DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Er is geen omsingeling van
Duitschland.
Litwiriof afgetreden.
No. 105 Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK.
Donderdag 4 Mei 1939
141e Jaargang
Engeland beoogt alleen verweer tegen agressie.
Overtuigende verklaringen van
Chamberlain.
Als volkscommissaris van
buitenlandsche
zaken.
Holotof volgt hem op.
algemeene toestand.
Het incident in Winterslag.
Duitsch journalist uit België
gewezen.
Nieuwe graftombe uit eerste
dynastie ontdekt.
Poolsche pers over het
aftreden van Litwinof.
Zijn opvolger een fel tegenstander
van Hitier.
Viering van den nationalen
feestdag in Polen.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE ADVERTENT1EN:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, grcote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
In antwoord op in het lagerhuis tot
hem gerichte vragen heeft Chamberlain
gisteren verklaard: „In mijn recente
verklaringen heb ik het volstrekt dui
delijk gemaakt, dat er geen enkele
reden is om te gelooven, dat de Britsche
regeering een politiek heeft aanvaard
van omsingeling van Duitschland.
De vraag, waarop Chamberlain dit
antwoord gaf, luidde: of, met het oog
op het feit, dat Hitier kortelings de
Britsche regeering er van beschuldigd
heeft, een politiek van omsingeling van
Duitschland te hebben aangenomen, en
met het oog op het feit, dat garanties
op den grondslag van wederkeerigheid
door Roosevelt waren voorgesteld in
zijn recenten vredesoproep, de Britsche
regeering bereid zou zijn, een waar
borg te geven aan Duitschland, gelijk
aan dien, welke Polen verleend is, op
den grondslag van wederkeerigheid.
In het vervolg van zijn antwoord op deze
vraag zeide Chamberlain:
„Wat door Roosevelt is voorgesteld en
wat, naar ik begrijp, Hitier aanbiedt, is eer
een uitwisseling van niet-aanvalsverzeke-
ringen, dan een garantie op basis van we
derkeerigheid, zooals die kortelings aan
Polen is gegeven.
De Britsche regeering is zeker bereid,
voorstellen in overweging te nemen betref
fende uitwisseling van wederzijdsche ver
zekeringen met de Duitsche regeering".
Op de vraag, of de regeering duidelijk
wil maken, „dat wij thans garanties geven
tegen agressie en dat aan deze garanties kan
worden deelgenomen door iedere regeering,
die in goede trouw bereid is afstand te doen
van agressie", antwoordde Chamberlain:
„Stellig zijn dit garanties tegen agressie
en alleen tegen agressie en wat de uitbrei
ding daarvan betreft, twijfel ik er niet aan,
of de regeering zal met vreugde alle voor
stellen tot uitbreiding bestudeeren".
Op de vraag, of stappen gedaan worden,
om de garantie van Roemenië en Grieken
land wederkeerig te maken, gaf Butler ver
volgens een ontkennend antwoord.
Ten aanzien van de onderhandelingen met
Sovjet-Rusland en Turkije verwees Cham
berlain, in antwoord op nadere vragen, naar
zijn verklaring van gisteren, waaraan hij
toevoegde, dat de regeering voortgaat nauw
contact te houden met de Turksche regee
ring.
Na voorts verklaard te hebben, dat de
regeering de recente mededeeling van de
Duitsche regeering betreffende de Britsch-
Duitsche vlootovereenkomsten bestudeerde,
zeide Chamberlain in antwoord op een des
betreffende vraag: „De Britsche regeering
beschouwrt de kortelings door haar gegeven
verzekeringen aan Polen niet als op eeniger-
lei wijze in strijd met de bepalingen van de
Britsch-Duitsche vlootaccoorden. Ook zijn
er geen bepalingen in deze accoorden opge
nomen, welke één der beide regeeringen
veroorlooft, de geldigheid op te zeggen".
Chamberlain achtte het niet noodig, den
Britschen ambassadeur te ontbieden om
rapport uit te brengen over de opzegging
der verdragen.
Llewellin, de civiele lord der admiraliteit,
verklaarde vervolgens, dat de gevolgen van
de opzegging der Britsch-Duitsche overeen
komst bestudeerd worden en dat nog geen
besluit is genomen.
Op de vraag, of men zich voorstelt,
Hitler's uitnoodiging tot onderhandelen over
een verder vlootaccoord te aanvaarden,
antwoordde Chamberlain: „Ik ben er niet
zeker van, dat Hitler's voorstel betrekking
heeft op een tweede verdrag. De Britsche
regeering overweegt echter, welk antwoord
zij moet geven".
Er werden verder vragen gesteld betref
fende de recente besprekingen met den
Roemeensehen minister van buitenlandsche
zaken, Gafenco.
Chamberlain verklaarde, dat de regeering
zeer verheugd was geweest, Gafenco te
Londen te kunnen ontvangen.
Gelijk reeds verklaard is in het uitgegeven
communiqué, heeft het bezoek een welkome
gelegenheid geboden voor een gedachten-
wisséling tusschen Gafenco en Halifax en
den premier. De ontmoetingen werden ge
kenmerkt door de grootste openhartigheid
en hartelijkheid aan beide kanten en heb
ben er toe gediend, den nadruk te leggen op
de algemeene gemeenschappelijkheid van
inzichten tusschen de beide regeeringen be
treffende actueele problemen.
De minister van landbouw heeft in het
lagerhuis medegedeeld, dat plannen voor
bereid zijn voor centrale en plaatselijke or
ganisaties, die verantwoordelijk zullen zijn
voor een vergrooting van de levensmidde
lenproductie in geval van oorlog.
De regeering is van meening, dat de besta
voorbereiding voor geval van nood is het
land tot grooter vruchtbaarheid te brengen,
hetgeen het in staat zou stellen, om volle
diger te beantwoorden aan de grootere
eischen. die in geval van oorlog gesteld zul
len worden.
De regeering wenscht derhalve, dat de
boeren dezen zomer er in het bijzonder naar
streven het armere grasland te verbeteren.
Derhalve stelt de regeering voor een bij
drage te verstrekken van twee pond per
acre voor permanente weidegronden, die in
staat van vruchtbaarheid gebracht worden.
Als volkscommissaris van buiten
landsche zaken. Molotof volgt hem op.
Het Russische telegraafagentschap
Tass meldt, dat Litwinof op zijn eigen
verzoek ontheven is van zijn functie van
volkscommissaris van buitenlandsche
zaken.
De taak van Litwinof wordt overge
nomen door Molotof, den voorzitter van
den raad van volkscommissarissen.
In welingelichte kringen zegt men,
dat Molotof de functie van volkscom
missaris van buitenlandsche zaken
slechts tijdelijk zal waarnemen. Men
heeft nog geen uitlegging voor het af
treden van Litwinof, doch wel vraagt
men zich af, of het niet geweten moet
worden aan het langzame tempo van de
Britsch-Russische onderhandelingen.
Maxim Maximowijsj Litwinof werd den
zesden Juli 1876 in Bjalystok als zoon van
een Joodschen slager geboren. Zijn oor
spronkelijke familienaam luidt, volgens be
trouwbare opgaven, {Wallach.
Tijdens den militairen dienst kwam de
jonge Litwinof in aanraking met het socia
lisme en in Januari 1899 was hij reeds een
actief lid van het illegale partij-comité Kief
der Russische sociaal-democratie. In ver
band met dit lidmaatschap werd hij in 1902
tot 6 jaar tuchthuisstraf veroordeeld. Hij
wist echter uit de gevangenis te ontvluchten
en nam daarna de wijk naar het buiten
land. Daar schaarde hij zich aan de zijde
van Lenin en sloot zich na de splitsing der
partij in 1903 bü de bolsjewisten aan.
Spoedig daarna keerde hij naar Rusland
terug om er zijn illegalen arbeid voort te
zetten. Korten tijd na zijn terugkeer in Rus
land was hij opnieuw gedwongen, naar het
buitenland te vluchten, waar hij verder
werkzaam was ten voordeele van de bolsje
wisten, o.a. als vertegenwoordiger in het in
ternationale socialistische bureau te Brus
sel. Na het uitbreken van den oorlog nam
hij te Londen deel aan de eerste en tweede
conferentie van dit bureau.
Na de Octoberrevdlutie in 1918 werd hij
door de Sovjet-regeering benoemd tot eer
ste gevolmachtigde vertegenwoordiger in
Engeland. Nadat hij in 1919 naar Rusland
was teruggekeerd, bekleedde hij daar ver
schillende posten en was o.a. eenigen tijd
sovjet-gezant in Estland, totdat hij in 1920
benoemd werd tot plaatsvervanger van den
volkscommissaris van buitenlandsche za
ken. Als zoodanig nam hij in 1922 aan de
conferentie te Genua deel. Einde November
1927 was hij de leider der Russische dele
gatie bij de ontwapeningsonderhandelingen
te Geneve.
Sedert den zomer van 1928 nam hij in ver
band met de ziekte van Tsjitsjerin het
volkscommissariaat van buitenlandsche za
ken waar. Den 21sten Juli 1930 werd hij de
finitief benoemd tot volkscommissaris van
Hef alt reden van
Litwinol.
Het meest verrassende bericht, dat ons
vandaag bezig houdt, is het aftreden van
Litwinof als volkscommissaris van buiten
landsche zaken in Rusland. Officieel wordt
gemeld, dat dit aftreden verband houdt met
zijn gezondheidstoestand, maar aan den an
deren kant fluistert men, dat het verdwij
nen van Litwinof uit de politieke wereld
verband houdt met het langzame tempo
van de Britsch-Russische onderhandelingen,
terwijl tenslotte ook nog beweerd wordt, dat
Litwinof te veel naar Engeland geluisterd
heeft en dat Stalin heelemaal niets moet
hebben van een nauwe samenwerking met
Engeland.
Havas heeft getracht in Moskou de ware
redenen van Litwinof's aftreden gewaar te
worden, maar het was ook dit persbureau
niet mogelijk, officieel nieuws hieromtrent
te verkrijgen.
Het probeerde te weten te komen of het
aftreden van den volkscommissaris een wij
ziging van de buitenlandsche politiek der
Sovjet-Unie inhield; men antwoordde hier
op, dat de Sovet-Unie geen land was. van
politiek van personen, doch dat iedereen
hier slechts een politiek op het oog heeft,
die van regeering en partij.
Toch werd Litwinof, althans in het bui-
ter.'and, beschouwd als een voorstander van
politieke veiligheid en van samenwerking
met de Westersche democratieën. Gezien
het aanhoudende zwygqn der Russische pers
over de ontwikkeling der Engelsch-Russi-
sche onderhandelingen, kan men niet na
laten te denken, tot in de best ingelichte
kringen, dat de loop der onderhandelingen
in verband zou kunnen staan met het ver
trek van Litwinof, te meer daar volgens
zekere kringen het verdwijnen van het
„Journal de Moscou" reeds een aan Litwi
nof toegebrachte slag was.
Overigens weet men, dat de laatste rede
voering van Stalin op het partijcongres niet
juist in de lijn lag der collectieve veilig
heid. De Westelijke mogendheden werden
er zeer duidelijk in beschuldigd te hebben
geprobeerd Sovjet-Rusland en Duitschland
tegen elkander op te zetten om hun moei
lijkheden op te lossen. Voorts is het moge
lijk, dat de regeeringen van Frankrijk en
Groot-Britannië de door de Russische regee
ring voor een gemeenschappelijke samen
werking tegen den aanvaller gestelde voor
waarden niet aanvaardbaar hebben geacht.
Deze voorwaarden, kwamen, volgens de
Britsche pers, neer op een bondgenootschap,
steunende op een miiitaire overeenkomst.
Na München zou Litwinof gemachtigd
zijn geweest een nieuwe poging te doen ten
aanzien van de politiek van collectieve vei
ligheid, doch aangezien deze poging geen
voldoening heeft gegeven, zou hij zijn afge
treden.
Zie hier een aantal veronderstellingen.
En officieel wordt er uit Moskou maar niets
meegedeeld.
De Engelsche bladen hebben op een zeer
opvallende plaats het aftreden van Litwinof
gepubliceerd, doch nog geen gelegenheid
gehad, er commentaar op te geven. Slechts
de diplomatieke correspondenten verklaren
in korte artikelen dat dit aftreden veel op
zien heeft gebaard in politieke kringen en
zy zijn in twijfel over de redenen. Ook
merkt men op, dat Potemkin, de vice-volks-
commissaris voor buitenlandsche zaken, die
cp het oogenblik in Turkije vertoeft en die
naar men verwachtté, Litwinof zou opvol
gen, is gepasseerd.
De meeste bladen zijn het er evenwel
over eens, dat men nog niet kan zeggen,
welken invloed dit aftreden zal hebben op
de onderhandelingen tusschen Engeland en
de Sovjet-Unie.
In een hoofdartikel, getiteld „Polen en
Rusland", schrijft de Times, dat het vraag
stuk, dat tusschen de Sovjet-Unie en Enge
land besproken wordt, en dat opnieuw in
behandeling moet worden gencmen met der.
opvolger van Litwinof de vorm is, waarin
de overeenkomst moet worden gegoten,
wanneer de Sovjets nog steeds de bespre
kingen in deze richting willen doorzetten.
Het schijnt niet wenschelijk, dat een drie
voudig verbond tot st-"nd komt, dat Europa
in twee gewapende kampen zou scheiden,
doch er zijn punten van contact tusschen
Engeland en de Sovjet-Unie, welke samen
werking op het gebied van verzet tegen een
aanval mogelijk en wenschelijk maken. Een
militaire aanval is een internationale mis
daad, waartegen de Sovjet-Unie zich even
vastberaden keert als een van de Wester
sche democratieën. Een overeenkomst kan
derhalve zoo eenvoudig mogelijk worden
opgesteld voor het doel. waartoe deze is be
stemd: n.L het verzet tegen een aanval.
buitenlandsche zaken. Litwinof voerde een
hoogst actieve politiek, die er in de eerste
plaats op gericht was, normale betrekkin
gen aan te knoopen met de nabuurstaten.
Deze politiek kwam duidelijk tot uitdruk
king in het sluiten van de met-aanvalsver
dragen met Polen en de randstaten, alsme
de in het herstel der betrekkingen met de
Vr. Staten in November 1933.
Sedert 1933 richtte de afgetreden volks
commissaris voornamelijk zijn streven erop,
de Sovjet-Unie weer in te schakelen in de
diplomatie der Europeesche mogendheden
er» een front tegen Duitschland te vormen.
Hy liet daarbij alle voormalige principes
van het bolsjewisme inzake de te voeren
buitenlandsche politiek varen.
Zijn eerste, zij het dan niet meest duur
zame resultaat was het aanknoopen van
vriendschappelijke betrekkingen met Italië,
welk land hij in December 1933 officieel be
zocht.
Steeds nauwer werd intusschen de band,
dien de Sovjet-Unie met Frankrijk verbond.
Met deze mogendheid sloot hij in December
1934 een consultatieve overeenkomst. De
bekroning van zijn buitenlandsche politiek
vond Litwinof in de intrede van de Sovjet-
Unie in den Volkenbond in September 1935
en het sluiten van de verdragen met Frank
rijk en Tsjecho-Slowakije.
Met de meeste Europeesche en buiten-
Europeesche staten werden intusschen de
diplomatieke betrekkingen hersteld. In
Maart 1936 vertegenwoordigde Litwinof
Sovjet-Rusland bij de kroningsplechtighe
den in Londen.
Na het uitbreken van den burgeroorlog in
Spanje verluidde het, dat de regeering van
het Kremlin niet tevreden was met de werk
zaamheid van Litwinof in de niet-inmen-
gingscommissie van Londen en dat zijn af
zetting dreigde. Ip November 1936 werd
hem echter de Lenin-orde overhandigd, wel
licht ten bewijze, dat deze geruchten op on
waarheid berustten. Tevens werd hij toen
benoemd tot eere-godlooze.
De socialistische afgevaardigde Pierard,
die gistermiddag in de Belgische Kamer
een interpellatie zou indienen over het in
cident te Winterslag op Zondag j.l„ heeft
tegenover vertegenwoordigers van de pers
verklaard, dat de Belgische regeering hem
er officieel van in kennis heeft gesteld, dat
de Duitsche journalist Ehlert, die het inci
dent verwekt heeft, uit het land is gewe
zen.
Ehlert is directeur van de Deutsch-Bel-
gische Rundschau", correspondent van de
„Westdeutsche Beobachter", leider van ver
schillende Duitsche organisaties in België
en vice-voorzitter van de buitenlandsche
persvereeniging in België.
Genoemd incident kwam hierop neer,
dat Ehlert tegen den commandant der
rijkswacht, die de identiteitskaarten vroeg
van bezoekers van een vergadering van het
Duitsche arbeidsfront, gezegd heeft: „Over
drie dagen zult gij zelfs niet meer het
recht hebben hier naar identiteitskaarten
te vragen".
Walter Emery heeft te Sakkara nabij
Cairo het graf ontdekt van koning Zir uit
de eerste dynastie.
Het bevindt zich naast het graf van ko
ning Menes, dat het vorige jaar gevonden
is. Zir was de opvolger van Menes, die on
geveer 5000 jaar v. Chr. de Egyptische mo
narchie gesticht heeft. In de graftombe wa
ren zeven verschillende kamers, en het
bleek, dat grafschenders zich een toegang
verschaft hadden en uit vier kamers het
beste hadden weggehaald wat er in was. De
drie andere kamers waren echter intact.
Hierin bevonden zich koperen gebruiks
voorwerpen, en aardewerk, alsmede zwaar
den, dolken enz.
De Poolsche regeeringspers schryft ten
aanzien van het aftreden van den volks
commissaris voor buitenlandsche zaken van
de Sovjet-Unie, Litwinof, dat de reden hier
van is gelegen in verschil van inzicht met
de overige leiders van de Sovjet-Russische
politiek.
Het officieuze agentschap „Express"
schryft, dat Litwinof een hardnekkig ver
dediger was van de collectieve veiligheid en
dat hij een negatieve houding had aangeno
men ten aanzien van de onderhandelingen
met Groot-Britannië, dat zijn voorkeur voor
bilaterale verdragen te kennen heeft gege
ven.
De „Express Poranny" schrijft: „De op
volger van Litwinof is niet verstrikt in de
theorie van de collectieve veiligheid, doch
is een man, die het vertrouwen van Stalin
en het leger geniet. Hij is een aanhanger
van de vredespolitiek en van een even-
wichtspolitiek. Hij is bekend om zijn vast
beradenheid en zijn ambitie. Hij heeft her
haalde malen Duitschland heftig aangeval
len en gaat door voor een verbitterden te
genstander van Hitier".
Over het algemeen geeft het lezen van de
Poolsche pers hedenochtend den indruk, dat
men in Polen het vertrek van Litwinof niet
ongunstig oordeelt. Men beschouwde Litwi
nof steeds, zooals de Express Poranny het
uitdrukt, als de handelsreiziger van de poli
tiek der Sovjets, die tezamen met Benesj
een der meest belangrijke mannen van de
vergaderingen van Geneve was.
De Duitsche meening.
In de Duitsche bladen wordt groote aan
dacht gewijd aan het aftreden van den
Russischen volkscommissaris van buiten
landsche zaken, Litwinof.
De „Lokalanzeiger" noemt Litwinof, naar
de vruchten gemeten, een der minst succes
volle ministers van buitenlandsche zaken,
naar de methoden evenwel, een der behen
digste agenten. Het aftreden van dezen man
zal een sensationeele uitwerking hebben.
Wij zullen ons hierover niet in combinaties
verdiepen, maar wanneer deze minister
plotseling zyn functie neerlegt, moet ook de
onschuldigste leek constateeren, dat er óf
wel met de politiek, of met dezen politicus
iets niet in orde is. In dit geval zal men
echter vragen, of Engeland den rooden sol
denier in het omsingelingsspel te weinig ge
boden heeft.
Volgens de „Börsenzeitung" komt het af
treden van Litwinof zoowel aan Engeland
als Frankrijk op het oogenblik hoogst onge
legen. Het is ons voldoende te weten,
schryft het blad, dat met Litwinof de expr
nent eener Sovjet-diplomatie aan zyn einde
gekomen is, wiens mislukkingen even talrijk
zijn als de successen van het nationaal-
socialisme.
Militaire parade te Warschau.
Ter gelegenheid van de viering van den
nationalen feestdag is gisteren te Warschau
een militair défilé gehouden, dat twee uur
duurde en door vele autoriteiten werd
bijgewoond. Maarschalk Smigly Rydz en
de president der republiek waren evenwel
niet aanwezig. Het défilé had een veel min
der imposant uiterlijk dan in vorige jaren
en bevatte slechts de troepen van het
garnizoen der hoofdsad. Een dichte me
nigte juichte de troepen toe.
Tijdens het défilé heeft het publiek
herhaaldelijk en op verschillende plaatsen
tegen Duitschland betoogd. Kreten weer
klonken als „Leve h?t Poolsche Danzig",
„Leve het Poolsche Oost-Pruisen" en
..Weg met Hitier". Een gemompel van on
tevredenheid en afkeuring ging eveneens
door de menigte bij het passeerer van twee
auto's der Duitsche ambassade, getooid
met het hakenkruis. Ernstige incidenten
deden zich echter niet voor.
Beck's rede.
Volgens de Poolsche bladen zal de mi
nister van buitenlandsche zaken, Beek,
Vrijdag te twaalf uur in het parlement zijn
rede houden na de behandeling van de
agenda. Hij zou twintig tot dertig minuten
spreken. Zyn rede zal worden uitgezonden
door talrijke buitenlandsche zenders, on
der welke de Engelsche. De Poolsche om
roep zal na de rede een Engelsche, Fran-
sche en Duitsche vertaling uitzenden.
Geen sensationeele onthullingen?
De Poolsche onderminister van buiten
landsche zaken heeft den Britschen am
bassadeur ontvangen en hem, naar men
gelooft, mededeeling gedaan van de groote
lijnen van Beck's rede.
Uit goede bron wordt vernomen, dat de
rede in zeer diplomatieken vorm gegoten
zal zijn en op krachtigen toon zal worden
uitgesproken, doch niet zoo sensationeele
onthullingen zal bevatten, als men bij het
lezen der Poolsche bladen van de laatste
dagen zou kunnen gaan denken.