VOOR ONZE KINDEREN.
Jhizzlexu&ciek
HET WONDER-EI.
EEN KLEIN VORSTENDOM.
RAADSELS.
Verhaalt'es van kinderen
voor kinderen.
VIERDE BLAD.
3
Onze Eerste April-Opgave.
Een vreemde optelling.
Verschillende oplossers zijn er na heel
wat zoeken in geslaagd een op'.elling te
vinden die aan de opgave voldeed. Wy
laten hier één der goede antwoorden
volgen
437632183905
123607843935
561240027840
Ook het volgende is b.v. goed.
431937623805
193872403635
625810027440
Stand der lijst per 1 April.
Als hoogstgeplaatsten kwamen per 1
April op de lijst voor:
J. L. J. v. Oeveren 148 p. (2 goede
Maart-opl.), Mev. Denijs 142 p. J. F. de
Waal 136 p. R. Smids 135 p. Mej. Hoogland
128 p. P. Groenwoudt 120 p. Mevr. Rad
derPons 115 p. Mej. Pastoor 114 p. Th.
Bos 110 p. Mej. de Winde i08 p. C. Klerk
1Ö4 p. L. v. Ossenbruggen 102 p. Mevr.
Reyer—Slot 100 p. Mevr. Hassels 86 p. N.
C. Pietersen 84 p. C. W. Smit 80 p. Mej.
Siezen 73 p. C. J. Hoeben 72 p. H. D. Ver
hoeven 69 p. H. Vogelaar 61 p. G. Middel
beek 60 p. D. A. Wittop Kor.ing 56 p. Wed.
Schagen 46 p. M. Westerhof 43 p. J. Joustra
34 p. T. Eeken 30 p J. Tesseiaar 20 p. en
velen met minder punten.
Om voor den Aprilprijs in aanmerking
te kunnen komen moet men minstens 3
goede Apiil-opl. inzenden
Onze Nieuwe Opgave. (No. 2 der April-
serie).
Welke zin?
De door ons bedoelde zin jestaat uit 9
woorden en 50 letters.
Een 10-2-49-29-19 wordt gaarne ge
vierd.
Een 41-47-5-6-14 vindt men in een visch.
29-8-31-48-3-27-28 is tegenwoordig een
deel van Haarlem.
26-35-34 is een echt Friesch woord.
1-21-22-38-33 s een plaats in Noord
holland.
4-40-40-1 beteekent zuiver.
8-6-30-5-16 noemt men ook wel cho
colade.
Een 46-23-16-48-36-37-520-43 47 houdt
van zijn kleinkind.
41-2-37-12-28 is mooier dan 33-32-26-
11-28.
Gevraagd wordt welke zin is oedoeld.
Oplossingen (2 p.) liefst zoo vroegtijdig
rtiogelijk doch uiterlijk tot Vrijdag 14
April 12 uur aan den Puzzle-Redacteur van
He Alkmaarsche Courant.
KAMPEEBEN OP DE HEI 15 FUN
MAAB STEEDS MET VUUB VÜOBZICHTIG
NEPECL- A Z'JN
HEIDEMY
ZES verschillende persen staan altijd klaar
voor
UW DRUKWERK.
DRUKKERIJ COSTER.
DIE ONDEUGENDE JONGEN.
DE WIJZER DRAAIT.
Hebben jullie wel eens gehoord, dat je
iets kunt bewegen zonder er zelf aan te
komen? Nee, zeker nog niet en toch is dat
mogelijk. Dat zullen we hier eens laten
zien. Je kunt een wijzer van papier precies
laten draaien zoals je zelf wilt. Let maar
eens op en doe het dan zelf na.
Eerst knippen we een wijzer uit papier in
de vorm, die jullie hier afgebeeld zien. We
vouwen de wijzer middendoor en leggen
„Hebben jullie wel eens
van een ei gehoord, dat je in
alle standen kunt laten
staan, onverschillig of het
op een tafel is of op een
bord of op de scherpe kant
van een mes. Nu denk je
natuurlijk, dat je het ei daar
voor moet kapot slaan, maar
dat is helemaal niet nodig.
Je mag het niet eens kapot
maken!" De anderen keken
Bob ongelovig aan. Hij
moest niet denken, dat ze
alles geloofden, want dan
had hij het toch mis! Je kon
een ei niet op de rand van een bord laten
staan en zeker niet op de punt van een
mes! Ja, het ei van Columbus, dat Columbus
hard neerzette, zodat de schaal kapot ging
en werd ingedrukt, maar dat wisten ze nu
allemaal wel!
„Je moet niet doen, alsof jij een ei in alle
standen kunt laten staan, Bob", zei Hans,
„want dat geloven we toch niet! Dat kan
niet!"
„Dan zal je het zien", zei Bob. Hij haalde
een ei, hield het tussen zijn vingers en liet
het zo aan de anderen zien. „Je ziet, dit is
een gewoon ei, niets bijzonders. Allemaal
gezien? Nu zal ik dit ei eens op de rand
van een bord laten staan". Hij haalde een
bord uit de kast, probeerde een paar maal
eneven later stond het ei onbewegelijk
op de rand.
De anderen keken hun ogen haast uit. Dat
was toch wel heel gek. Maar het werd nog
gekker. Bob haalde er een fles bij en zette
het ei toen op de kurk. Ook daar bleef het
staan. Het wankelde niet eens!
„Het is geen echt ei!" riep Annie.
„Ik heb het jullie toch zelf laten zien!
Hoe kun je nu zeggen, dat het niet echt is!"
Toen haalde hij een mes uit de kast. Hij i
hield het mes in zijn ene hand en zette toen
het ei voorzichtig op de punt van het mes.
Het lukte niet direct, maar toen bleef het
toch staan.
De anderen sprongen op en zeiden: „Je
smokkelt, dat kan niet. Het is een karton
nen ei of zoiets!" Maar Bob hield vol, dat
het een echt ei was en hij vroeg of ze nog
meer proeven wilden zien. Ze lieten het ei
nog op andere dingen staan, op een stoel
leuning, op de punt van een schoen enz.
Maar toen liet Bob het opeens vallen
en meteen lag er een hoopje zand op de
grond
Wat had hij nu gedaan? Hij had een paar
dagen geleden het ei uitgeblazen. Bovenin en
onderin had hij een gaatje gemaakt en daar
door de inhoud uit het ei geblazen. Daarna
liet hij het ei goed drogen en plakte toen één
van de gaatjes weer dicht. Toen deed hij
heel voorzichtig wat fijn zand door het an
dere gaatje, zodat het ei ongeveer tot een
derde gevuld werd. Als hij het ei nu zo be
woog, dat het zand precies op één horizon
tale lijn lag, stond het ei in evenwicht en
kon hij het overal opzetten, waar hij maar
wilde. Dat was het geheim van het wonder-
ei!
HET GEBROKEN PAASEI VAN MARIETJE
door ALI DE RUYTER.
Het liep al tegen Pasen.
Marietje woonde met haar vader en
moeder in een grote stad en had een klein
broertje, Dicki.
Marietje was op de stads-school en ze
ging altijd een vriendinnetje halen. Zo ge
beurde het ook, dat Marietje op de eerste
Paasdag naar Ansje ging om haar grote ge
vulde ei te laten zien.
Marietje liep hard met het paasei over de
weg.
Toen ze bij Ansje kwam, bemerkte ze, dat
het ei kapot was. Al het kersensap liep over
haar nieuwe jurk die ze van vader en moeder
gekregen had.
Ze belde niet aan, want ze trilde op haar
benen.
Opeens een luide snik en Marietje viel
flauw op straat.
Toen ze weer bij kwam, lag ze thuis in
bed, want dokter Kerbens had haar zien
liggen en meegenomen, want de dokter
kende haar heel goed.
Toen Marietje de ogen open sloeg, zag ze
dat moeder voor haar bed zat en ze wist
zelf niet waarom ze in bed lag. Toen dacht
ze weer aan het ei. Maar tot haar ver
bazing zag ze een heel groot ei boven het
bed hangen en de nieuwe jurk was heele-
maal opgeknapt.
Toen zei Marietjes moeder: „Marietje wat
ben ik blij, dat het zo goed afgelopen is".
Marietje sloeg de armen om haar moeders
hals en kuste haar.
Ze bedankte moeder wel driemaal voor
het mooie ei en toen mocht Marietje weer
uit bed.
's Avonds kregen Marietje en Dicki nog
ieder twee eieren en toen moesten ze naar
bed, want het was al negen uur. Weldra
lagen ze in een diepe slaap.
En zo had Marietje toch nog een paar
prettige Paasdagen.
hem daarna weer open. Dan steken we een
naald, bijvoorbeeld een stopnaald, in een
kurk en leggen de wijzer op het bovenste,
stompe uiteinde. We moeten de wijzer net
zolang verplaatsen, tot hij niet meer beweegt
en dus de evenwichtsstand heeft bereikt.
Nu zal die wijzer gemakkelijk in elke rich
ting kunnen draaien.
We nemen nu een waterglas en maken
dat helemaal goed droog van binnen. Daar
na verwarmen we het glas een heel klein
beetje. En nu gaan we met ons kunststuk
beginnen.
Als we met een zijden doek over de
buitenkant van het glas wrijven en wel on
geveer daar, waarheen de punt van de
wijzer steekt, zullen we zien, dat de wijzer
gehoorzaam naar de plek draait, waar we
wrijven. Zo kunen we de wijzer precies
laten draaien zoals we willen.
Dat komt zo: Door het wrijven met de
doek ontstaat electriciteit. De plek waarop
we dus gewreven hebben is electrisch ge
laden en kan nu niet-electrisch geladen
voorwerpen, die in de buurt zijn, aan
trekken. Omdat de punt van de wijzer het
dichtst bij de electrisch geladen plek ligt,
trekt die plek van het glas de wijzer aan en
zo kunnen we de wijzer precies daarheen
laten wijzen, waarheen we willen, zonder
hem zelf aan te raken.
KOSTBARE PAASEIEREN.
Een rijke Frangaise te Londen kreeg in
1798 van een vereerder een zeer bijzonder
Paasei ten geschenke. Het was gemaakt
van chocolade en woog niet minder dan 1000
pond. Er waren zeven man nodig om het
naar binnen te dragen: het was n.L drie
meter hoog en zes meter in omtrek. Van
binnen vond de Frangaise kostbare cadeaux
en honderden kilo's bonbons.
Voor een Spaansche infante heeft een
firma in Parijs eens een Paasei gemaakt,
dat 10.000 gulden heeft gekost. De schaal
was gemaakt van wit email, aan de binnen
zijde was het Paaschevangelie gegraveerd.
Er zat een meesterstuk van Fransche hand-
werkkunst in: een mechanische vogel, die
een groot aantal bekende aria's floot.
Maar het kostbaarste Paasei is mis
schien wel het ivoren ei geweest, dat paus
Pius IX in 1887 ten geschenke kreeg van een
Engelsche dame. De dooier was van goud en
omvatte een grote robijn, omgeven door
diamanten. Dit ei had een waarde van niet
minder dan 24.000 gulden.
EIERENETEN EEN INTERNATIONAAL
GEBRUIK.
Het gebruik op of omstreeks Pasen
eieren te eten is niet beperkt tot Nederland
of tot de Noordelijke landen. Reeds voor het
begin onzer jaartelling hadden de Chineezen
een lentefeest, Tsing Ming genaamd, waarbij
men ook geschilderde eieren gebruikte. Drie
dagen lang was het ei het hoofdvoedsel.
Bij de meest uiteenlopende volkeren
geldt het ei als een zinnebeeld van de leven
wekkende lentekracht, hetgeen zeer ver
klaarbaar is, omdat uit het schijnbaar leven
loze ei een levend wezen kan ontstaan.
HET MOERAS
door JAN VAN LEEUWEN.
Jaap kende overal in de omtrek de weg.
Zijn vader was houtvester en Jaap ging dik
wijls met hem mee, als hij op inspectie
tochten uitging. Daardoor wist hij precies de
weg in het grote bos en de landerijen, die
erbij behoorden. Ook kwam hy vaak bij
het moeras. Dat mocht eigenlijk niet, maar
Jaap deed het toch. Hij lachte altijd, als de
dorpsbewoners zeiden, dat het gevaarlijk
was bij het moeras en dat het je naar be
neden zoog, als je erin viel. Ja, misschien
als je niet goed oplette, als je de wegen
niet kende en op gevaarlijk terrein kwam,
maar daar was hij niet bang voor. Het moe
ras was heel uitgestrekt, maar het werd tel
kens door bomen onderbroken. Die bomen
groeiden daar in de natte grond en hun
dikke wortels liepen door het water. Jaap
wist precies welke wortels hem konden
dragen en langs welke kant hij door het
moeras heen kon gaan. Hij verkende steeds
nieuwe richtingen, maar hij wist heel goed,
dat hy daarbij erg voorzichtig moest zijn,
want het was al eens gebeurd, dat -er een
man verdronken was in het moeras. Die
man was uitgegleden en er was niemand in
de buurt, die zijn hulpgeschreeuw hoorde.
Pas veel later hadden ze hem gevonden.
Daarom zei vader ook altijd, dat hij nooit
door het moeras mocht gaan, want al kon je
dan op sommige plaatsen goed lopen, er
waren heel veel verraderlijke plekken.
Jaap gaat mee naar de stad.
Op een keer riep de houtvester zijn zoon
by zich en zei: „Jaap, ik moet naar de stad-
Heb je zin om mee te gaan?" Dat hoefde hij
heusch niet te vragen, want Jaap had altyd
zin om mee te gaan, vooral als vader met
Bruin en de wagen ging, want dan mocht
hij meestal mennen.
Zo reden ze dan ook nu weer samen
weg Het was heel mooi weer en Jaap floot
een vrolijk deuntje. Hij voelde zich ook
heel vrolijk en vader was ook in een heel
goed humeur. Die zat in zijn groene hout-
Na Monaco en San Marino is
Lichtenstein het kleinste vorsten
dom van Europa. Het is 150 vier-
kante kilometer groot en grenst in
het Westen aan de Rijn, in het Zui
den aan het Zwitserse kanton
Graubünden en in het Oosten aan
Vorarlberg. Het is een geheel onaf
hankelijk land. Hoeveel inwoners
het land telt is niet precies te zeg
gen, want dit aantal verandert heel
snel. Dat komt omdat iedereen
Liechtensteiner kan worden en nog
wel heel gemakkelijk. Je hoeft
daarvoor niet eens in het land zelf
te zijn geweest. Het Liechtensteiner
burgerschap kan gekocht worden
Het is erg duur, maar wie het een
maal heeft gekregen heeft er ook
veel voordeelen van. Ieder, die
Liechtensteiner is geworden, mag
direct geld naar zijn nieuwe vader
land brengen. Er heerst welvaart in
dit kleine landje en er werd dan
ook dankbaar gebruik gemaakt van
het recht om het burgerschap te k
kopen. Maar nadat er een paar
avonturen met „Liechtensteiner
burgers" hadden plaatsgevonden,
werd het land voorzichtiger met het
aannemen van nieuwe burgers en
tegenwoordig gaat men heel voor
zichtig te werk.
In Juli van het vorig jaar is Frans
I, de vorst van Liechtenstein, op
85-jarige leeftijd gestorven. Hij
werd opgevolgd door zijn neef
Frans Joseph, die nu als Frans II
over het land regeert. Dit kleine
land wist neutraal te blijven tijdens
de wereldoorlog en daarna sloot het t
zich economisch nauw bij Zwitser-
land aan.
Ook om het heerlijke klimaat
gaan veel menschen naar dit kleine
landje. De bewoners leven er van
landbouw, wijnbouw, veeteelt en
verschillende takken van industrie,
zooals katoenspinnerijen, weverijen
en aardewerkindustrie.
In de hoofdstad Vaduz staat het
oude kasteel Liechtenstein, dat hier
ook is afgebeeld.
vesterjas naast hem en wees hem op mooie
dingen waar ze langs kwamen.
De middag ging veel te vlug om en toen
ze weer naar huis reden, was Jaap veel
stiller. Hy had genoten in de stad en hij had
er nog best een beetje langer willen blijven.
Toen ze al vrij dicht by huis waren, kwam
de jonkheer, die de eigenaar van het bos en
de landeryen was hen tegemoet en riep:
„Stuifman, luister eens even, ik moet je
iets laten zien".
Jaaps vader sprong van de bok en ging
naar den jonkheer toe. Ze praatten even
samen en toen zei zijn vader tegen Jaap:
„Jongen, ga jy maar vast naar huis, ik kom
iets later. Maar denk eraan, dat je niet
langs het moeras gaat!"
„Nee Jaap, je bent altijd zo'n waaghals",
zei de jonkheer, „pas maar op en loop langs
de rijweg. Haast je wat, want het wordt al
een beetje donker".
Jaap knikte en liep toen alleen verder-
Maar toen hij een eindje gelopen had, week
hy van de rijweg af en sloeg het kleine
weggetje naar het moeras in. Hij kende de
weg toch zo goed en het was al zo donker,
hoe eerder hy thuis was, hoe beter. Langs
het moeras was veel vlugger! Een paar
minuten tater werd het bos dunner en toen
kwam hy bij het moeras. De bodem zakte
al een beetje in onder zijn voeten en soms
siepelde het water in zijn schoenen. Hij liep
langs het jagerspad en voelde zich volkomen
op zijn gemak.
Bij het moeras.
Nog een eindje verder was het pad niet
langer te volgen, het liep dood in he* gewir
war van wortels en takken. Jaap moest van
de ene wortel op de andere springen, maar
hij kende ze alle goed, dus hij vond het niet
erg. Het water leek nu nog dreigender en
somberder, alleen hier en daar stonden een
paar dotterbloemen als vrolijke, lichte
plekjes.
Hij kon eigenlijk best een paar dotter
bloemen voor moeder meenemen. Hij bukte
zich en trok de lange, glibberige stelen uit
het water.
Het werd steeds donkerder. Hij kon nog
maar met moeite de dotterbloemen onder
scheiden. Toen hij eindelijk een bos geplukt
had, wilde hy verder vlug naar huis gaan,
maar ineens zag hij tot zijn grote schrik, dat
hij van de gewone weg was afgeraakt. Hier
was hy nog niet eerder geweest. Wat moest
hij doen?
„Bang zijn helpt niet", dacht hij en klom
voorzichtig van de ene wortel op de andere.
Hij moest heel erg oppassen, want sommige
wortels waren niet sterk genoeg en bogen
direct door. Nu was hij toch wel een beetje
bang geworden. Soms gleed hij uit en dan
stond hij al tot zijn enkels in het vieze
water. Toen stapte hij op een boomstam.
Hij dacht, dat het een wortel was, maar het
was een vermolmde boomstam. De stam
brak door en Jaap gleed naai beneden. In
minder dan geen tyd stond hij tot over zijn
knieën in het moeras en de modder spatte
hem om zijn oren.
Jaap begon zo hard hij kon te roepen,
maar er was niemand in de buurt en nu
moest hij dus zelf maar proberen om uit het
zuigende moeras te komen. Hij wist, dat hij
verloren was, als hij niet een tak of een
wortel vond. Maar hij had geluk. Dichtbij
hem hing een lage tak over het water. Hy
greep zich eraan vast en trok zich toen met
heel veel moeite uit de dikke modder. En
toen vond hij ook het oude pad weer terug.
Zo kwam hy eindelijk doornat en zonder
dotterbloemen thuis.
Hij voelde zich ellendig en werd direct in
bed gestopt. Veertien dagen lang moest hy
erin blijven, want hy was lelijk verkouden
geworden. Hij verwonderde zich erover, dat
zijn vader en zijn moeder niets van zijn
avontuur in het moeras zeiden. Maar zij
vonden, dat hy al genoeg gestraft was en hy
voortaan wel voorzichtiger zou zijn.
Dat was ook zo. Jaap had voor goed de
schrik te pakken en hij begreep nu, dat de
anderen hem niet voor niets hadden ge
waarschuwd. Hij besloot om nooit meer,
ook niet op klaarlichte dag, naar het moeras
te gaan.
1. Maak uit de volgende 25 lettergrepen
een zin van 13 woorden. In de letter
grepen komt uit, welke woorden een
hoofdletter moeten hebben.
Alk, Cou, De, de, de, den, den, door,
dui, el, ge, ke, kin, lost, maar, op, raad,
rant, ren, se, seis, van, week, wor, zen.
2. Verborgen dieren.
De honden vormden een span, terwijl de
slede hoog beladen was.
Te land en te water hebben onze voor
ouders overwinningen bevochten.
Jan mag niet naar buiten, tot terdege
vaststaat, dat hij zijn lessen geleerd
heeft.
Rika rende naar huis, want zij had haar
tas vergeten.
Toen de timmerlui ver gelopen hadden,
werden zij moe.
De baas tierde en schold, maar de man
nen trokken er zich niett van aan.
3. Wat is langer dan een eeuw?
OPLOSSINGEN.
De oplossingen van de raadsels in ons vorig
nummer zijn:
1. Paard, aar, ar, rad, pa, raad, aard, pad,
paar, ra, rap, raap.
2. 173
237
1211
519
346
41001
3. Huishond.