DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Engeland en Frankrijk zullen achter Polen staan. Verklaring van Chamberlain. No. 78 Dit nummer bestaat uit vier bladen. Zaterdag 1 April 1939 Scherp antwoord van hitier verwacht. Het debat in het Lagerhuis. De algemeene toestand. Minister Beek naar Londen. Beteekenisvolle reis. Bulgaarsche minister president naar Berlijn. De Duitsch-Poolsche spanning. Duitsche troepenconcentraties? Wederom bommen ontploft. Weer geringe schade. PRIJS PER GEWONE AD VER TENT IEN: Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0-25, groote contracten rabat Groote letters naar nlaatsruimte. Brieven franco aan de N V. Boek- en Handelsdmk- kerij v h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef 3320, redactie 3330. HoofdredacteurTj. N. ADEMA. 141e Jaargang ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door ^et geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. Directeur: C. KRAK. Even voor drie uur trad Chamberlain gistermiddag het Lagerhuis binnen om de in uitzicht gestelde internationale verklaring af te leggen. Hij zeide: „De regeering heeft geen officieele bevestiging van de geruchten van eenigen beoogden aanval op Polen en derhalve moet de regeering niet geacht worden deze als juist te aanvaarden. Ik maak gaarne van deze gelegenheid gebruik om opnieuw de algemeene politiek der regeerng uiteen te zetten. Zij heeft steeds een regeling door middel van vrije onderhandelingen tusschen de betrokken partijen bepleit van alle geschillen, welke tusschen haar kunnen rijzen. Zy beschouwt dit als een natuurlijke en geschikte gedragslijn daar waar geschillen bestaan. Vol gens haar meening moet er geen kwestie zijn die niet vatbaar is voor op lossing door vreedzame middelen en zy zou geen rechtvaardiging zien voor een vervanging van methoden van onderhandeling door geweld of bedrei ging met geweld. Zooals het Huis bekend is, zijn er thans bepaalde beraadslagingen met andere regeeringen gaande teneinde de positie der Britsche regeering intusschen, voordat deze beraadslagingen voleindigd zijn, volkomen duidelijk te maken. Thans moet ik het Huis mededeelen, dat gedurende die periode, ingeval eenige actie, waardoor duidelijk de onafhankelijkheid van Polen zou worden bedreigd en welke de Poolsche regeering dienvolgens van levensbelang zou achten om met haar nationale krachten te weerstaan, de Britsche regeering zich verplicht zou achten, aan de Poolsche regeering onverwijld allen by- stand te verleenen, waartoe zij hij machte is. Ik heb de Poolsche regeering in dezen geest een verzekering gegeven. Ik mag eraan toevoegen, dat de Fransche regeering my heeft gemachtigd, duidelyk te doen uitkomen, dat zy hetzelfde standpunt als de Britsche regeering inneemt." Chamberlain voegde hieraan toe: „Met andere regeeringen, met inbegrip van de regeering der Sovjet-Unie, wordt thans overleg gepleegd." In antwoord op nadere vragen zeide Chamberlain: „Ik meen, dat deze ver klaring het duidelijk maakt, dat, hetgeen ik gezegd heb, voor een interimaire periode bedoeld is. Men gelooft, dat Hitier woedend is over de wijze, waarop Engeland de Poolsche situatie behandelt en over de aankondiging van Chamberlain. Alle welingelichte kringen zijn het er over eens, dat Hitier zeer hard te rug zal slaan in zijn rede te Wilhelms- haven. In hef propaganda-ministerie is langdurig beraadslaagd over het ver strekken van Chamberlains verklaring aan de Duitsche pers. Het eerste blad, dat de verklaring behelsde, was on geveer acht uur gisteravond te krij gen. Reeds vroeg in den middag was een hevige anti-Britsche campagne in vollen gang. Tijdens het debat na Chamberlain's ver klaring in het Lagerhuis verklaarde Green- wood van de Labouroppositie: Ik ben er alleszins zeker van dat het huis de mogelijk heden inziet, die uit de door den minister president afgelegde verklaring kunnen voortvloeien. In haar gevolgen kan het een verklaring blijken te zijn, zoo gewichtig als in een kwarteeuw niet in dit huis is afge legd. Het is, met zulke recente verklaringen voor ons, zeer moeilijk veel te zeggen, doch mag ik den minister-president een paar vra gen stellen omtrent hetgeen naar mijn mee ning niet geheel duidelijk is. Ik zou willen vragen of de verklaring, die hij voorgelezen heeft, beschouwd moet worden als de eerste stap van de ontwikkeling van een politiek tot het afwenden of beteugelen van agres sie. Zoo ja, wil de regeering dan onmiddel lijk krachtige stappen doen om in deze regeling ook andere mogendheden op te nemen. Wil hij in het bijzonder denken aan de waard? van de Sowjet-Unie, tezamen met andere mogendheden, groot of klein, en wil hy zulks doen met het verstandige oogmerk, een zoo groot mogelijke mate van samen werking te verkrijgen bij de verdediging van den vrede, en wil hij, en dit is mijn laatste vraag, thans de wenschelijkheid overwegen van een onverwijlde conferentie van die mogendheden, welke bereid gevon den kunnen worden, zich aan de zijde van den vrede en tegen een aanvaller te scha- ren? Het antwoord van Chamberlain. Chamberlain antwoordde: Ik geloof, dat mijn verklaring het duidelijk maakt, dat, hetgeen ik gezegd heb, bedoeld is om te gelden voor wat ik een interim- periode zou willen noemen. De Britsche regeering is, zooals reeds is medege deeld, bezig met verscheidene andere mogendheden,met inbegrip natuurlijk van de regeering der Sowjet-Unie, over leg te plegen, en de minister van buiten- landsche zaken heeft gisterochtend den Sowjet-ambassadeur ontmoet en met hem een zeer uitvoerig onderhoud hier over gehad. Ik twijfel er niet aan, dat de beginselen, volgens welke wij te werk taan, door de Sowjet-regeering ten volle op hun waarde geschat en be grepen worden. Het zal het Huis bekend zijn, dat wij de komende week bezoek verwachten van ko lonel Beek, den Poolschen minister van buitenlandsche zaken. Er zal dan gelegen heid zijn, met Beek nog verscheidene andere maatregelen te bespreken, die genomen zteuden kunnen worden, om, zooals Green- wood het uitdrukte, de grootst mo|elyke mate van samenwerking te verkrijgen bij alle pogingen, welke ondernomen zouden worden om aan agressie, zoo deze gepleegd mocht worden, een einde te maken en hier voor een meer redelijke en ordelijke metho de van beslechten van geschillen in de plaats te stellen. Greenwood vroeg daarop, of Chamber lain de grootst mogelijke samenwerking van alle mogendheden in een conferentie, met inbegrip van de Sowjet-Unie, zou toejui chen. Hierop antwoordde Chamberlain: Ja, wij zouden de grootst mogelijke mate van samenwerking toejuichen. De kwestie eener conferentie is, naar onze meening, slechts een kwestie van. practische opportuniteit. Wij stellen ons niet op een theoretisch stand punt en, indien het de beste manier zou blijken, zouden wij niet aarzelen, haar te aanvaarden. Als er andere, meer doeltref fende, manieren Zijn om ons doel te berei ken, zouden wij èr van af kunnen zien. Denman (nationale arbeiderspartij) vroeg, of er tijd geweest is voor volledig overleg met de dominions, waarop Chamberlain antwoordde, dat de dominions volledig op de hoogte zijn gehouden. John Morgan (Labour) vroeg om de ver zekering, dat er 'tusschen Engeland en de Sowjet-Unie geen ideologische hinderpalen bestaan, waarop Chamberlain antwoordde, dat hy niet aarzelde, deze verzekering te geven. Lord Cranborne stelde voor, het op Maan dag vastgestelde debat over de buitenland sche politiek in verband met den neteligen toestand uit te stellen. Greenwood verklaar de dringend te hopen, dat het Lagehuis, ge zien den ernst van den toestand, Maandag in overeenstemming met zijn beste tradities zal debatteeren. De communist Gallacher stelde in een lange interpellatie voor, dat hun, die in collectieve veiligheid geloofden, de gelegen heid zou worden gegeven, een regeering te vormen. Henderson (Labour) vroeg of, gezien de ongetwijfeld bestaande spanning, de Duit sche regeering bij de Poolsche eenigerlei stappen had ondernomen, met het doel tot een vreedzame beslechting van de geschil len te geraken. Chamberlain zeide hierop, dat hü vooralsnog niets wist van een derge- lijken stap. Lof voor Chamberlain van oppositie- zijde. De geheele verklaring en de daarop vol gende vragen namen slechts 17 minuten in beslag. Het debat eindigde op dramatische wijze. De Labour-afgevaardigde Bellenger gaf te kennen, dat Maandag eenige woord voerders van de oppositie zich het recht zouden voorbehouden, er twijfel over uit te spreken of de minister-president wel de juiste man is om de nieuwe politiek te lei den. Onmiddellijk nam Thurtle, eveneens tot de oppositie behoorend, het woord. Ten tijde van de crisis in September j.1. - zoo zeide hy heb ik mijn standpunt ten aan zien van den premier uiteengezet. Ik ben van meening, dat hij in het verleden zeer ernstige fouten heeft gemaakt. Ik geloof echter, dat er in de omstandigheden alle rechtvaardiging was om te doen wat hij te München heeft gedaan. Thurtle vervolgde: Er zou een andere mi nister kunnen zijn om in dit ernstige uur de zaken van dit land te leiden, doch, als de minister-president thans werkelijk en oprecht, en zonder eenig innerlijk voorbe houd, ervan overtuigd is, dat het noodzake lijk is, dat hij deze nieuwe politiek van het bijeenbrengen van de vrienden van den vrede voortzet, en niet terugziet naar het doode verleden, dan geloof ik, dat hij, ge zien zijn werelreputatie als man van den vrede, waarschijnlijk de beste man voor dit ambt is. (Luide toejuichingen.) De zitting werd daarop verdaagd. De reactie der Lagerhuisleden. De eerste reactie onder de leden van het parlement alvorens zij voor het weekeinde uiteen gingen, was er een van krachtigen steun op de ministerieele banken en van goeden wil op de oppositiebanken, gepaard met den wensch, dat de aangekondigde poli tiek te zijner tijd nog verder zal worden ontwikkeld, aldus meldt de Lobbycorrespon dent van Reuter. Het onmiddellijk gevolg van de verklaring is geweest een afneming van de spanning der afgeloopen 24 uren. Chamberlain is naar Chequers vertrok ken, waar hij het weekeinde hoopt door te brengen. Het Lagerhuisdebat over den internatio nalen toestand, zal, zooals is bepaald, Maan dag worden gehouden. Greenwood en Dal ton zullen de voornaamste woordvoerders zijn van de arbeiderspartij, terwijl Cham berlain namens de regeering zal spreken. Washington was op de hoogte. In welingelichte Britsche kringen ver klaart men, dat de regeering der Vereenig- de Staten op de hoogte is gehouden van de besprekingen, die de laatste dagen gevoerd zijn om te komen tot de door Chamberlain afgelegde verklaring, waarvan de tekst trouwens van tevoren aan Washington is medegedeeld. Zie verder Buitenland pag. 3, 2e blad. Felle reacties in Duitsch- land op Chamberlain's verklaring. Het is volkomen begrijpelijk, dat de reactie in Duitschland op Chamberlain's verklaring zeer fel', zeer verbitterd is. Men heeft in het Derde Rijk wellicht niet verwacht, dat de Brit-met-; rap luie zijn regenscherm wel eens een keertje thuis kon laten, ook dan zelfs, wanneer de wol ken zich samentrokken aan het firma- ment. Welnu, de zeer duidelijke verklaring van den Britschen premier, waarbij deze ten overvloede nog opmerkte, dat Frank rijk 't met deze verklaringen geheel eens was en dat Rusland zeker niet uitgescha keld was, is de meest koude douche ge weest, die Duitschland in de laatste jaren te slikken heeft gekregen. Hitier is boos en zal die boosheid too- nen in een rede, welke hij vandaag zal uitspreken. Maar reeds is de Duitsche perscampagne tegen Engeland losge broken. Men oordeele slechts! Met koppen als „Nieuwe leugenmanoeuvres van Enge land", „Brutale Engelsche leugeus", „Ge logen berichten", enz. enz. zijn de Duit sche kranten versierd en de BerL Boer- senzeitung verklaart zelfs, dat het om een bedrog van het ergste soort gaat!" Na de verklaring van minister-president Chamberlain in het Lagerhuis, dat Enge land en Frankrijk met geweld van wapenen eventueel de onafhankelijkheid van Polen zullen verdedigen, heeft de reis van den Poolschen minister van buitenlandsche za ken, Beek, naar Londen, hoewel deze reeds een maand geleden vast stond, grooter be- teekenis gekregen. In Poolsche politieke kringen worden thans drie vragen gesteld, n.L: 1. De houding van de mogendheden jegens de Sovjet-Unie en de houding van de Sov jet-Unie in geval van een conflict. 2. De houding van Groot-Britannië ten aanzien van den tweeden bondgenoot van Polen, Roemenië. 3. T.a.v. de betrekkingen van Polen met zijn Noordelijke en Zuidelijke buren in verband met deze laatste vraag merkt men op, dat geruchten de ronde hebben gedaan over besprekingen tusschen Warschau en Kaunas over een non-agressie verdrag en tusschen Warschau en Boekarest over het uitbreiden van het bestaande verdrag tusschen beide landen, dat op het oogenblik slechts gericht is op een aanval van de Sovjet-Unie op een van beide landen. Ook zal te Londen gesproken worden over het koloniale vraagstuk van Polen, dat grondgebied verlangt voor de emigratie van het overschot van zijn bevolking, alsmede grondstoffen voor zijn industrie. Ook het Joodsche vraagstuk zal ter sprake komen, waarbij minister Beek zoowel het standpunt van Polen als dat van Roemenië naar voren zal brengen. Tenslotte wordt opgemerkt, dat Beek een bezoek zal brengen aan Portsmouth en naar verluidt, zal Engeland reeds in vredestijd een aantal oorlogsschepen ter beschikking stellen van Polen. In verband met de te Sofia heerschende ongerustheid over de mogelijke uitwerkin gen van het Duitsch-Roemeensche handels verdrag, dat, naar men vreest, een aan zienlijke vermindering van den Duitschen invoer uit Bulgarije zal beteekenen, is de Bulgaarsche minister-president, Kiosseiwa- nof, voornemens naar Berlijn te vertrekken, om deze kwestie met Hitier te bespreken. Voorts vertrekken vijl Bulgaarsche han delsdeskundigen dezer dagen naar Berlijn. Kiosseiwanof zal onderweg in Belgrado nog besprekingen voeren met den Joegoslavi- schen minister-president, Tswetkowitsj. Men verwacht, dat de in Berlijn te voeren be sprekingen zullen loopen over het door dr. Funk, tijdens zijn bezoek aan Sofia, voor gestelde plan, dat Bulgarije in economisch opzicht aan Duitschland zou binden. In Bulgarije wordt een krachtige Duitsche propaganda gevoerd. Zoo heeft Berlijn zul ke gunstige voorwaarden geboden aan landarbeiders die in Duitschland willen werken, dat zich 40.000 in plaats van de 5.000 benoodige boeren hebben aangemeld. De Berliner Lokal-Anzeiger schrijft, dat deze nieuwe actie van Londen het re cept verraadt, dat men reeds op 21 Mei 1938 in het Tsjechische probleem en mid den Maart voor het beweerde ultimatum aan Roemenië toepaste. De gevolgen zyn geweest: onmiddellijke buitengewone ministerraad in Londen en het nemen van een besluit betreffende de aankondiging van Chamberlain's rede. Wederom is het een Britsche actie gelukt om uit leugens en laster een „podest" in het leven te roepen, waarvan de "ritsche premier gebruik kon maken om in de kunstmatige opwinding zijn voornemens af te kondigen. Zoo armelijk, aldus het blad, is de Brit sche staatkunde geworden, dat zij zulke perfide methoden noodig heeft. De Berlijnsche correspondent van het Hamburger Fremdenblatt legt er den nadruk op. dat op de Engelsche onjuiste berichten de stelling opgebouwd is, dat Engeland thans duidelijk verklaren moet, dat het Roemenië en Polen te hulp zou snellen, ingeval zij door Duitschland wer den aangevallen. Het is bedenkelijk, dat de verklaring van Chamberlain is voor bereid met een zoodanigen warwinkel van kwaadwillige beweringen over den oorlogswil van het groot-Duitsche rijk in het oosten van Europa. Het blad vermoedt, dat de voornaamste aanstichter Sir Robert van Sittart is en stelt de vraag of het wederom, zoo niet de bedoeling van de Britsche regeering, das toch de bedoeling van de ambtenaren De Londensche bladen publiceerden gisteren verschillende geruchten, die in omloop zijn omtrent de spanning tus schen Duitschland en Polen, waarmede ook de belegde bijeenkomst van het Britsche kabinet verband hield. Steeds veelvuldiger worden de berichten om trent Duitsche troepenconcentraties aan de Poolsche grens. Te Berlijn was, naar de correspondent van de „Daily Telegraph" aldaar meldt, de atmosfeer Donderdagavond eenigszins ge spannen, doch hoewel er alle reden is om aan te nemen, dat Duitsche troepen in de grensgebieden gereed staan, vormen de ver onderstellingen, dat zij te allen tijd order zouden kunnen krijgen om op te rukken, althans volgens den correspondent, waar schijnlijk een deel van de stelselmatige fluistercampagne, die van Berlijn uit is in gezet om te Warschau nervositeit te ver wekken. Het is, naar de correspondent er nog aan toevoegt, niet twijfelachtig, dat het bezoek van Beek aan Londen te Berlijn met groote achterdocht en ergernis wordt beschouwd, en dat men in de Duitsche hoofdstad gaarne zou zien, dat middelen konden worden gevonden om een uitstel te forceeren. Elders schrijft de Daily Telegraph nog, dat het bekend is, dat Duitschland sedert zijn coup in Tsjecho-Slowakije een groot deel van zyn strijdkrachten in de nabijheid van de Zuidwestelijke grenzen van Polen samen getrokken heeft. De Polen houden even eens hun in de frontlinie gelegen stellingen bezet. Gisteravond had men in officieele kringen te Londen echter geen bevestiging van de geruchten, volgens welke de Duit sche troepenconcentraties plotseling krach tig versterkt zouden zijn. Volgens de „Daily Herald" kan nog niet worden aangenomen, dat een aanvalsdatum. op handen is of in het voornemen ligt, doch, zoo vervolgt het Labourblad, de bewijzen zijn daar, en de ondervinding van het ver leden doet vermoeden, dat in elk geval de mogelijkheid bestaat, dat de Poolsche re geering te staan komt voor een reeks ge biedende eischen, gesteund door dreige menten of minstens door militair vertoon. Volgens de „Times" hadden de geruchten omtrent Duitsche militaire activiteit meer betrekking op materiaal dan op manschap pen. Het blad voegt hieraan de mededeeling toe, dat men te Londen na een schifting der verschillende berichten heeft kunnen vast stellen, dat vele ontstellende vermoedens terzijde konden worden gelegd. In den afgeloopen nacht zijn in Londen drie bommen ontploft, waarvan een voor het gebouw van de „News Chronicle" in Fleetstreet. Hierdoor werden de ruiten van talrijke huizen in de omgeving vernield. Een andere bom ontplofte voor een mode magazijn in Parklane en een derde voor een meubelmagazijn op Totenham Court. Ook heeft de politie een bom ontdekt voor een modemagazijn op Edgware Road. in Downingstreet, welke in waarheid den koers der buitenlandsche politiek diri- geeren, moet zijn om een tweeden 21sten Mei te provoceeren en daarmede een nieuwe crisis van ernstigen omvang en met onoverzienbare mogelijkheden te doen ontstaan. De ervaringen der laatste jaren hebben de geheele wereld er over ingelichte dat het derde rijk voor geaner- lei verantwoordelijkheid terugschrikt, wanneer het Engelsche paniekzaaiers behaagt om de uitdaging tot instrument van de internationale politiek te maken. In het bijzonder wijst het blad op het En gelsche voornemen om die Poolsche krin gen, welke nooit vriendelijk hebben ge staan tegenover de DuitschPoolsche verzoening, verder op te jagen en werke lijke spanningen tusschen Duitschland en Polen in het leven te roepen. Tot dit doel heeft ook de valsche bewering gediend van de Engelsche radio, dat er in de Duit sche pers een anti-Poolsche campagne bestaat. Algemeen wordt door de bladen het vermoeden uitgesproken, dat de valsche berichten over beweerde Duitsche troe penconcentraties ditmaal afkomstig zijn van den Britschen militairen attaché, in Warschau, evenals het valsche bericht van 21 Mei 1938 over de z.g.n. Duitsche mobilisatie tegen Tsjecho-Slowakye uit gegaan is van den Britschen militairen attaché in Praag.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1939 | | pagina 1