De tragedie mayerling Regeering dient nieuwe machtigings wetten in. Binnenland Bizondere bevoegdheden bij oorlog of oorlogsgevaar. Ontwerpen vrijwel gelijk aan spoedwetten van September. Schriftelijke vragen aan ministers. Woonwagenbewoners Abnormale prijzen Lithausche vprkens Twee ongelukken bij Nijkerk Een ernstig gewonde. Twee gewonden bij auto botsing. Gladheid van den weg oorzaak. Dievenbende aangehouden. 3euMetm VAN Uit da memoires van de moeder van [Maria Vetséra, over den liefdesroman van Kroonprins Rudolf. TWEEDE BLAD. 2 Eind September, in de dagen van hoogspanning op internationaal gebied, heeft de regeering in verband met de toen heerschende „buitengewone om standigheden" een aantal Machtigings wetten ingediend. Hierbij werden aan de regeering uitgebreide bevoegdheden op economisch gebied ver leend. In een record-tijd werden door de Staten-Generaal aangenomen: De Vorde- ringswet, Prijsopdrijvingswet, Schepenuit voerwet, Schepenvorderingswet, Oorlogs zee- en Luehtverzekeringswet, Bodempro- ductiewet, Distributiewet, een Wet tot mede werking, voorbereiding, voorziening in be hoeften van Volkshuishouding en Landsver dediging (economische verdedigingsvoorbe reiding) en de financiering daarvan. Als expiratiedatum was bepaald: 1 Maart 1939, met uitzondering van de laatstgenoem de wet. Intusschen is de regeering tot de over tuiging gekomen, dat het noodig is een aantal wetten tot stand te brengen, die haar in tijden van oorlog, oorlogsgevaar of andere buitengewone omstandig heden uitgebreide bevoegdheden ver- leenen. Zij heeft daarom thans acht wetsont werpen ingediend, die in groote trekken overeenkomen met de bizondere mach tigingswetten van September. Het zijn: de wet tot Medewerking aan Verdedi- gingsvooibereiding, Algemeene Vorde- ringswet, Bodemproductie-, Distributie- wet, Zeeschepenvorderingswet, Wet tot Behoud van scheepsruimte, zee- en luchtvaartverzekeringswet en een Prijs- opdrijvings- en Hamsterwet. Verdedigingsvoorbereiding. Het wetsontwerp „Medewerking verdedi gingsvoorbereiding" heeft tot doel de wer king der regelen van de bestaande Mach tigingswet 1938 ook na 1 Maart 1939 te be stendigen. In haar toelichting zegt de re geering, by monde van de ministers van Economische Zaken, Defensie en Financiën, dat „de economische verdedigingsvoorbe reiding een noodzakelijke voorwaarde is om onze traditioneele zelfstandigheidspolitiek meer kracht bij te zetten." In tijd van oorlog zal regeeringsingrijpen noodig zyn in de productie en de distribu tie, zoowel van gebruiksartikelen en half fabrikaten als van grondstoffen, en de prijsvorming daarvan, terwijl ook een re geling van den in- en uitvoer noodzakelijk is. Het wetsontwerp beoogt de regeering een bevoegdheid te verleener., die zij reeds in vredestijd noodig heeft om die maat regelen te kunnen voorbereiden, n.1. de be voegdheid om bij de voorbereiding nood zakelijke medewerking van het bedrijfsleven te verlangen en zoo noodig af te dwingen. Reeds thans zullen organen in het leven moeten worden geroepen, die de regeering in vredestijd zullen advisee- ren over de in tijd van nood te treffen maatregelen, en die in oorlogstijd met de uitvoering daarvan zullen worden belast. Kernen van zulke organen ver- keeren reeds in een vergevorderd stadium van voorbereiding of zijn reeds gevormd. Algemeene vorderingswet. In haar toelichting op de Algemeene Vorderingswet (welke machtiging verleent om goederen ten behoeve van de volkshuishouding, landsverdediging en veiligheid der bevolking op te vorderen) zegt de regeering, dat deze wetten en vol gende, behalve in geval van oorlog, oorlogs gevaar en daarmee verband houdende bij zondere omstandigheden, b.v. hongers nood en dergelijke goede diensten zullen kunnen bewijzen. Deze wetten zullen by Koninklijk Besluit in werking gesteld wor den. De Staten-Generaal zullen dat besluit moeten bekrachtigen. Overige wetten. Van de Bodemproductiewet zullen dadelijk die artikelen in werking treden, die de aanwijzing van een regee- ringscommissaris en de instelling van een adviescommissie betreffen. De Distributiewet verdeelt het land in distributie-kringen, die in beginsel samenvallen met de gemeenten. De leiding van de uitvoering van een distributierege ling berust in eiken kring by den burge meester. De bestaande organisaties van den handel zullen bij de regeling worden inge schakeld. De Prijsopdrijvings- en Hamsterwet bevat de mogelijkheid tot het stellen van regelen inzake in- en verkoop van bepaalde goede ren, teneinde een plotseling uitputten van de bij den handel beschikbare voorraden te voorkomen, alsmede een algemeen verbod van prijsopdrijving en het stellen van maxi mumprijzen voor bepaalde artikelen. Vorderen van zeeschepen. De Zeeschepenvorderings wet noemt thans uitdrukkelijk den reeder of den eigenaar van het schip, van wien het schip kan worden gevorderd. De vordering van de koopvaardijschepen en vissersschepen om als oorlogsschip te worden gebruikt, acht de regeering van zeer ingrijpenden aard. Daarvoor is een af zonderlijke wettelijke regeling in voor bereiding. Zoolang die regeling nog niet tot wet is verheven, zal de vordering van schepen voor dienst als oorlogsschip moge lijk zijr. door de Zeeschepenvorderingswet. De Wet tot behoud van Scheepsruimte vult enkele tech nische en redactioneele tekortkomingen in de wet van 1938 aan, doch is overigens daar aan gelijk. Zij heeft de bedoeling te waar borgen, dat Nederland in buitengewone om standigheden in voldoende mate de beschik king blijft behouden over scheepsruimte. Hetzelfde is het geval met de Zee- en luchtvaartverzekeringswet, die beoogt de regeering te machtigen tot het aangaan van verzekeringsovereenkom sten op het terrein van de scheep- en de luchtvaart, tegen gevaar van molest en ge wone transportgevaren. De heer van der Zaal (a.r.) heeft aan de ministers van justitie en van binnenlandsche zaken de volgende vragen gesteld: 1. Is het den ministers bekend, dat door een aantal woonwagenbewoners in ons land bittere armoede wordt geleden? 2. Is het den ministers ook bekend, dat die armoede o.m. leidt tot zeer slechte woningtoestanden? 3. Hebben de ministers met name ken nis genomen van hetgeen eenige dagen geleden in dit opzicht is gebleken in het woonwagenkamp tusschen Osdorp en Halfweg, waar een vader, een moeder en tien kinderen in één woonwagen huizen en daar ook, als het ware weggestuwd, den nacht doorbrengen? 4. Zijn de ministers bereid te bevorde ren, dat de wet op de woonwagens en woonschepen zoodanig wordt uitgevoerd, dat het onmogelijk wordt, dat zich op dit gebied toestanden voordoen, die zoowel uit hygiënisch als uit moreel oogpunt zeer ongewenscht moeten worden geacht? 5. Zijn de ministers bereid op korten termijn een onderzoek te doen instellen naar het aantal der woonwagenbewoners in ons land en naar hun leefwijze, en van het resultaat van dat onderzoek aan de Kamer mededeeling te doen? 6. Zijn de ministers bereid, in afwach ting van dat resultaat en van de maat regelen, welke wellicht van een zoodanig onderzoek het gevolg zouden kunnen zijn, het initiatief te nemen tot de totstand koming van een regeling, welke het mogelijk maakt, dat in de meest nijpende gevallen van honger en kou onder deze mer.sehen, geliik zich o.a. aan 1 et eind van de vorige week in het genoemde kamp hebben voorgedaan, van overheidswege helpend wordt opgetreden? De heer Weitkamp (c.h.) heeft de vol gende vragen gericht aan den minister van economische zaken: 1. Is het den minister bekend, dat het dusgenaamde reconvalescentserum, zoowel hier te lande als in België gebruikt en aanbevolen, als voorbehoedmiddel tegen mond- en klauwzeer onder de koeien, in ons land 8, in Bejgië echter slechts 0.60 per liter kost? 2. Zoo ja, is dan dt minister bereid, te zorgen, dat dit groote prijsverschil tot de juiste proporties worde teruggebracht? Voorts heeft de heer Weitkamp (c.h.) den minister van economische zaken de volgende vragen gesteld: 1. Is het waar, dat de te Steenwijk in de Unileverfabrieken verwerkte Lithau sche varkens, geconserveerd zyn in met een Nederlandsch merk voorziene bussen? 2. Zoo ja, is dan de minister bereid om, ter voorkoming van minder juiste concurrentie met het Nederlandsche pro duct, te gelasten, dat in het vervolg geen buitenlandsch, alhier verwerkt, vleesch onder Nederlandschen naam mag worden uitgevoerd? JUBILEUM B. A. WILLEMSE. Op 2 Jan. 1939 hoopt de heer B. A. Wil lemse den dag te herdenken, dat hij vóór 40 jaren als boekhouder in dienst trad van de Victoria Bron N.V., gevestigd te Amster dam. De heer Willemse -is in 1925 benoemd tot procuratiehouder. 1 ISAaC GANS FONDS. Het Uitvoerend Comité ten behoeve van de Buitengewone Steunactie voor de „Jood- sche Invalide" had zich aanvankelijk tot doel gesteld, het. voor de voltooiing van het ge sticht ontbrekende bedrag byeen te brengen. Tot dusver ontving hét Uitvoerend Comité 125.000, doch een groote som dient nog te worden verkregen. Het plotselinge verscheiden van den direc teur der Joodsche Invalide heeft het plan doen rijpen, over te gaan tot het stichten van een Isaac Gans Fonds. Het voorloopig bestuur herinnert de be wonderaars van wylen den heer Gans aan zijn streven en beseft, hoe levendig de wensch bij talloozen zal zijn, om, tegen het tijdstip, waarop men zich de officieele ope ning van het voltooide gebouw gedacht had, den lievelingswensch van den overledene, zooveel als eenigszins mogelijk is, in vervul ling te doen gaan: den bouw schuld vrij te maken. Hetgeen thans, en later, méér wordt ontvangen, zal door het fondsbestuur worden besteed op een wijze, als het meest met de wenschen van den heer Gans zou strooken. Bij overmaking per postgiro aan de Firma Mendeissohn Co., Amsterdam (No. 34750). gelieve men bij te voegen: „Isaac Gans Fonds". Tengevolge van de gladheid zijn gisteravond op den Rijksstraatweg AmersfoortZwolle, onder de gemeen te Nijkerk kort na elkaar twee ver keersongelukken gebeurd. Nabij „Huize Salentijn" reed een auto tegen een boom, waardoor de inzittenden licht werden gewond. Na verbonden te zijn, konden zy op eigen gelegenheid naar huis gaan. Tusschen Nijkerk en Putten botste eeni- gen tijd later een auto, bestuurd door den heer Koekoek uit Amersfoort, eveneens tegen een boom. De botsing geschiedde met zooveel kracht, dat de auto geheel in el kaar werd gedrukt. De heer Koekoek werd ernstig gewond naar het wijkgebouw te Nijkerk overge bracht. Op den Rijksweg nabij den heuvel Langenberg bij Ede is gistermiddag een autobotsing geschied. Een bus van de Geldersche tram draaide plotseling naar links den ouden verbin dingsweg naar Ede in, terwijl een perso nenauto, bestuurd door den heer G. J. Elferink uit Amsterdam achter de autobus reed. De personenauto kwam bij het rem men door de gladheid van den weg te slippen en geraakte daarbij op de linker weghelft. Op dat oogenblik naderde een Amerikaansche auto van de tegen overgestelde zijde. Een botsing was niet meer te Vermijden. Van de vier inzittenden van den Amerikaanschen wagen werd de bestuurder, de heer J. J. Sonne uit St. Louis, ernstig aan het hoofd gewond. Van de andere auto liep de naast den heer Elferink gezeten persoon eveneens verwon dingen aan het hoofd op. Beide gewonden werden naar het Diaconessenhuis te Arnhem overgebracht. De auto's werden van voren in elkaar gedrukt. DOOR TRAMWAGEN AANGEREDEN. In de Frederik Hendrikstraat te Amster dam is gisteravond een 63-jarige man aan gereden door een passeerenden tramwagen. Met een schedelbasisfractuur is het slachtoffer in ernstigen toestand naar het Wilhelmina gasthuis vervoerd. De politie van Ede heeft vijf personen, allen wonende te Ede, aangehouden, die verdacht worden van diefstal of mede plichtigheid daaraan, van kippen, konijnen en steenkolen in Ede en verren omtrek. Eenigen hunner zijn reeds verscheidene malen, soms zelfs zeven keer, wegens diverse misdrijven met de justitie in aan raking geweest .Door deze arrestatie is, zoo meent men, voorshands aan de on veiligheid op het Neder-Veluwsche plat teland een einde gemaakt. HULP AAN SPANJE. De vice-president van het Amerikaan sche Roode Kruis, de heer Swift, schrijft het volgende over zijn indrukken uit Spanje: „Ik bevond me te Badalona, toen de luchtmacht gedurende,'60 minuten aan één stuk, dit charmante visschersdorpje ge bombardeerd en beschoten heeft. Thans is het nog slechts een hoop puinen. Er zijn geen schuilplaatsen, want het materiaal hiervoor ontbreekt. Ik zie nog altijd die kleine kinderen, verscholen in de hoeken van de nog heelgebleven portalen beven de en huilende van angstDiezelfde kinderen toonden me enkele oogenblikken vroeger hun naieve teekeningen, waarin altijd twee thema's teruggevonden worden, die in hun jonge hersentjes rondspooken: vliegtuigen en honger. „Ik heb heel den oorlog in Frankrüu doorgemaakt ;ik heb heel wat versS kelyke dingen en heel wat ellende mcïl maakt, maar dat zal ik nooit kunnen lil' geten of vergeven. er- „Daarenboven wil ik, als ik terue in Amerika ben. mijn pogingen verdubbeld om onzen steun aan de burgerbevolking te voeren. Ik heb ter plaatse kunnen con stateeren, dat de levensmiddelen die w" zenden, rechtvaardig worden verdeeld en tot het maxinwjm gebruikt worden om de burgers en vooral de kinderen by te staan „Het is goed aan te stippen, dat het ge baar van de Vereenigde Staten, op initia~ tief van de regeering Roosevelt, om Spanië te hulp te snellen, reeds nagevolgd werd door de regeeringen van Brazilië, Cuba en de Dominicaansche Republiek. Maar dat is niet voldoende. Het is absoluut nood zakelijk, dat de landen, die een overschot aan levensmiddelen hebben, zooals bij voorbeeld graan, dit naar Spanje sturen Het gironummer van de commissie „Hulp aan Spanje", dat overal goed werk voor kinderen doet is 204040, Keizers gracht 495a, Amsterdam. DE FINANCIEELE MOELIJKHEDEN VAN „ARTIS". Aan houders van 3 procent leening 1927 uitstel gevraagd en gekregen. Houders van obligaties van de 3 procent p.iet-hypothecaire leening 1927 100.000) ten laste van het Koninklijk Zoölogisch Ge nootschap „Artis" Natura Magistra zijn gistermidag in een der zalen van „Artis" bijeengekomen in verband met een voorstel van het bestuur van het genootschap tot het verleenen van uitstel tot 1 Juli 1939 van uitlotingen, aflossing en betaling var de achterstallige en van de op 1 Januari 1939 te verschijnen rente. Deze vergadering was noodzakelijk door het niet aanvaarden van het bestuursvoor stel op de laatst gehouden vergadering van obligatiehouders van de hypothecaire obli gatielening 1895. Men zal zich herinneren dat de houders van obligaties der 3 procent niet-hypothe- caire leening op 11 October j.1. algeheele aflossing tegen f 174.75, hadden aangeno men, mits ook met de houders van hypo thecaire obligaties tot overeenstemming kon worden gekomen. Deze laatsten verwierpen echter het be stuursvoorstel, verleenden daarentegen als nog een uitstel tot 1 Juli 1939, zoodat ook de regeling met de houders der niet-hypo- thecaire obligaties geen beteekenis meer had. De vergadering van dezen middag stond onder leiding van den heer Robert May, die zeide, dat er nog steeds onderhandelin gen gaande zyn om te trachten een voor obilgatiehouders betere regeling te treffen, doch eenige inlichtingen daaromtrent kon hy thans nog niet geven. Zonder bespreking en zonder stemming werd het reeds genoemd bestuursvoorstel drama aangenomen. De vergadering had slechts 5 minuten geduurd. v 3».£ VLIEGTUIG VANDAAG NIET NAAR URK. Er zal vandaag geen vliegtuig naar Urk kunnen komen, aangezien de gelegenheid voor een landing ongeschikt is. Daarom gaat er heden een ijsvlet met tien personen naar Kampen, teneinde de postdienst en het goederenverkeer te on derhouden. Zy zullen te Kampen overnach ten en Vrijdagmorgen vroeg naar Urk terugkeeren. Om half twee gistermiddag zyn op Urk vier mannen aangekomen met 600 pond vleesch uit Enkhuizen. Zij waren gister ochtend half zeven vandaar vertrokken. Voorts is gisteren op Urk een sportvlieg- tuig met twee passagiers gedaald. ONGEVAL IN DE ROTTERDAMSCHE HAVEN. Arbeider gedood. Aan boord van het in de Maashaven te Rotte'rdam liggende Engelsche stoomschip „Harmony" heeft de 49-jarige J. J. van Nieuwkerk uit de Westerbeekstraat een vallende laadboom op het hoofd gekregen. Met een schedelbreuk werd hij per zie kenauto naar het ziekenhuis aan dé" Coolsingel overgebracht, waar hij aan de bekomen verwondingen is overleden. p-~*~ 3) Zooals bekend, was barones Vetsera een geboren Baltazzi. En in de familie Baltazzi wist men over het gedenkschrift reeds meer te vertellen. Men wist ook de moeder maakt er in haar memoires trouwens tel kens zinspelingen op dat Maria Vetsera's moeder na de tragedie zelf verschillende naspeuringen gedaan heeft. Zy geraakte in het bezit van de brieven, welke 'haar ongelukkige dochter aan een vriendin ge schreven had. Het gedenkschrift citeert de ze brieven bijna woordelijk. En men kan hieruit de laatste levensdagen van Maria Vetsera bijna reconstrueeren. De moeder had verder een onderhoud met de gezel schapsdame en bovendien vond ze in een ijzeren casette Maria Vetsera's kalender waarin zij de belangrijkste dagen had aan- geteekend: Helena Vetsera bracht eenigen tijd op Mayerling door, las de overlijdens- acte, sprak met den priester en een jaar na de tragedie, toen zij alles zag beter gezegd: toen zij alles voelde zette zy zich aan haar schrijftafel en schreef haar memoires. Waarom heeft Helena Vetsera, die elke publiciteit verafschuwde, de waarheid over Mayerling laten drukken en waarom heeft zij het aan de kranten willen sturen? De eerste bladzijden van het gedenkschrift ge ven antwoord op deze vragen. Hoe kwam ik aan de memoires van ba rones Vetsera en hoe heb ik dit document, dat veertig jaar lang tevergeefs gezocht werd, gevonden? Daarop zal ik u zelf in een volgend hoofdstuk het antwoord geven. Wereldgeschiedenis in een oud sigarenkistje. Een verslaggever heeft slechts één ver trouwden vriend: Het Toeval. Dat laat hem nooit in den steek. Daar ik van het be staan van het gedenkschrift van Helena Vetsera afwist, heb ik er vele jaren tever geefs naar gezocht. Dikwijls reisde ik er voor naar Weenen. Maar noch mijn vrien den, noch de toen nog in leven zijnde per sonen uit hofkringen konden mij helpen. Dat ik het document desondanks vieren twintig uur in mijn bezit heb gehad, dank ik slechts het Toeval Toen ik trachtte den roman van keizer Frans Jozef en de actrice Katharina Schratt uit te zoeken en vele maanden in paleizen, kleine dorpjes en badplaatsen doorbracht, ontdekte ik eindelijk de eeni ge foto van Katharina Schratt aan de zijde van den keizer. Er bestaan natuurlijk tal- looze opnamen van hen beiden, van dsn keizer nog veel meer dan van Katharina Deze liet zich niet gaarne fotografeeren en heelemaal niet, nadat zij, nu drie-en-twin- tig jaar geleden, den vorst in Kremsir leerde kennen. Noch in Schönbrunn, noch in Ischl, noch in den Hofburcht vindt men een portret, waar zij samen op voorkomen, maar Ketterl, de kamerdienaar van den keizer, zinspeelt er in zijn memoires op, dat het den bekenden schilder Tom Dreger gelukt is, het paar bij de Gloriette te Schönbrunn samen te fotografeeren. Dre ger, die den keizer in dien tyd ook in ge neraalsuniform had geschilderd, behield deze foto. Alleen zijn de figuren zoo klein en van zoover af genomen, dat men zij» fantasie te hulp moet roepen om er Ka tharina Schratt en keizer Frans Jozef in te herkennen. Te Ischl, waar ik dikwijls naar materiaal zocht, wist de beste kenner van de glans periode van Ischl, Kurdirector Berkovitch, mü te vertellen, dat het in \ugustus 1913 een Zwitserschen fotograaf gelukte 'n foto van het paar te maken op de brug, die elk jaar voor den keizer over de beek werd geslagen en die niemand anders gebruiken mocht zy heette ook de „Keizersbrug". De waakzame detectives ontdekten den „aanslag" echter en namen het toestel van den Zwitser in beslag. Den volgenden dag kreeg hij zijn eigendom terug, toen hij dreigde de regeering van zijn land erin te zullen betrekken, echter zonder de platen. Als attentie kreeg hij toen van de politie te Ischl duizend nieuwe platen. Aangezien de toenmalige politiechef van Berlijn, baron Gorup, van dit voorval mel ding aan het kabinet had gemaakt, zocht ik langen tjjd naar sporen hiervan in ver schillende akten. Na drie maanden van ijverig zoeken ge lukte het een mijner vrienden de hand te leggen op de betreffende akte, die als „vertrouwelijk" was gemerkt. Hierin werd nauwkeurig vermeld, dat een Zwitsersche fotograaf op 14 Augustus 1913 zyn toestel „in bewaring r:oet geven" en het eerst den volgenden dag terugkreeg. In het bijzijn van detectives werden de zich in het toe stel bevindende platen door een fotograaf te Ischl ontwikkeld. Er werden slechts twee afdrukken gemaakt voor men de plaat vernietigde. Maar de fotograaf Hofer mocht er geen van behouden: één exemplaar kreeg de keizer; het andere werd by de betref fende acte ingesloten. Tot mijn groote verbazing was deze foto er nu echter niet meer bij. En ik brak mij het hoofd over de vraag, waar deze geble ven kon zyn. Uit ervaring wist ik, dat slechts heel weinig menschen inzage van vertrouwe lijke raporten krijgen en dat deze het rap port na inzage moesten parafeeren. De laatste paraaf was afkomstig van graaf Arthur Polzer—Hoditz, uit het jaar 1917. Hij was de laatste chef van het kabinet der monarchie en moest de foto gezien heb ben, toen de keizer reeds dood was. Mis schien kon hij mij inlichten? De graaf woont thans in een prachtige villa te Baden, waar hij zijn memoires schrijft. Zijn boek over keizer Karei heeft een succes gehad, als weinig andere pro ducten der na-oorlogsche literatuur. Het werd in het Engelsch, Fransen en Itali- aansch vertaald en nog steeds verschijnen er herdrukken van. Ik zocht den graaf op en zette hem di rect in het begin van ons gesprek uiteen, wat ik van hem hebben wilde. „Ik zou Uwe Excelentie zeer verplicht zynzei ik, „als U mij de foto waar me vrouw Schratt en keizer Frans Jozef te zamen opstaan, voor korten tijd in bruik leen wilde geven". Hij keek my verbaasd aan en vroeg lachend: „Ik heb die foto nog nooit aan iemand laten zien. Hoe weet U, dat die in mijn bezit is?" Ik vertelde hem openlijk, hoe ik daar achter gekomen was, aangezien mijn erva ring mij reeds geleerd had, dat een ver slaggever nooit om de dingen heen moet draaien. Met waarheid bereikt hij veel eerder zijn doel. En de juistheid van deze opvatting werd ook ditmaal bewaarheid. De graaf luisterde zwijgend naar het geen ik te vertellen had en verdween toen in de aangrenzende kamer. Aangezien de deur openstond, hoorde ik het klikken van een slot. Blijkbaar werd er een kast of een schuiflade geopend. Toen kwam de pala dijn van keizer Karei terug en in zijn be vende handen hield hij een stoffig ou sigarenkistje. Het was een tamelijk gr°° kistje, dat hij nu van het stof ontdeed, zoo'n kistje van dikke importsigaren, da men in burgerlijke kringen nauwelijks aan zal treffen. De deksel werd vastgehoude door een geel-met-zwarten band, waar.jje verscheidene zegels hingen, die hetzel wapen vertoonden, als de graaf in zijn ze gelring had... Deze zegelring draagt hij thans n aan den wijsvinger van zijn rechterhand.- Graaf PolzerHoditz nam een za^mes], van de schrijftafel, sneed voorzichtig - zegels door en knoopte het bandje Daarna begon hy tusschen de vergee papieren en foto's te zoeken. (Wordt vervolgd)-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 6