DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
China vecht twee jaar tegen Japan.
No. 158
Dit nummer bestaat uit drie bladen.
Directeur: C. KRAK.
Vrij dog 7 Juli 1939
141e Jaargang
Tokio is thans bezig twee strategieën
te coördineeren.
China hoopt op de „rekkelijken".
TWEE jaar japansch-chineeschevoorlog
juli 1937-1939 ,^j\
bTnnen
Groote Britsche lucht-
manoeuvres tot October.
In samenwerking met leger
en v.oot.
Drama op zee.
400 joodsche vluchtelingen
op brandend schip.
De algemeene toestand.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maat den bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse oummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE ADVERTENT1EN:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0 25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON. Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
Hoofdredacteur: Ij. N. ADEMA.
Heel onopgemerkt temidden van de
internationale spanning ver van China
weg, of om China heen, is de tweede
jaardag van den Japansch-Chineeschen
oorlog aangebroken. De eerste schoten,
die twee jaar geleden aan de Marco
Polo brug bij Peking zijn gelost, zijn al
vergeten in de ontelbare schoten, die er
op gevolgd zijn en het incident van
Wang Ping, dat maar niet aan een
plaatselijke regeling kon toekomen, is al
lang vergeten in de opeenvolging van
incidenten, die dan volgens de Japan
ners tezamen het groote incident tus-
schen China en Japan vormen, welks
regeling hoe langer hoe meer invloeden,
die met plaatselijke omstandigheden
niets meer te maken hebben, tot zich
getrokken heeft.
Twee jaar duurt de oorlog tusschen
China en Japan nu reeds en hij is in die
twee jaar hoe langer hoe meer van strate
gisch, naar economisch en financieel ter
rein overgebracht. Men zou kunnen zeggen
dat dit te voorzien was geweest en dat het
daarom ook tot een oorlog is gekomen. Se
dert den val van Hankau hebben de krijgs
verrichtingen veel van haar beteekenis ver
loren, vooral omdat maarschalk Tsjiang
Kai Sjek heeft leeren inzien dat op het
oogenblik met de tactiek van veldslagen
voor China toch niets is te winnen.
De situatie is op het oogenblik kort ge
zegd zoo, dat Japan reeds een derde van
China heeft bezet, welk gebied China nog
heeft. Japan zit op het oogenblik vrij vast
in het wijde Chineesche land en China kan
daar weinig anders tegen doen, dan zooveel
Chineesche activiteit te laten optreden, dat
de Japanners ieder oogenblik ook merken,
vast te zitten.
Het gebied dat Japan als het zijne wenscht
aan te merken omvat precies het laagland.
De gemotoriseerde eenheden komen nu voor
de moeilijkheden van het terrein te staan,
de marine kan niet verder de Jangste op
en de luchtmacht kan in het bergland zoo
goed als niets uitrichten. Een aanval op
Tsjoengking, het tegenwoordige centrum
van de centrale Chineesche .regeering is
onder die omstandigheden een hersen
schim. Op zijn hoogst kan Japan hier noo-
delooze en wreéde bombardementen uit
voeren om te laten zien hoe ver de arm
van het luchtwapen rijkt.
De strategie van het leger en die
van Tokio.
De oorlog wordt elders gevoerd. De fi-
nancieele oorlog heeft de laatste maanden
steeds grooter beteekenis gekregen De Chi
neesche dollar kon zich handhaven het
nieuwe Japansche geld kwam er niet in.
Dit is de kwestie welke Tokio de meeste
zorg baarde en dit is tevens de kwestie die
de rebelsche Japansche militairen dan zoo
in het bijzonder rebelsch tegen Engeland
gemaakt hebben. De economische positie
van Japan is kwetsbaar; door een misluk
ken van de financieele politiek in China
wordt zij ondermijnd. De militairen hebben
de zaak in den knoop gebracht en het zijn
de' heeren te Tokio die dezen knoop moeten
ontwarren.
Men zou dat in den knoop brengen door
de militairen kunnen zien als een onder
deel van de Japansche strategie, althans als
men de strategie van de militairen en die
van de Japansche financiers en industriee-
len, die op zoo veel punten schijnt uiteen
te wijken, als één geheel ziet, namelijk als;
de strategie van Japan.
Men zou, om een modern beeld te ge
bruiken, kunnen zeggen dat de Japansche
militairen op hun eigen ruwe wijze
het economisch leven van Japan trachten
aan te zwengelen. Die aanzwengeling dan
is begonnen met het beroemde Tanaka-
memorandum dat de mogelijkheden die
alvast noodzakelijkheden genoemd werden
van Japansche expansie in de wereld
uiteenzette en dat den Japanschen econo
men op niet te misvatten duidelijke wijze
het toekomstig terrein van hun werkzaam
heid wees. De economen kwamen echter
niet snel genoeg vooruit. Men zaJ zich her
inneren dat aan den oorlog tusschen China
en Japan een periode van geweldigen smok
kelhandel in Noord-China vooraf ging. Een
smokkelhandel die goed georganiseerd was
en die Japan een overheerschende positie
FRONT BIJ EEN JAAR STRlJO
FRONT BIJ TWEE JAAR STRIJD
SPOORWEGEN
gaf op de Noord-Chineesche markten. Het
plan Kawagoe, dat een JapanschChi-
neesch economisch verdrag beoogde, diende
er voor om deze positie te consolideeren.
Over dit plan zijn inleidende besprekingen
tusschen de beide regeering gevoerd.
De Japansche militairen konden echter
het resultaat van deze besprekingen niet
afwachten en zij forceerden in Noord-
China den oorlog. Dat was een uitnemende
aanzwengeling van de voortvarendheid der
Japansche economen. Het werd den heeren
te Tokio aanvankelijk wat bar, toen de
vloot ook aan het aanzwengelen ging en te
Sjanghai geheel Midden-China ln den strijd
gingen betrekken, maar toen ook het Zui
den volgde en Kanton werd bezet begreep
de angstigste financier dat het ernst was
met de aanzwengeling en het incident in
China werd toen van een oorlog prompt 'n
kwestie van opbouw van een Nieuwe Orde
in Oost-Azië. De Japansche motor kon zoo
veel gezwengel geen weerstand bieden, hij
moest loopen. Tokio moest nu dien motor
gaande houden en dat was niet gemakke
lijk. Een opvallend bijproduct kwam uit het
ministerie van buitenlandsche zaken in den
vorm van ontkenningen en verontschuldi
gingen van en voor de ruwigheden van de
militairen.
Suiker in de benzine.
Men kan een automobilist geen naarder
streek aandoen dan hem wat suiker in de
benzinetank te strooien, wijl deze suiker de
fijne kanalen van den motor verstopt. Men
zou de Chineesche guerrillastrijders in het
Noorden met deze suiker kunnen vergelij
ken in zooverre zij de fijnste kanalen van
den Japanschen motor totaal verstoppen. De
opbouw mag nog zoo mooi geconstrueerd
zijn en de voorloopige Chineesche regeering
van hoogbejaarde en buitengewoon onge
vaarlijke Chineezen, die trouwens met
groote stiptheid vermoord worden, mag on
der de auspiciën van de Rijzende Zon nog
zoo echt regeeren, van haar uitvoerende
maatregelen komt toch maar bitter weinig
terecht, omdat de kanalen waarlangs deze
maatregelen ten uitvoer gelegd» moeten
worden, doorgaans verstopt zijn door de
Chineesche guerrilla's. Vandaar ook de
lang niet denkbeeldige woede van de Ja
pansche militairen jegens autoriteiten van
buitenlandsche concessies, die zonder twij
fel vaak gelegenheid zullen moeten laten
tot organiseeren van deze guerrilla.
Toen onlangs het Chineesche stabilisatie
fonds uitgeput geraakte en de financieele
politiek van China plotseling een nogal ver
ward aanzien kreeg had deze woede van de
Japansche militairen een geschikte gele
genheid om tot uitbarsting te komen en de
Tientsin-affaire was daar het gevolg van.
Rekkelijken en preciezen.
De actie van de Japansche militairen is
er op gericht Tokio duidelijk te maken dat
de omstandigheden het land dwingen een
„precieze" te zijn, omdat één ding zeker is;
de Chineezen zijn in deze affaire duidelijk
en uitgesproken: de „rekkelijken" en zij
kunnen dat langer blijven dan de Japan
ners!
Wij staan dus nu, na twee jaar oorlog,
voor het feit dat de aanvallende partij, die
er tot dusverre met eenig resultaat twee
strategieën te coördineeren tot één, n.1. Ja
de militairen en die van de heeren te To
kio, in de noodzaak gekomen is die twee
stategieën te coördineeren tot één, n.1. Ja
pansche strategie.
China is intusschen de gehuldige, lijd
zame en lijdende partij. De partij die thans
afwacht hoe over zijn hoofd heen een eco
nomische oorlog gestreden wordt en die in
den tijd en de uitgestrektheid van zijn ge
bied nog de beste wapens heeft om zich te
verdedigen. Dien tijd tracht China te ver
overen met zijn guerrilla's, de wijdheid van
het land is het geschonken.
In den strijd die om China gevochten
wordt heeft het belang bij een overwinning
van de „rekkelijken", die doordat het rek-
kelijkenbetreft, niet zoozeer een duidelijke
overwinning behoeft te zijn en die reeds is,
zoolang slechts JaDan er niet in slaagt „pre
cies" te worden. Dat is na twee jaar oorlog
China's hoop. Hoop dus, dat de oorlog nog
zoo lang verlengd zal worden, dat Japan
„rekkelijk" moet blijven, een hoop dat door
veel lijden bereikt zal kunnen worden, dat
in een toekomst Japan en China nog weer
naast elkander kunnen leven, anders dan
als heer en slaaf, dus als twee rekkelijken.
China krijgt voor Engelsch geld Duitsche
wapens. Het zal zich geen illusies behoeven
te maken over de nobelheid van de inter
nationale politiek, het zal alleen kunnen
weten, dat het in zijn strijd voor zijn onaf
hankelijkheid op den duur betere sympa
thie en beteren steun verdient, dan van
rekkelijken ten aanzien van onafhanke
lijkheid.
Zie verder Buitenland pag. 1 3e blad.
Een aatal reservisten der Brit
sche luchtmacht wordt opgeroepen
gedurende drie of vier maanden,
als oefening voor een proefmobili-
satie. Zekere eenheden zullen in
die periode, naar door het ministe
rie van luchtvaart wordt medege
deeld, mobilisatie- en bewegings
oefeningen ten uitvoer leggen.
De betrokken reservisten zouden
volgens den gewonen loop van za
ken in dezen tijd zijn opgeroepen
voor hun jaarlijksche oefening.
De bijzondere volmachten, die
gegeven zijn door de wet op de re
serve- en hulpstrijdkrachten van
1939, worden hiertoe niet gebruikt.
De oefeningen zullen ten uitvoer
worden gelgd in samenwerking met
de oefeningen der vloot en der
luchtmacht en met de legermanoeu-
vres in Juli, Augustus en Septem
ber.
Het Britsche ministerie van oor
log heeft voorts medegedeeld, dat
de vliegtuigen der Royal Air Force
op 7, 9, 13 en 14 Juli oefeningen
van grooten omvang en van langen
duur zullen houden in verschillen
de streken van Midden- en Zuid-
Engeland.
Reuter verneemt van het minis
terie van luchtvaart te Londen,
dat besloten is vijf eskaders vlieg
tuigen naar Frankrijk te zenden,
die op 14 Juli boven Parijs zullen
vliegen.
Wederom hebben Europeesche Joden een
verschrikkelijk drama beleefd op hun tocht
naar andere gebieden. Het gebeurde giste
ren in de wateren van de Dodekanesos, waar
ter hoogte van 't eiland Simi, bij Rhodes
brand ontstond aan boord van het schip
„Rim", dat onder Panameesche vlag voer
en dat 400 Oostenrijksche Joden aan boord
had.
Het Italiaansche s.s. „Fiume", dat bij Rho
des voor anker lag voer terstond uit en ver
leende assistentie.
De opvarenden werden aan boord ge
bracht van het Italiaansche schip. De „Rim"
zou ten slotte gestrand zijn.
Twee jaar oorlog in
China.
De Japansche minister-president Hira-
noema heeft naar aanleiding van den twee
den verjaardag van het uitbreken van het
„incident" in China tegenover persverte
genwoordigers een verklaring afgelegd,
waarin hij zeide, dat Japan onmiddellijk een
nieuwe centrale regeering in China zou er
kennen, zoodra deze zou worden ingesteld
en dat Mantsjoekwo dan natuurlijk zou
volgen.
De premier sprak vrij openlijk over de
kwesties van de afwikkeling van het inci
dent in China, de versterking van het anti-
komintern-pact, de Britsch-Japansche be
trekkingen, in het bizonder de besprekin
gen te Tokio inzake Tientsin, de Ameri-
kaansch-Japansche betrekkingen en het
incident van Nomonhan.
Iliranoema zeide, dat er geen wijziging
is in de vastgestelde politiek der regeering
met betrekking tot een versteviging van het
anti-kominternverdrag, welke in de
toekomst zal worden voortgezet op een zelf
de wijze als in het verleden. Het gerucht
was in omloop, aldus de premier, dat een
commercieele of handelsovereenkomst zou
zijn gesloten tusschen Duitschland en de
Sowjetunie. De premier achtte het evenwel
onbegrijpelijk, dat een overeenkomst of af
spraak van politieken aard tusschen
Duitschland en de Sowjetunie zou zijn be
reikt.
Japan is van zins bijdragen tot den we
reldvrede te leveren op de basis van mora
liteit.
Hiranoema is van meening, dat alle inter
nationale overeenkomsten gebaseerd dienen
te zijn op vreedzame gedachten, gegrond
op moraliteit. Hij gaf te kennen, dat Japan
mogelijk vertegenwoordigers zal zenden
naar het a.s. congres der nationaal-socialis-
tische partij in Duitschland.
Sprekende over de besprekingen te Tokio
zeide Hiranoema, dat deze in hoofdzaak
bedoeld zijn om de plaatselijke geschillen
te Tientsin op te lossen. Het Britsche senti-
men zal bewijzen een belangrijke factor te
zijn bij een vriendschappelijke regeling der
geschillen. De premier verklaarde, dat het
voor Japan onmogelijk is samen te werken
met eenig land, dat bezwaar maakt tegen
den opbouw van een nieuwe orde in Oost-
Azië en probeert deze te obstrueeren. De
a.s. besprekingen hebben geen enkele be
teekenis, tenzij Groot-Britannië dat punt
goed begrijpt. Daarom is een onmisbare
voorwaarde een werkelijk begrip van de
positie van Japan in het Verre Oosten.
Dat is een zeer belangrijk punt. Japan
gaat met vastberadenheid voort. Alle in
menging of obstructie moet met alle mid
delen van de hand worden gewezen. Indien
Groot-Britannië mocht weigeren op het
voornaamste punt de opvatting van Japan
te erkennen, en daarmede de eischen van
Japan te aanvaarden, zal er voor Japan
niets anders overblijven dan de besprekin
gen af te breken.
Japan eerbiedigt de rechten en belangen
van derde mogendheden in de buitenland
sche concessies, doch Japan zal het onmoge
lijk achten samen te werken met derde mo
gend heden, die de positie van Japan en
zijn wettige oogmerken weigeren te erken
nen. Mocht een derde mogendheid den op
bouw van de nieuwe orde in Oost-Azië door
Japan tegengaan, dan zal Japan een derge
lijke poging vastberaden bestrijden. Japan
heeft geen bezwaar tegen een strikte neu
traliteit van buitenlandsche concessies, doch
een tegenwerking van de Japansche mili
taire operaties en van de pogingen den
wede en de orde te handhaven, is onver-
eenigbaar met een strikte neutraliteit van
de buitenlandsche concessies.
Een gedeelte van de openbare meening
in Japan bepleit een beroep op oorlogsrech
ten in China, doch voor het oogenblik kan
niet definitief worden medegedeeld of een
beroep zal worden gedaan op oorlogsrech
ten of niet.
Ten aanzien van de betrekkingen tus
schen Japan en de Vereenigde Staten zeide
Hiranoema, dat hem geruchten hadden be
reikt, dat de gevoelens van Amerika jegens
Japan verbeterd zijn of dat de houding van
Amerika tegenover Groot Britannië een
wijziging heeft ondergaan, doch daarom
trent is niets uit Amerika vernomen, hoe
wel de premier wel gehoord heeft, dat de
stemming in de Ver. Staten is verbeterd.
Hiranoema voegde hieraan toe, dat de
regeering niet overweegt een goodwill-af-
gezant naar Amerika te zenden.
Tenslotte merke Hiranoema op, dat het
incident van Nomonhan beteekent, dat de
Japansche en Mantsjoekwosche strijdkrach
ten gezamenlijk pogen Sowjet-Russische en
Buiten-Mongoolsche troepen die over de
grens zijn gekomen terug te dringen en
verder niets. Hiranoema betoogde geen
nauwkeurige kennis te hebben van den in
ternen toestand in de Sowjetunie, doch hij
haalde vele bevoegde waarnemers aan die
zeggen, dat Sowjet-Rusland niet in staat is
strijd te voeren tegen Japan.
Hiranoema onthulde, dat de regeering
een krachtige politiek voert, welke beoogt
een vriendschappelijke regeling te zoeken
van alle hangende kwesties, in verband
met de Japansche vischrechten in de Rus
sische wateren en de Japansche petro
leum- en steenkolenconcessies in Sachalin,
ten aanzien waarvan de Sowjets een niet te
rechtvaardigen houding aannemen. Hira
noema zeide, dat de regeering voornemens
isj de oude rechten en belangen met alle
middelen te verdedigen.
Ook Tsjiang Kai-sjek heeft gisteren, ter
gelegenheid van den tweeden verjaardag
van het uitbreken der vijandelijkheden, een
verklaring uitgegeven, waarin hij opnieuw
de vastberadenheid tot uitdrukking brengt
om den „weerstandsoorlog" tegen Japan
voort te zetten.
De verklaring, die gericht is tot het Chi
neesche leger en het volk en die beschouwd
wordt als bijzonder belangrijk, in verband
met de talrijke vredesgeruchten, die thans
de ronde doen, stelt in bittere bewoordin
gen den vroegeren premier Wang-Tsjing-
wei aan de kaak, wegens zijn gemelde
vredespogingen.
Een tweede manifest is gericht tot het
Japansche volk. Daarin wordt een beroep
gedaan op Japan, om de agressie-politiek
te laten varen. De weestand der Chineezen
wordt gerechtvaardigd, met er op te wijzen,
dat de Japanners op gelijke wijze zouden
optreden, wanneer een inval in Japan ge
daan zou worden. Tsjiang Kai-sjek voegt
hieraan toe, dat het geloof van het Japan
sche leger, volgens hetwelk zijn verwijde
ring de verovering van China zou betee-
kenen, onjuist is, aangezien anderen zou
den opstaan om zijn plaats in te nemen.