TEGEN DE WET 'Jeuillcloit tweede blad. Maximum kostwinners vergoeding 3 gulden per dag. De onderganq van de „Mark". Een onderhoud met den kapitein. geraffineerde kerkdief aangehouden. De regeeringspersdienst meldt het volgende Bij de regeering zijn eenige maatregelen in voorbereiding, welke strekken om de maatschap pelijke zorgen van de buitenge- woor onder de wapenen geroepen dienstplichtigen zooveel mogelijk te verlichten. Daartoe zal o.a. het bedrag, dat ten hoogste aan kost winnersvergoeding kan worden toegekend, van 2.50 op 3.per dag worden gebracht, terwijl in bijzondere gevallen het bedrag van 3.met machtiging van den minister van defensie nog eeniger- mate "al mogen worden over schreden. Dit wil niet zeggen, dat alle vergoedin gen verhooging zullen ondergaan, maar dat in sommige gevallen, waarin thans reeds 2.50 per dag aan vergoeding wordt ge noten, doch waarin dit bedrag niet vol doende blijkt in verband met den achter uitgang van de gezinsinkomsten, en b.v. in verband met de grootte van het gezin, de vergoeding kan worden verhoogd. Verder zal de verhooging soms noodig blijken ten aanzien van gezinnen, die .in het buiten land verblijf houden, daar in verschillende streken in het buitenland een andere maat staf voor levensonderhoud moet gelden dan hier te lande. Voorts is een regeling te wach ten, welke beoogt steun te ver- leenen aan diegenen, die door op komst in militairen dienst in on overkomelijke moeilijkheden zijn geraakt en met toekenning van kostwinnersvergoeding niet of niet voldoende geholpen zijn. De regeering heeft het hoofdbestuur van de Koninklijke Nationale Vereeniging tot steun aan miliciens bereid gevonden zich met de uitvoering van deze regeling te be lasten. Daar deze vereeniging voor dit doel niet over voldoende geldmiddelen beschikt, heeft de regeering haar een zeker bedrag aan subsidie toegezegd met de bepaling, dat deze subsidie zal worden verhoogd met een gelijk bedrag als de vereeniging van andere zijde aan bijdragen mocht ontvan gen. Wanneer dus iemand de vereeniging steunt, hetzij met 100.hetzij met een kwartje of een dubbeltje, kan hij er op rekenen, dat het Rijk er evenveel bijlegt. Het adres van de vereeniging is: Amster dam-C., Weteringschans 96, terwijl het nummer van de postrekening is 12459. Verlofregeling. Ook is een verlofregeling in voorbereiding, doch eerst moet nog worden nagegaan, in hoeverre de toestand het verleenen van verlof gedoogt. Voortshands zal het verlof in elk geval slechts op beperkte schaal kunnen v-orden verleend. De regeering hoopt, ge leidelijk eenige uitbreiding aan het verlof te kunnen geven. Het is van belang, dat afgescheiden van deze regeeringsmaatregelcn ook van particuliere zijde alles in het werk wordt gesteld om de moeilijkheden en zorgen, welke op de schouders van de gemobiliseerden of van hun gezinnen rus ten, zooveel mogelijk te helpen verlichten. Uit maatschappelijk oogpunt is het ge- wenscht, dat de plaatsen, die als gevolg van de mobilisatie zijn opengevallen, weder geheel worden bezet. De regeering heeft in dit verband met groote waardeering ver nomen, dat zeer vele werkgevers hun onder de „apenen geroepen personeel niet of althans slechts tijdelijk hebben ontsla gen en de opengevallen plaatsen ook slechts tijdelijk hebben doen bezetten door niet-gemobiliseerden, opdat de gemobili seerden, wanneer zij weder uit dienst komen ,in hun oude betrekking kunnen terug keeren. Bovendien hebben vele werkgevers het verschil tusschen loon en kostwinnersver goeding geheel of voor een deel weggeno men door het toekennen van een toeslag. De regeering beseft volkomen, dat niet alle werkgevers aldus kunnen handelen, met name niet zij, die tengevolge van de algemeene mobilisatie zelf in min of meer groote moeilijkheden zijn komen te ver- keeren. Echter moge de regeering een op wekking richten tot alle werkgevers, die tot heden in dit opzicht hun standpunt nog niet hebben bepaald, om ten behoeve van onze gemobiliseerden zóó ver te gaan, als in verband met hun eigen omstandigheden mogelijk wordt geacht. Ook het publiek kan onder de huidige omstandigheden steun aan gemobiliseerden verleenen. Vele zaken kunnen in stand worden gehouden, indien men eenige in schikkelijkheid betoont, bijvoorbeeld door waren, welke anders aan huis worden be zorgd, zelf af te halen of te doen afhalen. In sommige zaken blijft de echtgenoote van den gemobiliseerde achter, die niet in staat is het bedrijf gaande te houden, ter wijl hulp niet is te krijgen of niet kan worden betaald. Hier kan alleen uitkomst worden gebracht, wanneer anderen die over vrijen tijd beschikken belan geloos de behulpzame hand bieden. De regeering doet een beroep op iedereen, die daartoe in staat is, om te doen wat in zijn vermogen ligt om de zorgen van de gemobi liseerden te helpen verlichten. Een speciale correspondent van het A. N. P. heeft te Thisted een onderhoud gehad met den kapi tein, den heer van Dam, van het gisteren op een mijn geloopen en gezonken Nederlandsche stoom schip „Mark". De kapitein, die niet ernstig gewond is, verklaarde, dat de „Mark" op weg was van Finland naar Nederland. Zaterdagmiddag te kwart voor één stootte het schip op een mijn. Het schip be vond zich toen op 56 graden 45 minuten noorderbreedte en 4 graden 4 minuten oosterlengte. In verband met het mijnengevaar be vonden alle officieren zich voor den uitkijk op de brug. Geen van hen heeft echter iets van een mijn gezien. De mijn trof het schip aan de boeg stuurboordzijde. De „Mark" maakte on- middelijk sterk slagzij, zoodat de beman ning onmiddellijk in de booten moest gaan. Dit geschiedde zeer ordelijk, doch er was geen tijd meer om de scheepspapieren of persoonlijke eigendommen mee te nemen. Verscheidene leden van de bemanning, die door de ontploffing zeer geschrokken waren, waren sterk onder den indruk. De tocht in de reddingsbooten was zeer vermoeiend. In de red dingssloepen bevonden zich, zoo als voorgeschreven, de noodrant soenen, beschuit en water. Twee dagen lang hebben de opvarenden in de booten gezeten en bij slecht weer getracht naar de kust te roeien. De kapitein verklaarde tenslotte, dat de „Mark" ongetwijfeld op een mijn is ge loopen en dat er geen sprake is van torpe deering. De schipbreukelingen zullen zoo spoedig mogelijk naar Nederland terug keeren. H. G. WELLS TE AMSTERDAM. Met het toestel uit Malmö is gistermiddag omstreeks twaalf uur de bekende Engelsche schrijver H. G. Wells op Schiphol aangeko men. Het lag in de bedoeling van den schrijver vandaag met het eerste toestel naar Londen te vliegen. COMMISSIE BURGERBEVOLKING INGESTELD. De regeeringspersdienst deelt het vol gende mede De ministers van binnenlandsche zaken en van defensie hebben een „commissie burgerbevolking" ingesteld, v elke belast is met de algemeene voorbereidingen en, zoo noodig, met de algemeene leiding van de huisvesting, de verzorging enz. van de afgevoerde burgerbevolking. De commissie ressorteert onder den mi nister van binnenlandsche zaken. ECONOMISCHE MAATREGELEN DER REGEERING. Donkere olie-beschikking l939- n0- 1' De minister van economische zaken heeft, gelet op de artikelen 4 en 8 der distributiewet 1939, alsmede op het distributieheffingsbesluit 1939 de „donkere oliebeschikking 1939, no. 1", vastgesteld, waarbij donkere olie' wordt aangewezen als distributiegoed in den zin van artikel 4 der wet. Artikel 3. Bij de uitvoering van de re geling treedt de directeur van het rijks bureau op namens den minister en neemt daarbij de door een commissie van bij stand, namens den minister te geven aan- wijzigingen in acht. Iedere producent of importeur van of hapdelaar in donkere olie is verplicht aan den directeur het verzoek te doen haar bij het rijksbureau in te schrijven. De aanvrage bij het rijksbureau van for mulieren daartoe moet geschieden binnen 4 dagen na den dag van inwerkingtreding dezer beschikking, terwijl het verzoek tot inschrijving binnen 4 dagen n? de afgifte of de verzending door het rijksbureau van zulk een formulier aan den belanghebben de moet geschieden. De kosten, aan de uitvoering van deze regeling verbonden, zullen, volgens nader door den directeur in overleg met de com missie van bijstand vast te stellen regelen, worden omgeslagen over de ingeschreven ondernemingen. Iedere onderneming is verplicht op be paalde .formulieren aan den directeur schriitelij' opgave te doen van de hoeveel heid donkere olie, welke zij op den dag van inwerkingtreding dei beschikking als mede op door den directeur te bepalen tijdstippen voorhanden of in voorraad heeft. Petroleumbeschikking 1939, nr. 1. De minister van economische zaken 'ïeeft gelet op de artikelen 4 en 8 der distributie- wet 1939, alsmede op het distributiehef fingsbesluit 1939 de „petroleumbeschikking 1939, no. 1" vastgesteld waarbij petroleum wordt aangewezen als distributiegoed in den zin van artikel 4 der wet, de directeur van het rijksbureau van aardolieproducten treedt bij de uitvoering van de regeling op namens den minister en neemt daarbij de door een commissie van bijstand, namens den minister te geven aanwijzingen in acht. Iedere producent of importeur van of handelaren in petroleum is verplicht aan den directeur het verzoek te doen haar bij het rijksbureau in te schrijven. Overigens bevat de beschikking bepalin gen, die geheel analoog zijn met die van de „donkere olie-beschikking 1939, no. 1" Benzine en benzol-beschikking 1939, no. 1. De minister van economische zaken heeft, gelet op de artikelen 4 en 8 der distributiewet 1939, alsmede op het distri butieheffingsbesluit 1939 de „benzine en benzolbeschikking 1939, no. 1" vastgesteld, waarbij benzine en benzol worden aange wezen als distributiegoederen in den zin van artikel 4 der wet. Bij de uitvoering van de regeling treedt de directeur van het rijksbureau voor aardolieproducten op namens den direc teur en neemt daarbij de door een com missie van bijstand, namens den minister te geven aanwijzingen in acht. Iedere producent of importeur van of handelaar in benzine of benzol is verplicht aan den directeur het verzoek te doen haar bij het rijksbureau in te schrijven. Overigens bevat de beschikking bepalin gen ,die geheel analoog zijn aan die van de hier bovenstaande beschikkingen. NIEUWE UITVOERVERBODEN. De regeering heeft het noodig geoordeeld de reeds bekend gemaakte verboden van uitvoer voor bepaalde goederen aan te vul len met een uitvoerverbod voor asbest en een uitvoerverbod voor verf- en kleurstof fen, droog of waterdeegvorm, aangemaakte verf- en kleurstoffen, zoomede lakken, ver nissen en vloeibare siccatieven, inkten, harsen en gomharsen, zoowel natuurlijke als synthetische en terpetijnolie. Ook ten aanzien van deze artikelen kun nen, indien de hier te lande aanwezige voorraden zulks toelaten, dispensaties wor den verleend. Ter verkrijging daarvan wen de men zich tot het Crisis Uitvoerbureau, Piet Heinplein 6 te 's-Gravenhage. WAT IEDEREEN MOEI WETEN. Hoe zolders, vlieringen, bovenver diepingen er uit moeten zien. De Ned. Ver. voor luchtbescherming schrijft ons: In de eerste publicaties betreffende het geen ieder in eigen huis behoort te doen, moeten wij thans de aandacht vragen voor zolders, vlieringen en bovenverdiepingen. Waarom moeten deze worden ontruimd of althans grondig worden opgeruimd? Vooreerst omdat brandbommen omlaag worden geworpen, en het bovenste gedeelte van het huis dus het eerst getroffen zal worden. Bovendien leert de ervaring van eiken dag dat orand op zolder het gevaarlijkst is. In dien de bom door het dak heen slaat, is het waarschijnlijk dat deze op de zolder of bo venverdieping terecht komt en daar blijft branden. Wat moet men dus doen? Men moet zorgen dat een brand, die door welke oorzaken ook ontstaat, zoo min moge lijk voedsel kan vinden. Daarom: 1. Zolders, vlieringen, bovenverdiepingen zoo mogelijk geheel ontruimen. Indien dit niet mogelijk is, omdat men niet weet waar men de daar bewaarde goederen zou moe ten laten of wel omdat op de bovenverdie ping woon- of slaapvertrekken in gebruik zijn, grondig opruiming houden, d.w.z.: alle oude rommel, licht brandbare voor werpen, zooveel mogelijk verwijderen, kleine voorwerpen in kisten en koffers opbergen: kisten en koffers, een eind van de muur, midden in het vertrek opstellen, zoodat men er om heen en overal goed bij kan komen. Hoe ordelijker en ovferzichtelijker, hoe beter! 2. Zojders, vlieringen en bovenverdiepin gen zooveel mogelijk brandvrij maken. Lat werkschotten vervangen door ijzergaas. Be dekken van vloeren (juist in de verste hoe ken tegen de wanden) met een gipslaag of met een mengsel van waterglas en krijt; asbestpapier tusschen twee lagen linoleum; platen van onbrandbaar materiaal; hout- deelen impregneeren met geschikte brand werende stoffen. 3. Het bluschmateriaal voor de hand ge reed zetten om snel te kunnen optreden en de brandhaarden in de '-iem te smoren. In een vorige mededeeling hebben wij dit ma teriaal reeds opgesomd. Wij komen daarop terug als wij de brandbestrijding zelve be handelen. Als een twijfelaar zou vragen of dit alles wel effect heeft, kunnen wij hem antwoor den dat elke brand in het klein begint, en als men er snel bij is, met eenvoudige mid delen te bestrijden is. Bovendien kan men er niet op rekenen dat de gemeentelijke brandweer het werk uit de hand zal nemen, dat men zelf kan en behoort te doen. Bij een massalen aanval met brandbommen, wanneer vele branden tegelijk zijn ontstaan, kan de brandweer nu eenmaal niet overal tegelij zijn. Weest daarom paraat en treft Uwe voor bereidingen! Bij de zelfbescherming is voorbereiding meer dan het halve werk! DOODELIJK ONGELUK IN STAATSMIJN EMMA. Gistermorgen is de metselaar J. Leers op de bovengrondsche werken van staatsmijn „Emma" van een ongeveer drie meter hooge steiger gevallen. Hij liep hierbij een sche delbreuk op en brak twee rugwervels. Het slachtoffer is naar het ziekenhuis te Heerleen overgebracht, waar zijn toestand, welke aanvankelijk niet ongunstig was, in den loop van den dag verergerde, tengevol ge van een bloeding in de hersenen. Des avonds is hij aan de gevolgen overleden. Leers, die 54 jaar was, was gehuwd en va der van vier volwassen kinderen. WIELRIJDSTER BOTST TEGEN VRACHTAUTO. Gisteravond wilde de 63-jarige echtge noote van W. Thijssens, wonende te Val- kenswaard, zich per rijwiel van haar wo ning naar den Provincialen weg begeven. Komende uit een zijweg reed zij tegen de rechterzijde van een juist over den hoofdweg nabij de brug over de Dommel passeerende vrachtauto, bestuurd door J. Schouten uit Vught. Zij werd van haar fiets geslingerd en bleef met zware verwondin gen liggen. Het slachtoffer werd naar haar woning vervoerd, waar zij in den afgeloopen nacht is overleden. Naar het Engelsch van MARTIN PORLOCK. 16) Het gevolg hiervan was, dat sir Hector Frensham een donderbui van vloeken en verwenschingen liet neerdalen op het waar dige hoofd van Emmanuel Porter, die let terlijk naar lucht stond te happen en zooals hem in krachttermen verzocht werd zijn uiterste best deed om zijn positieven bij elkaar te houden. Tenslotte drong het dan toch tot hem door, dat sir Hector Frensham met zijn dochter wilde spreken en nog wel dringend, Porter legde den hoorn neer en rende weg. Nog geen minuut later was hij al weer terug, zij het dan ook buiten adem. „Miss Jane's meisje zegt, dat miss Jane op het oogenblik slaapt. Miss Jane heeft een erg onrustigen nacht gehad, meneer, en haar meisje zegt, dat zij miss Jane er van ochtend toe heeft kunnen krijgen een on schadelijk slaapdrankje in te nemen. Miss Jane 'heeft nadrukkelijk te kennen gege ven. dat zij niet gewekt mag worden, zoo zij in slaap mocht vallen Moet ik haar door het meisje laten roepen om met u te spre ken, meneer?" „Nee", zei sr Hector, nu weer met zijn stem van allen dag. „Nee, dat hoeft niet. Maar laat miss Jane, zoodra zij wakker wordt, weten, dat zij mij moet opbellen". „Goed, meneer", zei Porter en met een gevoel van groote opluchting hoorde hij den klik van den hoorn, welke aan den anderen kant opgehangen werd. VI. Het was half drie, toen een gesloten poli- tie-auto met neergelaten gordijntjes, welke uit de richting van het Embankment kwam, Scotland Yard insloeg. Er stapte een forsche, eenvoudig geklee- de man uit, onmiddellijk gevolgd door nog een anderen persoon in een bruin costuum. Laatstgenoemde, die geen hoed droeg en blond was, deed zijn metgezel, niettegen staande diens lengte en robustheid, als een man van niet veel meer dan middelbare grootte en nietigen lichaamsbouw schijnen. Zij gingen snel den ingang binnen, waar voor zij hun auto hadden laten stilhouden. Een kwartier later kwam uit de richting Whitehall een taxi Scotland Yard binnen gereden. Er zat niemand in buiten den chauffeur. De dienstdoende agent bij den ingang liet hem onmiddellijk stoppen. Na de noodige woorden over en weer mocht hij op vertoon van een papier, dat hij uit zijn binnenzak opgediept had, verder rij den. De chauffeur parkeerde onder geleide van den agent zijn auto en mocht toen ein delijk het gebouw binnen gaan. Een minuut of tien later hield een lange, grijze coupé voor den Embankment-ingang stil. De bestuurder, die tevens de gelukkige eigenaar van dezen luxueuzen wagen scheen te zijn, haalde een papier voor den dag, dat hij aan den agent bij den ingang toonde, en parkeerde zijn auto halverwege de inrijlaan in een inham, welke zich rechts van den weg bevond. Na nog aan een anderen agent zijn papier getoond te hebben, werd hij door dezen naar dezelfde deur gestuurd, waardoor zooeven de chauf feur verdwenen was. Van drie uur tot tien minuten over drie was Nicholas Revel in de kamer van com missaris Connor, met wien hij op zijn ge mak een sigaret zat te rooken. Om tien mi nuten over drie kwam er een boodschap voor commissaris Connor, die daarop met Nicholas een steenen trap afdaalde, welke op een lange gang uitkwam. Aan het einde van deze gang was een vertrek, dat zij bin nengingen. De deur sloeg achter Nicholas en zijn metgezel toe. Nicholas keek om zich heen. Het was een kale ruimte met geel verkleur de wanden. Er was geen meubelstuk te be kennen. Langs de vier wanden was een doorloopende bank van een halven meter hoogte. Op deze bank of juister gezegd op twee van de vier zijden ervan zaten zes personen, die, wat hun grootte betrof, stuk voor stuk boven de middelmaat uit kwamen. Het waren allen blonde typen en geen hunner had een hoed bij zich. Commissaris Connor fluisterde Nicholas Revel iets in het oor, waarop deze een staD naar voren deed en weer zonder zich een oogenblik te bedenken naar een van de zes mannen, die in den hoek van de bank zat een man, die veel grooter was dan een der anderen en zoo blond als een vi king. Kortom: het was dezelfde man, die om half drie uit de politie-auto was ge- stap. „Dank u", zei commissaris Connor en nam den heer Revel weer mee naar zijn kamer. „Er was geen twijfel aan", zei Nicholas Revel. „Ik zou hem uit duizenden herken nen. Ik hoop maar, dat deze vertooning u niet te veel last bezorgd heeft". Commissaris Connor haalde zijn breede schouders op en mompelde iets over rou tine. Hij presenteerde zijn bezoeker nog een sigaret en bedankte hem hartelijk. Meneer Revel zei, dat hij nu opstappen moest en vroeg terloops: „De chauffeur, die mij gereden heeft, is zeker nog niet gevon den, hè? Maar dat doet er ook eigenlijk niet veel meer toe". De hoeken van commissaris Connor's mond trokken zich tot een lachje samen „Wij hebben hem al", zei hij bedaard. Meneer Revel zette groote oogen op Dat is nog eens vlug werk" zei hy met iets' van ontzag in zijn stem. Opnieuw haalde commissaris Connor zijn schouders op. „Niets bijzonders, meneer Alledaagsch werk. Als u wilt weten, hoe hij heet zijn naam is Palmer, ioseph Palmer. Hij heeft nachtdienst gehad en gisteren den heelen dag geslapen, dat is de reden waarom hij niet eerder naar ons toe gekomen is. Wij vonden hem net toen hij op het punt stond om naar het Buurt-sta- tion weg te rijden. Nog maar vijf minuten geleden was hij beneden in dezelfde kamer Hij haalde Vayle er met even weinig moei te uit als u". „Prachtig!" zei Nicholas. „Het is een ge- Gedurende meer dan een jaai Wa recherche op zoek naar een brutalen^^6 die er zijn werk van maakte tijd. n vroegmis in de katholieke kerken dief de len te plegen, ten nadeele van bef i!" sters. Van het oogenblik dat deze h zitplaats verlieten, en dan haar handt in de bank lieten liggen, maakte de gebruik, geld uit de tasch te halen of"^ geheele tasch te stelen, hetgeen hem m malen gelukte. meer* Than: is het de recherche gelukt d man op heeterdaad te betrappen toen vr Zondagmorgen in de St. MartinusWu bezig was de handtasch van één der kerk gangsters te doorsnuffelen. Hij werd resteerd, doch hij ontkende de vorf" diefstallen te hebben gepleegd. ge De man, de 30-jarige bankwerker J m uit Groningen, is vroeger reeds met dé justitie in aanraking geweest. Hij heeft zich zijn arrestatie zoo aanEe trokken, dat .hij in een onbewaakt oogen blik een lepelsteel en twee open vdj; heidsspelden inslikte, zonder hiervan hin der te ondervinden. Van het hoofdbureau van politie is M. naar het Academisch zie. kenhuis overgebracht, waar de voorwerl pen, welke in den maag liggen, langs operatieven weg zullen worden verwijderd Bij het fotografisch onderzoek bleek dé maag nog een naald te bevatten, welke hij tien jaar geleden had doorgeslikt. BEWIJZEN VAN VRIJEN DOORTOCHT VOOR MOTORRIJTUIGEN. De opperbevelhebber van land- en zee macht heeft tot dusverre bewijzen van vrijen doortocht voor motorrijtuigen ver strekt, ten einde door burgers bestuurde motorrijtuigen, welke gebruikt worden rechtstreeks ten behoeve van de landsver dediging of de economische verdedigings voorbereiding, in staat te stellen, hun doel eventueel ook langs militaire posten te be reiken. De opperbevelhebber heeft thans echter maatregelen doen treffen, dat het verkeer in het binnenland, in het bijzonder op de groote verkeerswegen, in de toekomst door de controle vanwege militaire posten zoo min mogelijk zal worden gehinderd. Uiteraard zal in de grensstrooken in het zuiden en oosten des lands eenige belemme ring van het verkeer in het belang van de directe beveiliging der grenzen en van het toezicht op de binnenkomende en uitgaande vreemdelingen noodzakelijk blijven. Het moet aan het beleid van de comman danten ter plaatse worden overgelaten, te beslissen hoever deze belemmering zich zal uitstrekken. Daar in verband met het vorenstaande geen moeilijkheden van beteekenis voor het gebruik van motorrijtuigen zijn te duchten, zullen de bewijzen van vrijen doortocht voortaan slechts bij uitzondering worden verleend. Mocht in vorenbedoelde grensstrooken hinder worden ondervonden, dan zou mw zich kunnen verstaan met de commandanten ter plaatse. RIJKSBUREAU AARDOLIEPRODUCTEN. Met betrekking tot het kortgeleden in gestelde rijksbureau voor aardolieproduc ten maakt de minister van economische zaken bekend, dat bij zyn beschikkingen van heden drie commissies van bijstand zijn ingesteld voor de distributie van respectievelijk benzine en benzol, van pe troleum en van donkere oliën. By deze beschikkingen is voorts bepaald, dat de producenten en importeurs van deze pro ducten gehouden zijn zich bij bovenge noemd rijksbureau te doen inschrijven- Gelijke verplichting rust op de handela ren, die bovengenoemde producten aan wederverkoopers leveren en daarvan hun normaal bedrijf maken. Bovendien moeten genoemde groepen opgave hunner voorraden doen op formu lieren aan tc vragen bij het Rijksbureau voer aardolieproducten, gevestigd te 's-Gravenhage, Zeestraat 190/104. Tele foon 116345. Inlichtingen worden ver strekt door de afdeeling economisc voorlichting van het departement va^ economische zaken, Rijnstraat 24 's-Gravenhage, alsmede door de Kam van Koophandel en Fabrieken. luk voor Vayle, dat wij hem toevallig zien hebben, zou ik zoo zeggen". „Meer dan een geluk!" De stem commissaris klonk somber. Hij ëa' ,ais, las een hand en bedankte hem nog „Tot ziens, meneer Revel!" „jn.lt „Hoe?" zei Nicholas Revel. „Wat U?" gf De commissaris glimlachte. „Ik ben dat u van dit zaakje nog wel r^tis- ren zult krijgen, meneer Revel. 1 topher Vayle zal terecht moeten s_ lederen keer, dat hij den naam jjjank- sprak, kreeg zyn stem een blt "imieagen- „Wegens aanranding van twee P ten". ,a1 Na- „Ah-juist zei Nicholas Reve tuurlijk!" VIII. Om zeven uur dien avond een Hector Frensham en zijn flr. H glaasje sherry in de bibliothee Gordon Place. dochter Sir Hector Frensham kee,..? lichter °m aan en voeld zich aanmerke U uit. het hart. Jane zag er zood°'g ige wrok dat hij nog maar nauwelijks yayle, <je kon koesteren tegen ChristoP ellen voornaamste oorzaak van z° onbe*11® voor Jane en zij het dan yan ee - de hulp van den moorden uit ie der meestbelovende jonge jensche p geuniformde rijen van de litiemacht. <W.rd<

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1939 | | pagina 6