De koningin te Brussel aan
gekomen.
Last van Uw zenuwen]
Hartelijke ontvangst door volk
en vorst.
Redevoeringen van koningin Wilhelm^*
en koning Leopold.
1
Brussel in feest
stemming.
Kamervoorzitters wisselen
een groet.
Wederzijdsche waardeering en
vr.endschap van twee
volken.
Schriftelijk gestelde vragen
Duitsche vluchtelingen en
briefgeheim.
Kamp voor principieele
dienstweigeraars.
Vragen aan den minister.
Petroleumtoestel ontplofte.
Man geraakte in brand.
Galamaaltijd ten
paleize.
Moordaanslag te Amsterdam.
Man verwondt zijn vrouw
en zichzelf.
Mijnhard» s ZunuwtablBtiB»»
tweede blad
(Van onzen apecialen verslaggever).
BRUSSEL, 23 Mei 1939.
De wijzer op de groote klok in den voorgevel van den Noorderstatie springt
op vier uur veertig; trillend kaatst een schier eindeloos gejubel en gejuich
tegen de rjjk met vlaggen behangen gevels van de torenhooge hotels die het
zon overgoten plein omsluiten: Op het bordes onder den purperen baldakijn,
treedt koningin Wilhelmina aan den arm van koning Leopold III naar voren,
en neemt glimlachend de ovaties in ontvangst van de tien duizenden die
staan te trappelen achter de militaire afzettingen en puilen uit de balkons
der hotels en groote magazijnen. Het Rogierplein beidt op dezen stralenden
lentedag een imposanten aanblik. Recht voor het station staan met getrok
ken sabel de escadrons bereden gendarmerie opgesteld in hun schitterende
kleurrijke uniformen, rond het plein presenteeren de afdeelingen Belgische
Infanterie het geweer, maar ver boven dit militair eerbetoon uit, zoowel
letterlijk als figuurlijk, slaat de vloedgolf van het enthousiasme der Brus
selaars, die wuiven met zakdoeken, zwaaien met vlaggen en hoeden en
juichen, juichen tot zij den adem schier verliezen. Op elk plekje dat be
reikbaar was en dat uitzicht bood op den stoet nestelden zij zich. Voor de
ramen der hotelkamers, voor, zelfs in de vitrines van de Bon Marché, op de
twintig, dertig meter hooge daken, overal hebben zij een plaats gezocht om de
koninklijke bezoekster te verwelkomen.
Een dergelijke geestdriftige ont
vangst is zelfs voor Brussel iets heel
bijzonders, zoo iets hebben zij nog nim
mer meegemaakt. Het is werkelijk
overweldigend, zeggen ronduit de Brus-
selsche collega's die toch al heel wat
jaartjes meeloopen en verscheidene
officieële bezoeken van staatshoofden
voor hun bladen „versloegen".
De koninklijke stoet zet zich in bewe
ging. Voorop draaft de bereden gendarme
rie, getooid met de martiale beeremutsen
en onmiddellijk daarna komt de open, met
vier paarden bespannen calèche, waarin de
koningin aan koning Leopold's rechterhand
heeft plaats genomen. De koningin, die over
een crème kleurige japon een blauwe com-
plet-mantel draagt met een grooten hoed
in dezelfde kleur, ziet er opvallend goed
uit. Nauwelijks heeft zij den tijd enkele
woorden met haar gastheer te wisselen
want schier onophoudelijk wuift Zij en
buigt naar de talloos velen die langs de
route haar aandacht opeischen. De stoet
verlaat het Rogierplein, en zwenkt de
Kruidtuinlaan op, waar het eveneens be
nauwend vol is.
Twintig, dertig rijen dik verdringt zich
het publiek achter de onwrikbare militaire
afzetting, en alles wat zich maar even bo
ven den grond verheft: Hekken, palen, In
aanbouw zijnde huizen, zelfs de voetstuk
ken der standbeelden, het dient alles tot
staanplaats voor een geestdriftige menigte
die slechts oog heeft voor de figuur in de
eerste calèche: de koningin der Nederlan
den.
Rechts af gaat het de koninklijke-straat
in, welke hetzelfde beeld van eindeloozen
jubel biedt en dan komt de Paleizenplaats
in zicht, het breede plein dat beheerscht
wordt door den geweldigen grijzen gevel van
het koninklijk paleis waartegen het jonge
groen van de onvolprezen Brusselsche wa
randa contrasteert. Gemotoriseerde troepen
dragen hier voor de afzetting zorg. Terwijl
de koningin uitstijgt klinkt evenals bij haar
aankomst op het station het Wilhelmus,
dat echter verloren gaat in de toejuichingen
der ontzagwekkende menigte welke zich
hier een plaats veroverde. Langs een eere-
wacht van aspirant-officieren betreedt de
koningin 't koninklijk paleis van welks tin
nen fier de Nederlandsche koninklijke
standaard wappert. De vorstelijke personen
worden ontvangen door den graaf Cornet
de Waijs Ruart, Grootmaarschalk van het
Hof en den luitenant-generaal Tilkens,
chef van het militaire huis des konings.
Op het balcon.
Maar buiten blijft de menigte wachten
tot de breede balkondeuren boven den
hoofdingang geopend zullen worden. Het
duurt vijf, tien, vijftien minuten. Men
laat zich echter niet ontmoedigen. Niet een
is er die zijn plaats verlaat en vrijwel on
ophoudelijk kaatst het gejuich van de
wachtende menigte tegen den grijzen gevel.
Dan, tegen halfzes, voldoen de vorstelijke
personen aan den vox populi, en betreden
het balkon. Twee figuurtjes, een in teer
blauw en een in khaki, die haast verloren
gaan tegen den imposanten achtergrond van
de loodgrijze paleisfacade, maar waarom
heen zich heel het eerlijke, uit den grond
des harten opwellende enthousiasme der
Brusselaars concentreert. Nog even toeven
de koningin en de koning op het balkon
men ziet dat zij glimlachend Iets tot elkaar
zeggen en dan trekken zij zich terug. Een
onzichtbare hand sluit achter hen de deu-
Koningin Wilhelmina.
zi-*-> torenhoogen rug, vormen de hoofdmo-
mo iten uit dezen schilderachtigen stoet die
verder aangevuld wordt met fameuze mu
ziekcorpsen, honderd man sterk en terwijl
in het Park het vuurwerk knalt en knettert
een ronkend vliegtuig uit de lucht vuurpij
len omlaag werpt, dansen op het Paleizen-
plein de Gilles en de reuzen hun groteske
figuren ter eere van de vorstelijke perso
nen die achter en der ramen van het paleis
dit merkwaardige schouwspel gadeslaan.
De Brusselaar komt laat op bed dezen
avond. Terwijl wij deze regels schrijven
nadert reeds het middernachtelijk uur.
Maar nog' steeds trekt de optocht door de
met een feestelijk gestemd publiek gevulde
straten waar het oranje en rood-wit-blauw
den boventoon voert en de Brusselaars, die
men spreekt op straat, in de clubs of café's.
zij raken niet uitgepraat over de beminne
lijke koningin der Nederlanden die op de
zen stralenden zonnedag zulk een stralende
entrée in Belgisch hoofdstad maakte.
ren
Reuzen dansen voor het paleis.
Maar als de avond is gevallen trekt op
nieuw een geweldige menschenmenigte
naar de Brusselsche bovenstad, want twee
attracties staan er nog voor dezen dag op
het programma: een vuurwerk in het Park
en een folkloristische optocht langs het pa
leis. Fantastische figuren trekken er mee
in den stoet waarover het rosse schijnsel
der fakkels bizarre schaduwen werpt. De
Gilles met hun enorrnen pluimentooi boven
kleurrijke kleedy, de Brusselsche reuzen,
bpkende figuren bij elk volksfeest en het
ros Bayard met de vier Heemskinderen op
j
Koning Leopoid.
De voorzitter van de Tweede Kamer heeft
heden het navolgende telegram ontvangen:
Den heer voorzitter
van de Tweede Kamer
Den Haag
„Op het oogenblik dat ons land de hooge
eer gaat genieten Hare Majesteit Wilhel
mina Uwe geliefde vorstin te ontvangen
en met eerbiedige hartelijkheid te be
groeten heb ik het voorrecht uit naam
van de Kamer der volksvertegenwoordi
gers van België U de gevoelens over te
bengen van sympathie en hoogschatting
welke zij koestert tegenover de Neder
landsche volksvertegenwoordiging en op
deze wijze tevens uiting te geven aan de
vriendschap en het vertrouwen die ons
tegenover het Nederlandsche volk be
zielen".
De voorzitter,
FRANS VAN CAÜWELAERT.
De heer Donker (soc. dem.) heeft
aan de ministers van justitie en bin-
nenlandsche zaken de volgende vragen
gesteld:
1. Zijn de ministers bereid mede te deelen,
in welke mate ten aanzien van Duitsche
vluchtelingen inbreuk is gemaakt op het
briefgeheim?
2. Is het waar, dat met name de post,
zoowel uitgaande als inkomende, van in
kampen en tehuizen verblijf houdende
vluchtelingen door of vanwege de kamplei
ding pleegt te worden geopend?
3. Willen de ministers, indien inderdaad
op bovenbedoelde wijze inbreuk is gemaakt
op het briefgeheim, mededeelen op welke
wettelijke voorschriften naar hun oordeel
deze inbreuk steunt?
4. Zijn de ministers bereid zoo daartoe
aanleiding bestaat, op gedetailleerde wijze
mede te deelen, welke gedragslijn ten
aanzien van de corresopndentie van vluch
telingen in de toekomst zal worden ge
volgd?
De heer Van Sleen (s.d.) heeft de vol
gende vragen gericht tot den minister van
defensie:
1. Is 't waar dat men den bouw van 't kamp
voor de principeele dienstweigeraars nog
steeds geen aanvang is gemaakt?
2. Wanneer vraag 1 in bevestigenden zin
mocht worden beantwoord, wil de minister
dan mededeelen, waaraan dit uitstel te wij
ten is?
3. Is het verder waar, dat tengevolge van
de vertraging in de voorbereiding van den
bouw en de inrichting van bedoeld kamp
een zestigtal principieele dienstweigeraars
reeds 1 2 jaar op den oproep tot vervul
ling van hun bij zonderen burgerdienstplicht
wachten, en dezen nog niet weten, wan
neer zij in staat gesteld zullen worden zich
van dezen plicht te kwijten?
4. Is de minister niet van meening, dat be
doelde jongelui hiervan ernstige moeilijk
heden zullen of kunnen ondervinden bij het
zoeken naar een betrekking en bijgevolg
in hun belangen worden geschaad?
5. Is de minister bereid te bevorderen, dat
maatregelen getroffen worden, die aan
dezen voor de betrokkenen ongewenschten
en schadelijken toestand zoo spoedig moge
lijk een einde maken?
Gisteren wilde de slager Voorhof te
utten (Gld.), een petroleumstel, dat hij
juist had gevuld, aansteken, toen het ont
plofte en in brand geraakte. De slager
wilde het brandende toestel naar buiten
werpen, doch geraakte hierbij zelf in
brand. Luide om hulp hoepend, liep hij
den weg op, waar toeschietende buren zijn
kleeren met zand doofden. De man had
ir.tusschen over driekwart van het lichaam
brandwonden opgeloopen. Per ziekenauto
werd hij naar het ziekenhuis Salem over
gebracht, waar hij werd opgenomen. Men
vreest voor zijn leven.
MINISTERS TE KEULEN.
Gistermiddag zijn de heer ir. mr. dr. J. A.
M. van Buuren, minister van waterstaat, dr.
H. M. Hirschfeld, directeur-generaal van
handel en nijverheid en mr. C. J. M. Sahaep-
man, referendaris van het departement van
buitenlandsche zaken, met den dieseltrein
van 14.14 uur naar Keulen vertrokken.
Minister Steenberghe, die momenteel in het
Zuiden vertoeft, alsmede de burgemeesters
van Amsterdam en Rotterdam, dr. de Vlugl
en mr. Oud zullen heden per andere ge
legenheid naar Keulen afreizen. De Duit
sche gezant vergezelt de gasten cp hun reis
naar Keulen.
Zooals bekend zijn genoemde heeren door
het gemeentebestuur van Keulen uitgenoo-
digd tot een bezoek aan de Duitsche dom
stad.
De gasten zijn inmiddels te Keulen gear
riveerd.
ZAAK VAN BöNNINGHAUSEN VOOR
DE RECHTBANK.
Naar wij vernemen zal het beroep op het
ambtenarengericht, ingesteld door jhr. E.
L. M. Th. J. von Bönninghausen, wien bij
kon. besluit met ingang van 1 Maart ont
slag is verleend als burgemeester der ge
meente Ootmarsum, in een openbare zit
ting in het gebouw van de rechtbank te
Almelo behandeld worden op 16 Juni a.s.
Dat telegram is als volgt beantwoord:
Den heer voorzitter van de Kamer
der volksvertegenwoordigers
Brussel.
„Wilt, mijnheer de voorzitter, aan de
Kamer der volksvertegenwoordigers van
België den zeer hartelijken dank over
brengen van de Tweede Kamer der Sta-
ten-Generaal voor de wijze, waarop zij
doof Uw tusschenkomst uiting heeft wil
len geven aan haar zoo goede gevoelens
tegenover het Nederlandsche volk en zijn
vertegenwoordiging ter gelegenheid van
het bezoek van onze geëerbiedigde ko
ningin aan Uw verheven souverein.
De Kamer der volksvertegenwoordigers
moge er zich van overtuigd houden, dat
haar woorden een diepen weerklank
hebben gevonden van vriendschap en
waardeering".
VAN SCHAIK,
voorzitter.
Gisteravond hebben koningin Wilhel
mina en koning Leopold aangezeten
aan een galadiner ten paleize. Aan zaten
voorts minister Patijn, tal van ministers,
diplomaten en andere hooggeplaatste
personen en verschillende buitenland
sche gezanten.
Rede van koning Leopold.
Koning Leopold heeft tijdens het dessert
de koningin als volgt toegesproken:
„Het Belgische volk, evenals ik zelf, be
groet de koningin der Nederlanden met
diepe en eerbiedige genegenheid.
Ik ben er Uwe Majesteit in het bijzonder
dankbaar voor, dat zij mijn onvergetelijk
bezoek aan Holland zoo spoedig met een
tegenbezoek heeft willen beantwoorden.
Wij zien er een nieuw en kostbaar blijk
in van hare hartelijke gevoelens jegens ons,
en van de levendige vriendschap die Noord
en Zuid vereenigt. Onze natiën gaan beide
trotsch op een roemrijk verleden. Beide ver
trouwen in de vrije instellingen die zij voor
zichzelf hebben uitgebouwd. Beide ijveren
bovenal met geestdrift voor den vrede.
Maar beide eischen, dat hun lotsbestemming
in eigen handen behouden blijft.
Het was te Luik dat de koning der Neder
landen voor het eerst den koning der Belgen
ontmoette. Op mijn beurt zal ik morgen het
voorrecht hebben Uwe Majesteit te bege
leiden in de hoofdstad van het oude prins
bisdom. Luik heeft eeuwenlang haar onaf
hankelijkheid gehandhaafd. Hare burgers
zullen fier zijn Uwe Majesteit te mogen
onthalen, en juichen om de eer van Uw
vorstelijk bezoek.
Onlangs heeft Uwe Majesteit tot haar
volk een krachtigen oproep gericht in ver
band met de moreele en geestelijke herbe
wapening. Ook bij ons hebben de koninklijke
woorden weerklank gevonden.
Ware het niet wenschelijk dat het edel
initiatief van Uwe Majesteit, uit een zoo
helder inzicht van onze menschelijke plich
ten geboren, ook op het internationaal plan
zou worden beproefd?
De kleine staten tellen in Europa meer
dan honderd millioen inwoners. Waarom
zouden zij niet op zedelijk en economisch
gebied tot een duurzame eensgezindheid be
sluiten? Waarom zouden zij niet, naar de
wijze woorden van Uwe Majesteit „deze
eensgezindheid in toepassing brengen bij
de bestrijding van den hooggestegen nood,
en de hinderpalen wegnemen, die den
wereldopbouw tegenhouden?"
Een dusdanige medewerking zou doel
matig het verheven vredes-ideaal dienen,
dat Uw volk evenals het Mijne bezielt. Zij
zou een gemeenschappelijk en sereen on
derzoek mogelijk maken van de talrijke
vraagstukken, die, thans onopgelost, ons aller
levensbelangen bedreigen.
Mevrouw,
God behoede het koninkrijk der Neder
landen en zijne heerlijke koloniale gewes
ten. Ik hef mijn beker op de steeds wel
varende gezondheid van Uwe Majesteit en
van de koninklijke familie".
Na den toast van den koning speelde het
orkest het Wilhelmus.
De koniagin a„i
Op deze rede heeft de konmgm
geantwoord: n al» voi»,
Diep getroffen door de woorden
Majesteit breng ik haar daarvoor 7?"
grondigen dank. hlr,/
Het Nederlandsche volk heeft »ut,
kig geacht den koning, tegen wien. geIu«-
het zoo hoog opziet, te begroeten Per»<**
het hart komend welkom toe te r 801 u>t
daarbij, tevens uiting te geven aan etl
voelens van diepgemeende vriend..», Jn
het broedervolk. nasch*Pv00r
Te meer prijs ik mij gelukkig drt fc
thans te kunnen beantwoorden en d elt
driftvolle wijze waarop het Beleid gees;-
mij heeft verwelkomd, heeft een nn v&1*
lijken indruk op mij gemaakt. 'ver®ete.
Wij Nederlanders weten hoezeer tr.
U op de handen draagt en terecht in
op U vertrouwt ook voor de handh 8
dier eigen vrijheden, welke in den Ion g
eeuwen niet zonder moeite en strijd °P <3er
verkregen. Vrijheden waarop ons TT"
volken gelijkelijk naijverig blijven r
streven naar buiten is waar mogelijk hu?
dragen tot bevordering van hetgeen on.
gelijkelijk en bovenal ter harte e»9t
vrede. gaat'
Gedenkend dat Luik het begin heeft
zien van een steeds hechter wordens"
vriendschap tusschen onze huizen en 0
volken verheugt het mij oprecht met u7
Majesteit naar die roemruchte stad aan 7
Maas te gaan, bij ons wel bekend en geéerH
om de groote werkkracht en nimmer fuil
de energie harer burgers, die hen tot groots"
dingen in staat stellen, waarvan de doo
Uwe Majesteit zoo juist geopende tentoon!
stelling een treffend bewijs is.
De sympathieke woorden door Uwe Ma-
jesteit gewijd aan de gedachte der moreelë
en geestelijke herbewapening zullen war
men weerklank vinden in het hart van mijn
volk.
De gedachte neergelegd in dat persoon-
lijke, tot mijn landgenooten gerichte woord
behoeft niet aan staatkundige grenzen ge.
bonden te zijn en ik zal er mij oprecht over
verheugen wanneer het mogelijk zou blij
ken naar in ruimeren kring een concreten
vorm te geven.
Evenals Uwe Majesteit acht ik dit geens
zins uitgesloten. In het huidig ernstig tijds
gewricht mag tusschen natiën als waar on
ze beide volken toe behooren niets worden
verzuimd, wat langs den weg van weder
zijds elkander begrijpen, zou kunnen lei-
den tot een duurzame eensgezindheid, op
zedelijk en op economisch gebied. Eene
ernstige poging om tot dien opbouw te ge
raken kan bij voorbaat van Nederland's
medewerking verzekerd zijn. Ik vraag mij
af, of hier niet zoowel voor Nederland als
voor België een belangrijke taak gelegen
kan zijn in verband met den sociaal-econo»
mischen nood waarin de wereld steeds die
per dreigt te verzinken.
Ik besluit dit woord van innigen danV
voor het grootsch onthaal dat Uwe Majes
teit mij heeft bereid met te drinken op de
gezondheid en het welzijn van Uwe Majes
teit, van uw huis en van gansch het Bel
gische land en volk hier en overzee voor
wier duurzaam geluk ik mijn beste en
hartelijkste wenschen uitspreek".
Na deze woorden klonk de Brabanponne,
het Belgische volkslied. Na het diner heb
ben de gasten in de Spiegelgalerij de koffie
gebruikt. Om half elf waren de gasten ver
trokken.
Te elf uur heeft de koningin zich in haar
appartementen teruggetrokken.
Gistermiddag om ongeveer half twee
is in de Bloemstraat te Amsterdam, op
de derde verdieping van perceel 136,
een moordaanslag gepleegd, waarbij een
ongeveer dertigjarige man zijn vrouw,
die ongeveer even oud is en van wie hij
sinds korten tijd gescheiden leeft, met
een nijptang een slag op het hoofd heeft
gegeven en haar daarna met een scherp
voorwerp een snede in de pols heeft
toegebracht. Vervolgens heeft de man
zich zelf in de pols gesneden. Beiden
zijn door den Geneeskundigen Dienst
naar het Binnengasthuis vervoerd.
Omtrent de toedracht van dit drama ver
nemen wy, dat de man zijn echtgenoote in
de Vijzelstraat ontmoette. Hij stelde haar
voor de oneenigheid by te leggen en met
hem naar huis te gaan om de kwestie rustig
te bespreken.-De vrouw, die hun kinderen,
twee meisjes van zeven en negen jaar, tij
delijk bij haar moeder had ondergebracht,
waar ook zij haar intrek had genomen, ging
met den man mee naar de echtelijke woning
in de Bloemstraat, Nadat de man op de
bovenverdieping de deur voor haar had
opengesloten en zij vóór hem het portaal
betrad, gaf hij de vrouw plotseling met een
nyptang een slag op het hoofd, waardoor
een bloedende wonde ontstond. Vervolgens
kneep hij haar de keel dicht. Vóór de vrouw
het bewustzijn verloor, zag zij zoo ver
klaarde zij later nog vaag, dat de man
een scherp voorwerp, naar zij meende een
scheermes, te voorschijn haalde. Toen zij
later weer bij kennis kwam, had zij een
bloedende wonde aan één der polsen. Een
buurman, die het hulpgeroep van de vtouw
had gehoord zij had geschreeuwd: „help,
help, ik houd het niet meer uit" en die
onmiddellijk begreep, dat er iets ernstigs
aan de hand was, snelde de straat op en
waarschuwde een juist passeerenden politie
ruiter. Onmiddellijk begaf de commissaris
van het bureau Marnixstraat, de heer W. H.
Schreuder, zich met eenige inspecteurs en
agenten naar het genoemde perceel Zij
vonden hier de vrouw, die weer tot bewust
zijn was gekomen, bloedend in de gang op
den grond liggen, terwijl de man. eveneens
bloedend gewond, nog in de woning aan
wezig was.
Ook de Geneeskundige Dienst was spoe
dig ter plaatse. Man en vrouw werden bei
den, nadat hun een voorloopig verhoor was
afgenomen, naar het ziekenhuis vervoerd.
MOTORRIJDER BOTST TEGEN AUTO.
In het dorpje Liesveld is gistermiddag
de 49-jarige A. Brox, caféhouder te Lies
veld (N.B.), met zijn motorrijwiel op n«
kruisjunt nabij de Bavariabierbrouwery
tegen een personenauto gebotst en op stag
gedood Het slachtoffer was gehuwd
vader van drie kinderen.
16JARIG MEISJE AANGEREDEN
EN ZWAAR GEWÓND. j
In de Oelovenstraat te Brunssum wi
gistermiddag het zestienjarige meisje v
B. een versperring van betonnen bui
passeeren, toen een groote vrachtwagen
de tegenovergestelde richting naderde,
aanrijding was niet te vermijden, De wi
rijdster werd door de auto gegtfPV
Zwaar gewond werd zij een nabyge e8^
woning binnen gedragen en spoedig
geestelijke en geneeskundige hulp
plaatse. Mot een zware hoofdwonde,
gebroken arm en een gebroken been
meisje in zorgwekkenden toestand na
ziekenhui:: te Heerlen vervoerd.
Bij het zwemmen verdronken. -
middag is de 16-jarige zoon van de a
Waardhuizen te JJruchem bij het ZN*'e van
verdronken. De jongeman, een leei in8
de H.B.S., was na schooltijd 6aan ^et
men. Het stoffelijk overschot is kort
ongeluk opgehaald.
Spoedig weer opgewekt en gekalmeer
Buisje 75 ct. Bij Apoth. en Drogist01,