche Joden, die in de grensstrook worden aangehouden, komen vaak van verre, zijn heelemaal nooit in de Duitsche grensplaatsen geweest, laat staan aan de grens zelf en toch weten ze haar te bereiken, met vermijding van alle harde wegen en alle bewaakte toegangen. Het is dan ook aan geen twijfel onderhevig, of deze menschen worden aan Duitsche zijde geholpen. Duitsche grensbewoners brengen ze uit medelijden, of om wille der verdien ste over bosch- en heidepaadjes, langs veen- plassen en houtwallen tot aan de grens, en daar wachten Nederlandsche helpers, die ook in de meeste gevallen heusch niet uit liefdadigheid handelen. Menschensmokkelaars. Er bestaat overal langs de Neder landsche grens sinds jaar en dag een gilde van menschensmokkelaars, ook aan de Twentsche grens. In de meeste gevallen hebben de leden van het gilde zich eerst met deviezensmok- kel bezig gehouden, maar als vanzelf zijn ze er later toe overgegaan ook Duitschers die zelf hun deviezen in den zak hielden naar Nederland te brengen. Dat is in de dagen van het acute optreden tegen de Joden in Duitschland, voor de smokkelaars eigenlijk een strop geweest. Immers de Duitschers met deviezen hadden gewoonlijk wel voor ons land geldige papieren en dus was men aan Nederlandschen kant niet zóó geheim zinnig, of onze grensbeambten kwamen er wel achter welke smokkelpaadjes voor de zen menschensmokkel bij voorkeur gebruikt werden. Vandaar, dat in de dagen van den grooten toeloop der vervolgde en bevreesde Joden naar de grens er, hier althans, zoo weinig in slaagden de centra van ons land te bereiken. (Vervolg van pagina 4, derde blad). Nog vier sprekers voor de beschou wingen in eerste instantie. Hedenmiddag werd voortgegaan met de algemeene beschouwingen over de ge- meentebegrooting. Van mej. Nierop was een dankbetuiging voor de gezonden bloemen ingekomen. De heer Raat steunde den aandrang die was uitgeoefend voor het uitvoeren van werken, ook in het belang van den middenstand, aangezien werk voor den middenstand welvaart brengt. Spr. drong erop aan om als gemeente, ook voor de bedrijven, het benoodigde van den middenstand te betrekken. Meer reclame voor vestiging hier ter stede diende z. i. te worden gevoerd. Spr. oordeelde voorts, dat voor het uitgegeven geld voor plantsoenen meer kon geschieden. Spr. wilde geen uitster ving van de Zaterdagavondmarkt. Hij wilde geen te groote uitbreiding, doch nu hem gebleken is, dat 47 Alkmaarders daar een standplaats innemen, zal hij er niets meer over zeggen. Spr. eindigde met het college te ver zoeken zich voor de groentendistributie tot de Middenstandsvereenigingen te wenden. De heer K e ij s p e r had van burge meesters van noodlijdende gemeenten ge hoord, dat deze gemeenten gemakkelijker worden geholpen om uit te voeren wat noodig is. Spr. verzocht dit te onderzoe ken. Spr. steunde de gedachte v. d. Vall om voortaan 's avonds te vergaderen. De kermis was dit jaar niet veel doch een juiste beoordeeling was dit jaar niet moge lijk omdat de Amsterdamsche feesten en de Zaandamsche kermis gelijk vielen. Spr. was voor een onderzoek naar de wenschelijkheid van een andere organisatie of andere vermakelijkheden. Wanneer de nieuwe steunregeling slechter is, dan dient de oude weer te worden ingesteld. Alkmaar is bij het marktwezen gebaat. Excessen moeten worden tegengegaan. Het nadeel van de kaasmarkt kan misschien worden opge vangen door jonge dames in oud-Holland- sche costuums speldjes aan de vreemdelin gen te laten verkoopen. Spr. hoopte, dat het college het markt wezen zal bevorderen. Tegen het houden var motorraces stemde de heer Keijsper, omdat hij die een sport vindt waarvan geen beschaving "..it gaat. Zonderling is het standpunt van mr. de Groot, die zegt: „het is beroep en daarom moet men het toelaten." Komt er een voor stel dan zal spr. voor afstemming stem men, omdat er bepaalde dingen zijn, die zwaarder moet wegen dan geld. Als het college binnen de begrooting gelden vond voor de Burgerwacht, dan was Deze handicap hebben de heeren van het gilde echter weldra weten te overwinnen. Het is nu eenmaal niet mogelijk bij nacht achter eiken boom een kommies te zetten, of een anderen grensbewaker en er loopen zooveel boschjes over de grens door, er zijn zooveel slooten en andere dekkingsmogelijk heden, dat een goed georiënteerde er wel door kan komen zelfs al zou men een leger aan de grens stationneeren. Dat er toch op een stukje grens van zeg 15 kilometer, 7 tot 8 menschen worden aangehouden en terug gestuurd, pleit voor de waakzaamheid der Nederlandsche grensbewakers. De Duitsche controle. Vrij veel schijnt hier te lande de meening te bestaan, dat de Duitsche autoriteiten en de Duitsche grenswacht de Joden, die willen pogen naar ons land te komen, maar vrij naar de grens of, zooals de term luidt: over de grüne Grenze laten trekken. Onge twijfeld wil men daar graag van de Joden af zijn, doch men eischt ook van de Joden naleving der zeer scherpe deviezenbepalin- gen. Het moge voorkomen, dat een Duitsche grensbewaker uit medelijden en uit over weging, dat de man toch ook moet leven, hem laat gaan, wanneer hij hem in het grensbewakingsgebied aantreft of waar neemt; dit zal echter slechts zeer sporadisch voorkomen, want de Duitsche ambtenaar kent zijn instructies en volgt ze evengoed op als zijn Nederlandsche collega. En de kranten hebben immers vol gestaan over de plichtsvervulling onzer ambtenaren tegen heug en meug in. Er is geen enkele reden te veronderstellen dat de Duitsche grensbe wakers anders zouden handelen. Neen, wan neer een Duitsche beambte iemand, wien ook, in zijn bewakingsgebied aantreft, van wien hij vermoeden kan, dat hij over de grens denkt te komen, dan moet hij hem aan houden en streng onderzoeken, of hij ook tracht geld uit te voeren. Wanneer dat niet het geval is en de betrokkene heeft geldige Duitsche papieren, een pas dus waarin de roode J. staat, ten teeken dat de man Jood is, dan kan de beambte zoo iemand laten gaan en dan brengt hij hem niet naar een Nederlandschen doorlaatpost. Dat immers zou beteekenen zijn terugzending naar Duitschland en dat wil men niet. De prijs voor een mensch. De Duitsche Joden, die naar ons land willen, kunnen echter zonder geld niets. Ze moeten hun Nederlandsche en even tueel hun Duitsche helpers betalen en aan Nederlandsche zijde is 't tarief voor het smokkelen van een mensch van de grens tot Deventer 100. Het brengen naar Den Haag of Amsterdam kost 150. En men mag er zeker van zijn, dat de smokkelaar boter bij de visch eischt. Zonder betaling zal hij het risico van uitwijzing uit het grensgebied niet nemen. Wat moet een smokkelaar in het binnenland uitvoeren? spr. er voor. Nu dit niet het geval is en men zeker slaagt particulier de gelden te vin den om de leden aan een kenmerkende kleeding te helpen, zal spr. het voorstel- mr. de Groot niet steunen. Het verkeer in de Langestraat oordeelde spr. thans vrij dragelijk geregeld, zoodat daar een parkeerverbod hem te ver gaat. 38.000 voor plantsoenen oordeelde spr. veel, maar voor eenige jaren was dit 50.000. Met het Sportpark staat het wel zeer ongun stig. De inschrijving van de buffetten is al weer 400 lager. Spr. waarschuwde den heet Hoijtink niet al te zeer in het Sportpark in te grijpen. Spr. onderschreef het betoog van den heer Stoutjesdijk voor adviseerenden en mo- reelen steun aan kleihe zelfstandigen. Het be toog van mr. Leesberg om geen kapitalen van de bedrijven te halen, doch liever de linnenkast na te zien, oordeelde spr. heel sterk. Ten aanzien van de leeszaal-kwestie be toogde spr., dat juist de houding van de voor bije tientallen jaren voor de liberalen de oorzaak is geweest, dat de katholieken zich afzonderlijk organiseerden. Men houdt geen rekening met onze wenschen. Voor kort werd in een commissie onder leiding van den bur gemeester geen rekening gehouden met onzen wensch om in de vasten geen feesten te organiseeren. Mr. d e G r o o t: Onverstand. De heer K e ij s p e r: Misschien is dat in uw kringen groot, want het verzet kwam van uw menschen. (Gelach.) Spr. waardeerde, dat in de leeszaal ook katholieke lectuur aanwezig is. Ook wij stemmen voor de subsidie en daarom hebben ook wij recht van critiek. Men heeft de Pro testant ter sprake gebracht en gesommeerd aan te toonen, dat daarin krenkend wordt geschreven. Spr. heeft exemplaren bij zich en laakte dat in dit blad de paus de heer Rap werd genoemd. De sfeer van het geheele orgaan is sma lend. Spr. zou ook R.K. organen die zoo over anderen schrijven, willen weren, want daardoor komen wij niet tot elkander, maar geraken wij van elkander. Ten aanzien van het Neo Malthusianisme ging spr. in op de bewering van den heer v. d. Vall over de in R.K. kringen gewaardeer de ideeën van Ogino Knaus en hij wees er op, dat een katholiek diens stellingen en theorieën mag opvolgen op sociologisch ad vies en uit economische overwegingen. Het verschil tusschen de ideeën van Knaus en het Neo Malthusianisme is, dat die van Knaus in de natuur liggen en de ander tegen de natuur ingaande middelen propa geert. Spr. wenschte het college voorts sterkte. De heer v. d. Borden oordeelde, dat het college er voor moet waken, dat aan lan taarns en papiermanden tegenover zaken van burgers geen reclames worden aange bracht van concurrenten. Een beetje hart. Dit vaste tarief is een merkwaardig ver schijnsel. Het wijst er op, dat velen zich naar onze centra laten brengen en dat deze smokkelhandel vaak gelukt. Anders zouden de tarieven hooger zijn. Het wijst er ook op, dat onze smokkelaars dit bedrijf niet geheel zonder hart uitoefenen, anders zouden zij van een tarief niets willen weten en zouden we de toestanden hebben behouden uit den tijd van deviezen-met-menschen-smokkel- handel, toen er van de betrokkenen is ge haald wat er maar te halen viel en toen door de smokkelaars getracht werd het grootste deel van, zoo niet het totale bedrag, dat overgebracht moest worden, in handen te krijgen. Toen was er zelfs van het stand punt der smokkelaars-moraal alle „eerlijk heid" zoek, en is menigeen er ternauwer nood aan ontsnapt door zijn „helpers" aan de grens verraden te worden aan de Duitsche beambten. Aan Duitsche controle ontsnapt. De Duitsche autoriteiten in de grens streken zijn eenigermate verbaasd over het groot aantal Joden, dat illegaal over de grens tracht te komen. Die verbazing geldt niet het feit, dat de Joden uit Duitschland weg willen, dat begrijpen ze volkomen, maar ze hebben de opvatting gehad, dat alle Joden onder controle stonden van de Duitsche autoriteiten. Het grootste contin gent der volwassen Joodsche mannen im mers is in de concentratiekampen opgesloten en van de rest werd verondersteld, dat ze zoo waren geadministreerd en gecontro leerd, dat ze niets meer zouden kunnen uit voeren zonder dat de autoriteiten wisten wat ze deden. De practijk blijkt nu anders te zijn. In het grensgebied komen groote aan tallen Joden, waarvan de autoriteiten meer in het binnenland niets hebben geweten, althans hebben die ze niet zóó in de hand gehad, dat ze niet zonder kennis van hen konden ontsnappen. Deze menschen vormen het gros van hen, die zich, als ze konden, in ons land zouden willen vestigen. Duitsche medewerking. De vestiging van Duitsche Joden in het buitenland wordt officieel door de Duitsche regeering bevorderd. Zij geeft bijv. aan Joden, die in een concentratiekamp zijn op gesloten, gelegenheid hun uittocht uit Duitschland mogelijk te maken. Voor hun pogingen om passen en visa te krijgen en vestigingsvergunningen in andere landen, krijgen de Joden verlof het concentratie kamp te verlaten, naar de consuls en legaties te gaan enz. Krijgt een Jood het voor elkaar, dat hij zich elders mag vestigen, dan wor den zijn Duitsche papieren in orde gemaakt en dan mag hij gaan. Soms maakt hij echter van zijn eerste verlof uit het concentratie kamp gebruik, om te trachten op eigen ge legenheid en zonder regeling van zijn fi nanciën ons land binnen te komen. In dat geval mag een Jood echter niet op égards rekenen. Wordt hij dan op Duitsch gebied in de grensstreek gezien, dan zal hij als deviezensmokkelaar zijn lot nog verergerd hebben. Het lot, dat hem wacht als illegale zwerver over de grens, is niet benijdens waard. Uit alles, wat er thans in de grensstreken gebeurt, stijgt één kreet op, de kreet naar een betere regeling der Jodenkwestie, een kreet om menschelijkheid te betrachten, waar die tot nu toe ontbroken heeft. Spr. betoogde, dat Alkmaar groote be hoefte heeft aan een type kleine woning, die men er mist. Men kan deze woningen niet bouwen, waardoor men groote groepen naar de randgemeenten dringt. Alkmaar behoort een bouw te bevorderen als aan de Frede- rikslaan te Heiloo. Spr. betoogde met na druk, dat Alkmaar verzadigd geraakt aan gesloten woningbouw. (De zitting duurt voort.) AFLOOP VAN VERKOOPINGEN. Uitslag veiling gehouden bij opbod op Donderdag 15 December 1938 ten over staan van notaris G. A. Verkade te Alk maar: winkel- en woonhuis te Alkmaar aan de Mient no. 14, staat in bod op 6900; huis en erf te Alkmaar, Stuart- straat 54, op 2125. De afslag blijft bepaald op Donderdag 22 December 1938 's avonds om 6 uur In het café Bos aan het Waagplein te Alkmaar. Ongecorrigeerd ANTI-JOODSCHE BESLUITEN IN ITALIË. Joden moeten onroerend bezit en ondernemingen aangeven. De ministerraad is vanmorgen bijeenge komen onder voorzitterschap van Mussolini. Er werden belangrijke besluiten genomen, o.m. betreffende Italiaansche burgers van Joodschen bloede. De ministerraad besloot, dat deze burgers al hun onroerend bezit en de ondernemingen, waarvan zij eigenaar zijn, moeten aangeven. Het deel der onroe rende goederen, dat grooter is dan de voor Joden, jegens wie geen uitzonderingsbepa lingen bestaan, toegestane limiet, moet afge staan worden aan een instelling, die zonder verwijl in het leven zal worden geroepen en ten doel zal hebben de genoemde onroe rende goederen aan te koopen, te beheeren en geleidelijk te verkoopen. De Joodsche eigenaars zullen in betaling voor de waarde der bezittingen speciale effecten ontvangen, welke door de genoemde instelling zullen worden uitgegeven en die 4 procent rente zullen dragen. Het beheer van ondernemin gen, die van belang zijn voor de defensie van den staat of waar honderd of meer per sonen werkzaam zijn, zal worden uitge oefend onder speciaal toezicht. De ministerraad zal op 11 Maart opnieuw bijeenkomen, vooral ter bestudeering van de hervorming der Italiaansche scholen. DE WETTELIJKE REGELING VAN MINIMUMLOONEN. Adres van het N.V.V. Met het oog op de behandeling van de begrooting van sociale zaken in de Tweede Kamer heeft het bestuur van het Neder- landsch Verbond van Vakvereenigingen zich, in verband met het steeds urgenter worden van het vraagstuk van de vaststel ling van minimumloonen voor bepaalde ca tegorieën van werknemers, in een adres tot de leden van de Tweede Kamer der Staten- Generaal gewend, waarin o.a. wordt gezegd: In beginsel is het juist, dat de regeling der arbeidsvoorwaarden wordt overgelaten aan het vrije overleg tusschen werkgevers en werknemers. Dit neemt echter niet weg, dat de Overheid den plicht heeft er op toe té zien, dat dit,niet tot excessen leidt. In het verleden heeft de Nederlandsche wetgever meer dan eens volgens deze opvat- tmg gehandeld. Op het terrein der loon vorming heeft de 0"e»-heid zich tot dusverre echter in het algemeen van optreden ont houden. De moeilijke economische omstan digheden van het oogenblik hebben °Ptre' den van de Overheid dringend noodzakelu gemaakt. Het doeltreffendst ware dit regeerings- ingrijpen te regelen aldus adressant door de invoering van een mantel-we welke den minister van sociale zaken z moeten machtigen, tot het instellen va^ minimumloonen voor een of meer drijfstakken, of onderdeelen daarvan, ov te gaan, na terzake te zijn geadviseerd 0 een in te stellen loon-commissie. In het adres wordt er tenslotte op g® zen, dat in talrijke landen reeds een treffende regeling is ingevoerd en helt sluit met het verzoek, dat de Tweede Ka dit vraagstuk bij de komende bera® gingen haar ernstige aandacht wil wtl

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 8