PAM'S WONDERLIJKE AVONTUREN „Buitenlandsch" is niets gedaan in Duitschland. Herinneringen aan Augustus 1914. Jammerlijk slechte radio-reportaoes. De kastelein-soldaat. De Alkmaorsche Courant DERDE BLAD. ALKMAARSCHE COURANT VAN DONDERDAG 6 APRIL 1939. Wat Duitsch ia, ia voortreffelijk! (Van onzen correspondent). Berlijn, 3 April. De spanning tusschen het Duitsche Rijk en de Angelsaksische staten Enge land en Noord-Amerika is den laatsten tijd zóó intensief geworden, dat men er aan twijfelt of het tegenwoordige geslacht nog een normale verhouding beleven zal. Dat is stellig tegen den wensch der Duischers. De gemiddelde Duischer heeft in den grond van zijn hart dezelfde, nu niet bijster aanbevelenswaardige eigenschap als de Nederlander, n.1. alles wat „buiten landsch" is bijzonder fraai en voorbeeldig te vinden en er daarom de voorkeur aan te geven ten koste van wat eigen is. Ik neem aan, dat in mijn vaderland deze neiging nog in hoogen bloei is. Tenminste: als ik hier in Berlijn mijn radio-ontvangtoestel op Hilversum I of II inschakel, dan word ik vrijwel steeds „verrast" door Engelsche of Amerikaansche jazz-klanken, in onbeholpen NederlandschEngelsch aangekondigd: dan wel moderne muziek uit Frankrijk De 't kan toeval zijn doch ik twijfel nationale muziek, in zuiver Nederlandsch aangemeld, zonder al die „buitenlandsche" aanstellerij, schijnt bij ons nog altijd niet fijn genoeg. En je wilt dan toch laten hoo- ren, dat je „je talen kent", al is het er dan meestal ook naar Met de Duitschers was vroeger net zoo. Te genwoordig is dat heel anders geworden. Misschien niet overal van harte. Maar toch zeer opvallend. Het Duitsche volk zit nu eenmaal tusschen de nationalistische golven, en overdrijft thans naar den anderen kant. Doch dat is altijd nog beter te verdragen dan nationale onverschilligheid en dikdoenerij met alles wat uit den vreemde komt. Van nationale overdrijving gesproken: een woord over de „conferenciers" (hier „Ansager" genoemd) der Duitsche radio zenders, meer in het bijzonder over de „re porters" bij actueele gelegenheden. Bij ons in Nederland zijn onder deze menschen eenige mef talent (ik bedoel hier niet den naieven stumper, die indertijd vertellen moest over den intocht van de jonggehuw den Prinses Juliana en Prins Bernhard met de kleine Prinses Beatrix in Den Haag, en die niets anders wist „mee te deelen" dan een tienmalen herhaald: „O, 't is prachtig, 't is mee dan prachtig, 't is eenvoudig prachtig!" Waarmee wij in het buitenland het dan maar moesten doen) In het Duit sche Rijk was vroeger, vóór het Hitler-re- gime, deze radio-reportage best in orde. De heeren reporters deelden toen werkelijk, nuchter maar uitvoerig, alles mede. wat de toehoorder noodig had om langzamerhand het beeld voor oogen te krijgen, dat zijn toestel hem vooralsnog onthoudt, en waar voor hij den reporter zoo broodnoodig heeft. Werden dan de geluiden hoofdzaak, dan hoorde men den reporter de gewenschte toelichtingen fluisteren, en dat fluisteren was als de onderschriften onder actueele photo's of de mondelinge verklaring in de Cinéacs (waarom geen Nederlandsch woord?) Kort gezegd, het was hier vroe ger keurig in orde. Kortzichtigheid. Sedert Hitier aan het bewind is, moet de radio-reportage in Duitschland jammer- slecht genoemd worden. Met de thans hier gebruikelijke chauvinistische kortzichtig heid heeft men voor dit moeilijke journa listieke werk mannen uitgezocht, die maar ook elk talent missen hoogstens een zekere radheid bezitten in het snel opzeggen van uit het hoofd geleerde of althans op cliché uitdrukkingen berustende algemeenheden van zuiver-propagandistisch karakter, die. naar is aan te nemen eerlijk gemeend, het bewijs leveren, dat de radio-verslaggever een meer dan geestdriftig nationaal-socia- list is, alles verrukkelijk, meesterlijk, ge niaal, onnavolgbaar vindt, wat men hem te zien geeft; en dat den toohoerder nog eens nadrukkelijk in het oor brult, daarbij ver getend, dat hij hem iets moet leveren voor het oog en niet voor het oor, of het hart. Deze brallende, echt-Duitsche sentimen- teel-overdreven, van karaktersstandpunt niet onbedenkelijke en voor den buiten- landschen toehoorder allesbehalve propa gandistische werkende „reportage" is 't be wijs, dat men het „nationale" even hinder lijk overdrijven kan als het geimporteerde. Maar het neemt niet weg. dat men de afkeurende houding van het hedendaagsche Duitschland jegens den onzin, de zielige verwording en de storende dwaasheden van veel, wat uit de U.S.A. naar ons overge waaid komt, niet zonder toestemming kan waarnemen. Men is in het Derde Rijk ook hierin grondig en principieel. Amerikaan sche films zijn nog slechts in weinige Duit sche bioscopen te ontdekken, en waar Holly wood thans, op oorspronkelijk Engelsch en Fransch voorbeeld, een begin schijnt te willen maken met werkelijk schern-anti- Duitsche tendenz-films (bereidt niet Crarley Chaplin een film voor, waarin hij, voor het eerst sprekend, Hitier zelf wil gaan spelen en belachelijk maken!), is te verwachten, dat Duitschland binnenkort den invoer van alle films uit de Vereenigde Staten een voudig verbieden zal. Eenige jaren gele den reeds heeft het Derde Rijk een verbod voor overdreven jazz-klanken uitgevaar digd. Niet voor elke „jazz-muziek dus, maar wel voor die, welke gepaard gaat met de in ons land blijkbaar nog altijd geliefde oerwoud-klanken, die hysterisch negervolk populair heeft weten te maken; jankende, gillende, snerpende dierlijke geluiden van een smakeloosheid, die slechts volkomen onmuzikale menschen nog zekeren „prik kels" bezorgen kan en die we gelukkig in Duitschland niet meer voorgezet krijgen. Merkwaardige mentaliteit. Maar ook tegen dans-excessen keert zich het Rijk van Hitier. Zoo is nog onlangs de „Lambeth-walk" officieel verboden voor alle tot de weermacht behoorende perso nen als zij uniform dragen. Een typisch be sluit voor de waarde, die hier terecht aan de uniform wordt gehecht. De scherpe po litieke spanning tusschen Duitschland en de Angelsaksische staten zal nog wel an dere verboden uitlokken, en zoo komen we langzaam maar zeker terug naar de men taliteit, die hier tijdens den wereldoorlog heerschte. Alles, wat Engelsch of Ameri- kaansch is, wordt hier uit den booze ge noemd. En ook van Fransche namen, uit drukkingen, noviteiten wil men niet veel meer weten, terwijl natuurlijk voor wat uit Italië, Spanje of sommige Balkanlanden komt, een uitzondering wordt gemaakt. Ita- liaansche opera's, liederen, koren zijn even populair als de muziek van De Falla. De Achopolis werd dezer dagen door een be zoek van minister Göbbels vereerd. Balkan- folklore vult heele pagina's in de Duitsche geïllustreerde bladen. Uit U.S.A. worden slechts mode-excessen met h. telijke op schriften en toelichtingen weergegeven. De Engelschen worden als aartshuichelaas ge schilderd, sportieve prestaties uit Albion liefst verzwegen, en „echt Engelsche stof fen" bij de kleermakers al lang niet meer aangeboden, ze zijn trouwens voor den ge middelden kooper veel te duur, gelijk ook de Engelsche pijptabak ver boven de fi- nancieele krachten gaat. Neen, het is niets meer gedaan met „bui tenlandsch" in het Duitsche Rijk. Men is er aan gewend geraakt, alles wat Duitsch is honderdmalen voortreffelijker te vinden dan wat van buiten komt. Of de druiven wellicht ook te hoog te hangen? Ik laat het aan den lezer over, die vraag te beant woorden. £xuuh en Juiütboutv LANGENDIJK. Betere koolprijzen, na een korte periode van inzinking. De gang van zaken aan de Langendijker groentenveilingen was de laatste dagen niet zoo buitengewoon rooskleurig. Nadat in het begin van de vorige week de prijzen van de verschillende koolsoorten aanmerkelijk ge rezen waren, liepen zij tegen het einde van de week weer terug, tenminste wat de gele en Deensche witte kool betrof. De prijzen van roode kool hebben zich hei beste kunnen handhaven. Daarvoor bestond een vrij goede vraag, welke tot gevolg had, dat de noteeringen op het laatst van de af- geloopen week nog iets stegen, zoodat Za terdag de hoogste noteeringen te Noord- scharwoude tot boven 12 per 100 kg. lie pen. Te Broek op Langendijk was deze pl.m. 1 lager. De grootere sorteeringen van de roode kool werden tenslotte tegen prijzen van ruim 9 van de hand gedaan. Er werd wei nig verschil gemaakt tusschen de kool van 6 en van 5 pond. Ongetwijfeld tengevolge van de flinke aanvoeren en de geringe vraag, zijn de prij zen van gele kool niet onbelangrijk gedaald. Aanvankelijk betaalde men tot ruim f 8 per 100 kg., doch dit werd spoedig minder, zoo dat tenslotte de noteeringen meestal niet hooger waren dan pLm. f 6.50 per 100 kg. Enkele partijen liepen tot f 7. Grootere kool bracht vanaf ruim f 5 per 100 kg. op. Dinsdag waren de prijzen weer iets beter, zoodat wij zoowel voor grootere als voor de kleinere sorteeringen boogere prijzen kon den noteeren. Groote vanaf f 6,40, kleine tot maximum f 7,50 per 100 kg. Het verlies is echter nog niet ingehaald. De prijzen voor Deensche witte kool heb ben eveneens een veertje moeten laten. Gemiddeld werd daarvoor 4 per 100 kg. betaald. De mooiste partijen werden van de hand gedaan voor 4,50 tot 4,80 per 100 kg. Ook bij deze koolsoort kwam Dinsdag de verbetering, zoodat weer boven 5 per 100 kg. kon worden gemaakt. Voor de jonge groenten werden vrij goede prijzen besteed. Spinazie noteerde tot 14,40 per 100 kg. Witlof werd verhandeld tegen prijzen, varieerende van f 15 tot 23 per 100 kg. Prei ging weg voor 7 tot 19 per 100 kg., naar gelang van de kwaliteit. Een partijtje radijs bracht 2.70 per 100 bos op. KENNEMERLAND. Met den dag kan men zien, dat de lente baan begint te breken. Er komt méér nieu we groente en in grooter verscheidenheid, terwijl de oude groente met den dag ver mindert en alleen stapelproducten blijven nog over. Wat de laatste acht dagen werd aangevoerd, blijft tot bak- en kasgroente beperkt en alleen enkele partijtjes spinazie van den kouden grond komen den aanvoer aanvullen. De prijzen blijven althans voor de voorjaarsgroente aan den hoogen kant. De eerstelingen komkommers, zijn aangevoerd en de prijzen van 0,10 tot 0,12 zijn niet erg hoog. Spnazie werd in beduidende kwantums aangevoerd en de prijzen bleven op peil, n.L 0,80 tot 0,95 per kist. Rabarber was duur, n.L 14 tot 20 per 100 bos. Kropsla was ook gewild en de prijzen, 7.60 tot 9,10, zijn niet laag. An dijvie was bijzonder in trek en de prijzen 28 tot 35 per 100 kg. zijn bijzonder hoog te noemen. Nieuwe bosgroente, als radijs en raapstelen, waren iets minder in prijs, doch de prijzen 2,30 tot 4,20 en 1,30 tot 1,80 per 100 bos zijn aller minst laag. Hoewel er in het voorjaar, zoo RIE MASTENBROEK GEHUWD. Gistermorgen werd te Rotterdam het huwelijk voltrokken tusschen de bekende Nederlandsche zwemster Rie Mastenbroek en den heer C. Kuypers. Het bruidspaar verlaat na de huwelijksvoltrekking het stadhuis. tegen of in April, weinig interesse is voor witlof, blijft het dit voorjaar buitengewoon in trek en de prijzen 22 tot 28,50 per 100 kg. zijn zeker niet laag. Koolsoorten, als gele kool en roode kooL werden voor prijzen van resp. 4,50 tot 7,30 en 7,30 tot f 12,20 per 100 kg. verhandeld. Breekpeen en uien werden voor dezelfde prijzen verhandeld als de vorige week. Uien gingen voor lager prijs: 1,90 tot 3,10 per 100 kg. Soepknol len werden andermaal voor hooge prijzen verhandeld; een prijs van f 0,16 tot 0.22 per stuk is nog niet vertoond! De overige aanvoer onveranderde prijzen. DE STIERENKEURINGEN. De laatste voorkeuringen. Dit jaar zijn de stierenvoorkeuringen j.L Dinsdag in een der beste hoeken van de Noordhollandsche rundveefokkerij besloten. Te Den Hout. Hetzij om toch de eindsprint mede te ma ken, hetzij uit verwachting hier iets zeer goeds te zullen zien, was een groot deel van onze fokkers uit alle hoeken der provincie naar D e n H o u t (Hoogkarspel) getogen, waar op een wegenkruispunt met hooge bermen de jury haar arbeid in slecht weer moest verrichten. Vijf tweejarigen verschenen het eerst. Dit vijftal was zeer geschikt om, wanneer wij dit nog niet wisten, ons te doen zien hoe uiteenloopend het Noordhollandsche type is. Als tegenstelling zouden zeer goed twee goedgekeurden kunnen dienen, n.1. Victor van K. Peereboom te Hoogkarspel, een adel lijk, wat vrouwelijk stiertje met goede ver houdingen ook in het kruis, en Menno 14 van J. J. Bakker te Venhuizen (fokker J. J. Posch te Binnenwijzend), een in de voor hand goed gezonken zware stier, waarbij het achterstel via iets lage lendenen moei lijk aanpaste, vooral bij het staartstuk. In gewicht is het verschil, doch waarschijnlijk ook in andere eigenschappen. Het best kon Frans 214 van Groenhaven behagen door zijn geslotenen bouw en robustheid. Jammer dat hij wat groot en moeilijk ter been is. Verder werd nog goed gekeurd Frans 215 van Groenhaven van Jn. Palensteijn te Wijdenes. Beide dieren zijn fokproducten van F. A. F. Groneman te Wieringerwaard. Toen de 29 éénjarige stieren verschenen (twee waren er afwezig), waanden wij ons reeds bij een verplichte stierenkeuring, zoo als deze thans ook voor onze provincie door Ged. Staten worden voorbereid, en dan liefst nog in een niet te gunstigen hoek. Toilet en voorbrengen paarden zich bij al te veel stieren aan hunne conditie, d.w.z. was slecht, in ieder geval voor een fokkers- streek. Zeer terecht schakelde de jury in een minimum van tijd de helft van verdere becordeeling uit, doch ook toen nog stond zij voor de moeilijke vraag: wat is hiervan voldoende voor het stamboek? Het duurde een uur vóór de beslissing viel en deze viel voor sommige fokkers niet mee. Naar wij .vernemen, vragen drie heeren herkeuring aan, waarvoor zij f 25 per dier moeten stor ten. Goedgekeurd werden Nelly's Adelborst en Maurits van K. Peereboom te Hoogkarspel, Jan en Aafjes Roland 6 van C. Stapel Pz. te HoogkarspeL de Verwachting (gefokt door C. Stapel Pz. voornoemd), eigendom van P. J. Koster te Hoogkarspel, Frans Jan van J. Met ons zessen zaten wij om de stamtafel bij Wullem, den dorpskastelein. Wullem was behalve kastelein ook nog grondwerker, aannemer van bijwerk en een mannetjes putter, die werken kon voor twee. Wullem moest dienen, 't Mobilisatiebevel had ook hem gegolden, 't Afscheid was moeilijk geweest, want wat moest er van zijn vrouw en zes kinderen terecht komen en hoe zouden de zaken gaan, als hij er niet was? Een up-to-date soldaat was Willem niet. En nademaal hij maar steeds ruzie had met zich zelf over het onderscheid tusschen links en rechts, belandde hij al spoedig in de keuken, waar hij tot kok gebombardeerd werd. En waar hij al spoedig goede rats, lekkere snert en stevigen boonen- en capu- cijnerskost kon fabriceeren. Helaas, het koksbaantje, hoe mooi ook, nam al te spoedig een einde, aangezien de compagnie een nieuwe standplaats kreeg toegewezen. Ze moest naar Nijmegen. De weg was lang, de zon brandde en na een uur loopen was Wullem dood-op. Het zwikkie op zijn rug woog als lood, de ran- selriemen knelden, het geweer woog vele kilo's en Wullem werd uitvaller, sukkelde alleen voort, ver achter de colonne aan. En zijn rusten werden talrijker, zijn rusttijden lan ger. Awel zulle! Daar naderde een huifkar. En zoo goed militair was Wullem wel, dat hij den voerman aanklampte en weldra naast dezen zat. Een praatje werd gauw ge maakt en de voerman bleek een vroolijke baas. Die blijkbaar van een borrel hield, want toen de kar in een dorpje arriveerde, stopte deze precies voor een café. 'n Klaartje, baas? vroeg Wullem. Dat was het begin, want voor dit eerste klaartje achtte de voerman het een plicht om ook te tracteeren. En toen Wullem afscheid nam, had hij als hartversterking tien borrels naar binnen geslagen. Zwaar, loom, wat sufferig vervolgde de soldaat den weg. Weer was 't geluk hem gunstig, want ten tweeden male kwam hy naast een voerman te zitten. De rit ging naar Nijmegen, het einddoel ook van Wullem's tocht, 't Was ook een ge zéllige rit, want de voerman bleek een vroo lijke baas. Was het wonder, dat het paard 1 Augustus a.s. zal het 25 jaar geleden zijn, dat de Nederlandsche weermacht mobiliseerde. In deze rubriek zullen af en toe schetsjes geplaatst worden van lezers, die toen gediend hebben. Wie mobilisatie-herinneringen heeft, kan ze dus inzenden. stil hield juist voor een café? En was het wonder, dat Wullem voor den tweeden keer tracteerde en voor den tweeden keer ge- tracteerd werd? En als je nu straks linksom gaat, dan zie je een hek! Dat ga je in en dan ben je er! Nog een borrel? Zoo sprak de voerman en Wullem dacht ineens aan zijn eigen café, waar zijn vrouw nu voor alles alleen stond. Lang dacht hij echter niet, want de alcohol begon steeds heviger te werken. Zoo hevig, dat de kaste lein het tenslotte noodig oordeelde, zijn col lega met zachten drank kazernewaarts te sturen Linksom en dan zie je een hek! Jawel, maar Wullem zag een serie hek ken, mikte en stond toen op de binnen plaats van de kazerne. Maar gek, er was nergens een deur te vinden, hoe hij ook zocht. Wullem zeeg neer, knelde zijn geweer tus schen de beenen en sliep in. En droomde, dat hij weer kok was en in een grooten pot snert stond te roeren, waarbij zijn geweer dienst deed als roerhout. En juist, toen Wullem den menagemeester wilde toeroepen, dat de snert gaa< was, kreeg hy een trap en hoorde hy ving het: Lamstraal, hou die spuit bij je. Waarop Wullem antwoordde: Jewel ser geant! Jewel! De snert is klaar. En hij sliep weer in. Om laat in den dag te ontwaken op een krib, waar onbekenden hem hadden neer gelegd Wullem was voorgoed kok af! L. S. Goesinnen te Hem en Prins Maurits II van Gebrs. Commandeur te Hoogkarspel. Het N.H.-merk, dus goedgekeurd voor fckvereenigingen, verkregen: Wilson en Ceres 2 van J. J. Bakker te Venhuizen, Paul van C. Stapel Pz. te Hoogkarspel, Rolf van J. Koster te Venhuizen en Willemijntje's Roland van G. Vis en Zoon te Venhuizen (beide dieren gefokt door C. Stapel Pz.) Derhalve zijn zeven goedgekeurd en vijf toegelaten of 40 Wat een verschil met Schagen, waar zulks bijna 80 was! Het meest trokken nog Maurits van K. Peere boom en de Verwachting van P. J. Koster de aandacht. Beiden waren in goeden keu- ringsvorm, doch gelukkig geheel niet opge- papt. Te Binnenwijzend was de slotuitvoering en mogen wij het spreekwoord „Eind goed, al goed", als een waar woord beschouwen, dan zou het totaal „goed" moeten zijn, want in tegenstelling met de laatste jaren was hier materiaal, dat gezien mocht worden. Van de twee aangegeven 3-jarige stieren verscheen alleen Adelbert, een goede ver schijning, in goede conditie, met vierkant doch iets afhellend kruis. De 2-jarigen waren verschillend: een te groote smalle Henriot-zoon werd afgekeurd. Lindberg 3 van wed. K. v. d. Meer te West woud (gefokt door J. M. Blom te Zwaag- dijk) en Marie's Athleet van D. en J. van Kampen te Hoogkarspel (gefokt door C. N. de Wit te Stolpen) gingen beiden in het stamboek en waren goed typisch. Vooral Marie's Athleet is, hoewel nog niet geheel uitgegroeid (het is een Juni-kalf), imponee rend door zijn gezonken voor- en midden hand. Tijdens het voor den tijd van het voor jaar al te zware onweder, gepaard gaande met hevige regenbuien, werden de éénja rigen voorgebracht, waarvan er dertig aan wezig waren. De beste kern, hierin aanwe zig, deed de minderen dieren spoedig wij ken; Feitelijk werd 't succes slechts gedra gen daar twee fokkers, n.1. gebrs. Ruyter te Ooster-Blokker en Jn. Jongert te West woud. Van de eersten werden vijf stieren goedgekeurd, n.1. August, Markus, Arend Wodan en Pieter, terwijl een stel twee lingen (Karei en Karei II) toegelaten wer den. Er waren wel enkelen, die de jury er van verdachten de tweelingen uit piëteit niet te hebben willen scheiden en het met deze opvatting niet eens waren. Bertus, Egbert en Junior waren de drie eenige, welke J. Jongert voorbracht en met volledig succes, alle drie werden goedge keurd. Hoogstens mag hier de vraag wor den gesteld of de fokker meende dat het vette varkens moesten worden. Nog werd goedgekeurd Excellent 3 van Arie Bloem te Ooster-Blokker en toegela ten Juliaantje Henriot van D. van Kampen te Hoogkarspel. Vijf goedgekeurde en twee toegelaten stieren hadden den straks genoemden Adel bert tot vader en toonden dit ook duidelijk in den vorm der ribben. Egbert, die eveneens bij gebrs. Ruyter heeft gedekt, toonde drie goedgekeurenden. Eén zijner zoons, n.1. Junior, was met den veel zwaarderen August wel de meest be geerde stier op deze keuring. Wij willen ons niet aan een algeheel overzicht wagen, waar zulks door den secretaris van de Regelingscommissie of den Rijks veeteeltconsulent als regel voor de Centrale keuring wordt gegeven, doch spre ken als onze overtuiging uit, dat bepaalde vaderstammen wel zeer talrijk naar voren zullen komen. Het zou interessant zijn deze tegen elkander te zien afwegen. WARMENHUIZEN. Maandomzet veiling. *De omzet der veiling alhier bedroeg in Maart 1939 137.170.90 tegen 89.938.82 in Maart 1938. Maart 1939 Maart 1938 Roode kool Gele kool D. witte kool Uien Peen Bieten Aardappelen Savoye kool 1.462.900 kg. 459.925 kg. 507.200 kg 34.275 kg. 7.200 kg. 14.000 kg. 985 kg 1.156.720 kg. 533.845 kg. 475.350 kg. 1.490 kg. 11.225 kg. 2.950 kg. 4.175 kg. 1.275 kg. is het EENIGE DAGBLAD met een EIGEN STADSKARAKTER. Dat is de GROOTSTE WAARDE voor den adverteerder! TeL 3320. 204. Dus Pam zal de dubbele beloning krijgen, want niet alleen is hijzelf terug, doch ook het verdwenen document is terecht. 205. „Laat de kamerheer hier komen!", beveelt de ko ning. Als de man voor hem staat vraagt de koning hem: „Wie stal de documenten?" Waarop de kamerheer ant woordt: „Uw kleine beschermeling is de dief'.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1939 | | pagina 9