Stad mOmoemut
Pluimveeteelt.
Communisme en Fascisme,
een vroolijke noot
naast de practische
donkerblauwe en
donkerbruine ski-
kleeding.
tt
DERDE BLAD.
3
Ev. Luth. Kerk (Oudegracht), 10.30 uur,
ds. v. d. Woude (na den dienst verkiezing
leden kerkeraad).
Doopsgezinde Kerk, 10.30 u., ds. Kuiper.
Gerei. Kerk, 10 en 5 uur en Vrijdag, 20
Jan., n.m. 2.30 uur (huwelijksbevestiging),
telkens ds. von Meyenfeldt.
Herst. Apost. Gem., Toussaintstraat, 10
en 4.30 uur en Woensdagavond, 8 uur,
dienst.
Ned. Chr. Gemeenschapsband in Waakt
en Bidt, 3 uur, jongeliedensamenkomst.
Consistoriekamer Groote Kerk, Woens
dagavond, 8.15 uur, bijbellezing, ds. v. Dop.
Vrij Ev. Gem., Geesterweg la, 10.15 en 7
uur, ds. Ruys, onderwerp: „Veilig reizen
in 1939"; Woensdag, 2.30 uur, kindersa
menkomst; Zaterdag, 2.30 uur, idem te
Koedijk bü den heer Groot.
Vrijz. Christ. Jeugddienst (voor jongeren
van 12—19 jaar), Zondag 15 Januari,
Luth. Kerk, 's av, 7 uur, voorg. ds. F. W.
Rappold, Alkmaar.
Leger des Heils (stichter William Booth),
Limmerhoek no. 40; Zaterdagavond, 8 uur,
openluchtsamenkomst op de Steenenbrug;
Zondag, 10 uur, heiligingsdienst, 8 uur,
openbare verlossingssamenkomst; Dinsdag
avond, 8 uur, soldatensamenkomst; Don
derdagavond, 8 uur, heiligingsdienst. Alle
diensten staan o. 1. v. kapitein M. Souve-
rein.
Ned. Leger des Heit* (Hekelstraat no. 19),
Vrijdagavond, 8 uur, wijdingsdienst; Za
terdagavond, 8 uur, straatzang; Zondag, 10
uur, heiligingsdienst, 5 uur, kindersamen
komst, 7.30 uur, verlossingssamenkomst,
Maandagav. 8 uur, vrouwenbond; Dinsdag
avond, 8 uur, verblijdingssamenkomst;
Donderdagavond, 8 uur, mannenbond, Alle
diensten staan onder leiding van k,-luite
nant F. Elzinga.
UIT DE OMGEVING.
AKERSLOOT, 10 uur, ds. van Mullem.
BERGEN, 10 uur, ds. v. d. Kieboom.
Ger. kerk, 10 en 5 uur, ds. van Minnen.
Evangelisatie Maranatha, 10.30 uur, de
heer J. W. Schouten, cand. te Den Haag.
BARSINGERHORN, Doopsgez. gemeente,
geen dienst.
BURGERBRUG, geen dienst.
DIRKSHORN, 10 uur, ds. de Leeuw.
DRIEHUIZEN, geen dienst.
EENIGENBURG, geen dienst.
EGMOND AAN ZEE, 10 uur, ds. Roobol.
EGMOND AAN DEN HOEF, nam. 2 uur,
ds. Rasch.
GROOTSCHERMER, 10 uur, ds. Brinke
rink.
HEILOO, 10 uur, ds. Diephuis, van
Oostwoud.
Nederl. Herv. Evang. Vereeniging, a. d.
Kerklaan, 10 uur, dr. Hoek van Hilversum.
HEERHUGOWAARD, geen dienst.
KOEDIJK, geen dienst.
LIMMEN, 2 uur, ds. van Dop.
NOORDSCHARWOUDE, 10 u., ds. Rasch.
NIEUWE NIEDORP, geen dienst.
NIEUWE NIEDORP, Doopsgez. Gemeente
10 uur, ds. Smidts, van Den Helder.
OUDE-NIEDORP, av. 7 uur, ds, v. d.
Heide.
OUDESLUIS, Doopsgezinde Gem., 10 u.,
ds. van der Veen.
OUDESLUIS, 10 uur, ds. Witkop.
005TGRAFTDIJK, geen dienst.
OTERLEEK, geen dienst.
OUDKARSPEL, geen dienst.
OUDORP, geen dienst,
PETTEN, geen dienst.
SCHAGEN, gerej. kerk, 9.30 uur (voorb.
H. Avondm.) en 5 uur, de heer Grosheide,
cand. te Amsterdam.
SCHERMERHORN, 10 uur. ds. Boeren-
donk.
STOMPETOREN, 10 uur, ds. Heep.
Evangelisatie, 10 uur, ds. Lofvers, van
Amsterdam.
SCHAGEN, 10 uur, ds. Kapteijn.
ST. MAARTENSBRUG, geen dienst.
SCHAEGRBRUG, geen dienst.
UITGEEST, av. 7 uur, ds. van Mullem.
Evangelisatiegebouw Sedeur, 10 uur, de
heer A. Besselaar; 11.40 uur Zondagsschool.
URSEM, av. 7 uur, ds. Kastein,
VEENHUIZEN, 10 uur, ds. Boeke.
WESTGRAFTDIJK, 10 uur, de heer D.
Meijer, em.-pred. Belgische zending.
WINKEL, geen dienst.
ZUIDSCHARWOUDE, av. 7.30 uur, ds.
Roobol.
ZUIDSCHERMER, geen dienst.
Rede van den voorzitter der C. P. H.
over: De nationale en internationale
toestand.
In de geheel gevulde zaal van het
café Populair aan de Laat, waar de
van de zoldering afhangende papieren
versiering al spoedig in een dichte wolk
van tabaksrook fladderde, trad gister
avond als spreker op de heer Co Beu-
zemaker, voorzitter van de communis
tische partij voor Nederland, met het
onderwerp: De nationale en interna
tionale toestand.
Hoewel de vergadering was uitgeschreven
tegen 8 uur, werd zij pas tegen half 9 ge
opend door den heer P. v. Bronkhorst,
die namens de afd. Alkmaar een welkom
sprak en mededeelde, dat de spreker van
den avond niet eerder aanwezig had kunnen
zijn.
Joop Schaap herdacht.
De heer B e u z e m a k e r, die hierop het
woord kreeg, sprak allereerst een woord
ter herdenking van Joop Schaap uit Den
lip, een jongeman, die had begrepen, dat de
vrijheid van het Spaansche volk en van
eigen land een offer waard was, zelfs van
het leven, en uit die overweging voor het
republikeinsche Spanje tien maanden lang
had gevochten. Onlangs is hy teruggekeerd,
als zynde met andere buitenlandsche vrij
willigers door de Spaansche regeering naar
huis gestuurd. Spr. legde er den nadruk op,
dat de Nederlandsche regeering de terug
gekeerden vol trotsch had ontvangen, men-
schen, die hadden bewezen tot groote dingen
in staat te zyn. Helaas is de jonge man, die
op het slagveld was gespaard, nauwelijks
in het vaderland teruggekeerd, door een
trein vermorzeld. Morgen aldus spr.
zullen we hem ten grave dragen; hij zal in
onze herinnering voortleven als stryder voor
de vryheid, de democratie en de zaak der
arbeiders, aan wie de toekomst behoort.
Na deze woorden verhieven zich de aan
wezigen een oogenblik van hun zitplaatsen,
met gebalde vuist den overledene eerende.
De nationale en
toestand.
internationale
Hierna komende tot zijn onderwerp,
schetste spr. de overwinningen van het fas
cisme: Oostenrijk bij Duitschland ingelijfd,
Tsjecho-Slowakije verscheurd en nu al weer
nieuwe eischen. In München is niet de vrede
gered, maar het Duitsche en het Italiaan-
sche fascisme. Duitschland had in de dagen
van München geen geld, geen grondstoffen
en geen steun in eigen land, dat niet oor
logzuchtig was en Italië stond er financieel
nog slechter voor. Had in die dagen een
aaneengesloten kracht tegenover Duitsch
land gestaan, zooals in het begin van 1938,
toen de eerste aanval op Tsjecho-Slowakije
werd afgewezen door Frankrijk en Rusland,
dan had Duitschland moeten terugtrek
ken en had thans nog de democratische ïe-
publiek Tsjecho-Slowakije ongerept bestaan.
De politiek van München was mogelijk
doordat Chamberlain optrad als vertegen
woordiger van de kapitalistische klasse,
volgens welke Duitschland niet op den
terugtocht moest worden gedreven. Zijn po
litiek is doelbewust ten uitvoer gebracht,
niet in het belang van het Engelsche volk,
noch in dat van de democratie in het alge
meen; een politiek die gericht is op de
overheersching van het fascisme.
Onjuist is, dat de communisten niet natio
naal zijn, het is het kapitalisme, dat dit
verwyt verdient, het kapitalisme, dat Hitier
aan de macht bracht en houdt. Aan dat
kapitalisme zijn Oostenrijk en Tsjecho-
Slowakije opgeofferd onder het voorwend
sel, dat de vrede zou bewaard blijven.
Maar is er thans minder spanning xn de
wereld? Is de fascistische politiek van ge
weld en schrikaanjaging iets minder ge
worden? Geen sprake van! Er worden
nieuwe samenzweringen gesmeed en Tsjecho-
Slowakije zal niet voor den komenden
oorlog gespaard worden, maar meedoen als
vazal van het fascistische Duitschland.
Frankrijk is na München verzwakt door
het verraad van Daladier aan het volks
front en wordt nu in zijn eigen gebied.be
dreigd door Italië in Tunis, enz. En Duitsch
land heeft ook al weer eischen gesteld: het
wil een zelfstandigen staat maken van
Oekraïne, waarvoor al een koning is aan
gewezen, En als dat is gebeurd, zullen Hon
garije, Polen en Roemenië bedreigd worden.
Het is mogelijk, dat al deze landen zullen
capituleeren voor het Duitsche fascisme,
maar niet zal dat geschieden met het groote
deel van Qekraine, dat aan Rusland be
hoort; dit zal zich weten te verdedigen. Het
heeft bewezen gereed te zijn om weerstand
te bieden aan Duitschland (het stond klaar
om te stryden voor Tsjecho-Slowakije en in
Azië heeft het Japan naar het eigen gebied
teruggedrongen).
Vrede? Die is er niet in de wereld. De
tweede imperialistische oorlog is reeds lang
begonnen en iederen dag kan weder een
volk, dat zich niet kan of wil verzetten,
naar fascistische banen afglyden.
Noodig is een fel verzet, geen behoefte
hebben we aan de politiek van Chamberlain.
Het republikeinsche Spanje en het Chinee-
sche volk stryden voor ons allen. Zij too-
nen, dat het beter is te vallen dan te
knielen voor het fascisme.
Op heftigen toon sprak de heer B. over
den allerwege aan Franco verleenden steun,
waartegenover voor de Spaansche regeering
slechts de hulp van Rusland stond, alsmede
de met weinig centen bijeengebrachte steun
van arbeiders in andere landen.
Tegenover de geweldige aanvallen van
Franco heeft het Spaansche volk stand ge
houden en bovendien heeft het nog kans
gezien om tot den aanval over te gaan. Het
vecht ook voor ons
Volkomen onjuist is het, te denken, dat
Nederland buiten den eerstvolgenden oor
log zal blijven Duitschland bereidt den
aanslag op Nederland voor, oefent nu al
een zekeren druk uit op ons land. Ten be
wijze hiervan wees spr. op het gaatje in
de ruit van het Duitsche gezantschap te
Den Haag, veroorzaakt door een kogeltje
(misschien van een stuk kinderspeelgoed),
waarvan de schuld wordt gezocht bij
vijanden van Duitschland. Spr. liet in het
midden of het heele geval niet is op touw
gezet door fascisten. De in verband met
dit voorval door de Duitsche pers gegeven
lezingen werden door spr. een welbewuste
campagne van de nazi-pers genoemd. Spr,
las een en ander voor van wat Duitsche
kranten schreven, waarbij hij met nadruk
zei, dat er, ondanks de insinuaties, geen
enkele aanwijzing is dat joden bij de
kwestie zijn betrokken.
Verder zag spr. er een zeer sterken druk
en bedreigingen in van Duitsche zyde op
Nederland om „joodsche ophitsing onmo
gelijk te maken." Alles bewijst, dat de
Nederlandsche arbeidersklasse waakzaam
moet zijn tegenover het Duitsche fascisme
en zijn agent de N.S.B. hier te lande.
Nog ernstiger is de les van München,
n.1. dat een volk, hetwelk wil blyven be
staan, geen hulp moet zoeken bij Engeland.
Voor de positie van Europa was het beter
geweest, dat het Tsjecho-Slowaaksche
volk zich had verzet tegen Duitschland in
plaats van zonder verzet te worden over
geleverd.
Gezien wat daar gebeurd is, vroeg spr.:
zijn wij er zeker van, dat onze bourgeoisie
ons niet zal uitleveren aan het fascisme?
Neen, dat zijn wij niet! Integendeel, het
kapitalisme in ons land is daartoe ten volle
bereid.
De buitenlandsche politiek der Neder
landsche regeering b geheel gewijzigd: van
Volkenbondspolitiek is zij neutraliteits
politiek gaan voeren en dit staat gelijk
met het openstellen van ons land voor den
fascistischen inval. Immers, als wij geen
verplichting willen nemen, zal ook geen
hulp van buiten mogen worden verwacht.
Ook de binnenlandsche politiek gaat in
de richting van vriendelijkheid tegenover
het fascisme: er wordt niets gedaan tegen
de N.S.B., die het volk ophitst tegen ds
arbeiders en de joden. Onze regeering ont
ziet de N.S.B. omdat deze een macht is van
de reactie, welke zij nog wel eens gebrui
ken kan.
De regeeringspolitiek is in haar geheel
financieel gericht op het leggen van alle
lasten op de arbeiders, getuige o.a. de
nieuwe belasting van 2 pet. op de loonen,
waarbij de „aanpassingspolitiek" wordt
voortgezet, wat wil zeggen, dat de koop
kracht nog geringer wordt. Het plan-
Westhoff zal hierbij worden ingeschakeld
en de gevolgen daarvan werden door spr.
in het kort als funest voor de arbeiders
geschetst, waarna hij de sociale politiek
der regeering ondermijnend noemde voor
het geloof en voor de vakbeweging, reac-
tionnair in elk opzicht.
De eenige kracht, die tegen dit alles kan
optornen, kan strijden tegen de begunsti
ging van het fascisme, is een eensgezinde
arbeidersklasse, die zelfbewust den strijd
kan aanvaarden. Daartoe wekte spr. met
klem op. De wil tot verzet moet reeds
blyken by de aanstaande verkiezingen.
Ontwikkelt zich de arbeidersklasse niet
tot een sterke macht, dan gaan wij zware
jaren tegemoet.
De teruggekeerde landgenooten
moeten weer Nederlanders worden.
De voorzitter stelde bij de sluiting een
motie voor, waarin geprotesteerd wordt
tegen het ontnemen van het Nederlander
schap aan de uit Spanje teruggekeerde
vrywilligers. Zij werd onder applaus goed
gekeurd.
Met een enkel woord van dank voor de
opkomst en van opwekking tot steun aan
het verkiezingsfonds sloot spr, hierna de
vergadering.
Vragen, deze rubriek betreffende, kunnen
door onze abonné's worden gezonden aan dr.
te Hennepe, Heemraadsingel III te Rotter
dam. Postzegel voor antwoord insluiten en
blad vermelden.
Vragen uit de praktijk.
Alvorens verder te gaan met het regee-
ringsrapport over de pluimveehouderij in
1937 wil ik nog eenige interessante brieven
van lezers bespreken omdat daaruit nuttige
wenken voor anderen geput kunnen worden.
Ie. „Bij mij gaan verschillende kippen
dood en verschillende moet ik er afmaken,
omdat er anders niets van terecht komt. Ik
heb een vermeerderingsbedrijf en mijn kip
pen laten onderzoeken voor „prororium".
Zou dat de oorzaak van deze ziekte zijn?
Wat moet ik er tegen doen?"
Bij onderzoek van een paar gestorven
exemplaren bleken deze blind en gestorven
te zijn aan de gevolgen van de blindheid en
verlamming. Het spreekt van zelf, dat het
„pullorum" onderzoek hiermede niets te
maken had. De eigenaar verbastert het
woord tot onherkenbaar toe en heeft mijns
inziens niet den noodigen kijk op de dieren.
Blinde kippen hooren absoluut niet in een
kippenhok thuis, zelfs dieren met ooggebre
ken hooren daar niet thuis, omdat gebleken
is, dat zulke dieren minder goed producee-
ren en meer aanleg tot ziekte hebben. Voor
een fokbedrijf kan men dus op dat gebied
niet streng genoeg zijn, vooral ook omdat
een dergelijke blindheid vaak met verlam
ming samenhangt. Hier hadden we met echte
verlamming te doen, een noodlottige ziekte
waar geen middel tegen bekend is. Het eeni
ge middel is in geen geval te fokken van die
dieren die ook maar het minste of geringste
verdachte teeken vertoonen en op terreinen
waar de ziekte voorkomt alleen van over
jarige dieren te fokken.
2e. „Onder mijn kippen van broed 1938
heerscht sterfte. De opfok van alle kuikens
verliep eerst goed. Toen wij de jonge hennen
een tijdje overgeplaatst hadden van de op-
fokplaats naar hun vaste hok begonnen lang
zamerhand de moeüijkheden. Reeds in
Augustus vielen er enkele uit, ze kregen
bleeke poten en koppen en soms. bloederige
ontlasting. Later stonden ze te gapen en te
suffen. Sommige kregen lamme poten en
vleugels en vaak ook hadden ze een vuil en
stinkend achterwerk en zaten ruw in de
veeren. Wij vermoedden toen en doen dat ook
nu nog, dat er coccidiosis onder zit. Soms
leken ze weer mooi en eenigen tijd later was
het weer mis. We hadden eerst ongeveer
700 jonge hennen en daarvan zyn er wel
200 uitgevallen. Van de oude dieren, die wij
van den vorigen eigenaar overgenomen heb-
hen (we hebben ons hier gevestigd op
1 Maart 1938) zijn er ook wel 25 uitgeval
len. Men heeft het ons ziektevrij verhuurd,
maar ik vermoed dat alles door coccidiosis
nieuw terrein gehuurd worden of moet ik
binnenshuis opfokken. Zou er thans met een
speciale voersamenstelling nog wat te berei
ken zijn?"
Dit is wel een eigenaardige brief. Reken
eens na 25 sterfte onder de oude hen
nen in het voorjaar dan van de jonge
hennen 200 van de 700 dood en nu pas komt
de eigenaar om raad vragen en zendt een
doode kip op, die geleden blijkt te hebben
aan diphtherie. Hoe kan zoo'n bedrijf nu
goed gaan. De eigenaar kan nu wel denken,
dat het coccidiosis is, maar daar weten we
met zijn allen niets van zoo lang het niet
vastgesteld is. We kunnen dus heelemaal
niet oordeelen over den toestand, weten niet
hoe er opgefokt moet worden en ik weet niet
eens of de kippen tegen diphtherie geënt
zyn of niet. Zijn ze niet geënt, dan is dat een
onvergeeflijke fout en nalatigheid, want bii
een dergelijk bedrijft mag men zich niet op
onwetendheid beroepen.
Wie zoo'n bedrijf rendabel denkt te maken,
moet met de allereerste regelen der ziekte
bestrijding op de hoogte zyn. Als ze wel ge-
ent zijn en toch diphtherie krügen, wyst dat
op een ernstige afwijking in de dieren, ten
minste als ze deskundig door een dierenarts
geënt zyn. De dieren zyn dan door de een of
andere oorzaak zoodanig verzwakt, dat ze
hun weerstandsvermogen tegen diphtherie
verloren hebben.
Alles by elkaar genomen hebben we hier
te doen met een verwaarloosd geval. Dg eige-
WINTERSPORT
Mijn vacantie in den winter
nemen? Gaan skiën?
En 's zomers dan, heelemaal
geen zomervacantie hebben? Nee
hoor, stel je even voor, skiën,
daar ben ik toch zeker veel te oud
voor, dat leer ik immers nooit
meer! En dan al die kou en die
sneeuw, en dat ijs, net of we hier
niet al genoeg sneeuw en ijs gehad
hebben. En vergeet niet de kosten,
waar haal ik 't geld vandaan?
Ja, zoo redeneert men, voor men
zich heeft laten overhalen, om 't
althans eens één keertje te probee-
ren.
En dan zyn op slag alle bezwa
ren verdwenen, men stelt zich
's zomers graag tevreden met den
vrijen Zaterdagmiddag en Zondag.
Nauwelijks in de bergen, voelt men
zich jaren jonger, wie onder de 40
is trekt zeker de ski's aan, wie
boven de 40 is zal 't ook graag nog
eens probeeren of zich houden aan
de bobslee, de wandeling, 't ijsbaan
tje of de lange lage stoel, de plaid
en 't beschutte plekje in de zon.
De kosten zijn minder hoog dan
men denkt, wie zich 's zomers een
reisje met de reisvereeniging kan
permitteeren, kan 't er 's winters
ook gerust op wagen. Ik ken zelfs
Hollanders, die den eersten keer
zoo enthousiast werden, dat ze
graag twee jaar de zomervacantie
thuis bleven en spaarden om het
derde jaar te kunnen gaan winter
sporten.
Alleen de uitrusting! Die moet
warm en waterdicht, stevig en
degelijk zijn en stevige, degelijke
kleeren zijn nog altijd duur.
Zoo zal men zich den eersten
keer moeten beperken tot
het strikt noodzakelijke.
Een blauwe of donkerbruine wa
terdichte skibroek, die niet elegant
en nauwsluitend is, maar waarmee
men goed op de hurken kan zitten.
Een jasje van 't zelfde materiaal,
niet te kort, van voren goed slui
tend, met mouwen, waarin de
sneeuw niet naar binnen kan krui
pen óf
Een windjacke of „ballon-seide"
blouse met ritssluiting; wie kouwe
lijk is, neme echter liever een jasje
van de stof van de broek.
Een mutsje, dat goed over de
ooren sluit, zoodat men gerust met
zijn hoofd in de sneeuw kan dui
ken zonder het te verliezen, het
mutsje dan natuurlijk!.
Een paar skischoenen, waarvoor
men géén gewone waterdichte berg
schoenen kan gebruiken.
Twee flanellen of vyella blouses,
heel lang, zoodat ze niet naar boven
schieten, wanneer men met de
armen zwaait en zich voorover
buigt.
Een dikke wollen trui, eveneens
lang.
Een dun hei-kleurig truitje, of
slip-over.
Dikke wollen, zgn. Noorsche vette
sokken.
Kleurige, vroolijke shawl en hand
schoenen.
Een paar canvas overhandschoe
nen voor tochten.
Een lange heeren-onderbroek voor
wie kouwelijk is, de kousen kunnen
dan achterwege blijven.
En ten slotte een boterhammen-
tasch aan een riem of een rugzak,
een bril en een potje vet.
Dit is nu een uitrusting, die altijd
goed is; zoowel op den oefenheuvel
als bij verre tochten met overnach
ten in de hut.
Maar hoe gaat 't met onze sport.-
kleeren, wanneer er een volgend
jaar weer wintersport-plannen ge
maakt worden? Men had zijn spul
letjes netjes opgeborgen in koffer
of kist en wanneer men ze weer te
voorschijn haalt, krijgt men altijd
zin er nog eens een leuke nieuwig
heid bij te koopen. Zoo is 't immers
ook met de strand- of badkleeren.
En dat is voor de wintersport-
kleeding wel heel verleidelijk, want
er is zooveel te koop, wat voor
verre skitochten niet deugdelijk is,
maar voor 'n wandeling, voor een
lui uurtje op een stoel in de zon, of
voor een klein skitocht je in de
buurt van het dorp heel wat flat-
teuser en vrouwelijker is, dan de
blauwe of bruine uitrusting.
De vroolijke noot.
Op onze afbeelding ziet u dan ook
de vroolijke noot in de wintersport-
kleeding.
Het eerste figuurtje heeft een
grijs en zwart geruite broek, een
fel roode trui en handschoenen, een
zwart jasje en mutsje van zeehon
denvel aan.
De middelste draagt broek, blouse
en muts van een donkergroene en
beige ruit, met een beige peau de
pêche vest.
De derde heeft een korenblauwe
tweed plusfour broek met witte
slobkousen, heel elegant voor lange,
slanke vrouwen, anders is de lange
broek flatteuser. Verder een wit
„ballon-seide" jasje met koren-
blauw shawltje, handschoenen en
mutsje.
De figuur geheel rechts draagt
een pak om te schaatsenrijden of te
wandelen, van fel-groene diagonaal
stof met zwart bont afgezet en wijd
klokkende rok.
Zoo kunnen we voor de vroolijke
noot kleur en snit uitkiezen die ons
het beste staat.' Maar laten we niet
uit 't oog verliezen, ons allereerst
het noodzakelykste en practische
aan te schaffen, want het genot van
een wintersportreis staat en valt
met al of niet warme en water
dichte kleeren!
MADELEINE.
naar had, direct toen sterfte optrad, zich tot
de Rijksseruminrichting moeten wenden voor
gratis onderzoek van een paar doode kippen.
Dan was hem zonder twyfel groote schade
bespaard.
3e. „Hoe kan men van de kippen de meeste
eieren rapen in verband met de voedering.
Ik voer ochtendvoer tot den middag zooveel
ze lusten, d.w.z. dat het om een uur of twaalf
op is en dan verder gemengd graan. Geen
verlichting, het hok is van steen 6 by 4.40 en
er zitten 90 kippen in, hoofdzakelyk reds.
Hoe kan ik nu de meeste eieren rapen
want dat kan my schelen ik moet eieren
hebben. Of is de voedering niet in orde, het
verpest is. Zou het opfokken volgend jaar
op dit terrein, mits goed diep omgespit en
gekalkt, mogelijk zijn of moet er nu persé
zijn allemaal jonge hennen. Hierbij een kaar
tje van de samenstelling van het ochtend-
voer."
Voor zoover ik dezen brief begrijp, krijgt
de eigenaar op het oogenblik geen eieren,
wat op een ernstige fout wyst, maar waar
die zit is uit zijn brief niet op te maken.
Dieren van goede afkomst, goed verpleegd en
goed gevoerd moeten tegen den leeftijd van
zes maanden gaan leggen.
Dr. B. J. C. TE HENNEPE.
Nadruk verboden.