DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN*
Minister Devèze over België's
internationale positie.
Duitschlarid eri de mogelijke Poolsche
eischen inzake Dantzig.
No. 104 Dit nummer bestaat uit drie bladen.
Woensdag 3 Mei 1939
141e Jaargang
In afwachting van Beck's
rede.
Scherpe taal der
Duitsche pers.
Pe algemeene toestand.
Ernstige incidenten bij
Haifa.
Felle strijd tusschen rebellen
en Britsche politie.
Door geen hypotheek
bezwaard.
COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE ADVERTENT1EN:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, grcote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
Directeur: C. KRAK.
Hootdredacteur: Tj. N. ADEMA.
De N.R.C.-correspondent te Berlijn
telefoneerde gisteravond:
Hier acht men te bevoegder plaatse
zulks in overeenstemming met hetgeen
de Dujtsche radio en de Duitsche bladen
daarover zeggen de toon van de
Poolsche pers uitdagend. Nochtans wil
men niet voetstoots aannemen, dat Beek
in zyn redevoering aanstaanden Vrijdag
een even zeer provoceerende houding
zal aannemen. De Duitsche regeering
wacht dus deze redevoering af en zal
onmiddellijk daarna haar houding be
palen.
Zij zal daarbij hebben te overwegen, of
de houding van de Poolsche regeering nog
een grondslag laat bestaan voor diploma
tieke besprekingen, dan wel of de doelein
den van de Poolsche politiek ten opzichte
van Dantzig zoo extreem blijken te zijn, dat
een beslissing, d.w.z. een beslissing t u s-
schen Dantzig en Polen nog
"slechts door andere middelen te bereiken is.
Wij hebben uitdrukkelijk gezegd: een be
slissing tusschen Dantzig en Polen, wat wel
te onderscheiden is van een beslissing tUs-
schen Duitschland en Polen.
Maar eerst dient te worden aangeduid
in welk geval men een over
eenstemming door onderhandelingen tus
schen Dantzig en Polen nauwelijks meer
voor mogelijk zou houden. Dat zal zijn
indien Beek een Poolsch protectoraat
over Dantzig tal eischen. Van het po
neeren van dezen eisch door de Pool
sche regeering worden hier belangrijke
gevolgen in Dantzig gevreesd. Niet dat
Duitschland op zulk een eisch zou
reageeren door Duitsche troepen in het
Dantziger gebied te laten binnentrek
ken. Een dergel:jk ingrijpen ligt in
het vooronderstelde geval geenszins
in het voornemen van de Duitsche
regeering, en zou trouwens niet stroo-
ken met de methode, welke deze regee
ring in overeenkomstige gevallen pleegt
te volgen.
Hoe zal evenwel de Dantziger bevolking
op een Poolschen eisch om een protectoraat
over Dantzig uit te oefenen reageeren?
Uit betrouwbare bronnen waaronder
wel de Dantziger nationaal-socialistische re-
geeringskringen zullen moeten worden ver
staan heeft men hier te Berlijn kennis
gekregen van de omstandigheid, dat de
Duitsche bevolking van Dantzig, welke op
zijn minst 95 pet. van het heele zielental
uitmaakt, den toestand van spanning niet
lang meer rustig zal kunnen verdragen en
dat zij bij zulk een eisch van Polen waar
schijnlijk in beweging zou komen en zich
eventueel zou verzetten, indien Polen door
druk op Dantzig zijn eisch zou willen door
zetten. Met andere woorden is er kans, dat
reeds ten gevolge van het uiten van het ver
langen naar een protectoraat over Dantzig.
in Dantzig een „heim ins Reich"-beweging
losbarst.
Mocht Polen daartegenover dreiging met
geweld stelien of v/illen probeeren door een
ccupe de force een fait accompli te schep
pen dan zou het op verzet stuiten. Wel zijn,
gelijk bekend, in Dantzig in het geheel geen
Duitsche troepen en beoogt Duitschland ook
geenszins, zooals reeds gezegd, er bij wijze
van voorzorg troepen heen te zenden, maar
in Dantzig bevinden zich formaties van de
S.S. en de S.A. en al beschikken deze ook
niet over zware artillerie, tot het presteeren
van aanmerkelijken tegenstand zijn zij on
getwijfeld in staat, daargelaten nog hoeveel
tienduizenden zij tellen.
Dantzig is zelfstandig.
Dit alles is in zoover theorie, als het be
rust op de veronderstelling, dat Polen
aanspraak zou maken op het uitoefenen van
een Poolsch protectoraat over Dantzig. Dit
is nog niet zeker, maar, gezien den toon van
de Poolsche pers, is het lang niet onmoge
lijk. Noch minder onmogelijk is het, dat de
redevoering van Beek in bewoordingen zal
zijn vervat, waarin zulk een eisch wel niet
direct wordt geformuleerd, maar toch van
zoodanigen aard zijn, dat Dantzig daarop
met een krachtige „heim ins Reich-beweging
reageert en besluit om zijn eigen lot in dier.
zin te bepalen.
Het is verstandig zich niet bij voorbaat te
verdiepen in alle gevolgen, die zulk een
ontwikkeling zou kunnen hebben, maar op
één ding moet dadelijk worden gewezen.
Indien Polen zich tegen zulk een beweging
in Dantzig met geweld zou willen gaan ver
zetten, ontstaat er dan een conflict over
Poolsch grondgebied? Neen, want Dantzig is
volgens den tegenwoordige status een zelf
standige staat en het behoort niet aan Polen.
Het zou dus in dat geval om een con
flict gaan tusschen Polen en Dantzig,
waarbij Polen nauwelijks zou kunnen
beweren, dat het door Dantzig zou zijn
bedreigd of aangevallen. Het is dus zeer
de vraag of Engeland zijn voor Polen
gegeven garantie op dit geval toepasse-
lijk zou achten en terecht is dezer
dagen dan ook voorspeld, dat nu eerst
alles zich op Dantzig zal concentreeren,
waarbij rechtstreeks noch de onafhan
kelijkheid, noch de integriteit van den
Poolsche staat wordt getangeerd.
„De anti-Duitsche agitatie der Poolsche
pers en haar houding ten aanzien van de
Duitsche stad Dantzig en Duitsch rijksge
bied, hebben thans ook geleid tot zeer
ernstige taal in de Duitsche pers", aldus het
Duitsche nieuwsbureau. Daarbij wordt er
uitvoerig op gewezen, zoo vervolgt het D.N.
B., dat Polen's starre houding in het bijzon
der een gevolg zou zijn van de Engelsche
politiek, waardoor Polen ook daar dekking
in den rug meent te hebben, waar het deze,
zooals Engelsche bladen het reeds op voor
zichtige wijze hebben uitgedrukt, op het be
slissende oogenblik niet zal vinden. De
Nachtausgabe schrijft, dat het doel der En
gelsche en Fransche pers in haar houding
ten aanzien van het DuitschPoolsche
vraagstuk is de spanning tusschen Berlijn en
Warschau te verscherpen. De Angriff vindt
het erg bedenkelijk, dat niet alleen Pool
sche bladen, maar ook Warschausche politici
zicht tot oorlogszuchtige woorden laten ver
leiden.
Het Hamburger Fremdenblatt meent, dat
de uitvallen der Poolsche pers tegen den
machtigen buur van Polen, de kwestie
Dantzig en daarmede het geheele vraag
stuk der Duitsch-Poolsche betrekkingen, op
den voorgrond der internationale besprekin
gen geplaatst hebben. De vraag dringt zich
op of de overmoedigheid te Warschau niet
reeds zoozeer is toegenomen, dat men de
uitwerking van zijn eigen optreden niet dui
delijk herkent. Duitschland heeft geen en
kel dreigement geuit, integendeel: De deur
voor onderhandelingen staat den Polen nog
open. Maar de doldriestheid, die altijd in de
Poolsche geschiedenis een gevolg van ver
keerd begrepen moed geweest is en in den
loop der eeuwen een nameloos ongeluk over
het land gebracht heeft, komt ook ditmaal
op onbegrijpelijke wijze naar voren. Als het
Poolsche chauvinisme eenmaal^ op gang ge
bracht is. dan mist het ieder gevoel voor
maat en handigheid, dan gebeurt het, dat de
herovering van „vroeger Poolsche gebieden"
geëischt wordt, dat de wellustige fantasie
haar oog slaat op Oost-Pruisen en Opper-
Silezië en de Oostzee tot „Lebensraum" van
het Poolsche volk verklaard wordt.
Wellicht zullen de nieuwe Britsche re-
eruten de eer hebben hun huid voor een
Poolschen aanslag op het Duitsche Dantzig
te verkoopen. Te laat laat de Times door
schemeren, dat Polen alleen de verantwoor
delijkheid voor de afwijzing der Duitsche
voorstellen heeft e dragen, daar het Pool
sche antwoord gegeven is zonder overleg
met de Britsche regeering. De kennis van de
gematigde houding der Duitsche regeering
in de kwestie-Dantzig had Engeland er van
moeten terughouden Polen een blanco vol
macht te geven.
Veel Duitsche troepen aan de
Poolsche grens.
Reuter meldt uit Berlijn dat reizigers, die
van de streken aan de Poolsche grens ko
men, verklaren dat de groote steden vol
troepen zijn. Officiëel wordt gezegd, dat
langs de grens, die altijd streng bewaakt
wordt, geen buitengewone troepenbewegin
gen zijn geschied.
Reuter verneemt, dat eenige afdeelingen,
die uit Bohemen en Moravië terugkwamen
en met verlof zouden gaan, naar de grens
gezonden zijn.
Het wachten is op de
verklaring van Beek.
De spanning in Europa keert weer te
rug. Even bracht de rede van Hitier eenige
verademing voorzoover daar tenminste
nog sprake van is! en nu moet Vrijdag
Beek zijn Pooslche verklaring afleggen.
Misschien is deze aanstaande rede van den
Poolschen minister veel belangrijker dan
die, welke Hitier hield! Want het gaat hier
om Dantzig en om de Duitsch-Poolsche
verhouding. De laatste is thans niet best,
het eerste geval is een cause célèbre.
Hoe denkt Polen over Danzig?
Volgens den Warschauschen correspon
dent van de Daily Telegraph zullen vol
gens een versie, welke voor betrouwbaar
gehouden wordt, de tegeneischen, welke
Beek Vrijdag stellen zal, op het volgende
neerkomen: De instelling van een Poolsch
protectoraat over Dantzig; een Poolsch
recht van veto over de beslissingen van den
Dantzigschen senaat; de bezetting van
Dantzig door eenheden van het Poolsche
leger en de Poolsche vloot en de contro.e
over de zware industrieën op het grondge
bied van Dantzig als zekerheid tegen de
vervaardiging van oorlogsmaterieel voor
Duitschland.
Verwacht wordt, dat de tekst van het
antwoord aan de Duitsche regeering zal
■worden overhandigd door een zaakgelas
tigde, kort voordat hij draadloos aan de
wereld bekend gemaakt wordt, in navol
ging van het precedent, dat de Duitsche
regeering j.1. Vrijdag met de rede \an
Hitier geschapen heeft.
Aan een bericht van den diplomatieken
correspondent van de Daily e
ontleer.en we nog, dat de Poolsche ïegee-
-ring bereid is om met Dintschland te on
derhandelen over het toekomstige bestuur
van Dantzig, maar dat zij erop staat, dat
deze onderhandelingen slechts gevoerd
kunnen worden op den grondslag van vol
komen gelijkheid.
Intusschen zou nog opheldering bereikt
zijn op een punt van de Engelsch-Poolsche
overeenkomst, dat tot dusver onduidelijk
was, en wel in dien zin, dat, indien Enge
land zich verplicht zag Duitschland den
oorlog te verklaren om een Duitschen aan
val op België of Nederland te weer
staan, Polen zich verplicht zou voelen om
een dergelijke actie te ondernemen.
Voorts melden de Poolsche bladen, dat
de Duitsche ambassadeur in Polen, von
Moltke, terugkeert. Hij zcu door Beek
ontvangen willen worden voor de bijeen
komst van den landdag, maar de pers ver
onderstelt, dat die ontvangst eerst na de
bijeenkomst zal kunnen geschieden, gezien
het feit, dat de Duitsche ambassadeur
sinds 6 April uit Warschau afwezig was,
hetgeen ieder contact met den Poolschen
minister van buitenlandsche zaken onmo
gelijk had gemaakt. Beek en zijn mede
werkers zullen bezet zijn door de uitwer
king van de redevoering
Graaf Potocki, de Poolsche ambassadeur
in de Vereenigde Staten, heeft in een van
te voren gereed gemaakte verklaring voor
een interview gezegd, dat Polen zijn eco
nomische rechten in Dantzig zal handha
ven.
De ambassadeur voegde hieraan toe, dat
minister Beek Vrijdag in het parlement
de tegeneischen van Polen uiteenzetten
zal, waardoor de rechten van Polen in
Dantzig verzekerd zullen worden.
Ten aanzien van het verzoek van Hitier
een weg door den corridor te mogen aan
leggen zeide Potocki: „De eenige verkla
ring voor dit verlangen van Duitschland is
de wen6ch Polen van de zee af te sluiten
en zijn economische en vermoedelijk ook
politieke onafhankelijkheid te verminde
ren,"
Tenslotte zeide graaf Potocki, dat Polen
wel bereid is over Dantzig te onderhande
len, doch nooit zal wijken voor geweld.
De aandacht van de Britsche pers was
vanochtend verdeeld over de onderhande
lingen met de sovjet-unie en de betrekking
tusschen Duitschland en Polen.
De News-Chronicle en de Daily Herald
waren van oordeel, dat de onderhandelin
gen met de sovjet-unie te lang duren. De
Daily Herald wees er op. dat de ministers
van buitenlandsche zaken van beide lan
den ter gelegenheid van de bijeenkomst
van den volkenbondsraad deze maand ge
legenheid zullen hebben de zaak in vollen
omvang te bespreken.
De Daily Mail was verontrust over den
feilen toon van de Poolsche pers en het
blad waarschuwde Polen geen overdreven
eischen te gaan stellen, welke nooit naar
voren zijn gebracht. De geschillen tusschen
Duitschland en Polen zijn niet onoplosbaar
en het is moeilijk de democratieën te over
tuigen dat de bescherming van de Pool
sche handelsbelangen niet door middel
van onderhandelen tot stand kan komen.
Het is bekend dat Engeland en Frankrijk
niet bereid zijn over een degelijk onder
werp een Europeesch conflict te ontkete
nen. Toch kan Polen gerust zijn, dat indien
zijn onafhankelijkheid of vitale belangen
bedreigd zouden worden, het kan rekenen
op Engeland en Frankrijk.
De Daily Telegraph was tenslotte van
meening, dat het doel van Hitier is een
doodelijken slag toe te brengen aan het
anti-aanvals-front, door een diplomatieken
aanval te ondernemen op de positie van
Polen in Dantzig en de Coridor en tenzij
Polen krachtig wordt gesteund door de
garantie-mogendheden, loopt het geheele
veiligheids-systeem, dat is opgebouwd
sedert het verdwijnen van Tsjecho-Slowa-
kye ernstig gevaar.
Gistermorgen hebben zich in Haifa en
omgeving ernstige incidenten voorgedaan.
Rebellen bonden hier een feilen strijd aan
met Britsche troepen in de omgeving van
den berg Carmel. De opstandelingen, die
onder bevel stonden van den nieuwen opper
bevelhebber, Aboe Baker, ondernamen een
poging, om Nazareth te omsingelen, met als
doel de woningen van de Arabische familie
Farhoen, welker leden bekend staan om hun
opvattingen ten gunste van een Britsch-
Arabische overeenstemming in Palestina.
Terwijl rebellen op de daken van enkele
huizen vuurden ter dekking van andere op
standelingen, namen deze laatsten stormen
derhand twee huizen, die toebehoorden aan
de familie Farhoen. Zij staken de woningen
in brand, evenals verscheidene regeerings-
bureaux. Tijdens den aanval werd een Ara
bische vrouw gedood en een non gewond.
Een knaap, lid van de familie Farhoen,
werd ontvoerd. Na twee uur trokken de re
bellen terug, achtervolgd door politie en
troepen, die hun ernstige verliezen zouden
hebben toegebracht. Zij grepen echter laat
in, tengevolge van het feit, dat alle telefoon
draden rondom Nazareth waren doorge
sneden.
De autoriteiten hebben den toestand thans
weer in handen en zij bereiden strenge straf
maatregelen voor. In de eerste plaats is een
verbod uitgevaardigd om gedurende 48 uur
de huizen te verlaten.
Verder is in Haifa de directeur van een
dagblad, een Arabisch notabel ter plaatse,
gistermorgen op het marktplein gedood.
Zie verder Buitenland pag. 4, Ze blad.
De Belgische minister van binnenland-
sche zaken, Albert Devèze, heeft tijdens
de algemeene vergadering van het ge
nootschap der Leopoldorde een rede
voering uitgesproken, waarin hy de in
ternationale positie van België defi
nieerde.
De minister herinnerde aan de wijzigingen
in den Europeeschen toestand, welke België
ertoe hebben gebracht een politiek van on
afhankelijkheid te aanvaarden, na den brief
des konings van 14 October 1936. Hij gaf
een uiteenzetting in groote lijnen van dezen
brief en verklaarde: Zoo is Locarno vervan
gen door een oneindig betere positie, waarin
wij, ten opzichte van onszei ven onze nati
onale verplichtingen nakomende en ten
aanzien van al onze buren onze internatio
nale verplichtingen nakomend, juridisch
in geval van een Europeeschen oorlog on
schendbaar gebied blijven, dat tegelijkertijd
geplaatst is onder de hoede van ons leger en
van de eere-verplichting, die gemeenschap
pelijk door de naburige mogendheden is aan
vaard.
Er bestaan echter tusschen de Duitsche
verklaring en de Fransch-Britsche verkla
ring zekere verschillen, welke het van
belang is op te helderen. Duitschland neemt
er kennis van, dat de Belgische regeering
uitdrukking heeft gegeven aan haar wil om
„een onafhankelijkheidspolitiek te voeren
in volledige souvereiniteit". Het is van be
lang om te constateeren, dat deze politiek
steeds door ons gevoerd is. Wij hebben ons
nooit aan iemand ondergeschikt gemaakt en
wanneer wij de neutraliteit verwerpen, be
houden wy de onafhankelijkheid in de vol
heid van onze souvereiniteit.
Geen bondgenootschap.
Na te hebben uiteengezet, welke
strekking het Fransch-Belgische mili
taire accoord had, legde hij er den na
druk op, dat er nooit een bondgenoot
schap heeft bestaan en niet kon bestaan.
Om een bondgenootschap af te sluiten,
zou Frankrijk zyn volstrekte vrijheid
hebben moeten prijsgeven, om zonder
voorafgaand accoord met ons, in de ge
heele wereld te onderhandelen over zyn
eigen politiek, en zoodanige verplichtin
gen te aanvaarden en verdragen te
sluiten als het passend zou achten aan
gezien in dergelijke gevallen wy er de
consequenties van zouden hebben moeten
deelen.
Onze toestemming zou dus steeds nood
zakelijk zyn geweest, tenzij men een
vazallendom overwoog, waaraan Frank
rijk nooit gedacht heeft en dat wy nooit
zouden hebben aanvaard. De „onafhan
kelijke politiek", die door den koning
uiteengezet is, is dus niets anders, dan
de traditioneeie politiek, waarvan België
nooit is afgeweken sedert 1918.
Aan den anderen kant maakt Duitschland
een uitzondering voor zyn garante voor het
geval „waarin België in een gewapend con
flict, waarin Duitschland gewikkeld zou zijn,
medewerking zou verleenen aan een mili
taire actie tegen Duitschland". Bij derge
lijke clausule, die „vanzelfspreekt", terwijl
wy de onafhankelijkheid van onze politiek
verklaren, denkt Duitschland klaarblijkelijk
aan de artikelen 16 en 17 van het Volken
bondshandvest, die in geval van een gemeen
schappelijke actie voor de toepassing van
militaire sancties voorzien in het recht van
doortocht, over gebied van de aangesloten
staten.
Ongetwijfeld, het toestaan van doortocht
vormt onbestrijdbaar „het verleenen van
medewerking aan een militaire actie", en de
invoeging van dit voorbehoud blijkt der
halve een voorzorgsmaatregel waarop nie
mand kritiek kan uitoefenen.
Maar wy hebben het recht te verklaren,
dat de artikelen zestien en zeventien
voor de mogendheden-leden van den Vol
kenbond geen enkelen dwang met zich mede
brengen ten aanzien van het recht van door
tocht en dat te dien opzichte de vryheid van
België onaangetast is gebleven, zonder dat
men het ooit zou kunnen verwijten op
eenigerlei wijze in gebreke te zyn gebleven
ten aanzien van zijn handteekening.
In feite wenschen onze zuidelijke buren
niets anders dan eerbiediging van onze on
afhankelijkheid. Op welk standpunt men
zich ook plaatst, de internationale positie
van België is bezwaard door geen enkele
hypotheek door zyn aanwezigheid in den
Volkenbond en de waarborgen behelzen
geer. reserve, welke er de juridische en mo-
reele waarde van zou kunnen verzwakken.